Verslag vergadering Commissie voor Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering en Stedenbeleid
Verslag
De heer Kennes heeft het woord.
Het is de tijd van de cyclus van zes jaar dat er op vele plaatsen in Vlaanderen op verschillende beleidsniveaus handtekeningen geplaatst moeten worden onder voordrachtsakten. We hebben daar in de loop der jaren in Vlaanderen een hele omvangrijke regelgeving rond uitgewerkt voor uitvoerende mandaten in zowel de gemeenten als de provincies en het voorzitterschap van de raden. Dat leidt er soms toe dat in de loop van de weken verschillende coalities in de maak zijn. We zien ook dat op een aantal plaatsen in Vlaanderen op dit moment de coalities nog niet in de maak zijn, omdat er nog te veel voorbereidende gesprekken bezig zijn of men eigenlijk in patstellingen zit. Ik ga geen namen noemen. Het is ook niet de bedoeling om het op specifieke situaties toe te spitsen. Maar het gaat om situaties die zich voordoen in Vlaanderen of die zich kunnen voordoen bij dit soort bestuursoefeningen.
Een belangrijk element in de ondertekening is dat er niet meer dan één gezamenlijke akte van voordracht ondertekend mag worden door dezelfde persoon voor eenzelfde functie. Een overtreding houdt namelijk in dat men geen uitvoerende of vertegenwoordigende functie meer kan opnemen, wat toch een zeer zware sanctie is voor mensen die politieke ambities hebben. Met de invoering van die regel heeft het Vlaams Parlement een machinerie opgebouwd tegen overloperij, postjesjagerij, en misbruik van handtekeningen. Dat is eigenlijk de basis, die goed heeft gewerkt en die ook op dit moment nog goed werkt.
De voordrachtsakten voor al deze functies bestaan uit drie delen. Het is wel belangrijk om dat even in de verf te zetten. Je hebt een deel met de identiteitsgegevens van de kandidaat die wordt voorgedragen, en die moet dat dan ook tekenen. Een tweede deel, de bijlage 1, is een feitelijke opsomming van de verkozenen van de gemeente- of provincieraad. En dan heb je ook nog een derde deel. Dat gaat dan over de mensen die de voordrachtsakte steunen. Dat zijn dus drie verschillende elementen in elke akte.
Men is dus op dit moment bezig met het vormen van die beleidsploegen, en de handtekeningen zijn dus volop gezet of reeds ingediend. Wat de voordracht van een kandidaat-burgemeester betreft, kan men tot een situatie komen waarbij verschillende blokken in een gemeente hun handtekening geplaatst hebben onder verschillende, maar nog onvolledige voordrachtsakten. Dit bedoel ik eigenlijk met ‘onvolledig’, zoals ik in de inleiding gezegd heb: er zijn drie delen, en ze is maar volledig als de drie delen samen één akte vormen. Het gevolg is dan dat er eigenlijk geen nieuwe voordrachtsakte meer ondertekend en ingediend kan worden omdat anders door een of meerdere ondertekenaars het verbod op het plaatsen van de tweede handtekening overtreden wordt, met de gekende sancties.
Ik heb volgende vragen in dit verband wanneer er blokkages ontstaan, zoals ik er nu een aantal voor ogen heb – het klinkt allemaal misschien wat ingewikkeld.
Minister, welke initiatieven voorziet u wanneer zou blijken dan er per 1 januari 2019 voor bepaalde gemeenten geen geldige voordrachtsakte voor een kandidaat-burgemeester of andere functies op dat moment bij de installatie werd ingediend? Je kunt het immers ook opentrekken. Welke instrumenten hebt u ter beschikking om dergelijke situatie dan toch nog te deblokkeren en ervoor te zorgen dat er nog een geldige voordrachtsakte kan worden ingediend? In welke mate bestaat er dan een mogelijkheid om bijvoorbeeld de provinciegouverneur met een bemiddelingsopdracht te belasten om de situatie op het terrein te deblokkeren? Hebt u reeds bepaalde instructies aan de gouverneurs gegeven in het geval zich een dergelijke blokkage zou voordoen?
Zoals hoger gesteld bestaat een voordrachtsakte uit verschillende delen. Het eerste deel bevat de identiteitsgegevens van de voorgedragen kandidaat, en die moet ook daaronder een handtekening plaatsen. Logischerwijze plaatsen de voorgedragen kandidaten dus twee handtekeningen. Ze dragen zichzelf dus mee voor. Maar dat is op zich ook niet verplicht. Ze kunnen ook door anderen worden voorgedragen, maar ze moeten zelf dan wel hun akkoord plaatsen onder die identiteitsgegevens. Dan gaat het over die handtekening. Wordt die beschouwd als een bekrachtiging van de identiteitsgegevens of wordt die ook mee in rekening genomen om te bepalen of een persoon al dan niet een tweede handtekening op een voordrachtsakte heeft geplaatst, wat in de regel eigenlijk in het derde deel van de voordrachtsakte gebeurt?
Minister Homans heeft het woord.
