Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
De nieuwe Italiaanse premier Giorgia Meloni kondigde reeds in haar verkiezingscampagne aan de aanval in te zetten op lgbtqi+-rechten. In oktober kwam ze met haar extreemrechtse partij aan de macht en meteen stonden de lgbtqi+-rechten er nog meer onder druk. Italiaanse gemeenten mogen bijvoorbeeld niet langer sommige kinderen van lgbtqi+-koppels registreren. Enkel de biologische ouder wordt nog wettelijk erkend, waardoor de geboorteakte van een kind van twee vaders dat in het buitenland geboren is, of van een kind van twee moeders, in Italië geboren maar met kunstmatige inseminatie in het buitenland, niet langer aanvaard wordt.
Dit zorgt ervoor dat de niet-biologische ouder geen enkel recht heeft op het kind. Bij het overlijden van de biologische ouder kan het kind daardoor toegewezen worden aan andere familieleden of pleegzorg. De niet-biologische ouder mag het kind ook niet meer alleen van school halen of een medische behandeling toestaan zonder de geschreven toestemming van de biologische ouder. Ze kunnen enkel nog rechten krijgen via een speciale procedure om stiefkinderen te adopteren, maar dat is een erg lange en dure procedure.
Dit heeft een enorme impact op de levens van lgbtqi+-koppels. Dit is niet enkel een discriminatie van homokoppels, maar in de eerste plaats ook van hun kinderen. Het Europees Parlement is ervan overtuigd dat dit een schending van kinderrechten is.
Ook de wet op het draagmoederschap wordt mogelijk verstrengd. Draagmoederschap op zich was reeds verboden in Italië, maar nu zou het ook onmogelijk worden gemaakt dat koppels naar landen zouden gaan waar draagmoederschap wel is toegelaten. Een wetsvoorstel ligt daarvoor klaar.
Italië is nooit echt voorloper in lgbtqi+-rechten geweest: het homohuwelijk is er niet erkend en gewone adoptie en kunstmatige inseminatie zijn er verboden voor lgbtqi+-koppels. Nu staan de weinige rechten die ze hadden nog meer onder druk.
Minister-president, veroordeelt u deze aanval op de lgbtqi+-rechten in Italië?
De Vlaamse Regering heeft een diplomatiek vertegenwoordiger in Italië. Zal hij deze bezorgdheden overbrengen aan de Italiaanse regering of heeft hij dat reeds gedaan? Zo ja, wat was de reactie hierop? Zo neen, waarom niet?
Wordt er, net zoals het Europees Parlement dat gedaan heeft, op aangedrongen om de beslissingen terug in te trekken?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Lambrecht, ik zal uw vragen gebundeld beantwoorden. Laat mij starten met te zeggen dat het natuurlijk elke lidstaat vrij staat om, binnen het kader dat Europese en internationale regelgeving schetst, zelf op democratische wijze vorm te geven aan de nationale wetgeving. Ik weet dan ook niet of het aan mij is om andere regeringen hiervoor te veroordelen.
Dat gezegd zijnde, mag het natuurlijk duidelijk zijn dat de nieuwe lijn die de Italiaanse regering hier uitzet, niet de onze is. De Vlaamse Regering voert al jaren een gelijkekansenbeleid rond lgbtqi+-personen. Dit beleid vond zijn neerslag in het ‘Horizontaal Integratie- en Gelijke Kansenbeleidsplan 2020-2024’. Ook in het Vlaams buitenlands beleid blijf ik aandacht besteden aan de mensenrechten van de lgbtqi+-gemeenschap, onder andere via de diplomatieke vertegenwoordigers op post.
Vanuit die optiek volgt onze diplomatieke vertegenwoordiger in Rome deze evolutie natuurlijk ook op de voet. Ze is hierover in contact met andere Europese ambassades en met organisaties in het Italiaanse middenveld. Ik geef ook graag mee dat onze diplomatieke vertegenwoordiging al verschillende jaren een cultureel festival steunt dat georganiseerd wordt door Il Cassero, een van de grote lgbtqi+-verenigingen van Italië.
Tot slot licht ik ook graag toe dat op EU-niveau gewerkt wordt aan een aantal initiatieven die hier mogelijk relevant zijn. De Europese Commissie heeft een lgbtqi+-strategie voor de periode 2020-2025 die alles in het werk stelt om homofobie en discriminatie op basis van seksuele geaardheid, genderidentiteit en seksekenmerken te bestrijden en ervoor zorgt dat de rechten van de lgbtqi+-gemeenschap in alle EU-lidstaten beschermd worden.
