Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Sinds 1 januari 2022 heeft Vlaanderen een eigen Agentschap Justitie en Handhaving, waarin alle Vlaamse justitiële bevoegdheden worden geclusterd en samengebracht. In de commissie is dat al meermaals besproken, net zoals bij de begrotingsbesprekingen 2022. Ik zou zeggen dat dat een heel goede zaak is. Door de aspecten van het justitiebeleid waarvoor Vlaanderen bevoegd is samen te voegen, zou de efficiëntie van onder meer slachtofferbegeleiding, de werkstraffen en de enkelbanden moeten verhogen. De oprichting van een nieuw agentschap past ook in de ambitie van u als Vlaams minister van Justitie om in uw beleid de slachtoffers centraal te stellen, met extra personeel voor slachtofferonthaal.
Eind vorig jaar raakte bekend – en ik denk dat u dat zelfs naar aanleiding van een vraag van mij in de commissie hebt bekendgemaakt – dat u uw kabinetschef hebt aangeduid als administrateur-generaal om het nieuwe Agentschap Justitie en Handhaving te leiden. Bij zijn aanstelling verklaarde de administrateur-generaal het volgende: “Dit nieuw agentschap heeft als missie te zorgen voor een efficiënte en daadkrachtige uitvoering van het beleid inzake Justitie en Handhaving”.
Behalve die algemene doelstellingen en hoge ambities – waar wij als Vooruit helemaal achterstaan – is er echter nog maar weinig informatie beschikbaar over de concrete werking van het agentschap, de beleidslijnen en -prioriteiten, en de geplande samenwerking met andere stakeholders.
Minister, wat is de huidige stand van zaken aangaande de oprichting van het nieuwe Agentschap Justitie en Handhaving? Wanneer zal het agentschap volledig operationeel zijn op het terrein? Hoe staat het enerzijds met de verschuivingen van personen vanuit de Vlaamse agentschappen of administraties naar dit agentschap? Hoe staat het anderzijds met de aanwervingen die nog moeten gebeuren?
Is de administrateur-generaal al aan de slag? Indien niet, wat is de timing? Kunt u een stand van zaken geven met betrekking tot de personeelsbezetting? Hoeveel aanwervingen zijn er al gebeurd en hoeveel functies moeten er nog worden ingevuld?
Kunt u de beleidsprioriteiten van het agentschap toelichten? Wanneer zal men met die beleidsprioriteiten naar de commissie komen? Het zou daarbij ook niet slecht zijn dat we de administrateur-generaal zouden horen over hoe hij dat ziet en over hoe hij concreet wil werken.
Hoe verloopt de samenwerking met gemeenten en politiezones? Er zijn daar toch heel wat voorvallen die een Vlaamse bevoegdheid zijn en waarmee gemeenten en politiezones als eerste in aanraking komen. Is het de intentie om daarvoor samenwerkingsprotocollen uit te werken? Zo ja, welke en/of rond welke thema’s? Is daarin eventueel ook een rol weggelegd voor de vorig jaar aangestelde verbindingsofficier?
Minister, ik kijk uit naar uw antwoorden.
Minister Demir heeft het woord.
Het Agentschap Justitie en Handhaving werd, zoals gepland, opgericht op 1 januari 2022. Ook de administrateur-generaal is reeds aan de slag. Zijn startdatum was 10 januari, dat was dus vorige week.
De medewerkers die deel uitmaken van dit nieuwe agentschap zijn overgeheveld uit het departement Welzijn. De medewerkers zijn dus te allen tijde, zowel tijdens de transitie, als nu, volledig operationeel gebleven op het terrein. Er was zelfs voor de eerste keer een permanentie van de justitiehuizen tijdens de kerstvakantie, net voor de start van het nieuwe agentschap, zoals u bij de voorgaande vragen hebt kunnen horen.
Er is gekozen voor een tijdelijke startstructuur waarbij de impact op het terrein minimaal is en waarbij de dienstverlening moet blijven plaatsvinden. De administrateur-generaal zal nu in de loop van 2022 de interne organisatie op punt stellen en de dienstverlening verder uitbouwen.
Ik ben het met u eens, mijnheer Vandenhove, dat het misschien goed is om de nieuwe administrateur-generaal in deze commissie uit te nodigen zodat hij zijn visie, missie en strategie kan voorstellen en met jullie het gesprek kan aangaan. Zo kunnen jullie ook vragen stellen en kennismaken met deze charmante heer, als ik dat zo mag zeggen. Dit behoort natuurlijk tot de werkzaamheden van de commissie, maar ik deel uw mening dat dit inderdaad wel nuttig is. Gelieve hem wel nog wat tijd te geven om nog een aantal dingen te doen, maar ik denk dat een uitnodiging na de paasvakantie wel heel nuttig kan zijn.
