Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Annouri heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, in de loop van deze zomervakantie werd een publieke raadpleging georganiseerd rond het ECA-havenuitbreidingsproject (Extra Containercapaciteit Antwerpen) op Linkeroever, met name rond de containercluster Linkerscheldeoever. Hiermee wordt een zware hypotheek gelegd op de overeenkomst met de burgerbewegingen van 29 juni 2018 en jaren van opbouwende dialoog, zo lijkt het toch. In feite werd de broze wapenstilstand opgeblazen die bereikt was met burgerbewegingen onder minister Weyts, waarbij de toekomst van het dorp Doel gevrijwaard zou worden en er geen Saeftinghedok boven op het dorp zou komen, maar enkel het zogenaamde boemerangdok, dat het dorp zou sparen. Deze keuze blijft wel het uitgangspunt in het voorkeursbesluit, maar aan tal van overeengekomen randvoorwaarden wordt nu blijkbaar geen uitvoering gegeven.
Eerder besliste de minister ook al de beloofde studie over een toekomstperspectief voor Doel, in overleg met de diverse stakeholders zoals de gemeente Beveren, de havengemeenschap en de burgerbeweging, niet meer op te starten omdat een aantal groepen toch een verzoek tot nietigverklaring van het ECA-voorkeurbesluit indienden bij de Raad van State. Daarover werden al voor de zomer vragen gesteld in de commissie.
De bezwaren die nu worden aangedragen rond het nieuw ingediend uitbreidingsproject, zijn niet min. Doel 2020, toch zowat de belangrijkste gesprekspartner, meldt onder meer volgende bezwaren. In de definitieve havenuitbreidingsplannen wordt Prosperpolder-Zuid – eerder door de Raad van State als natuurcompensatie vernietigd – toch weer natuurcompensatiegebied. De buffers ter hoogte van Kieldrecht en Verrebroek worden amper verhoogd. Het voorkooprecht van de overheid bij privaatverkoop van onroerend goed werd recent toch weer uitgeoefend buiten het eigenlijk projectgebied. Ten aanzien van het bouwkundig erfgoed wordt geen actie ondernomen. Met de kap van honderden bomen op de Drijdijk wordt het historische landschap verder verminkt. In Doel en het poldergebied wordt alles wat de leefbaarheid ten goede komt, zonder meer afgeblokt. Er worden ook geen leegstaande panden vrijgegeven aan geïnteresseerden.
Aangezien de hele procedure dient om "de verwachte groei van containertrafiek tot 2030 in het havengebied Antwerpen op te vangen", vraagt Doel 2020 dat de economische onderbouw van het hele project, de behoefteraming, opnieuw wordt bekeken.
Naar aanleiding van de aanleg van het Deurganckdok is bovendien gebleken dat er in de Schelde veel meer gebaggerd moet worden dan oorspronkelijk via voorbereidende studies was geraamd. Dat had serieuze financiële gevolgen voor de Vlaamse overheid, want de afdeling Maritieme Toegang heeft een zogenaamde ‘current deflecting wall’ moeten bouwen om het sediment te sturen en de afdeling Regio Centraal van de Vlaamse Waterweg moet systematisch meer baggeren. Daarnaast zijn er ook ecologische gevolgen, want het troebel worden van de Schelde zal zeker een impact hebben op het waterleven. Dat troebel worden kan zelfs zo erg worden dat we in de Schelde een zogenaamde ‘fluid mud’ gaan krijgen, een soort van modderrivier dus. En dat is geen goede zaak.
De beslissingen over een nieuw getijdendok moeten dus gebeuren op basis van uitgebreide studies waarin echt alles wordt meegenomen. Daarom heb ik de volgende vragen voor u, minister. Zitten we niet opnieuw in een escalatiescenario met de burgerbewegingen, waardoor een nieuwe patstelling dreigt? Dat moeten we toch voorkomen. Waarom is er geen of onvoldoende rekening gehouden met de afspraken met de burgerbewegingen?
