Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Vraag om uitleg over de beroepskwalificaties eventhulpverlener, ambulancier niet-dringend patiëntenvervoer en hulpverlener-ambulancier
Verslag
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
De Vlaamse Regering erkende op 6 mei 2022 de beroepskwalificaties voor eventhulpverlener, ambulancier niet-dringend patiëntenvervoer en hulpverlener-ambulancier.
Op vraag van de sector werden er vervolgens, op basis van deze beroepskwalificaties en na gunstig opportuniteitsadvies van de onderwijsoverheid, drie voorstellen voor nieuwe opleidingsprofielen voor het volwassenenonderwijs ontwikkeld.
Deze opleidingen zijn uiteraard noodzakelijk opdat kandidaten zouden kunnen voldoen aan de kwalificatievereisten om deze beroepen te kunnen uitoefenen en een visum te verkrijgen van de bevoegde overheid.
De opleidingsprofielen werden, conform de geldende regelgeving, ter goedkeuring bij u, minister, ingediend op 15 februari jongstleden met het oog op de verdere besluitvorming binnen de Vlaamse Regering. U besliste evenwel dat deze drie dossiers ‘on hold’ gezet moesten worden, met de belofte werk te zullen maken van gesprekken tussen het Vlaamse en federale niveau. Het dossier zou dan in een volgende onderhandelingsronde kunnen worden meegenomen.
Binnen de sector brengt deze situatie heel wat ongerustheid teweeg. In het bijzonder voor de opleiding ambulancier niet-dringend patiëntenvervoer is de situatie precair: sedert 31 augustus 2022 kunnen er geen voorlopige erkenningen meer worden aangevraagd en kan men enkel nog een definitief visum verkrijgen na het volgen van een opleiding die aan alle inhoudelijke voorwaarden voldoet en die wordt aangeboden door een onderwijsinstelling of opleidingsverstrekker opgericht, gesubsidieerd of erkend door de gemeenschappen.
Als de opleiding in het volwassenenonderwijs in september 2023 niet kan starten, dreigen meer dan zevenhonderd ambulanciers niet-dringend patiëntenvervoer met een voorlopig visum hun erkenning te verliezen en kunnen er ook geen nieuwe erkenningen worden aangevraagd.
Daarom heb ik volgende vragen, minister.
Wat zijn uw plannen met betrekking tot deze voorstellen van opleidingsprofielen voor het volwassenenonderwijs?
Welke acties zult u ondernemen om deze nieuwe opleidingen van start te kunnen laten gaan op 1 september 2023, in het bijzonder de opleiding ambulancier niet-dringend patiëntenvervoer?
Wat is op dit moment de stand van zaken wat de gesprekken met de federale overheid betreft?
Binnen welke termijn verwacht u een oplossing te kunnen bieden?
De heer Danen heeft het woord.
Ik heb een analoge vraag.
Uw Vlaamse Regering erkende op 6 mei van vorig jaar de beroepskwalificaties eventhulpverlener, ambulancier niet-dringend patiëntenvervoer en hulpverlener-ambulancier.
De vervolgstap was logisch. Er werden drie voorstellen voor nieuwe opleidingsprofielen voor het volwassenenonderwijs ontwikkeld. Dit was toen op uitdrukkelijke vraag van de sector. Ook uw onderwijsadministratie gaf een gunstige opportuniteitsbeoordeling. De kaarten lagen op dat moment dus gunstig.
Het belang hiervan kan niet overschat worden. Deze opleidingen zijn noodzakelijk om kandidaten van de nodige kwalificatievereisten te voorzien. Dat is evident, maar blijkbaar is het toch nodig dat hier nogmaals te benadrukken.
Ondertussen werden ook de nodige tussenstappen gezet. Groot was dan ook onze verbazing toen u besliste deze drie dossiers voorlopig stop te zetten. Dit kan op weinig begrip rekenen binnen de sector. Dat hebt u wellicht ook al vernomen. In het bijzonder voor de ambulancier niet-dringend patiëntenvervoer is de situatie precair: sedert 31 augustus 2022 kunnen geen voorlopige erkenningen meer worden aangevraagd, en kan men enkel nog een definitief visum verkrijgen na het volgen van een opleiding die aan alle inhoudelijke voorwaarden voldoet en die wordt aangeboden door een onderwijsinstelling of opleidingsverstrekker opgericht, gesubsidieerd of erkend door de gemeenschappen.