De voorziene personeelsbezetting voor het Agentschap Justitie en Handhaving bedraagt 945 arbeidsplaatsen. Daarvan zijn 861 plaatsen ingevuld. Momenteel lopen er meerdere wervingsprocedures om de resterende 84 plaatsen in te vullen. Deze wervingsprocedures werden opgestart naar aanleiding van mijn tweede personeelsplan, dat in november werd goedgekeurd en 130 bijkomende plaatsen voorziet. 46 van deze bijkomende plaatsen werden ondertussen reeds ingevuld. Zoals u weet, hebben we nood aan extra personeel. Ook het aantal uitgesproken werkstraffen en de enkelbanden moeten goed worden opgevolgd. We zoeken natuurlijk ook naar specifieke profielen, mensen die thuis zijn in risicotaxatie, criminologen en experten in zedendelinquentie. We zoeken af en toe heel specifieke profielen, en dat kan wel de nodige tijd vragen.
De opstart van het Agentschap Justitie en Handhaving bundelt de versnipperde bevoegdheden met betrekking tot justitie en handhaving in het landschap van de Vlaamse administraties. Door de krachten te bundelen kunnen we ook meer inzetten op het realiseren van de beleidsprioriteiten.
Het agentschap werkt met een duidelijke visie. In dat kader zal worden ingezet op het voeren van een sterk beleid binnen een efficiënte structuur. De volgende prioriteiten staan daarbij centraal: digitalisering is de belangrijkste. Het Vlaams Centrum Elektronisch Toezicht werkt met tal van digitale applicaties. Er moet in die digitalisering worden geïnvesteerd. Ik zal ook een nieuw informaticateam oprichten dat ervoor moet zorgen dat onze digitale toepassingen geoptimaliseerd en op elkaar afgestemd worden, en dat er nieuwe toepassingen ontwikkeld worden om tot efficiëntiewinsten te komen en laagdrempeliger te werken. We zijn ook bezig met nieuwe enkelbanden. Die moeten state of the art zijn en ze moeten meerdere functies kunnen invullen.
Naast digitalisering is natuurlijk professionalisering van belang. Alle diensten van het agentschap doen nu al uitzonderlijk werk in bijzonder moeilijke omstandigheden, maar met het agentschap willen we een beleid neerzetten waardoor we meer kunnen uniformiseren. We willen nog meer inzetten op het versterken van onze diensten in de strijd tegen recidive. Met ‘uniformiseren’ bedoel ik ook dat een slachtoffer in Limburg dezelfde professionele diensten moet krijgen als een slachtoffer in West-Vlaanderen of Oost-Vlaanderen of waar dan ook.
Er zal meer ingezet worden op de hervorming van werkstraffen, gedragstrainingen en zorg. De Family Justice Centers zullen worden uitgebreid over heel Vlaanderen. Er zal worden ingezet op risicotaxatie. Dit zal de justitieassistent onder andere ondersteunen bij het bepalen van wat nodig is om de herhaling van criminaliteit te voorkomen en welke intensiteit van toezicht, opvolging en begeleiding nodig is.
Daarnaast zal een wetenschappelijke onderbouwing of een evidencebased beleid de basis vormen van wat het agentschap doet. Ik heb hiervoor een aantal onderzoeken gestart. Ik denk daarbij aan het onderzoek naar welke profielen het Vlaams Centrum Elektronisch Toezicht opvolgt, het onderzoek naar de profielen in de gevangenissen, het onderzoek naar tienerpooiers, het onderzoek naar zedendelinquenten in de gevangenis enzovoort. Ook zal er een monitoringtool worden opgestart en zullen we onze cijfers analyseren. Het is de strafuitvoering, het zijn de Family Justice Centers, het zijn de hulp- en dienstverlening, het Vlaams Centrum Elektronisch Toezicht en de Vlaamse handhaving die het best weten wat er werkt en wat er niet werkt. We zitten op een berg van informatie en we gebruiken die helaas nog niet optimaal. Daar willen we dus verandering in brengen.
De vierde prioriteit is dat we dicht bij de mensen willen blijven. Daarom worden extra antennes opgericht en een justitiehuis in Halle-Vilvoorde.
Tot slot is de samenwerking met alle partners belangrijk, en daar willen we op inzetten.
Uw laatste vraag gaat over de samenwerking met de gemeenten en politiezones.
We vertrekken inzake de samenwerking met de vele stakeholders niet van een blanco blad. Zo hebben de justitiehuizen in het kader van de uitvoering van werkstraffen of lokale projecten al geruime tijd een goede samenwerking met de lokale besturen. Het Vlaams Centrum Elektronisch Toezicht beroept zich al jaren op de goede samenwerking met de lokale politie. Ook de Family Justice Centers vertrekken vanuit een sterke samenwerking met de lokale besturen, justitie en politie. Er zijn effectief al samenwerkingsprotocollen met de lokale besturen, de politie en het parket. Gezien de voorziene uitbreiding van de Family Justice Centers zullen extra samenwerkingsprotocollen worden gesloten.