Hebt u een plan B als het voorkeurbesluit alsnog onderuit zou worden gehaald door de Raad van State? Is het niet nodig om de behoefteraming, de verwachte containertrafiek, te herbekijken, zeker rekening houdend met de effecten van de coronacrisis?
Zult u voor ECA een maatschappelijke kostenanalyse laten opmaken voor het nieuwe getijdendok, waarin ook alle extra en niet-voorziene kosten van het Deurganckdok worden meegenomen?
Zijn er onderzoeken lopende naar de risico's van een steeds troebeler wordende Schelde, die ‘fluid mud’? Worden die onderzoeken meegenomen in het ECA-project?
Minister Peeters heeft het woord.
Bedankt, mijnheer Annouri. Ik denk dat u de procedure van het complex project ECA heel goed kent en wellicht ook tot in detail gevolgd hebt in het Antwerpse.
Het verhaal is bekend. In december 2019 heeft deze Vlaamse Regering een voorkeursbesluit goedgekeurd in het kader van het complexe project ECA, waarbij werd gekozen voor alternatief 9, dat enerzijds de uitbreiding van een dok voorziet, maar anderzijds ook toekomstperspectieven geeft aan Doel, in die zin dat de gewestplanbestemming van Doel sowieso gegarandeerd blijft en het rood ingekleurd blijft.
De Vlaamse Regering heeft het Departement Mobiliteit en Openbare Werken de opdracht gegeven om een toekomstperspectief voor Doel uit te werken. De opmaak van dat toekomstperspectief als dusdanig staat los van de procedure van het complexe project ECA, maar de Vlaamse overheid zorgt wel voor een inhoudelijke en een praktische afstemming tussen beide. Er werd een extern studiebureau aangesteld. Er werd ook een begeleidingsgroep samengesteld. Daarin zitten onder meer een heel aantal actiegroepen, burgerbewegingen, Doel 2020, overheden en andere. Kortom, het is een uitgebreide begeleidingsgroep die zich buigt over de toekomstperspectieven voor Doel.
Zoals u zelf aangaf, heeft de Raad van State intussen een aantal verzoekschriften ontvangen tot vernietiging van het voorkeursbesluit. Heel belangrijk is dat het gaat om een vernietigingsverzoekschrift en niet om een schorsingsverzoekschrift. De schorsing is niet aangevraagd, dus wat dat betreft kunnen we verder werken in het kader van de procedure complexe projecten in de fase waarin we nu zitten, namelijk de uitwerkingsfase, waarin nog heel wat extra onderzoek loopt. Dat verdere onderzoek gaat over de vraag of er nood is aan extra containercapaciteit en of er nood is aan welbepaalde milieumaatregelen. Kortom, de uitwerkingsfase vraagt sowieso nog heel wat extra onderzoeken. Dat blijft dan ook zijn verdere verloop krijgen.
We leven uiteraard in een rechtsstaat. Het staat eenieder vrij om zijn of haar belangen te verdedigen. Dat geldt uiteraard ook voor die instanties of verenigingen die van oordeel zijn dat ze dat voorkeursbesluit toch het best gaan aanvechten voor de Raad van State. Dat is eenieders recht, maar u hebt terecht gezegd dat de studieopdracht inzake het toekomstperspectief sowieso is opgeschort, omdat het moeilijk is om tegelijkertijd rechter en partij te zijn, omdat het moeilijk is om te procederen en te participeren. In het kader van de procedure complexe projecten is er juist een heel breed participatief proces, een heel groot gamma aan overlegstructuren.
Als iemand tegelijkertijd tegen het resultaat van de overlegprocedure begint te procederen, laat dat natuurlijk een zekere nasmaak na. Om die reden is de studie voorlopig opgeschort. Dat is een beslissing van de Vlaamse Regering.
