Verslag vergadering Commissie voor Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid
Verslag
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Minister, ik ben heel bekommerd om onze bijen. Het is ook de Week van de Bij. Er worden zelfs oproepen gelanceerd om een bed and breakfast voor bijen in de eigen tuin te maken. Die bezorgdheid over hun toekomst leeft dus ook wel bij de mensen. Ik heb enkele weken terug ook een actuele vraag gesteld in de plenaire vergadering. Die was eigenlijk bedoeld voor minister Demir, maar u hebt daar toen heel goed op geantwoord. Ik kom vandaag opnieuw naar u, aangezien er een betrokkenheid is van het Departement Landbouw en Visserij.
Ik moet hier niet herhalen dat bijen enorm belangrijk zijn, voor verschillende zaken, voor onze biodiversiteit, maar ook voor ons voedsel. De bij levert immers voor ongeveer 75 procent een bijdrage ter zake. Dat kunnen we dus echt niet naast ons neerleggen. Ik heb al aangehaald dat de bestrijding van de Aziatische hoornaar een van de belangrijkste problemen is. Er zijn er uiteraard nog. Ik kom daar straks wellicht nog even op terug. Dit is echter een van de elementen waarop we vooral moeten inzetten. Een tijdje terug werd daarvan werk gemaakt via een partnerschap tussen Vlaanderen en het Vlaams Bijeninstituut. De ministers van Landbouw en Omgeving namen elk de helft van het budget voor opsporing en bestrijding voor hun rekening. Het Vlaams Bijeninstituut coördineerde de bestrijding.
Nu vernam ik via de pers en uiteraard ook via contacten in het Vlaams Bijeninstituut dat zij aan de alarmbel trekken. Zij vinden dat er nog heel wat werk aan de winkel is inzake de bestrijding van de Aziatische hoornaar. Ze zeggen dat dit te laat komt, dat de coördinatie ontbreekt. Dit is ook al voorgelegd aan minister Demir in diverse vragen om uitleg. Zij heeft aangekondigd dat er tegen de zomer een beheerregeling komt. Het is wel opmerkelijk dat het Departement Landbouw en Visserij de taak eigenlijk overlaat aan het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) en dat de rol van het Vlaams Bijeninstituut wat vaag blijft. Er is toch minstens onzekerheid of onduidelijkheid over of zij verder zullen kunnen meehelpen aan de bestrijding. Zo niet zou dat bijzonder jammer zijn, aangezien zij erg veel ervaring hebben, en mensen op het terrein, die ook een heel groot hart voor de bijen hebben.
Minister, waarom zou het Departement Landbouw en Visserij geen actieve of financiële partnerrol meer hebben in de nieuwe beheerregeling voor de bestrijding van de Aziatische hoornaar? Waarom was dat dan wel het geval bij het vorige plan? Wat is het verschil? Die verschuiving, hoe komt dat?
Minister Demir liet weten dat het Departement Landbouw en Visserij wel heel wat opmerkingen heeft geformuleerd bij de beheerregeling. Waarover gingen die opmerkingen? Hoe zal dit worden afgestemd op het Vlaams bijenteeltprogramma? Wie zal de coördinerende rol op zich nemen? Daarnet zei ik dat het Vlaams Bijeninstituut zich wat gepareerd voelt. Is er sowieso nog een rol voor dat instituut bij de bestrijding van de hoornaar? Zult u bij minister Demir bepleiten dat zij daar ook nog in kunnen worden betrokken?
Er werd aangekondigd dat de beheerregeling er tegen de zomer zal zijn, maar dat is het midden van het hoornaarseizoen. Zijn we dan niet te laat?
Minister Brouns heeft het woord.
