Verslag vergadering Commissie voor Binnenlands Bestuur, Gelijke Kansen en Inburgering
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Brouns heeft het woord.
Minister, eind mei, begin juni ontvingen de scholen een gratis voorraad zelftests. Daarmee kon onderwijspersoneel dat dat wilde, zichzelf testen op corona. Het was een maatregel om de verspreiding van het virus tegen te gaan en het bood een extra zekerheid voor ons onderwijspersoneel.
In het leerplichtonderwijs werden naar verluidt 900.000 zelftests verdeeld, in het hoger onderwijs 220.000, in het deeltijds kunstonderwijs bijna 30.000 en in het volwassenenonderwijs zo’n 38.000. Ook de CLB’s, de internaten en de onderwijsinspectie ontvingen een voorraad.
Steeds meer leerkrachten en directies zijn ondertussen gelukkig al één of zelfs twee keer gevaccineerd. Zelftests hebben voor hen dan geen nut meer. Ondertussen is het einde van het schooljaar in zicht en zullen de zelftests in de scholen dus heel binnenkort niet meer gebruikt kunnen worden. Uit contacten met verschillende directies blijkt dat scholen vaak nog een grote voorraad ongebruikte tests liggen hebben. Een tijdje geleden gaf uw collega die bevoegd is voor onderwijs aan dat de scholen zelf kunnen beschikken over het testmateriaal en dat er dus geen ophaling voorzien wordt.
Scholen hebben uiteraard vragen over het efficiënt inzetten van de tests. Het zou bijzonder jammer zijn dat de tests ongebruikt blijven liggen, terwijl die in de komende zomermaanden wel nuttig zouden kunnen worden ingezet in andere sectoren, zoals bij jeugdkampen, sportkampen en noem maar op.
Lokale besturen zouden een belangrijke rol kunnen spelen in de herverdeling van de zelftests. Zij hebben immers een goed zicht op de actuele noden. Straks vertrekken heel wat jongeren op jeugdkampen, zijn er culturele evenementen en starten heel wat verenigingen gelukkig hun activiteiten en werking weer op.
Minister, bent u het met mij eens dat lokale besturen hier het best geplaatst zijn om te zien waar dit testmateriaal nuttig kan worden ingezet tijdens de komende zomermaanden? Bent u van plan de lokale besturen op te roepen om een regierol op te nemen in de herverdeling van de zelftests? Ziet u andere mogelijkheden om de voorraad ongebruikte zelftests waar scholen over beschikken, nuttig en efficiënt in te zetten? Hebt u hierover contact met uw collega-minister Weyts?
Minister Somers heeft het woord.
Bedankt voor uw vraag, mijnheer Brouns. De aantallen zelftests die aan de verschillende onderwijsinstellingen zijn bedeeld, werden bepaald door het Agentschap voor Onderwijsdiensten, dat ook de verdeling ervan heeft geregeld. Dat werd nogmaals bevestigd door collega Wouter Beke in de commissie Welzijn van 1 juni jongstleden.
Het departement Onderwijs heeft geen evaluatie voorzien van het gebruik. Er is dus geen duidelijk zicht op de aantallen die effectief al dan niet onder het personeel zijn verdeeld, dan wel nog in de scholen zouden liggen. Het is wel zo dat in de verdeelde aantallen zelftests al rekening werd gehouden met de evolutie van de vaccinatiecampagne.
Collega-minister Weyts heeft in de media al aangegeven dat de scholen zelf kunnen beschikken over het testmateriaal en dat dat zeker nog nuttig kan worden besteed in bijvoorbeeld de zomerscholen. De tests zouden, afhankelijk van de vaccinatiecampagne, eventueel ook kunnen worden gebruikt bij de start in september. Die beoordeling komt evenwel niet aan mij toe.
De koepel van het Katholiek Onderwijs heeft de scholen die met een overschot zitten, al aangeraden om de zelftests aan andere scholen of scholengemeenschappen te geven of die over te maken aan de zorgsector en de jeugdkampen.
Indien binnen het brede onderwijsveld geen oplossingen kunnen worden gevonden, komen inderdaad de lokale besturen in beeld. Zij hebben een goed zicht op de mogelijke noden binnen hun gemeenten en kunnen daarin een regierol opnemen.
Eerst een kleine kanttekening in dat verband: de lokale besturen hebben geen zelftests besteld via het raamcontract dat wij vanuit Vlaanderen hebben voorzien. Ik concludeer daaruit dat lokale besturen op dit moment niet veel interesse hebben in zelftests. Dat is niet abnormaal. Er is steeds aangegeven dat zelftests niet geschikt zijn voor mensen die gevaccineerd zijn. En gezien de grote vaccinatiegraad wordt zelftesting dus minder relevant.