Dat betekent niet dat we al die tijd niets doen. Integendeel, ik heb de afgelopen maanden met verschillende betrokken partijen rond de tafel gezeten. Ik wil opnieuw werken aan een gedragen verhaal waar iedereen zijn schouders onder kan zetten. Ik wil sowieso tot een constructieve oplossing komen. Om die reden heb ik meermaals gesteld dat de deur van mijn kabinet voor iedereen openstaat. Iedereen is welkom op mijn kabinet. Als iemand een dossier wil bespreken, kan dat uiteraard.
Naar aanleiding van de communicatie heb ik heel recent een heel constructief gesprek gehad met de mensen van Doel 2020. De komende weken zijn nog heel wat gesprekken ingepland met diverse stakeholders die bij het complex project ECA zijn betrokken. Die gesprekken lopen voort en ik heb daar alleszins een goed gevoel bij. Het zijn alleszins constructieve gesprekken.
Daarnaast heeft het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW) de afgelopen jaren heel wat bijkomende inspanningen geleverd om tegemoet te komen aan tal van vragen van tal van partijen, waaronder de actiegroepen. Een aantal gebouwen die eigendom van de Vlaamse overheid zijn, zijn weer ter beschikking gesteld voor bewoning of voor ander gebruik.
Mijnheer Annouri, u weet wellicht dat ook andere aspecten worden onderzocht, bijvoorbeeld de mobiliteitsaspecten en de buffers. Dat ligt allemaal nog op tafel. Er is zeker nog niets definitief afgeklopt. Alle actoren hebben inspraak in de scope en de methode die de diverse onderzoeken met zich meebrengen. Ze zullen in de toekomst nauw betrokken blijven bij het verdere verloop van die studies.
Wat de uitbreiding van de haven betreft, zijn me een aantal vragen over de bijkomende containercapaciteit gesteld. De vraag is dan of er met de COVID-19-crisis wel nog nood aan bijkomende containercapaciteit is. Ik heb in diverse persberichten gelezen dat de havenactiviteiten ondanks de pandemie op een zeer hoog peil zijn gebleven. We weten dat de drempel van 80 procent van de capaciteit in 2019, voor de COVID-19-crisis, al is overschreden. In verband met een economie wordt gedacht aan groei. Dat geldt zeker voor de haven van Antwerpen. Indien meer dan 80 procent van de capaciteit voor het overslagvolume wordt gebruikt, moeten we daar sowieso wat bijsteken. We moeten toekomstgericht nagaan welke maatregelen we moeten nemen om congestieproblemen te voorkomen en om tegelijkertijd ook nieuwe klanten aan te trekken om groei mogelijk te maken. Als we specifiek naar 2020 kijken, blijkt dat tijdens het eerste kwartaal toch nog een groei is opgetekend, zeker wat de overslag en de containertrafiek betreft.
Is in het licht van de COVID-19-problematiek nog bijkomende containercapaciteit nodig? Wij zijn van oordeel dat dit het geval is. Ik denk dat niemand wil zeggen dat we maar met de huidige procedure moeten stoppen omdat het niet meer nodig is. Integendeel, alle toekomstplannen en barometers tonen aan dat het wel degelijk nodig is om expliciet te voorzien in uitbreidingscapaciteit voor de haven.
Mijnheer Annouri, u weet dat voor het voorkoopbesluit een heel aantal studies zijn uitgevoerd. Het gaat dan om maatschappelijke kosten-batenanalyses, maar ook om trafiekprognoses en dergelijke. Ook voor de uitwerkingsfase wordt nog heel wat onderzocht. Alles toont aan dat we verder moeten gaan met dat waar we mee bezig zijn. De behoefte aan die extra containerbehandelingscapaciteit ligt heel hoog. We moeten daar dus zeker mee verder gaan.