Collega, dank u wel. Het beleid inzake de bestrijding van invasieve soorten, zoals de Aziatische hoornaar, is inderdaad de bevoegdheid van collega Demir en haar administratie, het Agentschap voor Natuur en Bos. De imkerij valt wel onder mijn landbouwbevoegdheid en wordt opgevolgd door het Departement Landbouw en Visserij. Er zijn dan ook meerdere overlegmomenten geweest over hoe we de coördinatie en monitoring van de problematiek het best aanpakken en hoe we dat het best financieren binnen de stuurgroep ontwerpbeheerregeling Aziatische hoornaar, waaraan het Departement Landbouw en Visserij actief deelneemt. Binnen de stuurgroep was er sinds 2020 geen overeenstemming over de taakverdeling en de budgetverdeling. Gelet op de hoogdringendheid van het dossier zijn zowel het ANB als het Departement Landbouw en Visserij akkoord gegaan om ad hoc verder te werken op basis van de verlenging van de bestaande beheerregeling uit 2019. De imkerij is immers betrokken partij en ondervindt inderdaad schade door de Aziatische hoornaar. Op 14 maart jongstleden zijn de nodige afspraken gemaakt om een correcte en wederzijds gedragen taakverdeling vast te leggen. De definitieve beheerregeling zal dan ook door het ANB worden gecommuniceerd.
De Aziatische hoornaar vormt een bedreiging voor zowel de wilde bestuivers als de honingbijen. Daarom is en blijft het belangrijk om oog te hebben voor de globale impact van de problematiek van de hoornaar op de totale biodiversiteit van onze leefomgeving, de imker en de burger incluis. Het Departement Landbouw en Visserij zal zich inzake de beheersing van de Aziatische hoornaar vanuit zijn bevoegdheid focussen op de imkerij, die binnen deze globale impact dus een groot deel van de schade ondervindt. Daarbij gaat de aandacht vooral naar monitoring van de Aziatische hoornaar, de opleiding van de professionele verdelgers en de bescherming van de bijenstanden. Het Praktijkcentrum Bijen is het geschikte platform en het Strategisch Plan Bijenteelt het best geplaatste instrument voor het realiseren van die doelen. Sinds 1 januari van dit jaar is het Strategisch Plan Bijenteelt, dat loopt tot 2027, de opvolger van het Vlaams bijenteeltprogramma. Het is ook ingekanteld in het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB). De financiële engagementen van het departement in het kader van die duurzame beheerregeling kunnen dus worden ingevuld vanuit die budgetten, voor in totaal 423.000 euro per jaar, waarin is voorzien voor het Strategisch Plan Bijenteelt.
De rol van het Vlaams Bijeninstituut als ervaringsdeskundige kan uiteraard niet worden geminimaliseerd. Het is de bedoeling dat het instituut verder deze rol binnen het Strategisch Plan Bijenteelt op zich kan nemen. Daarbij wordt gestreefd naar samenwerkingsverbanden waardoor de breedst mogelijke expertise binnen de hele imkerij kan worden ingezet in een project. De aanwezige expertise van het Vlaams Bijeninstituut wordt ook door mijn departement alvast zeer gewaardeerd.
Een definitieve beheerregeling blijft dus de beste verzekering voor een efficiënte coördinatie op het veld en daaraan gekoppeld de bestrijding van de Aziatische hoornaar door professioneel opgeleide verdelgers. Het voorkomen of verdelgen van primaire nesten is de meest efficiënte manier om de problematiek aan te pakken en in te dijken.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Minister, dank u voor de verduidelijking, onder andere ook wat de financiering en de opname in het GLB betreft. Ik wil toch eventjes terugkomen op de rol van het Vlaams Bijeninstituut. Er is de coördinatie, die belangrijk is. Zij hebben in het verleden ook al heel wat werk geleverd, met heel wat vrijwilligers, die een hart hebben voor de sector. Zij hebben ook enorm veel kennis, en een heel groot netwerk. Ik zou hen dus zeker niet loslaten. Ik ben al blij dat u zegt vast te houden aan de samenwerkingsverbanden, maar ik denk dat hun rol zeker niet kan worden onderschat. Ze hebben ook een heel goed werkend systeem, waarbij ze de aanwezigheid van de nesten ook doorgeven aan Europa. Dat is ook een verplichting. Dat gebeurt via Vespa-Watch. Ik weet niet hoe dat in de toekomst zal gebeuren. Zal dat nog altijd via het Vlaams Bijeninstituut zijn, of wordt dat overgenomen in het kader van de nieuwe regeling die men ter zake wil aanvatten?