Naast de bestaande samenwerkingen voorzien we in de toekomst met het agentschap ook samenwerkingsverbanden met het parket en de politie via het digitale opvolgingssysteem, met het parket in het kader van de korte intensieve trajecten zoals de uitbreiding van de drugopvolgingskamers en de jongerenopvolgingskamer, met de lokale besturen in het kader van de re-integratie van gevangenen, met de lokale besturen in het kader van de penitentiaire lokale integrale veiligheidscel (LIVC), met de veiligheidsdiensten in het kader van radicalisering en met de inspectiediensten, de politie en het parket in het kader van de strijd tegen de georganiseerde misdaad.
De heer Vandehove heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw uitgebreid antwoord. Ook bedankt omdat u het eens bent met de suggestie om de administrateur-generaal zo snel mogelijk te spreken. Ik denk dat hij wel de geschikte persoon is om de prioriteiten die u net hebt uiteengezet, concreet naar het terrein te vertalen.
Ik heb nog een bijkomende vraag: in welke mate speelt de Vlaamse verbindingsofficier daarin een rol, en dan zeker in de samenwerking met onder andere de lokale gemeenten en politiezones? Het zal inderdaad een uitdaging worden. U spreekt over bijkomende protocollen. Ik denk dat we bijna een draaiboek van de protocollen die zullen nodig zijn moeten hebben om die goede samenwerking met de verschillenden diensten mogelijk te maken.
Daarnaast zegt u dat we op een berg informatie zitten en dat het een uitdaging is om die goed te gebruiken. Zal die informatie ook openstaan voor andere instanties en organisaties zodat er een wisselwerking en uitwisseling kan zijn van die informatie? Het agentschap zal zelf over heel wat gegevens beschikken, maar zal niet alle gegevens hebben. Is er ook een samenwerking voorzien met Vlaamse, federale of andere instanties via een private structuur zodat die informatie zoveel mogelijk kan worden geoptimaliseerd in het voordeel van een betere aanpak en handhaving, en uiteraard ook in het voordeel van de slachtoffers ?
De heer Parys heeft het woord.
Minister, dit is een interessante vraag en inderdaad een goede suggestie.
Wat ik vooral interessant vind, is dat we er ten eerste voor zorgen dat die versnippering stopt en dat we ten tweede evidencebased zullen werken. Dat zou een hele omwenteling betekenen in het hele justitionele landschap. Dat is iets waar we al veel te lang op wachten en ik hoop dat we dat nu ook effectief zullen doen. Ten derde hoop ik dat de administrateur-generaal de kans zal krijgen om in een markt met heel veel arbeidskrapte toch de extra profielen, die u hebt beloofd en voor wie u geld hebt vrijgemaakt, te vinden.
Minister, hebt u er al enig zicht op of de invulling van die vacatures moeilijk loopt of is die naar verwachting?
Minister Demir heeft het woord.
Collega Vandenhove, het is inderdaad wel de bedoeling om informatie uit te wisselen, met de hulpverlening, het federale niveau, justitie en de lokale parketten. We zullen daarvoor zelf gegevens verzamelen, maar daarna gaan we ook in gesprek met onze andere partners om met die gegevens iets te kunnen doen. De verbindingsofficier maakt, zoals dat ook was vooropgesteld, onderdeel uit van het agentschap.
Mijnheer Parys, wat de vacatures betreft, denk ik dat het agentschap toch redelijk sexy is, als ik dat zo mag zeggen. Dat zal niet met mij te maken hebben, maar wij krijgen de profielen redelijk goed ingevuld. Er komen heel wat goede profielen op de vacatures af. Dat is heel positief. We hebben voor onze beide personeelsplannen toch een 180-tal profielen kunnen invullen. Er waren heel veel sollicitanten. Alleen voor het Vlaams Centrum Elektronisch Toezicht is het iets moeilijker, omdat dat misschien ook moeilijkere zaken zijn, maar ik denk dat dat ook wel zal lukken. We zullen er wel in slagen om ook in het Vlaams Centrum Elektronisch Toezicht die specifieke profielen in te vullen.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw uitgebreid antwoord. Ongetwijfeld zal het agentschap, nu het is opgestart, onderwerp zijn van heel wat specifieke vragen. Ik zou me ook niet zo bescheiden opstellen wanneer u zegt dat u niet mee verantwoordelijk zou zijn voor het aantrekken van bepaalde profielen. Voilà, dit gezegd zijnde ...
Dank u wel, mijnheer Vandenhove. De minister heeft er zelf plezier in. (Gelach)
Ja, bedankt voor het compliment. Het is altijd plezant om complimenten te krijgen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.