En ten slotte kan ik u ook meegeven dat in de voorbereiding op het voorkeursbesluit een strategisch milieueffectenonderzoek werd uitgevoerd. Er zijn heel wat studies uitgevoerd. U vindt die allemaal op de website van het complex project ECA. Er zijn heel wat studies rond het thema water, onderhoudsbaggerwerken en troebelheid. Tal van experten zijn van oordeel dat alle studies en analyses op de Schelde die sinds 1999 onafgebroken werden uitgevoerd, destijds rond de opvolging van de bouw van het Deurganckdok en de realisatie van het Sigmaplan, altijd heel goed gescreend en gemonitord zijn. Men blijft nakijken wat de kansen zijn om de zogenaamde ‘fluid mud’ en de vertroebeling van de Schelde grondig te analyseren.
De voornaamste conclusie die uit al deze studies naar voren is gekomen, is dat de Schelde zich de afgelopen decennia nooit in een evenwichtssituatie heeft bevonden omdat de aanpassingstijd aan de ingrepen die hebben plaatsgevonden altijd groter was dan de tijd tussen de ingrepen. Dat klinkt misschien allemaal heel erg technisch, maar men gaat er alleszins van uit dat onder de actuele omstandigheden niet meteen te verwachten valt dat de Schelde evolueert naar een hypertroebele toestand. Wat dat betreft is men daar eigenlijk wel gerust in en kan men verder gaan.
Ik wil benadrukken dat wij op dit ogenblik in de uitwerkingsfase zitten. Daar zal de slibconcentratie continu opgevolgd en gemonitord worden. Ik hoop alleszins dat de uitwerkingsfase tot een goed resultaat kan leiden en dat we zo snel mogelijk tot een projectbesluit kunnen komen.
Heb ik een plan B als de Raad van State morgen het voorkeursbesluit vernietigt? Neen, ik heb geen plan B. We moeten het probleem oplossen als het zich stelt. Het is een traject van onze procedure complexe projecten. Dat is een project met heel veel inspraak, heel veel participatie en heel veel cocreatie. Het staat natuurlijk iedereen vrij om naar de Raad van State te gaan, maar ik denk toch dat de dossieraanpak in het kader van deze procedure heel goed verlopen is. Neen, ik heb geen plan B. Wij werken verder in de richting van een projectbesluit. Wanneer het op een beslissing van de Raad van State stuit, zullen we die beslissing respecteren en maatregelen moeten nemen. Aan een plan B werk ik op dit ogenblik nog niet.
De heer Annouri heeft het woord.
Minister, ik bedank u oprecht. U hebt echt de tijd genomen om al mijn vragen te beantwoorden. Ik apprecieer dat. U hebt uitgebreid geantwoord.
U zegt dat het ongelooflijk belangrijk is om volop in te zetten op participatie en dat uw deur altijd openstaat voor overleg. Dat is een cruciaal element, maar de werkelijkheid is vandaag wel dat de mensen het gevoel hebben dat afspraken die werden gemaakt met burgerbewegingen, voor een stuk niet worden gehonoreerd. De mensen maken zich zorgen. Dat moeten we vermijden. In die regio werden in het verleden al ‘a fair share’ van afspraken niet nageleefd. Die regio heeft al heel wat moeilijke momenten gehad. Ik begrijp voor een stuk die onrust. We moeten ervoor zorgen dat die onrust maximaal wordt weggenomen.
U geeft zelf eerlijk aan dat u geen plan B hebt en dat u hoopt dat dat niet nodig zal zijn. We zullen zien wat daaruit komt. Maar mijn punt is dat we dat soort patstellingen moeten vermijden. Er is in het verleden geïnvesteerd in overleg met burgers, er zijn afspraken gemaakt, en nu worden die voor een stuk overruled. Ja, dan creëer je dit soort situaties, die te vermijden zijn. Als er op een transparante en betere manier zou worden bestuurd, zouden gemaakte afspraken gehonoreerd worden.
