Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand en Dierenwelzijn
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Als Vlaams-Brussels nieuwsmedium vormt BRUZZ een belangrijke pijler van het beleid van de Vlaamse Regering die een versterking van de banden tussen Vlaanderen en zijn hoofdstad beoogt. Voor vele Vlamingen – en in het bijzonder Brusselse Vlamingen – biedt BRUZZ een blik op de hoofdstad, en dat in het Nederlands. Het spreekt dan ook voor zich dat het belangrijk is om het Nederlandstalig karakter van BRUZZ te beschermen. Het is immers een van de weinige Nederlandstalige nieuwskanalen die zich focust op Brussel, toch onze hoofdstad. Daarom werd er in oktober 2021 een taalcharter opgesteld dat het gebruik van talen door BRUZZ regelt. In dat charter is duidelijk gekozen voor een bescherming van het Nederlands en dat is ook terecht, gelet op de steun die het krijgt van de Vlaamse overheid.
Toch laat het taalcharter ook ruimte voor het gebruik van andere talen, zoals Frans of Engels. Zo vermeldt het charter dat er ruimte is voor meer- of eentalige anderstalige advertenties, beperkt tot een quotum van 20 procent. Over het nut daarvan werd in het verleden gedebatteerd in het Vlaams Parlement. Ik heb daar mijn bedenkingen bij, want ik zie in geen enkele Franstalige krant ook maar een advertentie in het Nederlands.
Recent verscheen er in de gedrukte krant van BRUZZ – en dat is maar een voorbeeld – een tweetalige advertentie die mij in mijn overtuiging heeft gesterkt dat het huidige taalcharter niet streng genoeg is en bepaalde uitwassen toelaat. Het ging met name om een advertentie van een vastgoedkantoor dat in het Nederlands en het Frans reclame maakt voor een nieuwe residentiële ontwikkeling, niet in Brussel maar in Vilvoorde. Het gaat dus met andere woorden om een tweetalige advertentie om vastgoed te kopen in de Vlaamse Rand, en dit in een door de Vlaamse overheid ondersteund nieuwsmedium. Het staat vast dat deze reclames bijdragen aan de verfransing van de Rand, een fenomeen waarover toch wel grote bezorgdheid bestaat.
U hebt ongetwijfeld ook de beleidsnota en toelichting van minister Weyts erop nagelezen, waarin u kunt vaststellen dat een betere kennis van het Nederlands juist een pijler is van zijn beleid, en dus ook van deze Vlaamse Regering.
Ik vind het dan ook bijzonder dat niemand op de BRUZZ-redactie de bedenking heeft gemaakt dat de publicatie van een dergelijke advertentie in het Frans niet alleen ongepast is, maar ook ingaat tegen de maatschappelijke rol die van BRUZZ verwacht wordt. Uit dit voorbeeld – en ik zeg dat het een enkel voorbeeld is, ik heb er nog een reeks andere teruggevonden – kan worden afgeleid dat het taalcharter niet ver genoeg gaat.
Minister, hoe evalueert u die beslissing die vastgoed in de Vlaamse Rand aanprijst in het Nederlands en het Frans? Acht u dit verenigbaar met de rol die van BRUZZ verwacht wordt? Namelijk het versterken van de band Vlaanderen-Brussel en het promoten van het Nederlands.
U hebt het taalcharter verdedigd, ik herinner me ons debat daarover nog goed. Bent u nog steeds van mening dat het huidige taalcharter voldoende is of denkt u dat er een verstrenging kan zijn, bijvoorbeeld wat de publicatie van meertalige of anderstalige advertenties betreft?
Minister Dalle heeft het woord.
Bedankt voor de vraag, collega.
Zoals u weet, hecht ik heel veel belang aan het Nederlands als verbindende kracht in Brussel vanuit Vlaanderen. Binnen mijn bevoegdheid zijn er enkele sterke partners die deze kracht dagelijks inzetten om zoveel mogelijk Brusselaars te bereiken en BRUZZ is daarin een geprivilegieerd partner en bondgenoot. Eind 2021, op 15 december om precies te zijn, hielden we in deze commissie een geanimeerde discussie over het taalcharter van BRUZZ, dat overigens ook door de raad van bestuur van BRUZZ unaniem werd goedgekeurd.