Op Europees niveau werkt men daarnaast aan een verordening over de erkenning van ouderschap. Hiermee wil men op EU-niveau de harmonisatie verhogen omtrent de erkenning van ouderschap in navolging van uitspraken van het Europees Hof van Justitie om het recht op vrij verkeer van personen in de Unie te kunnen garanderen, ook voor ouders van hetzelfde geslacht.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister-president, was ik in het verleden steeds heel tevreden over uw antwoorden als het over het thema ‘liefde is liefde voor iedereen’ en lgbtqi+-rechten ging, dan schrik ik nu toch een beetje. We hebben het hier over mensenrechten, over de basisrechten van de Europese Unie. We hebben met deze commissie, en met u, al heel erg tegen andere landen geprotesteerd. Ik denk bijvoorbeeld aan Oeganda, waar men op een niet-democratische wijze omgaat met de rechten van de lgbtqi+-gemeenschap. Ik denk dat wat Meloni nu doet in Italië, even erg is. Het is een echte aanfluiting van wat kan in een democratie en wat niet. Zij is uiteraard verkozen, zij kan wetten opstellen, zij heeft een meerderheid, maar haar nieuwe lijn is niet de onze, zegt u. Het zou wat meer mogen zijn dan een diplomatieke vertegenwoordiger die het thema opvolgt en volgt wat er gebeurt. Ik heb mijn bedenkingen.
Omdat het een Europees land is, brengen we niet eens de bezorgdheden van de Vlaamse Regering over dit thema aan de Italiaanse regering over. Kunt u mij uitleggen waarom we die bezorgdheden wel overbrengen als het over niet-EU-landen gaat, waar misschien minder belangen spelen, dan bij een EU-land niet zo ver van ons dat regelrecht de lgbtqi+-rechten aanvalt?
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Ik wil hier ook onze bezorgdheid uiten. We hebben het hier al over de verkiezingsoverwinning gehad en de mogelijke gevolgen voor de lgbtqi+-rechten. We weten ook dat onze meningen rond abortus verschillen.
We hebben in juni vorig jaar een resolutie goedgekeurd in het Vlaams Parlement om de lgbtqi-vrijheidszone Europees te gaan beschermen en versterken. Er werd toen gesproken over Hongarije en Polen, maar ook Italië werd daar toen al aangehaald. We zien nu dat de realiteit toont dat die resolutie belangrijk is. Ik zou willen vragen dat we die echt ter hand nemen en ermee aan de slag gaan. We moeten heel goed opvolgen wat er in Europa gebeurt, want ook wij zijn bezorgd.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Ik heb, denk ik, duidelijk gezegd dat de lijn die Italië bewandelt, niet de lijn is van de Vlaamse Regering. Anders gezegd, we zullen zeker onze standpunten toelichten.
Maar u vroeg mij om te veroordelen wat in een andere lidstaat op een democratische manier tot stand kwam. Dit is geen uitschuiver van de regering, het wordt ook door het parlement opgevolgd. In een democratie heeft het parlement het laatste woord. Dat is het uitgangspunt. Die zaken gebeuren op een democratische manier. U moet ook niet vergeten dat er in een Europese context altijd landen frontrunner zijn en landen waar het een stuk moeilijker ligt. Ik vind dat we dat moeten respecteren. België is, samen met Nederland, een van de frontrunners in die problematiek en in de gelijkschakeling van de lgbtqi+-rechten. In Europa is dat plaatje wat diverser.
Er is een groot verschil met Oeganda, waar er geweld tegen die mensen wordt gebruikt. Hier gaat het bij mijn weten niet over geweld maar over een besluitvorming in een parlementaire democratie. Ik stel er me vragen bij of het dan aan ons toekomt om dat te veroordelen. De dag dat er in Italë geweld tegen die mensen wordt gepleegd, dan zitten we natuurlijk in een ander debat.
Mevrouw Lambrecht heeft het slotwoord.
Minister-president, inderdaad, je hebt fysiek geweld, maar er is ook geweld van een ander niveau. Ik vind het ook een vorm van geweld als men de mensen van lgbtqi+-geaardheid op deze manier wenst te treffen. Men ontzegt hun een kinderwens. U zegt dat er in Europa landen zijn die sneller gaan en landen die trager gaan. Dat is allemaal wel waar, maar u gaat altijd prat op het onafhankelijk Vlaanderen. Dan ga ik er ook van uit dat u namens dat onafhankelijk Vlaanderen dat u zo graag wilt, ook onafhankelijk zou kunnen zeggen dat u het niet oké vindt wat er momenteel in Italië gebeurt.
U hebt het over frontrunners, maar zij zijn achteruit aan het gaan. En dat gebeurt inderdaad door een regering die democratisch is verkozen.
Ik mis hier echt de veroordeling vanuit Vlaanderen tegenover de omgang met lgbtqi+-mensen. We moeten dat niet alleen doen voor de landen buiten de EU. U zou de moed moeten hebben om ook in landen waarmee u misschien belangrijke handelsbetrekkingen hebt, te durven zeggen dat het niet oké is.
De vraag om uitleg is afgehandeld.