U hebt ook verwezen naar die ‘fluid mud’. Volgens u is daar geen enkele risico, maar dat strookt niet helemaal met informatie die ik zelf heb en met de zorgen die daar momenteel leven. Ik zal ze eens naast het onderzoek leggen waar u naar verwezen hebt en daar ongetwijfeld over terugkoppelen.
Ik heb geen bijkomende vragen of opmerkingen.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Mijnheer Annouri, ik vind uw vraag belangrijk genoeg om zelf ook aan te sluiten. Ik wil kort nog twee elementen meegeven, want de minister heeft al zeer uitgebreid geantwoord.
Wat inspraak en participatie betreft, is een heel uitgebreid traject gevolgd. Het is dan ook jammer, maar eenieder doet wat hij meent te moeten doen inzake processtappen, dat het in procedures moet eindigen, vooral als we dan zien dat er zo veel inspraak, participatie en samenwerking is geweest. Minister, dit gezegd zijnde, ben ik zelf ook bereid om mee na te denken en pistes aan te reiken om te deblokkeren. Vanuit de haven maken wij zelf ook een soort van oefening om te zien hoe we met die bouwstenen aan de slag kunnen. Beschouw het als een soort van aanbod. Ik weet dat ook Beveren aan het bekijken is wat gedragen kan worden in die buurt om uiteraard ook het comfort te geven dat Doel behouden blijft. We gaan daar niet, collega Annouri, een soort dok of iets anders over leggen, dat is niet de bedoeling. Er is wel degelijk beslist om het gebied Doel te behouden en we moeten nu aan de slag met die bouwstenen erfgoed, poort op het Waasland, de vraag naar bewoning. U weet dat dat heel moeilijk in overeenstemming te brengen is met een 24/7-terminaluitbating. Er zal heel goed bekeken moeten worden wat onder welke voorwaarden mogelijk is, maar we zijn zeker bereid om daar mee over na te denken. Ik denk dat de minister daartoe de nodige stappen zal zetten.
Een tweede element is het economisch belang. Die uitbreiding is natuurlijk enorm belangrijk. Wanneer we naar de 80 procent bezetting van een containerterminal gaan, dan zitten we met congestie, met een minder optimale werking. Die uitbreiding is dus noodzakelijk, die behoefteraming is uitgebreid gebeurd. En, collega Annouri, we hebben vastgesteld dat we tijdens deze crisis volledig operationeel zijn gebleven, dat er heel veel is geconsolideerd in de haven van Antwerpen en dat we nu, na acht maanden, op een beperkt verlies zitten van min 5,1 procent over all. Dat is een pak beter dan sommige havens zoals Le Havre, dat op min 28 procent is gestrand, Barcelona, op min 21 procent en Hamburg, op min 12 procent .
Collega, wilt u afronden?
Wat het aantal containers betreft, hebben we een klein verlies van 0,6 procent geboekt, wat betekent dat de containerbusiness die crisis heel sterk heeft doorstaan. Dat noopt ons ertoe te denken dat die ook in de toekomst een groei zal kennen zoals we die in het verleden hebben gekend.
Slotvraag aan u, mijnheer Annouri: gelooft u, alle bezorgdheden ten spijt, mee in het signaal ‘we are open for business’ en dat wij als haven willen blijven groeien? Ik vind het heel belangrijk om dat van Groen te horen, want dat hebben we nog niet vernomen.
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, ik dank u voor de engagementen die u neemt. Mevrouw De Ridder haalt een aantal heel belangrijke elementen aan, waarbij ieder op zijn niveau, u op uw niveau en wij vanuit het Waasland en vanuit de havengemeenschap, moeten proberen alles in overeenstemming te brengen. Ik denk dat niemand zit te wachten op opnieuw een jarenlange procedureslag met jarenlange onzekerheid voor iedereen. Ik denk dat we dat te allen tijde moeten vermijden. Op het moment dat we beginnen aan de extra economische activiteit die belangrijk is voor Vlaanderen, voor de haven van Antwerpen en voor het Waasland, moeten we ook vermijden dat er opnieuw procedures worden opgestart omdat een aantal zaken over wonen foutlopen door de definitie die aan wonen wordt gegeven.