Vandaag is er die vraag over een tweetalige advertentie die vastgoed in de Vlaamse Rand aanprijst. Ik denk dat dat een ongelukkig voorval, misschien een inschattingsfout bij BRUZZ is. Dat die tweetalige advertentie zou bijdragen aan de verfransing van de Vlaamse Rand vind ik daarentegen een niet-onderbouwde uitspraak.
In uw eerste vraag peilt u naar de verenigbaarheid met de maatschappelijke rol van BRUZZ. De kernopdracht van BRUZZ als regionale mediaorganisatie bestaat erin een bijdrage te leveren tot het informatie-, communicatie-, en promotiebeleid van de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) in Brussel. Mijns inziens slaagt BRUZZ hier zeker in met zijn redactionele invulling via zijn verschillende mediadragers. BRUZZ heeft ruime aandacht voor het Nederlandstalig stadsleven en het Vlaamse beleid en spreekt, met een beperkt gebruik van Engels en Frans, ook anderstalige doelgroepen aan, steeds met die focus op de centrale rol van het Nederlands.
Het taalbeleid of taalcharter bepaalt onder andere ook hoe de marketing- en advertentieafdeling omgaat met andere talen. Er is de mogelijkheid om ook anderstalige advertenties toe te staan in combinatie met verschillende talen, en daarvoor worden ook quota bepaald. Ik heb de bewuste advertentie niet gezien, maar er is geen aanwijzing dat de redactie van BRUZZ die zelfopgelegde restricties niet correct opvolgt.
Als antwoord op uw tweede vraag: ik ben niet de mening toegedaan dat het taalcharter – dat zoals gezegd unaniem werd goedgekeurd door de raad van bestuur – moet worden verstrengd.
De aangehaalde tweetalige advertentie is een spijtig voorval als je dit in relatie plaatst met het beleid dat de Vlaamse Regering voert in de Vlaamse Rand. Eenzelfde tweetalige advertentie voor een nieuwe projectontwikkeling in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zou allicht niet aan een gelijkaardige politieke gevoeligheid raken, toch niet wat mij betreft.
We moeten ook beseffen dat het voeren van een advertentiebeleid in de schoot van een regionale mediapartner vooral gericht is op het verwerven van fondsen en de koppeling naar het beleid op dat moment begrijpelijkerwijze niet de focus is. Het is een ongelukkig voorval en in de toekomst houdt BRUZZ best wat meer rekening met die politieke gevoeligheid en met de gevoerde beleidslijnen. Ik weet ook dat ze dat zullen doen. Dank u wel.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Bedankt, minister, voor uw toch wel duidelijke stellingname. U noemt het een ongelukkig voorval en een inschattingsfout. Wat mij betreft, gaat het wel degelijk in tegen het taalcharter, maar dat is natuurlijk niet de eerste vraag die ik daarover heb gesteld. Ik kom even terug op een verslag en toen had u het over een menselijke fout. Vandaag kan ik niets anders dan vaststellen dat dergelijke inschattingsfouten, ongelukkige voorvallen blijven gebeuren en vorige keer was het zelfs een inbreuk op de taalwetgeving. Nu is dat nog meer verregaand. Ondertussen heb ik de meest recente versie van de bijlage BRUZZ Select – wat u eveneens kent –, waarin heel wat culturele initiatieven in Brussel worden aangeprezen. Het wordt omschreven als ‘cultural magazine’ en is in het Nederlands, Frans en Engels. Dat is dus de culturele bijdrage en dat is een volledig drietalig magazine geworden.
Dit is in mijn ogen opnieuw in strijd met het taalcharter, minister. Het taalcharter, waar ik kritiek op heb, wordt zelfs niet eens meer nageleefd. Men heeft steeds meer de bedoeling om, met geld dat komt van de Vlaamse overheid – ik kom er straks op terug: 8,1 miljoen euro op jaarbasis –, zich doodleuk niet meer te richten tot de Nederlandstalige, tot de Brusselse Vlamingen. Ze zeggen dan dat ze verdergaan en zich tot een ander publiek richten, alsof dat ander publiek op geen enkele andere manier informatie zou krijgen.