Als er niet snel een oplossing komt, dreigen meer dan zevenhonderd ambulanciers niet-dringend patiëntenvervoer met een voorlopig visum hun erkenning te verliezen. Daar komt nog bij dat er ook geen nieuwe erkenningen worden aangevraagd.
Ik heb hierbij de volgende vragen.
Welke acties onderneemt uw kabinet om deze nieuwe opleidingen van start te kunnen laten gaan op 1 september 2023, al over een paar maanden dus, in het bijzonder de opleiding ambulancier niet-dringend patiëntenvervoer?
Wat is de stand van zaken van het overleg met de federale overheid?
Binnen welke termijn kunnen we van u verwachten een oplossing te krijgen?
Minister Weyts heeft het woord.
U weet dat nieuwe opleidingen in het volwassenenonderwijs altijd aan de Vlaamse Regering voorgelegd worden ter erkenning, maar dat het altijd de bedoeling is dat die opleidingen ook breed gedragen zijn door het onderwijs en het werkveld. Pas bij de indiening van de drie opleidingsprofielen van de prehospitaalberoepen door de pedagogische begeleidingsdiensten, bleek dat er vanuit de provincies heel wat voorbehoud gemaakt werd bij het aanbieden van de opleiding hulpverlener-ambulancier door het CVO. Maar men maakte ook voorbehoud bij de twee andere onderliggende opleidingsprofielen, namelijk eventhelper en ambulancier niet-dringend patiëntenvervoer. Momenteel zijn enkel door de federale overheid erkende provinciale opleidingscentra gemachtigd om de opleiding tot hulpverlener-ambulancier, de derde opleiding op de ladder dus, in te richten. Die worden ook gefinancierd met federale middelen. Bovendien zijn er in de federale regelgeving vereisten vastgelegd waaraan de opleidingscentra qua personeelinfrastructuur moeten voldoen vooraleer ze de opleiding hulpverlener-ambulancier mogen aanbieden. We kunnen die opleiding hulpverlener-ambulancier dus niet zomaar goedkeuren, omdat we dan onze Vlaamse bevoegdheid overschrijden. Zoals gezegd bevinden ook de nodige middelen zich op federaal niveau.
De drie opgestelde opleidingsprofielen bouwen inhoudelijk op mekaar voort en gaan er ook van uit dat de twee onderliggende opleidingen, de eventhelper en de ambulancier niet-dringend patiëntenvervoer, een vrijstelling opleveren voor de derde trap in de ladder, zijnde de hulpverlener-ambulancier. Als we een van de drie profielen loskoppelen, dan levert dat inhoudelijke vragen op. Na het overleg dat mijn administratie en mijn kabinet met hen hadden, zaten de onderwijsverstrekkers ook niet meer op dezelfde golflengte over de organisatie en de inhoud van die profielen. Daarom heb ik de keuze gemaakt om de drie opleidingsprofielen on hold te zetten, tot er meer duidelijkheid is over wie bevoegd is om welke opleiding aan te bieden, en tot de neuzen een beetje in dezelfde richting staan. Zowel de administratie als mijn kabinet hebben daarom al contact opgenomen met de FOD Volksgezondheid en het kabinet Volksgezondheid. We doen dat ook in nauw overleg met de collega’s van Welzijn. We zitten daar op één lijn. Ik kan al zeggen dat er ter zake nog deze maand overleg is voorzien.
Ik wil echt vermijden dat er door vele betrokkenen werk gemaakt wordt van het inrichten van opleidingen in het volwassenenonderwijs die dan mogelijk al onmiddellijk weer moeten worden stilgelegd. Door in gesprek te gaan met Volksgezondheid wil ik eerst zicht krijgen op de huidige bepalingen van federale regelgeving maar ook op mogelijke wijzigingen die momenteel in de pijplijn zitten. Op juridisch vlak moeten we zorgen voor rechtszekerheid.
Afhankelijk van de voortgang van die besprekingen zal ik de dossiers van de opleidingsprofielen terug opnemen. Het is niet zo dat dit voor mij een showstopper is. Jullie weten dat men binnen het volwassenenonderwijs tweemaal per jaar voorstellen kan indienen. Dat kan voor 15 september, met een opstart in februari, of voor 15 februari, met een opstart in september.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Bedankt voor uw antwoord, minister. Ik hoor bereidheid om dit echt goed te doen landen, en ik vertrouw daar ook op.