Ik heb nog een bijkomende vraag. En u weet dat ik altijd op dezelfde nagel klop, minister, als er bijkomende capaciteit komt. Wij zitten nog altijd te wachten op de westelijke ontsluiting. De westelijke ontsluitingsweg van de haven ging er zijn toen het Deurganckdok kwam, maar die westelijke ontsluitingsweg is er nog altijd niet, waardoor vrachtwagens nog altijd dwars door het Waasland rijden. U bent nu bezig met ECA, wat zeer goed is, maar mag ik u vragen dat u er ook in uw andere hoedanigheid van Openbare Werken en zeker van Wegen zo snel mogelijk voor zorgt dat die westelijke ontsluiting er komt.
Ik heb u in Zwijndrecht die mooie geluidswering zien openen. Fantastisch is dat. Ik kan u aangeven dat we daar op de E34, langs de kant van Sint-Gillis-Waas, ook vragende partij voor zijn. U kunt dat perfect. U hebt nu geoefend in Zwijndrecht, dus u kunt dat ook in Sint-Gillis-Waas. Ik kijk ernaar uit om u te mogen ontvangen.
Minister Peeters heeft het woord.
Dank u wel, collega’s, voor de bijkomende opmerkingen. Ik denk dat niemand gebaat is bij onzekerheid en dat overleg nog altijd het beste middel is om uit de impasse te raken. Vandaar heb ik ook altijd gezegd dat mijn deur openstaat en ik kijk uit naar het constructief overleg dat we hebben. Het verhaal van Doel, decennialange onzekerheid, dat wensen we niemand toe, maar ook de haven moet haar perspectieven op groei kunnen waarmaken.
Maar ik heb er eigenlijk wel vertrouwen in, moet ik zeggen. Met alle stakeholders die ik her en der gehoord heb, heb ik er wel vertrouwen in dat we uit de impasse zullen raken. We hebben, zoals ik daarstraks ook al zei, zeer constructieve gesprekken gehad met een heel aantal stakeholders, onder andere met de mensen van Doel 2020, de mensen van de omliggende gemeenten en zo verder. We gaan zeker op dat elan verder en we hopen dat we daar zo snel mogelijk definitief uit zijn.
Mijnheer Daniëls, de westelijke ontsluiting en de geluidswanden: ik heb het genoteerd. Er zijn nog heel veel vragen, maar ook dat nemen we alleszins mee. We zullen bekijken hoe we daar toekomstgericht mee kunnen omgaan. En ja, onrust en onzekerheid, daar is niemand bij gebaat, en dus gaan we dat trachten te voorkomen.
Mijnheer Annouri, volstaat dat voor u?
Ik zou nog heel kort willen zeggen dat dit een mooie dag is. De gemeenteraad van Antwerpen en het Vlaams Parlement komen mooi samen en ik zou collega De Ridder willen bedanken voor haar uitgebreid antwoord. Alleen, als mensen procederen, dan komt dat, vrees ik, omdat ze niet geloven in of vertrouwen op het proces of dat ze bang zijn dat er dingen fout zullen lopen en zij dus in het nadeel zullen zijn. Dat moet je natuurlijk voorkomen, en dat doe je door goede trajecten op te zetten, open te communiceren en door gemaakte afspraken te honoreren. Als dat niet volledig gebeurt, dan begrijp ik dat mensen zich zorgen maken.
Collega De Ridder, wij geloven in een gezonde haven, maar ook in een gezonde leefomgeving, en ik zal u met plezier ons programma doorsturen over de haven van Antwerpen. Daar gaan we de komende maanden en jaren nog zeer uitgebreide debatten over voeren. Daar twijfel ik niet aan en ik kijk er ook al naar uit.
De vraag om uitleg is afgehandeld.