Samen met minister Weyts heb ik afgesproken dat scholen met eventuele overschotten ook contact kunnen opnemen met het lokale bestuur om daar afspraken over te maken. Dergelijke tests kunnen, indien gewenst, ingezet worden bij jongeren, bij wie de vaccinatiegraad nog lager ligt, bijvoorbeeld als onderdeel van de veilige organisatie van kampen of andere jeugdinitiatieven. Zoals steeds is lokale autonomie daarbij voor mij het sleutelwoord. Ik ben ervan overtuigd dat zowel scholen als lokale besturen hier op een doordachte manier mee zullen omgaan en elkaar zullen vinden indien nodig. Het lijkt me niet gepast of proportioneel om hier vanuit Vlaanderen te zwaar op te sturen.
Minister Weyts heeft hierover al afspraken gemaakt met de onderwijsverstrekkers en de onderwijsbonden in het onderwijsoverleg. Lokale besturen en alle lokale actoren hebben het afgelopen jaar heel veel samenwerkingsbereidheid, wendbaarheid en daadkracht getoond, bijvoorbeeld bij het organiseren van noodopvang. Ik ben ervan overtuigd dat ook hier opnieuw een uitweg zal worden gevonden door hen.
De heer Brouns heeft het woord.
Bedankt voor uw heel duidelijke en heldere antwoord, minister. Uiteraard deel ik uw mening dat het niet al te veel vanuit Brussel moet worden opgelegd, maar ik denk wel dat we het erover eens zijn dat het niet de bedoeling kan zijn dat die zelftests stof liggen te vergaren op school. En dat zijn toch nog steeds de signalen die wij opvangen. Natuurlijk is het eigen aan lokale besturen om niet stil te blijven zitten. Er zijn natuurlijk wel contacten her en der, maar op dat vlak denk ik dat enige indicatie vanuit Vlaanderen, vanuit onderwijs of vanuit u, richting de lokale besturen om die contacten te leggen, niet slecht is.
Anderzijds zien we nu ook lokale besturen die zelf zelftests aankopen om die mee te geven aan hun jeugdverenigingen en sportkampen en dergelijke, terwijl er in de school in hun stad of gemeente nog dozen onuitgepakte tests liggen. Door de media-aandacht die daaraan gegeven is, zijn er inderdaad links en rechts wel wat initiatieven. Maar vanuit de gedeelde bezorgdheid die we hebben, denk ik dat het toch niet de bedoeling kan zijn dat er onbenut achter zouden blijven in de schoolvakantie, terwijl ze elders nuttig kunnen worden ingezet. Dat was de bezorgdheid en een voorstel daaromtrent dat wij geuit hebben.
De heer Daniëls heeft het woord.
Dank u, collega Brouns, voor de vraag. Ze komt donderdag ook aan bod in de commissie Onderwijs.
Minister, u zegt dat u gaat kijken naar het optimaal inzetten van die testen, dat kan bijvoorbeeld op jeugdkampen en in zorginstellingen, al dan niet via de lokale besturen. Dat is een goed idee. We kunnen ze beter gebruiken dan laten liggen. We moeten wel zien in welke mate we in september nog zelftesten/sneltesten in scholen nodig hebben. Ik hoor bij verschillende scholen een beetje terughoudendheid, zeker voor de testen die niet vervallen in de vakantie. Ze willen de testen misschien zelf bijhouden voor september, want ze weten niet hoe ze daar tegenover staan.
Ik zou willen oproepen om niet te hard met de vinger te wijzen naar scholen die ze eventueel niet zouden verspreiden.
In een aantal scholen zijn heel veel testen gebruikt, in andere heel weinig. Dat is een vaststelling die ik samen met jullie doe. Ik kijk ernaar uit dat er wijs mee wordt omgegaan, dat treed ik bij, minister, met die testen.
De heer Janssens heeft het woord.
Voorzitter, ik ben het voorstel en idee van collega Brouns genegen. We stellen donderdag inderdaad dezelfde vraag in de commissie Onderwijs. Ik deel vooral de bezorgdheid van de collega, omdat de verdeling van de zelftesten vrij laat op gang gekomen is, bijna tegen het einde van het schooljaar. Her en der zullen wel wat scholen met behoorlijk wat overschot zitten. Ik vind het bizar, minister, maar dat ligt niet aan u, dat ligt aan Onderwijs, we moeten daar de bevoegde minister voor ondervragen, dat er weinig zicht is op de aantallen die gebruikt zijn. Dat is essentieel om te weten.