Ik wil toch wel aangeven dat het voor onze fractie belangrijk is. Deze opleidingen zijn van belang voor de veiligheid van alle burgers, ook om zeer kwetsbare mensen een goede verzorging te bieden op een goede manier. De toegankelijkheid van die opleidingen is voor ons cruciaal. Men werkt met een modulair systeem, waarbij er vrijstellingen verkregen kunnen worden voor het volgen van die opleidingen. Ik denk dat het belangrijk is dat we de drempels zo laag mogelijk houden. Bij de opleiding hulpverlener-ambulancier, die enkel aangeboden wordt via de provinciale scholen voor hulpverleners, zijn er een aantal voorwaarden verbonden in verband met hoe ver in afstand van elkaar die opleidingen aangeboden worden. Ook de drempels qua voorwaarden zorgen ervoor dat er daar toch wel problemen van toegankelijkheid zijn.
Het is vooral belangrijk om de tijdelijke erkenning ook zo maximaal mogelijk te laten omzetten naar definitieve erkenning. Ik hoorde dat er een module zou bestaan waardoor men via veertig uur die switch kan maken. Dat moet zeker ook meegenomen worden.
De mensen die meegewerkt hebben aan de opleidingsprofielen, hebben in elk geval al heel veel werk verzet. Ik hoop dat de samenwerking tussen de centra voor volwassenenonderwijs en de sector zelf op die manier verder een boost kan krijgen, want nu zit men te wachten op antwoorden. Ik hoop dat die heel snel gegeven kunnen worden, vooral in verband met de bereidheid om voor de veertigurenopleiding de tijdelijke erkenning om te zetten naar een definitieve.
De heer Danen heeft het woord.
Bedankt voor uw antwoord, minister, maar er blijven toch nog wel wat problemen hangen. Dat hebt u zelf ook al gezegd.
Ik heb twee bijkomende vragen. In mijn initiële vraag heb ik al naar voren geschoven dat er vandaag meer dan zevenhonderd ambulanciers niet-dringend patiëntenvervoer zijn die een voorlopig visum hebben en die dreigen hun erkenning te verliezen. Wat gaat u voor hen doen? Collega Vandromme vroeg er daarnet ook al naar. Ik denk dat het van belang is dat we ervoor zorgen dat die mensen, die allemaal graag willen werken in de hulpverlening, kunnen doorgaan met hun werkzaamheden, goed gevormd en geschoold natuurlijk. Op dit moment is dat nog altijd niet in orde. Mijn vraag is dus: wat gaat u daarvoor doen?
U hebt gezegd dat u deze of volgende maand nog een overleg hebt met het federale niveau, maar als we op 1 september willen starten, dan is de tijd kort. Denkt u dat dat ene overleg zal volstaan om tot een oplossing te komen? Indien dat niet het geval is, dan zegt u eigenlijk dat die opleidingen niet op 1 september kunnen starten. Dreigt dat te gebeuren? Volgens mij moeten we er alles aan doen om ervoor te zorgen dat die opleidingen in ons volwassenenonderwijs van start kunnen gaan.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik hoop snel op uitklaringen op grond van het overleg met onze federale collega’s inzake de regels en de vereisten zoals die vandaag bestaan, maar ook over wat men ter zake wil wijzigen. Of we het nu graag hebben of niet, er is een verstrengeling van het Vlaamse en het federale niveau op dit vlak. De beslissing van de ene heeft impact op het beleid van de andere. Daar moeten we toch eens goed zien wat ook de toekomstige evoluties zouden zijn.
Intussen moet ik wel wat corrigeren. Het cijfer van zevenhonderd slaat op ambulanciers. Als het gaat over het niet-dringend patiëntenvervoer, dan gaat het vandaag volgens de data die ik heb, over 27 personen.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Ik verneem dat de nieuwe opleidingsprofielen binnenkort op de agenda van de regering komen. Ik hoop echt dat het juridisch, technisch kluwen uitgeklaard kan worden, zodat ambulancier en de twee andere opleidingen ook nog toegevoegd kunnen worden aan het lijstje. Minister, in elk geval is het belangrijk voor de veiligheid van alle burgers dat dit snel uitgeklaard wordt en dat we op die manier ook de problemen en de toegankelijkheidsdrempels die er zijn voor wie wil starten als ambulancier of als hulpverlener, zo beperkt mogelijk houden. We kijken uit en we volgen verder op.
De heer Danen heeft het woord.
Het is niet omdat het moeilijk is dat er geen oplossing kan komen. Ik hoop dus dat er snel een oplossing kan komen, dat die opleidingen echt kunnen starten. Ik hoop ook dat alle niveaus die betrokken zijn, hun uiterste best zullen doen en zich ook welwillend zullen opstellen.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.