Collega Kennes, wat uw eerste vraag betreft, en dat geldt eigenlijk ook voor uw tweede vraag: ik ga ervan uit dat we het er allemaal over eens zijn dat het correct indienen van een voordrachtsakte natuurlijk wel een verantwoordelijkheid is van de lokale politici. U hebt gezegd dat er wel een en ander misloopt, maar ik wil toch nog eens wijzen op die verantwoordelijkheid. Het is natuurlijk ook belangrijk dat die lokale politici dan ook zeer bedachtzaam en met toch wel enige verantwoordelijkheidszin omspringen met het plaatsen van een handtekening op een dergelijke akte. Ik wil dat hier toch nog eens onderstrepen.
In het geval van akten van voordracht voor de burgemeester – concreet een van uw eerste vragen, collega Kennes – is het mijn bevoegdheid om over de ontvankelijkheid te oordelen. Als er een betwisting is, is het de bevoegdheid van de Raad van State.
In het geval van akten van voordracht voor schepenen zijn de gemeenteraden bevoegd voor de ontvankelijkheid, en in het geval van akten van voordracht voor gedeputeerden zijn de provincieraden bevoegd voor de ontvankelijkheid. Bij betwisting is de Raad voor Verkiezingsbetwistingen bevoegd. Voor schepenen en gedeputeerden is het dus niet de Raad van State, maar wel de Raad voor Verkiezingsbetwistingen.
Ik ga nu concreet in op uw vraag over de voordrachtsakte voor kandidaat-burgemeester. Als per 1 januari 2019 voor een kandidaat-burgemeester een akte werd ingediend die niet ontvankelijk is, zal ik de voorgedragen kandidaat natuurlijk ook niet benoemen. Vanaf het ogenblik dat ik dan heb bevestigd dat de ingediende akte onontvankelijk is, zal deze akte uit de rechtsorde verdwijnen. Vervolgens kan een nieuwe akte van voordracht voor een nieuwe of dezelfde kandidaat-burgemeester, die dan wel ontvankelijk zou zijn, opgemaakt worden. Zolang er geen nieuwe burgemeester benoemd is, blijft de uittredende burgemeester, onder om het even welke omstandigheden, gewoon zitten.
Wat uw tweede vraag betreft: het decreet Lokaal Bestuur legt geen vormvoorwaarden op waaraan een akte van voordacht moet voldoen. Het spreekwoordelijke bierviltje zou dus volstaan, zolang natuurlijk aan de ontvankelijkheidsvereiste van de dubbele meerderheid wordt voldaan. U hebt dat zelf ook al aangehaald, maar ik wil daar toch wel wat nuance in aanbrengen. Er is een meerderheid van de gemeente- of provincieraad vereist, respectievelijk voor schepenen of gedeputeerden, maar ook een meerderheid van handtekeningen van mensen die op de lijst staan waarop u verkozen bent. Een lijst is trouwens niet hetzelfde als een fractie. Zodra er een document bestaat waarmee een kandidaat voor een uitvoerend ambt bij de gemeente of provincie wordt voorgedragen en waarop handtekeningen staan, moeten we dit beschouwen als een authentieke akte van voordracht.
Collega’s, u weet dat het Agentschap Binnenlands Bestuur (ABB) modellen van akten van voordracht heeft. Die staan ook op de webstek van ABB. Dat zijn modellen van akten van voordracht voor kandidaten voor een uitvoerend ambt bij de gemeente of de provincie, respectievelijk schepenen en gedeputeerden. Die houden een bepaalde structuur aan. Het gaat dan om die drie zogenaamde delen, waar u zelf een beetje over uitgeweid hebt.
Eerst zijn er een aantal instructies met onder andere duiding rond de ontvankelijkheid en de vereiste bijlagen. Daarna komen er inderdaad drie delen. Het eerste deel zijn de identiteitsgegevens van de mensen die worden voorgedragen voor een uitvoerend mandaat, hetzij op lokaal, hetzij op provinciaal niveau. Het tweede deel van de akte zijn de verkiezingsuitslagen. Je kunt er bijvoorbeeld een kopie van Vlaanderen Kiest aan toevoegen. Het derde zijn inderdaad de handtekening van mensen die de voordracht ondersteunen.
Collega Kennes, om heel concreet op uw vraag te antwoorden – als ik ze tenminste goed begrepen heb, wat ik wel denk –: indien de voorgedragen kandidaat tekent bij deel 1 van de akte, de identiteitsgegevens, dan geldt dat voor de volledige akte. Die handtekening telt mee. Dat was volgens mij uw vraag en ik hoop dan ook dat ik die afdoende beantwoord heb.
De heer Kennes heeft het woord.
Bedankt. Dat is een heel duidelijke stellingname.
Ik heb wel een bijkomende vraag. Wat gebeurt er, als er door omstandigheden of bij problemen in een bepaalde gemeente geen voordrachtakte wordt ingediend?
Minister Homans heeft het woord.
Collega Kennes, uw bijkomende vraag heb ik, denk ik, eigenlijk al beantwoord toen ik op uw eerste vraag antwoordde. Als er geen geldige of ontvankelijke voordrachtakte is voor een burgemeester, dan blijft de huidige burgemeester gewoon zitten.
De heer Kennes heeft het woord.
Bedankt. Hiermee zijn al mijn vragen accuraat beantwoord.
De vraag om uitleg is afgehandeld.