Ik dacht net zoals collega Brouns dat binnen de idee van de subsidiariteit best een rol zou kunnen zijn weggelegd om die zelftesten in te zetten bij culturele of andere evenementen tijdens de zomer, waarbij het belangrijk is dat er snel duidelijkheid is. Bij het begin van de zomer zijn er nog meer niet-gevaccineerde mensen dan tegen het eind van de zomer. Wat dat betreft, zou ik graag snel beslissingen zien om ook zicht te krijgen op de hoeveelheid ongebruikte testen. Waar en wanneer kunnen die zo snel mogelijk worden ingezet?
Ik heb nog een praktische bedenking, minister. In de kleine gemeenten zijn er minder scholen en wellicht minder overschotten dan in grote gemeenten met grote scholen. Hoe krijgt u daar een correcte verdeling in? Hoe kunnen we zorgen voor een evenwichtige verdeling van de overschotten aan zelftesten?
Minister Somers heeft het woord.
Ik wil de drie collega’s danken voor hun aandacht en bezorgdheid rond dit thema, maar zoals twee van de drie, of zelfs drie van drie, zeiden, zijn dit zeer interessante vragen voor minister Weyts. Er zijn momenteel zelftesten voor het onderwijsveld, die zijn ter plaatse. Er is bewust voor gekozen om niet te onderzoeken hoeveel er gebruikt zijn en hoeveel niet. Op het moment dat de scholen in al hun wijsheid beslissen dat ze een aantal van die testen aan de samenleving ter beschikking kunnen stellen – sommige zullen misschien willen wachten tot september, dat is hun goed recht –, zou ik hen willen oproepen om contact op te nemen met de lokale besturen in hun omgeving, in de perimeter waar hun leerlingen vandaan komen. Lokale besturen, mijnheer Brouns, dat gaat u niet tegenspreken, zijn goed geplaatst om dit te bekijken.
Het katholiek onderwijs heeft al een oproep gedaan, ze denken aan de zorg- en de jeugdsector. Mijn oproep aan de scholen zou zijn om contact op te nemen met het lokale besturen, want zij zullen dat goed kunnen verspreiden.
Een volgende stap, mijnheer Janssens, is wat de gemeenten zonder scholen moeten doen. Tussen de gemeenten onderling is er toch wel enige interactie. Een school zou zelf kunnen beslissen om iets verder te kijken dan de plek waar ze zit. De school zou ook naar de buurgemeenten kunnen kijken.
Maar ten tweede hebben het onderwijsveld en de lokale besturen voldoende contact met elkaar. Als een bepaalde gemeente echt nood heeft aan zelftesten kunnen ze die vragen aan collega’s in de buurt.
Wat tot nu toe niet gebeurd is, dat wil ik nog eens herhalen, mijnheer Brouns, de gemeenten hebben zelf nog geen testen besteld. Ze kunnen dat doen. Dat zit nog niet in de call die wij aangeboden hebben. Daar is geen gebruik van gemaakt. We hebben een raamcontract afgesloten waar lokale besturen konden inschrijven, ze hebben dat nog niet gedaan. Dat is geen verwijt. Integendeel, ze hebben werk genoeg gehad. Dat geeft mij wel een zekere indicatie dat de urgentie niet supergroot is.
Laten we eerlijk zijn met elkaar, het is niet zo dat lokale besturen smeken om zelftesten. Dat is niet het huidige klimaat.
Samen met jullie zal ik goed luisteren naar het antwoord van minister Weyts. Nogmaals, mijn oproep aan de scholengemeenschappen is: als jullie zelftesten over hebben, neem contact op met het lokaal bestuur.
De heer Brouns heeft het woord.
Inderdaad, minister, we zitten hier op dezelfde golflengte. Het is niet zo dat de gemeenten vragende partij waren, maar ze zijn zoals steeds bereid hun verantwoordelijkheid te nemen, zeker als de scholen aangeven dat ze testen over hebben en daar niet goed raad mee weten. Er is communicatie geweest, er zijn scholen die proactief een verdeling gedaan hebben naar bevriende organisaties. Dat vernam ik deze ochtend nog.
Wat betreft lokale besturen en kleine gemeenten die geen scholen op hun grondgebied hebben, hebben wij het initiatief genomen om binnen de eerstelijnszones bijkomende communicaties te doen naar de scholen. Dat initiatief delen we met andere eerstelijnszones, altijd vanuit één bezorgdheid: het zou zonde zijn, mocht dat materiaal ergens liggen stof te vergaren, terwijl het elders nuttig gebruikt zou kunnen worden.
De vraag om uitleg is afgehandeld.