Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie
Verslag
– Deze vraag om uitleg werd via videoconferentie behandeld.
De heer Verheyden heeft het woord.
Verkeersbelasting wordt niet altijd betaald. Uit cijfers van de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL) blijkt dat er steeds meer overtredingen worden vastgesteld met buitenlandse nummerplaten en handelaarsplaten. U zou dit jaar extra willen inzetten op gerichte controles, en dat is een goede zaak.
VLABEL voert nu reeds controles uit via camera’s met automatische nummerplaatherkenning of Automatic Number Plate Recognition (ANPR). Zo worden mobiele ANPR-camera’s, die alle nummerplaten van voorbijrijdende wagens screenen, naast drukke wegen geplaatst. Wanneer een nummerplaat herkend wordt van een voertuig waarvan de verkeersbelasting niet of niet op tijd betaald is, wordt de wagen en de bestuurder uit het verkeer gehaald. De wanbetaler moet de achterstallige belasting meteen betalen, anders riskeert hij zijn voertuig te moeten achterlaten. In 2021 voerde VLABEL in totaal 2,2 miljoen wegcontroles uit. Nooit eerder waren het er zo veel. Het percentage van bestuurders dat betrapt wordt lag op 0,6 procent. In vergelijking met enkele jaren geleden, toen het percentage overtredingen nog op 3 procent lag, is er 33 miljoen euro meer inkomsten aan verkeersfiscaliteit binnengekomen.
Uit de cijfers van 2021 blijkt dat het aantal overtredingen met de zogenaamde Z-platen sterk gestegen is. In 2019 was 7 procent van alle gecontroleerde Z-platen in overtreding, in 2021 ging het al om 20 procent.
Ook fraude met buitenlandse nummerplaten is gestegen tegenover 2019. Het aandeel overtredingen lag toen op 7 procent. Vorig jaar werd 11 procent overtredingen geregistreerd. Het gaat om mensen die in Vlaanderen gedomicilieerd zijn, maar toch met een auto met buitenlandse nummerplaat rondrijden. VLABEL wil nu inzetten op strenge en gerichte controles om de stijgende fraude aan te pakken. Zo wordt er bijvoorbeeld extra gecontroleerd bij bepaalde keuringsstations omdat daar veel voertuigen met een handelaarsplaat worden aangeboden.
Welke bijkomende instrumenten hebt u om naast de eerder vermelde middelen extra controles op fraude met verkeersbelasting uit te voeren?
In het kader van de lage-emissiezones (LEZ) in verschillende steden moeten automobilisten met buitenlandse nummerplaten zich laten registreren. Het inschakelen van de registratie in het kader van de LEZ’s zou daarbij dan ook een nuttige aanvulling zijn met betrekking tot de fraude met de verkeersbelasting. Bent u bereid om deze gegevens te gebruiken om deze fraude aan te pakken?
Minister Diependaele heeft het woord.
Mijnheer Verheyden, dank voor uw vragen. Laten we uit uw inleiding vooral het goede onthouden. Dat is dat we over het algemeen kunnen stellen dat de overgrote meerderheid van de mensen zich perfect aan de regels houdt en haar verkeersbelasting correct en tijdig betaalt. Ook al hebben we de voorbije jaren hen hier eigenlijk wat toe gedwongen door de versterkte en veelvuldige, zelfs dagelijkse controles die VLABEL uitvoert op onze Vlaamse wegen. Ik ben geen statisticus maar ik denk eigenlijk dat wat wij de jongste jaren gedaan hebben – sinds we de bevoegdheid van het federale niveau hebben gekregen – zou kunnen aantonen dat het verhogen van de pakkans mensen ertoe aanzet om zich meer aan de afspraken te houden. We hebben die pakkans ferm verhoogd.
VLABEL controleert met de hulp van technologische middelen en dat werpt duidelijk zijn vruchten af. U hebt de cijfers zelf aangehaald: nog slechts 0,6 procent van de gecontroleerde bestuurders is vandaag in overtreding. Voor de overname van de controles door VLABEL was dit 3 procent en meer. We hebben daar de laatste jaren goed werk gedaan. Maar uit verdere data-analyse moeten we vaststellen dat er specifieke categorieën zijn, waar het de voorbije twee jaar toch opnieuw de verkeerde kant uitgaat. Dan heb ik het concreet over twee types inbreuken: het niet correct gebruik van buitenlandse nummerplaten en van handelaarsplaten, ook wel garagistenplaten genoemd, of de zogenaamde Z-platen.
