Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Tobback heeft het woord.
Minister, mijn vraag om uitleg heb ik een paar weken geleden ingediend, toen er een promocampagne liep onder het motto ‘vervang uw mazoutketel vóór het stookolieverbod’, waarbij een producent van mazoutketels een mooie korting gaf voor de snelle vervanging van oudere ketels terwijl het nog mag.
Dat was de boodschap. Het was een soort lockdownfeestje voor stookolieketels, was mijn indruk. Als men dat soort promo moet voeren, toont het aan dat de vraag aan het teruglopen is en dat men probeert om er zo snel mogelijk vanaf te raken. Het is uiteraard de aangekondigde en terechte bedoeling van de Vlaamse Regering om dat zo snel mogelijk uit te faseren.
Daar staat dit toch wel haaks op, want lockdownfeestjes, zelfs als er besmettingen zijn, zijn met wat geluk in een paar weken voorbij, maar een mazoutketel gaat decennia mee. Dat betekent dat wie er vandaag nog een installeert, ons nogal vastketent voor ongeveer twintig jaar aan een technologie die we eigenlijk zo snel mogelijk vervangen willen zien, en waar we ook steun geven om ervan af te stappen.
Goed, de campagne is ondertussen misschien voorbij, maar ik neem aan dat de verkoop wel nog altijd verdergaat. Ik heb trouwens geen idee of de campagne voorbij is, eerlijk gezegd. Maar het leek mij toch nuttig om eens te informeren of u, minister, ten eerste weet had van deze campagne, of daar een reactie op geweest is en of er niet een tandje bij moet worden gestoken om te voorkomen dat we naar een heel grootschalige lock-in van verouderde technologie gaan, nu het nog kan.
Minister Demir heeft het woord.
Collega Tobback, ik ben het met u eens. Misleidende, foute informatie is eigenlijk gewoon niet correct. We zien de laatste tijd geregeld dat commerciële bedrijven in hun communicatie gewoon onwaarheden vertellen, dingen die niet kloppen.
In dit geval gaat het over het verbod op de vervanging van stookolieketels, dat er binnenkort inderdaad zal aankomen. U weet dat we bezig zijn met die uitfasering en dat zal kortelings ook naar de Vlaamse Regering moeten gaan. Ik ben wel goed aan het kijken naar dat flankerend beleid voor de meest kwetsbare groepen die die vervanging zullen moeten doen. Zodra ik daar een beleid rond heb, moeten we die uitfasering doen. Maar ik vind het wel heel vreemd dat die commerciële bedrijven mensen blaasjes wijsmaken. En ze doen dat eigenlijk puur uit eigenbelang. We hebben daarom ook een brief opgesteld die we eerstdaags zullen versturen naar de sector, met de vraag dat ze dergelijke foutieve informatie niet mogen publiceren.
We zien inderdaad dat in heel wat steden, bijvoorbeeld ook in Antwerpen, de grootste effectieve daling van CO2 te danken is aan het vervangen van de stookolieketel, door onder meer aardgas. Ik denk ook dat heel wat lokale besturen daar ook wel in zullen volgen. Het is ook wel een moeilijke maatregel voor heel wat mensen, denk ik. We gaan dat dus goed moeten aanbrengen. Daarom vind ik het wel heel belangrijk dat daar een flankerend beleid naast staat, zeker bij diegenen die het financieel heel moeilijk hebben. Ik wil die groep echt niet voor het hoofd stoten. Dat is iets wat we moeten doen en moeten uitvoeren. Het lijkt mij zeer correct dat u deze vraag stelt en dat ik de sector op het matje roep.
De heer Tobback heeft het woord.
Daar zou ik graag bij zijn, moet ik zeggen, maar het mag met een camera zijn.
Bedankt voor uw antwoord, ik denk dat we het met elkaar eens zijn dat dit niet kan en dat er wel degelijk een risico bestaat dat mensen hierdoor verleid worden, zeker mensen voor wie het inderdaad niet zo evident zal zijn om die mazoutketel te vervangen door een andere technologie.
Het zal niet voor iedereen evident zijn. De cijfers die u noemt zijn de cijfers van een stad, en in een stad is dat natuurlijk wat gemakkelijker, omdat er aardgasaansluitingen liggen en er dus maar een heel korte aansluiting moet worden gelegd. De kosten zijn dan vrij beperkt.
In het buitengebied is het vaak wat minder evident om een bestaande mazoutketel te vervangen en dan zal de verleiding groot zijn om dat nog snel te doen en ervan af te zijn. Ik kan mij voorstellen dat iemand van 65 nog snel een ketel zal willen installeren. Dan is hij ervan af en valt men hem niet meer lastig.
U zult dus met een flankerend beleid moeten komen dat echt wel wat oren en poten heeft om daar iets aan te doen. Ik hoop dan opnieuw dat dat niet beperkt blijft tot steunmechanismen die alleen toegankelijk zijn voor wie ze niet nodig heeft. Ik denk aan de hele discussie rond renovatiesteun. Ik wil u toch echt oproepen om de sector hard op het matje te roepen. U mag zich laten gaan wat mij betreft, met mijn complimenten. U kunt dat, daar heb ik alle vertrouwen in.
Langs de andere kant zult u toch meer moeten doen dan dat. Ik vraag toch dat we heel snel zicht krijgen op die flankerende maatregelen, dat daar duidelijkheid rond is. Zo kunnen we mensen helpen te overtuigen. Want dit is toch een doelstelling die we allemaal delen, lijkt mij.
De heer Danen heeft het woord.