Algemeen gesproken, het thema leeft echt wel bij de mensen, en ook bij de lokale besturen. Wij hebben ook in onze stad een aantal lokdozen ter beschikking gesteld van inwoners. Die waren in een-twee-drie de deur uit. De mensen willen dus ook hun duit in het zakje doen. Sommige steden geven zelfs financiële tegemoetkomingen als men een nest vindt en laat vernietigen. Zou Vlaanderen de lokale besturen kunnen ondersteunen om die preventie en opsporing bij de mensen te faciliteren?
Er is nog een ander element. Ik ben ook voorzitter van de Ieperse brandweerzone. Ik heb vastgesteld dat de federale subsidie voor de verdelging van de Aziatische hoornaar is weggevallen, tenzij mijn informatie verkeerd is. Dat is toch wel opmerkelijk. Nu moet een particulier die de Aziatische hoornaar laat verdelgen, dus blijkbaar betalen aan de brandweerzones. Ik vroeg me af of u eventjes bij uw federale collega kunt horen hoe het daarmee zit, want dit is toch wel bijzonder jammer, zeker nu de nood zo hoog is. Het is niet veel, ik denk dat het 60 euro of zo is, maar als je iedereen mee aan boord wilt hebben, waarom moet die subsidie dan wegvallen? Telefoneer dus even naar de overkant van de straat, zodat de bestrijding van de Aziatische hoornaar op een heel laagdrempelige manier door iedereen, door alle mensen in de samenleving, mee kan worden aangepakt.
De heer Steenwegen heeft het woord.
Minister, ik begrijp dat er wijzigingen in de aanpak zijn. Ik betreur echt wel dat er hierover veel overleg moet plaatsvinden en dat er blijkbaar onenigheden zijn over budgetten en wie wat mag of moet doen. Dit is immers echt een probleem. In 2021 zijn er 125 nesten verdelgd, in 2022 1250. Dit jaar zitten we al aan een hoger aantal dan vorig jaar. Dat gaat echt exponentieel. Het is ook belangrijk dat er snel in het seizoen wordt ingegrepen. Ik volg de vraagstelling ter zake van collega Talpe. In een eerste fase zijn de nesten klein, maar in een tweede en derde fase krijg je veel grotere nesten, die veel moeilijker te verdelgen zijn en ook veel hoger, dus moeilijker bereikbaar zijn. Het is dus nu dat we echt alles op alles zouden moeten zetten wat die verdelging betreft. Ik begrijp niet waarom dit niet vlotter kan gaan. Iedereen is blijkbaar overtuigd van de ernst van de situatie, iedereen ziet ook in welke bedreiging dit kan zijn en toch vindt men het nodig om daar eigenlijk wat ruzie – als ik het zo mag zeggen – over te maken. Ik vind dat echt een heel spijtige zaak en ik denk dat we dat zeer zwaar zullen moeten bekopen, want dit gaat echt de verkeerde kant op.
De heer De Roo heeft het woord.
Collega Steenwegen, ik ben enigszins verbaasd dat u die discussie drie weken geleden niet hebt aangezwengeld in de commissie Leefmilieu, waar u toch ook regelmatig aanwezig bent. We hebben toen de discussie gehad met minister Demir, die aangaf dat er inderdaad overleg was geweest en dat er pas tegen de zomer een plan zou zijn, wat laat is. Ook gaf ze aan dat er in meer middelen is voorzien voor de bestrijding van de Aziatische hoornaar, maar dat ze die middelen voornamelijk op de natuurgebieden oriënteert. Ik denk dat dat een knelpunt is: de Aziatische hoornaar zal zich immers natuurlijk niet laten leiden door een afbakening tussen natuurgebied en niet-natuurgebied. Ik denk dus dat er werk is voor de lokale besturen om via hun brandweerdiensten, via Vespa-Watch in te zetten op de verwijdering van die nesten, want als er per nest een paar tientallen jonge koninginnen uitvliegen, dan krijgen we op den duur een probleem zoals dat in Frankrijk bestaat. Vanuit de imkerij zal er wel aan de kasten worden ingegrepen, zal men zich daarmee bezighouden, maar dit zal natuurlijk wel een impact kunnen hebben op het wildebijenbestand. Ik denk dus dat er ook een goede afstemming nodig is. Minister, ik hoop dat minister Demir snel werk maakt van dat beheerplan, zodat dat snel kan worden uitgerold, en dat u dan vanuit uw rol, vanuit de imkerij daar ook de nodige ondersteuning aan kunt geven.
