Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer De Reuse heeft het woord.
Ik ontving meerdere meldingen van Vlamingen met kinderen die geboren zijn voor 1 januari 2019 die recht hebben op een verhoogde wezenbijslag, maar die blijkbaar geen recht hebben op de coronatoeslag. Dit niettegenstaande het feit dat de overblijvende ouder een inkomen heeft onder de vastgelegde limiet. Concreet gaat dit over de groeipakketbedragen of de bedragen van rang 1, 2 en 3 van de Algemene Kinderbijslagwetgeving (AKBW). Er wordt nergens melding gemaakt van het feit dat de kinderen die een verhoogde wezenbijslag ontvangen ook recht hebben op de coronatoeslag. Blijkbaar zit er een fout of vergetelheid in het decreet van 27 november 2020. Hiervan werd door de uitbetalingsinstanties reeds melding gemaakt bij het Vlaams agentschap, maar tot op heden is hier geen reactie op gekomen.
Minister, waarom werd er geen rekening gehouden met de kinderen die een verhoogde wezenbijslag ontvangen? Bent u bereid om dit alsnog te bekijken? Welke acties gaat u ondernemen om dit probleem op te lossen en tegen wanneer? Kunt u ervoor zorgen dat hiervoor de nodige aanpassingen kunnen gebeuren, zodanig dat deze kinderen krijgen waar ze recht op hebben voor het jaar 2020? Hoever staat het met de extra ondersteuning in het kader van de COVID-19-pandemie in 2021?
Minister Beke heeft het woord.
De coronatoeslag waarover u spreekt, wordt eenmalig toegekend aan kinderen die in november 2020 recht hadden op de sociale toeslag omdat het gezinsinkomen onder de inkomensgrens van 31.605,89 euro lag. Gezinnen met een verhoogde wezentoeslag zijn, vanuit de AKBW, uitgesloten van een recht op sociale toeslag. Deze verworven rechten zijn overgenomen in het decreet groeipakket. Onder de AKBW ontvingen gezinnen waar een of beide ouders overlijden een forfaitaire verhoogde wezentoeslag van 368,05 euro per kind en daarbovenop een leeftijdstoeslag, op voorwaarde dat ze geen nieuw gezin vormen.
De verhoogde wezentoeslag is er gekomen ten tijde van de zogenaamde kostwinnersgezinnen, waarin moeders traditioneel niet werkten en financieel afhankelijk waren van het inkomen van hun echtgenoot. Er werd hier niet gedifferentieerd naar inkomenssituatie, en er werd ook niet in de mogelijkheid voorzien om sociale toeslagen toe te kennen.
Als de overlevende ouder in een gezin waar de andere ouder is overleden voor 2019 wel een nieuw gezin heeft gevormd, valt deze ouder terug op de gewone wezentoeslag, wat overeenkomt met de rangbedragen van 95 euro, 177 euro of 259 euro. Ouders in deze situatie kunnen wel recht hebben op een sociale toeslag, en bijgevolg dus ook op een coronatoeslag.
Het feit dat de coronatoeslag gekoppeld is aan de sociale toeslag is geen fout of vergetelheid, maar een gemotiveerde keuze. We houden vanuit het groeipakket rekening met de draagkracht van gezinnen. Gezinnen waar de nood groter is, zullen meer ondersteuning krijgen. In het geval van de verhoogde wezentoeslag, waarbij ieder gezin ongeacht de inkomenssituatie hetzelfde hoge bedrag ontvangt, is ervoor gekozen om daarbovenop niet nog een extra ondersteuning, zoals in dit geval de coronatoeslag, toe te kennen.
Er is geen nieuwe toeslag in het kader van COVID-19 gepland.
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, dank u voor dit antwoord. Er werd al verschillende keren melding van gemaakt. Die mensen hebben nog geen bericht gekregen over het waarom en het hoe. Maar goed, dit is bij dezen dan duidelijk. Ons inziens is dit toch een gemiste kans. Ik heb geen bijkomende vraag.
De vraag om uitleg is afgehandeld.