Minister, het is inderdaad niet de eerste keer dat de sector misleidende informatie spuit. Ik denk bijvoorbeeld ook aan de campagnes rond PV-installaties. Mensen worden aangemoedigd om nog snel een PV-installatie te plaatsen om van de terugdraaiende teller te kunnen genieten, terwijl we weten dat het niet in uw of onze handen ligt of dat in orde komt. Dat is bijzonder laakbaar. Misschien is het een goede suggestie om een soort code van goede praktijk te laten ondertekenen of te onderhandelen met de brede energiesector om dit soort praktijken voor eens en voor altijd uit de wereld te helpen.
Rond energiecontracten is er ook zoiets getekend, en dat heeft op het terrein voor heel wat verbeteringen gezorgd. De echte kwajongens kun je er nooit helemaal uit halen, maar het zou goed zijn als de meeste bedrijven die handel drijven in die sector, daardoor worden gevat.
Minister, het is voor mensen vaak heel moeilijk om te beoordelen wat de goede verwarmingstechniek is voor bij hen thuis, zeker bij een grondige renovatie. Vaak gaan mensen af op de informatie die één installateur geeft. Ik ga ervan uit dat de meeste installateurs van goede wil zijn, maar ze raden vaak aan wat ze het beste kennen.
Minister, is er een mogelijkheid om een soort campagne op te zetten om een beslissingsboom te communiceren naar de mensen over welk soort verwarmingstechniek er vandaag interessant is bij een grondige renovatie of bij nieuwbouw? Die informatie ontbreekt momenteel volledig.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Het is inderdaad ergerlijk dat er nog vlug vlug misbruik wordt gemaakt van het vertrouwen dat mensen hebben in hun installateur. Meestal is het een goede installateur als hij de problemen oplost voor zijn klanten, en niet noodzakelijk prijsgebonden. Soms is het ook een vertrouwenspersoon, want als de verwarming stuk is, zijn de mensen blij dat de installateur dat binnen de kortste keren komt herstellen, want anders zitten ze in de kou. Het is eigenlijk een vorm van misbruik van het vertrouwen tussen installateurs en klanten.
Ik ben niet geneigd om de vraag van collega Danen te volgen, omdat de overheid technologieneutraal moet zijn. Als ze promotie maakt voor wat het beste systeem is, dan maak je keuzes. Het is heel gevaarlijk om vanop afstand een keuze te maken, omdat iedere woning anders is. De overheid moet er wel voor zorgen dat het label van de installateur – daar bestaan examens en opleidingen voor – op een hoog niveau staat, zodat het vertrouwen tussen installateur en klant kan blijven bestaan.
Collega Tobback, dergelijke acties ondermijnen voor een stuk dat vertrouwen. Net daarom moeten we dat streng veroordelen, omdat we het vertrouwen tussen installateur en klant hoog moeten houden. Het is nog altijd de installateur die weet wat de beste oplossing is voor een bepaalde woning.
Minister Demir heeft het woord.
Het is niet de eerste keer dat ik de sector op het matje roep. Ik heb dat ook gedaan in het dossier dat ze eigenlijk nog in orde moeten brengen inzake bodemverontreiniging. Dat is nog altijd niet in orde. Ze weigeren stappen te zetten in een engagement dat ze tien jaar geleden al hebben genomen. Ze laten hun eigen klanten in de steek, en dat is beneden alle fatsoen. Daar hebben we een duchtig woordje over gesproken, maar voorlopig zoeken we naar hefbomen om hen te dwingen. Dat is echter heel moeilijk. Ik heb er met mijn administratie over gesproken wat we kunnen doen zodat ze tot actie overgaan. Voorlopig hebben we heel weinig hefbomen.
Ik heb dat ook al besproken met de federale collega’s, om de sector te doen bewegen. Die engagementen zijn destijds ondertekend, maar men vertikt het en laat de mensen gewoon in de steek, mensen die jaren trouwe klant zijn geweest en die met gigantische kosten zitten. Dat is nog een dossier dat echt op mijn maag ligt. Dit is nu een ander. Ik zal hen daarop aanspreken.
Wat de uitfasering van stookolieketels betreft, is het inderdaad belangrijk dat we de mensen op het moment dat alles klaar is, de uitfasering en de flankerende maatregelen, ook goed informeren. Dat is hét moment, als men de stookolieketel wegdoet, dat men ineens een duurzame keuze maakt, die toekomstgericht is en die langer meegaat dan tien jaar. Ook dat aspect zullen wij met onze diensten in orde brengen, om de mensen goed te informeren.
De heer Tobback heeft het woord.
Bedankt, minister. Het zijn daadkrachtige woorden. Ik hoop dat er daadkrachtige daden zullen volgen, want het is inderdaad een sector die het algemeen belang niet altijd heel hoog neemt en die inderdaad op een vrij bizarre manier puur eigenbelang nastreeft, ten koste van alles, zelfs van een goede reputatie.
Ik wil nog even kort reageren op de stelling van collega Gryffroy dat de overheid te allen prijze technologieneutraal moet zijn. Ik denk, collega, dat u daar een beetje al te eenvoudig ideologisch bent. Op het moment dat we als overheid beslissen om stookolieketels uit te faseren, zijn we natuurlijk al niet meer technologieneutraal. Het is wel degelijk onze taak om, als we een aantal keuzes maken voor de toekomst, te proberen alles in het werk te stellen om mensen ook te helpen, om die keuzes mogelijk te maken en hen daar ook correct bij te adviseren. Dat is nog wat anders dan opleggen. Gewoon zeggen: ‘trek er uw plan mee, we zien wel’, daarmee gaat u een beetje al te kort door de ideologische bocht. Maar we zullen die discussie een andere keer voeren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.