Minister Brouns heeft het woord.
Collega De Roo, dank u wel voor de mooie samenvatting. De ernst mag en kan inderdaad niet worden onderschat. Wat mij betreft, is dat ook niet het geval, maar er is nu eenmaal een verdeling, en die zal zich ook wel uiten in het plan op zich. Ik denk dat wij maximaal onze rol moeten spelen en onze verantwoordelijkheid zullen nemen om de imkers maximaal te ondersteunen. Van het budget van 423.000 euro gaat er 100.000 specifiek naar de bestrijding daar. Dat is toch niet onbelangrijk. Ik denk ook dat het Vlaams Bijeninstituut daar blijvend bij moet en zal worden betrokken. Voor de lokale besturen, die natuurlijk voor van alles en nog wat verantwoordelijk zijn, zijn er middelen om daar ook projectmatig mee aan de slag te gaan. Op die manier kunnen zij ook worden ondersteund, kunnen ze samen met de lokale imkervereniging projecten opzetten daarrond. Dat kan een thema zijn.
Ik begrijp dat de retributie op het niveau van de brandweer verschilt van zone tot zone. Dat kan een aandachtspunt zijn. Ik kan mijn collega daar eens over aanspreken als blijkt dat daar in het verleden financiering voor was en nu niet meer. We weten echter allemaal dat heel wat diensten van onze brandweerzones ten aanzien van particulieren betalend zijn geworden. Ik denk dat het vooral een lokale politieke, beleidsmatige keuze is in hoeverre je dat al dan niet doorrekent.
Concluderend, we zijn ons zeer bewust van de problematiek. Ik word daar ook heel regelmatig op aangesproken. We zullen er dus alles aan doen om dat zo snel mogelijk in te dijken.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Voorzitter, Albert Einstein zei dat als de bijen uitsterven, ook de mens sterft. Ik denk dat alle collega’s hier het aanvoelen met mij delen dat we het probleem, dat structureel en heel nijpend is, echt wel moeten aanpakken. Ik pleit nogmaals voor een heel goede coördinatie, ook al is er nu een zekere splitsing of verdeling en moeten we nog eventjes wachten op de beheerregeling. Ik wil terugkomen op mijn actuele vraag in de plenaire vergadering. Ik heb toen gevraagd dat men de vinger aan de pols zou houden op het terrein, bij de Imkersbond, bij het Vlaams Bijeninstituut, en ook bij diverse onderzoekers aan onze universiteiten die daar ook mee bezig zijn. Er zijn heel wat mensen op het terrein. Ik denk dat er nu in totaal tienduizend imkers zijn. Vorig jaar hebben er zich nog meer dan achthonderd geregistreerd. Dat zijn allemaal mensen met heel veel passie voor wat ze doen. Zij zijn ook allemaal geëngageerd. We moeten alle neuzen in dezelfde richting krijgen, op een positieve manier, niet van ‘wie moet er nu wat doen’, terwijl men voelt dat er geen coördinatie is. Ik denk dat het op dat vlak wel strakker kan.
Wat de betaling voor de brandweerzone betreft, ik dacht dat dat voor alle zones hetzelfde was, maar zal nog eens nagaan of dat per brandweerzone is. Blijkbaar is dat recent gewijzigd. Ik zal dat nog eens moeten nagaan, en ervoor zorgen dat dat in onze zone niet betalend is voor onze inwoners.
De vraag om uitleg is afgehandeld.