Ik denk trouwens dat het geen toeval is dat dit uitgerekend twee categorieën zijn die je er niet steeds kunt uithalen via ANPR-camera’s, maar waar je vooral moet vertrouwen op de menselijke factor, dus het oog, en de ervaring van je controleurs die gericht potentiële overtreders uit het verkeer halen.
Daar zullen we nu versterkt op inzetten om ook voor die groep de pakkans aanzienlijk te verhogen en hen zo aan te moedigen zich aan de regels te houden.
Een voorbeeld van een dergelijke gerichte controleactie, is de recente controle in Asse waar ik zelf ook aanwezig was en die ik van dichtbij heb kunnen volgen. De locatie van de controle was niet toevallig: ze vond plaats nabij een keuringsstation omdat die locatie gekend is als een plaats waar veel voertuigen met een handelaarsplaat worden aangeboden. Een voertuig dat tweedehands wordt verkocht, moet immers vooraf worden gekeurd. Als de autohandelaars zorgen voor de keuring van de voertuigen, gebruiken ze vaak een commerciële nummerplaat om naar het keuringsstation te gaan. Dat is perfect mogelijk. Asse ligt ook in de ruime periferie van Brussel, waar onterecht gebruik van een buitenlandse nummerplaat meer wordt vastgesteld. Maar dat geldt eveneens voor andere steden.
Dat het nodig is om op die twee specifieke categorieën versterkt te controleren, bleek eens te meer uit de cijfers. Er werden die voormiddag 56 handelaars of Z-platen gecontroleerd van wie er 32 in overtreding waren. Dat is 57 procent. Daarnaast werden er ook 34 voertuigen met een buitenlandse nummerplaat gecontroleerd waarvan er 7 in overtreding waren. Dat is 20 procent.
Dat is maar één controlemoment op één specifieke locatie. Maar het is toch een duidelijke wake-upcall dat we die cijfers ernstig moeten nemen en dat hier nog werk aan de winkel is. Soortgelijke controles zullen de volgende maanden ook in andere Vlaamse regio’s worden opgedreven. Ik ben benieuwd of de cijfers van de controleactie in Asse daarbij zullen worden bevestigd.
Uw tweede vraag maakte begin vorig jaar al het voorwerp uit van een verworpen resolutie van uw partijgenoten. We kunnen de gegevens van de LEZ’s niet hanteren voor het opsporen van fraude in de verkeersbelasting aangezien de persoonsgegevens van de titularis van de buitenlandse voertuigen niet door de steden worden bijgehouden. Voor hen zijn die gegevens niet vereist om het doel te realiseren, namelijk controleren of het voertuig voldoet aan de toegangscriteria van de LEZ. Dat maakt het dus onmogelijk om controles inzake verkeersbelasting uit te voeren op basis van de gegevens uit die databank.
Bovendien ben ik erg sceptisch over het verkrijgen van de noodzakelijke machtigingen inzake privacybescherming aangezien de bewaring en de verwerking van die persoonsgegevens niet noodzakelijk zijn voor de toepassing van de LEZ-regelgeving. Ik denk dat er veel collega’s het met mij eens zullen zijn dat dat al snel aanvoelt als oneigenlijk gebruik en disproportioneel.
Het is nooit de bedoeling om heel zwaar te controleren, maar door het opdrijven van die pakkans zorgen we ervoor dat iedereen zich aan de regels houdt. Mensen die uit zichzelf hun belastingen correct betalen, moeten immers niet het slachtoffer zijn van mensen die ertussenuit proberen te glippen.
Ik durf echt te zeggen dat ik trots ben op VLABEL. Die heeft niet altijd de meest dankbare rol en ik ook niet. Het blijven belastingen, maar de manier waarop de dienst dat aanpakt, is heel technologisch hoogstaand en heel correct met de juiste expertise. Ik heb al twee keer zo’n controle van VLABEL op de baan meegemaakt. Dat is een beetje onze eigen Vlaamse politie, wat wel goed klinkt in mijn oren. De controle gebeurt altijd op een heel degelijke, vriendelijke en correcte manier. Dat mag ook eens gezegd worden. Daarenboven zouden we moeten kijken of we de dienst niet kunnen uitbreiden met andere opdrachten. Als dat de verkeersveiligheid en de eerlijkheid in de samenleving verhoogt, kan dat alleen maar een goede zaak zijn.
