Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
De heer Deckmyn heeft het woord.
Voorzitter, mijn vraag is ingegeven door het feit dat we al wisten dat er een Europees-Oekraïense top zou zijn op 3 februari. Die was gepland in Brussel, maar die zal volgens de Oekraïense president Zelensky, in Kiev plaatsvinden – tegenwoordig moeten we Kyiv zeggen, denk ik. Dit werd blijkbaar beslist na een telefonisch overleg tussen de heer Zelensky en EU-commissievoorzitter Ursula von der Leyen.
Naar verluidt zullen er geen staats- of regeringsleiders deelnemen aan deze top, maar zullen namens de EU enkel Ursula von der Leyen en Charles Michel deelnemen.
De Oekraïense president gaf onder meer aan dat hij in zijn overleg met von der Leyen stelde dat ze beiden de uitdagingen begrijpen van deze winter en dit jaar voor Oekraïne en Europa en dat ze het onder meer daarover zullen hebben op de betreffende top. Zelensky stelt daarover ook: “Die top zal een belangrijke stap zijn voor de overwinning.”
Minister-president, werd u op de hoogte gesteld van de beslissing om de Europees-Oekraïense top in Kiev te organiseren? Werd de Vlaamse Regering desgevallend betrokken bij de voorbereiding van deze top?
Wat is de visie van de Vlaamse Regering omtrent deze top in Kiev? Wat zal er besproken worden? Hoe zal deze top volgens u kunnen bijdragen aan de Oekraïense overwinning?
Aangezien er geen staats- of regeringsleiders zullen deelnemen aan de top, zal men wellicht een gemeenschappelijk standpunt moeten innemen tegen begin februari. Zal de Vlaamse Regering hierin betrokken worden en er een bijdrage toe leveren?
Minister-president Jambon heeft het woord.
De Europees-Oekraïense top stond tot nu toe nog niet op de agenda van een coördinatievergadering georganiseerd door de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. We werden dus nog niet betrokken via dit kanaal.
De EU en haar lidstaten zijn verenigd in hun niet-aflatende steun aan Oekraïne en veroordelen de militaire agressie van Rusland. De EU heeft Oekraïne de voorbije maanden humanitaire, politieke, financiële en militaire steun verleend en zal dit ongetwijfeld blijven doen. Bovendien hebben zowel Commissievoorzitter Ursula von der Leyen als voorzitter van de Raad, Charles Michel, als blijk van blijvende steun Kiev bezocht sinds het begin van de Russische invasie op 24 februari.
Over de top waarvan sprake is inhoudelijk nog niet veel bekend, maar de ontmoeting zal ongetwijfeld de voortdurende en robuuste steun van de EU en haar lidstaten onderstrepen. Daar men aan Russische zijde aast op breuklijnen in de Europese eenheid van aanpak, is het van essentieel belang om regelmatig te signaleren dat de Europese steun voor Oekraïne standvastig is, onder andere door middel van ontmoetingen op hoog niveau zoals de top die gepland wordt op 3 februari.
Indien er op Europees niveau gewerkt wordt aan de gezamenlijke verklaring voor de top, zal deze tekst mogelijk ook via de relevante Raadsfilière besproken worden. In dit geval zal Vlaanderen ook wegen op deze tekst
De heer Deckmyn heeft het woord.
Minister-president, dank u wel voor uw antwoord. Ik meen te begrijpen dat u formeel nog niet op de hoogte was van deze top aangezien er nog geen FOD-vergadering heeft plaatsgevonden. Zo heb ik het toch begrepen. De vraag die bij mij dan onmiddellijk opduikt, is of we op dat vlak altijd wachten op formele overlegmomenten. Ik stel de vraag nu naar aanleiding van deze top, maar ik neem aan dat er in de toekomst nog wel zaken plots zullen opduiken die tussen bepaalde formele overlegmomenten zullen plaatsvinden. Bent u enkel afhankelijk van die formele overlegmomenten? Want als zich bepaalde zaken voordoen die wel wat ernstige feedback vanuit de deelstaten nodig hebben, dan kan ik me voorstellen dat u niet moet wachten op een formeel overlegmoment. Wordt u als minister-president niet op de een of andere manier hieromtrent gevat als er tussen die formele overlegmomenten iets bijzonders plaatsvindt? Dat is een bijkomende vraag die ik me naar aanleiding van uw antwoord bedenk.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Dat gaat er redelijk soepel aan toe, in die zin dat de standpuntbepaling op zo'n formeel moment moet gebeuren en dat die bijeenroeping gebeurt door de FOD, maar dat wij als deelstaat wel kunnen zeggen dat wij het een goed moment vinden om bijeen te komen. Het is niet zo dat men bijvoorbeeld in een maandelijks ritme zit en dat dat het enige moment is dat men kan samenkomen. Dat gaat er redelijk soepel aan toe.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Naar die soepelheid verwijzend, neem ik aan te kunnen begrijpen dat als er zich bepaalde zaken voordoen, de minister-president gewoon zelf het heft in handen kan nemen en zeggen wat zijn standpunt is, zodanig dat de federale overheid op de hoogte is van de standpuntbepaling op voorhand op korte termijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.