Ik stel opnieuw vast dat het door u telkens wordt omschreven als fouten, als ongelukkige voorvallen of inschattingsfouten. Wat mij betreft is het een doelbewuste strategie waarmee men u, minister, een neus zet. Men zet ook dit Vlaams Parlement een neus en vooral de investeerder, want zonder de Vlaamse overheid kan BRUZZ niet functioneren. Ze zullen het niet halen uit hun advertenties, daar kom ik straks nog op terug. BRUZZ zet u een neus, lacht met het taalcharter, doet zijn eigen goesting, houdt geen rekening met de aanbevelingen in de resolutie die we hier hebben gestemd of de samenwerkingsovereenkomst. Men doet gewoon zijn eigen zin.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Ik wil kort even tussenkomen. Dit doet me een beetje denken aan de reclame op de bussen van De Lijn. Ik geloof dat collega Laeremans daarover iets meer dan een jaar geleden uw collega, minister Peeters, heeft ondervraagd, omdat advertenties op Vlaams grondgebied op een bepaald moment in twee talen waren. Wij, Vlaams-Brabanders, staan daar kritisch tegenover omdat we de verdere verfransing van de Vlaamse Rand met lede ogen aanzien.
Uw collega heeft toen geantwoord dat het Lijncom was, een dochter van De Lijn, die de reclame op de bussen regelt. Zij vallen niet onder de taalwetgeving bestuurszaken. Dat heeft ze toen gezegd. We hebben toen gereageerd dat dat allemaal wel goed kan zijn, maar dat tweetalige boodschappen eigenlijk niet thuishoren in de Vlaamse Rand. Dit is natuurlijk een ander geval. Het gaat over reclame in de Vlaamse Rand, in het Frans, om er woningen of appartementen te kopen. We moeten daar toch wel voorzichtig mee zijn. Die boodschappen moeten, zoveel als mogelijk, in het Nederlands – of het op de bussen is of in BRUZZ – worden gebracht. Taalcharters zijn er inderdaad om nageleefd te worden. Uitzonderingen moeten kunnen, daar gaat het niet om. Maar dat moet men dan motiveren. Als je taallessen in het Nederlands wilt aanprijzen, doe je dat in allerlei talen, akkoord. Maar pure commerciële zaken, daar moeten we mee opletten.
Aan de andere kant, collega Vanlouwe, vind ik dat we BRUZZ misschien een beetje te veel eer aandoen door te zeggen dat ze de verfransing zwaar in de hand werken door dat ene voorval, dat de minister als een ongelukkig voorval heeft beschreven. Het is een ongelukkige keuze. Dat hebt u ook gezegd.
Het is goed dat we erop blijven letten. In die zin apprecieer ik dat de vraag wordt gesteld en dat we aan BRUZZ, evengoed als aan Lijncom, doorgeven dat we als Vlamingen die instellingen – als ik ze zo mag noemen – toch ruim subsidiëren. De Lijn krijgt heel veel middelen. BRUZZ krijgt veel middelen. Daar mag iets tegenover staan. Het Nederlands zou er, zoveel als mogelijk, in al hun communicaties als standaardtaal moeten worden gehanteerd. Ik sluit me dus een stukje aan, alleen is het misschien wat kort door de bocht, collega.
De heer Bex heeft het woord.
Ik kan de collega’s misschien wat geruststellen, maar als je in dit parlement oppositie voert, en de minister zegt dat er wellicht een inschattingsfout is gemaakt, dan is dat toch al een stevige mening die hij verkondigt. En dat is ook een soort richtlijn die hij aan BRUZZ geeft om daar in de toekomst een beetje mee op te letten, want we hebben dergelijke dingen liever niet.
Ik vind dat in dezen terecht, maar ik zou jullie toch ook willen oproepen om niet van een eenmalige – en mijn collega zal zeggen dat het niet eenmalig is – of van enkele beslissingen, die misschien als iets minder gelukkig beoordeeld kunnen worden, te maken dat BRUZZ de verfransing in de Vlaamse Rand moedwillig versterkt door een bepaald beleid. Dat gaat dan over de advertenties.