De heer Verheyden heeft het woord.
Minister, ik denk dat we het grotendeels eens zijn. U feliciteert de mensen van VLABEL terecht. Ook wij wensen hen uitermate te feliciteren met het geleverde werk. We zien dat de pakkans verhoogt en dat er meer boetes worden geïnd. U zegt het zelf: we zitten nog altijd met een probleem met twee categorieën. We moeten alle mogelijke middelen zoeken om die tot de orde te roepen. U zegt het zelf: bij een controle was 57 procent van de handelaarsplaten in overtreding en 20 procent van de buitenlandse platen. Dat is toch niet niets. Dat betekent dat de Vlaamse overheid heel wat financiële middelen misloopt en die kan ze zeker en vast gebruiken. Ze heeft heel veel uitgaven door de coronacrisis en nu is er de vluchtelingencrisis. Dat vergt middelen. De Vlaamse Regering heeft middelen nodig. De overgrote meerderheid van de mensen betaalt correct, maar we moeten ervoor zorgen dat we alles op alles zetten om ook die groep tot de orde te roepen.
In die zin vind ik het bijzonder jammer dat, wanneer wij vragen om de gegevens van de LEZ's te gebruiken om de pakkans te verhogen, men zegt dat dat er eigenlijk niet toe doet, aangezien het doel is om de LEZ's te controleren, en niet om speciaal daarop te gaan controleren. Eigenlijk kunnen we twee vliegen in één klap slaan. Als we die gegevens gebruiken, zullen er heel wat meer mensen met een buitenlandse nummerplaat en mensen met een Z-plaat tegen de lamp lopen en effectief gedwongen worden om correct de betaling in de belasting uit te voeren. Ik vind het jammer dat men daar niet op inzet.
Ik zou u willen vragen om toch eens te bekijken wat de mogelijkheden zijn om die gegevens te gaan gebruiken. Met deze uitleg denk ik dat heel veel Vlamingen terecht verbolgen zullen zijn over het feit dat zij wel correct hun belastingen betalen en ook nog eens de kans hebben om tegen de lamp te lopen in de LEZ, terwijl er een aantal mensen zijn die er echt de kantjes aflopen. Wij pleiten er nogmaals voor om te bekijken of die gegevens toch kunnen worden gebruikt. Ik denk dat er mogelijkheden zijn om te voldoen aan de privacywetgeving.
Op dat vlak is er dus nog werk aan de winkel en kan men toch wel een tandje bij steken, zodanig dat die twee categorieën tot de orde worden geroepen.
Minister Diependaele heeft het woord.
Voor dat tweede heb ik al gezegd dat er een privacyprobleem is.
Wat het eerste betreft, begrijp ik voor alle duidelijkheid helemaal uw punt, mijnheer Verheyden. De middelen hebben we natuurlijk nodig bij de Vlaamse overheid, begrotingsgewijs. Wees maar zeker. Maar dat maakt niet het grote verschil. Voor mij is dit echt een vorm van rechtvaardigheid. En u onderlijnt dat ook, dus ik spreek u zeker niet tegen. Maar het gaat voornamelijk daarom: die controles moeten zorgen dat iedereen op een gelijke manier behandeld wordt. Ik denk dat jullie allemaal het bijzonder erg vinden dat sommige mensen altijd maar mooi betalen en doen wat ze moeten doen en dat anderen ertussenuit proberen te glippen. Dat kan gewoon niet. Dat is het voornaamste om aan te pakken.
We hebben die middelen evengoed nodig, maar dat is een heel kleine dingetje in de grotere cijfers waar we dan over spreken.
De heer Verheyden heeft het woord.
Minister, we zijn het daarmee volledig eens. Natuurlijk gaat het over rechtvaardigheid. Het gaat over eerlijkheid. En daarom denk ik dat we er wel degelijk een punt van moeten maken om dat toch eens te bekijken. Ik hoop dat u dat ook zult doen en dat u dat met uw collega’s zult bekijken en het zult aftoetsen bij de steden en gemeenten. Als we de gegevens van de LEZ's toch zouden kunnen inzetten, denk ik dat we een nog veel groter percentage aan inkomsten zullen binnenhalen en dat we veel rechtvaardiger kunnen zijn dan nu het geval is. Ik hoop dat u bereid bent om dat te bekijken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.