We kunnen het dan ook hebben over het taalgebruik in de publicaties van BRUZZ. Daar is een taalcharter dat een zeker compromis inhoudt waar wij ons op zich achter kunnen scharen. Maar ik denk wel – en dat is alleszins onze visie op Brussel – dat als je als Vlaamse overheid, als Vlaamse Gemeenschap, een bepaalde zichtbaarheid en ook een bepaald ‘outreachend’ beleid wilt voeren richting die heel diverse gemeenschap die Brussel is, dan moet je niet bang zijn van je eigen schaduw. In die zin is het voor Groen alleszins geen probleem dat bepaalde culturele aankondigingen, of zelfs een magazine daarrond, in drie talen gebeuren.
Sorry, maar dat is gewoon de toekomst. En niet het Frans, maar het Engels zal in de toekomst nog veel meer die rol als lingua franca overnemen in Brussel. Je kunt je daar als Vlaamse Gemeenschap voor willen afsluiten, of je kunt daar voor een stuk in meegaan. Ik denk dat het tweede de betere keuze is, maar altijd door het Nederlands ook centraal te plaatsen en natuurlijk zelfs voorop te plaatsen.
De heer Laeremans heeft het woord.
Ik wil nog kort aansluiten.
Ik kan mij grotendeels terugvinden in wat de heer Vanlouwe hierover heeft gezegd, zeker zo’n drietalig magazine is echt wel een brug te ver. Bij ons in de Rand heb je bijvoorbeeld de Randkrant waar men dan af en toe kleine stukjes publiceert in het Duits, in het Engels, in het Frans, en daar kan ik best mee leven. Dat zou men in BRUZZ dan ook moeten overnemen, maar de drie talen op dezelfde hoogte zetten, met Vlaams belastinggeld, kan voor ons echt niet. Als dus zelfs mensen uit de meerderheid dat al vaststellen, dan kan ik dat alleen maar beamen.
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u wel, collega’s, voor de opmerkingen.
Ten eerste, wat deze specifieke advertentie betreft, kan ik maar herhalen dat het inderdaad iets is wat in de toekomst best vermeden wordt. Ik denk dat het ook helder is wanneer er over projecten in de Vlaamse Rand geadverteerd wordt, dat het goed is dat het in de taal van het taalgebied gebeurt, in het Nederlands. Die gevoeligheid moet men hebben, en het is belangrijk dat men daar ook op toeziet. Het is formeel geen schending van het taalcharter, collega Vanlouwe, maar dat verandert de zaak op dat vlak niet zozeer.
Ik ga dan even in op een aantal opmerkingen. Ik moet zeggen dat ik wel mijn wenkbrauwen een paar keer heb moeten fronsen, wanneer het bijvoorbeeld gaat over BRUZZ Select, de cultuurcommunicatie. Als je kijkt waar we van komen, dan was er vroeger AGENDA bij BRUZZ Magazine. Dat was ook een drietalig magazine, en dat is zo omdat het over cultuurcommunicatie gaat. Onze Vlaamse cultuurinstellingen zijn vragende partij om die communicatie in drie talen te doen, Nederlands, Frans en Engels, omdat dat ook een manier is om onze Vlaamse cultuurinstellingen op een goede manier in de markt te plaatsen, een breed bereik te realiseren, en de doelstelling van ons Vlaams cultuurbeleid in Brussel te realiseren.
Ik denk dat dat een goede zaak is. Het is verstandig om in te gaan op die vraag vanuit de cultuursector in Brussel. Het is ook logisch, waar het gaat over cultuurcommunicatie.
Ik heb echt wel even moeten slikken, collega Vanlouwe, toen u zei dat zij mij een neus zetten en dergelijke meer. Dat soort taalgebruik vind ik vreemd ten aanzien van een organisatie die echt haar best doet om in verschillende talen te communiceren, maar daarbij vooral ook het Nederlands centraal te stellen. Wat u zegt over de evolutie, klopt ook gewoon niet. Kijk naar BRUZZ-magazine: daar staat het Nederlands heel erg centraal en dat is ook normaal – en dat is de laatste maanden trouwens nog centraler gesteld. Op dat vlak denk ik dat het feitelijk niet juist is, wat u zegt.
Ten gronde hebben we natuurlijk een andere mening over hoe je moet omgaan met het medium. Ik ben het er niet mee eens dat de focus uitsluitend moet zijn op Brusselse Vlamingen of Vlaamse Brusselaars. Wij hebben als Vlaamse Gemeenschap een veel grotere ambitie in Brussel. Wij wensen ons niet alleen te richten op de mensen die vandaag het Nederlands al kennen, maar op iedereen die interesse heeft in het Nederlands of in de voorzieningen en instellingen in het rijke aanbod van de Vlaamse Gemeenschap. We willen die andere talen vooral ook gebruiken als een brede toegangspoort, om te zorgen dat ons aanbod beter bekend geraakt, dat mensen interesse hebben om Nederlands te leren. Dat we echt een open Vlaamse Gemeenschap zijn waar iedereen welkom is. Dat is de visie die ik als Vlaams minister voor Brussel hanteer en die ook in de Vlaamse Regering wordt onderschreven. En die overigens ook in het taalcharter is vastgelegd, dat – ik herhaal het – unaniem is goedgekeurd in de raad van bestuur van BRUZZ.
Dus ik vind het wat jammer. U mag van mening verschillen, dat is geen enkel probleem, dat spreekt voor zich. Maar ik vind het wel jammer dat u een intentieproces toeschrijft aan Brussel als zouden zij mij een neus zetten en dergelijke meer. Dat is gewoon manifest onjuist. Wij hebben gewoon een andere visie en ik vind dat zij dat op een uitstekende manier uitdragen. Wij zijn een open Vlaamse Gemeenschap, het Nederlands staat centraal, maar wij willen ook iedereen de kans geven om dat Nederlands te leren en om kennis te maken met ons rijke Vlaamse aanbod in Brussel.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Dank u minister, we zullen inderdaad van mening verschillen. Ik ben blij dat collega Brouwers en collega Laeremans, ja, zelfs collega Bex, zeggen dat dit een ongelukkig voorval is. Maar het is natuurlijk niet de eerste keer. Ik zal niet zeggen wekelijks, maar ik kan er bijna maandelijks een vraag over stellen. Gaat u dan telkens zeggen dat het jammer is, een inschattingsfout of een ongelukkig voorval, een menselijke fout? Het is doelbewust, minister. Ik zal het blijven zeggen: ze zetten u een neus, ze voeren niet uit wat is afgesproken. Ik hoop dat u BRUZZ Select daadwerkelijk eens doorneemt. Dit is niet alleen de Vlaamse, Nederlandstalige cultuur promoten bij Franstaligen, dit is eigenlijk ook puur Franstalige gemeenschapscultuur, waar ik uiteraard … Ik ga ook soms eens naar Théâtre National, ik ga daar ook naartoe. Ik ben dit weekend naar Flagey geweest, maar dan stel ik hier vast dat het niet de bedoeling is om het aanbod van de Vlaamse Gemeenschap te promoten, maar ook om het aanbod van de Franse Gemeenschap te promoten, om tegelijkertijd volledige artikels in het Engels te publiceren waar het niet gaat om de Nederlandstalige cultuur naar Engelstalige expats te promoten. Men doet gewoon zijn zin. Ik stel mij trouwens de vraag, ik maak er misschien een afzonderlijke vraag om uitleg van: is BRUZZ Select effectief overeenkomstig dat taalcharter uitgevoerd?
Ik blijf erbij: het zijn fouten die altijd – doelbewust, ik zeg doelbewust – worden uitgevoerd en zal het herhalen: men zet de neus naar u, men houdt geen rekening met u, men doet zijn eigen goesting. Men doet zijn eigen goesting bij BRUZZ. Ik woon hier ondertussen al lang genoeg, ik weet hoe het gaat bij BRUZZ, dat is een magazine dat zich eigenlijk wil afzetten tegen diegenen die hen betalen. Het spijt me, dat mag gerust in het verslag staan, ik heb daar geen probleem mee om dat te zeggen.
Dan gaan we over tot uw volgende vraag over de ondersteuning van – opnieuw – BRUZZ als regionale nieuwszender.
De vraag om uitleg is afgehandeld.