Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Verslag
De heer Landuyt heeft het woord.
Voorzitter, minister, waarde collega’s, via de media vernamen we dat de mededader van een dodelijke steekpartij in Brugge ondanks elektronisch toezicht al tweeënhalve week spoorloos was verdwenen. De verdachte mocht zijn proces thuis afwachten, met een enkelband. Hoewel hij zijn woning niet mocht verlaten, werd het signaal van zijn enkelband in ieder geval gedurende tweeënhalve week niet opgepikt door de bewakingsbox die bij hem thuis was geïnstalleerd.
Naar aanleiding van deze specifieke individuele zaak werden er in ieder geval technische en praktische problemen gesignaleerd, die nog zouden voorkomen. Daarom de ongerustheid en de vraag of dit wel zo is, of het een geïsoleerd feit was of een uiting van een groter permanent probleem. Vandaar mijn vragen.
Minister, welke procedure wordt er eigenlijk gevolgd indien blijkt dat de enkelband van een persoon in voorhechtenis geen signaal meer geeft en zich dus mogelijk niet meer op de gewenste locatie bevindt? Wordt er gewacht tot de gerechtelijke procedure voortgaat of wordt dat meteen gemerkt, wat men zou veronderstellen?
Wordt dat doorgaans meteen ontdekt? Of is het naïef om dat te denken? Hoelang duurt het gemiddeld vooraleer politie, parket of de onderzoeksrechter in het kader van de voorhechtenis daarvan een signaal krijgt? Mijn vragen gaan dus over de praktijk in het kader van de voorhechtenis. Maar het is vooral ook een bezorgde vraag of dit een eenmalig voorval was, of iets dat zich nog dreigt voor te doen?
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Collega, de voorlopige hechtenis onder elektronisch toezicht verloopt altijd via een systeem van geolokalisatie, waardoor het Vlaams Centrum Elektronisch Toezicht, kortweg VCET, de plaats kan bepalen waar de inverdenkinggestelde zich bevindt. Dat systeem van geolokalisatie is samengesteld uit een identificatieband die permanent aan de enkel moet worden gedragen, een mobiel geolokalisatietoestel dat de inverdenkinggestelde moet bijhouden, en een box die dient als ondersteuning voor het geolokalisatietoestel wanneer de inverdenkinggestelde op zijn verblijfplaats van elektronisch toezicht is en die de enkelband moet detecteren.
Het VCET houdt 24 uur op 24 toezicht op het systeem van de geolokalisatie. De inverdenkinggestelde moet de enkelband permanent dragen en het geolokalisatietoestel, de gps, bij elke toegestane verplaatsing meenemen. De justitiabele moet ook permanent bereikbaar zijn voor het VCET.
Als het VCET een alarm ontvangt van niet-detectie of als een justitiabele zich op een andere plaats bevindt dan toegelaten, of ook als de justitiabele zijn materiaal beschadigt of bij elke andere overtreding, wordt de justitiabele eerst gecontacteerd om uitleg te vragen over de gemaakte vaststellingen. De medewerker van de monitoring contacteert daarna het directielid, dat na analyse van het dossier een beslissing neemt. Overtredingen worden vervolgens gemeld aan de onderzoeksrechter, of na regeling van de rechtspleging, wanneer het gerechtelijk onderzoek beëindigd is, aan het openbaar ministerie.
Behalve een melding bij de bevoegde magistraat worden de meest ernstige overtredingen, bijvoorbeeld alle gebeurtenissen die een ontsnapping vormen of een onttrekking aan het elektronisch toezicht, door het VCET ook gemeld aan de gevangenisdirecteur en de politie. Die stappen worden, telkens weer, onmiddellijk genomen na het vaststellen van de overtreding. Voor de avonduren of nacht is daarvoor een specifieke procedure opgesteld en wordt er samengewerkt met de federale politie om de gegevens van de magistraat van wacht te verkrijgen.
Ik wil toch nog eens benadrukken dat elektronisch toezicht een actieve en zelfs positieve medewerking van de betrokkene vereist. Het beoordelen van de opportuniteit en de mogelijke tegenindicaties voor het toekennen van het elektronisch toezicht behoort tot de bevoegdheid van de opdrachtgever. De bevoegdheid van het VCET slaat op het correct monitoren en opvolgen van het elektronisch toezicht en het signaleren wanneer iets misloopt via de vooropgestelde procedure, zodat de bevoegde opdrachtgever de nodige beslissingen kan nemen.
Tot slot kan ik nog aangeven dat er steeds voldoende enkelbanden met gps-technologie voorhanden zijn. Als er een technisch probleem wordt vastgesteld tijdens het aanbrengen van het bewakingsmateriaal of tijdens de uitvoering van deze uitvoeringsmodaliteit, wordt er dadelijk contact opgenomen met de helpdesk van de leverancier voor de nodige ondersteuning. Daarnaast worden op geregelde tijdstippen opleidingen georganiseerd over het bewakingsmateriaal voor de medewerkers van de mobiele eenheid, de monitoring en de directie.
De heer Landuyt heeft het woord.
Bedankt, minister, maar mijn vraag betrof eigenlijk het voorval in Brugge. Ik heb misschien de fout gemaakt om niet de specifieke datum te geven. U geeft een beschrijving van wat er normaal moet gebeuren, maar ik breng u een geval aan waarbij het niet normaal is gebeurd. Tweeënhalve week wist men van niets. Hij was al tweeënhalve week weg, en pas dan was er op een of andere manier een alarm. Er moet in de door u beschreven procedure dus iets verkeerd gelopen zijn, of niet? Dat was de kern van mijn vraag. Mijn vraag ging eigenlijk niet over het systeem zoals het zou moeten werken, maar over het feit dat het niet gewerkt heeft. Men zegt ook dat er nog problemen zijn en dat het nog kan voorkomen. Ik wou u de kans geven om dat al dan niet te weerleggen.
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Het is een beetje delicaat in een concrete situatie, maar wat ik heb aan informatie, laat mij niet toe om te denken dat er een probleem geweest is, anders dan wat ik u beschreven heb. Ik heb bij ons geen aanduiding dat er iets zou zijn misgegaan. Als ik het Belgabericht lees, gaat het over iemand die vier keer onder voorwaarden was vrijgelaten. Dan is hij onder elektronisch toezicht geplaatst. Op een bepaald moment heeft hij zich daaraan onttrokken. Volgens mijn informatie is dat allemaal gemeld. Maar het is niet omdat ze die pas een maand later vinden, dat dat betekent dat er iets fout is gegaan in de procedure.
Dat kan het misverstand zijn. Men stelde het voor alsof men het tweeënhalve week niet geweten had.
Ik ga voort op wat ik krijg. Men heeft dat vrij duidelijk en snel gesignaleerd, maar elektronisch toezicht veronderstelt een zekere participatie. Als je je daaraan wilt onttrekken... Als ik het goed gelezen heb, heeft men de betrokkene uiteindelijk wel teruggevonden. Hij is ondertussen zelfs bij bestek veroordeeld. Ik heb geen aanduidingen dat dat zou betekenen dat men een hele tijd niet zou hebben geweten dat hij zich daaraan heeft onttrokken.
Dan is dat een goede weerlegging, want dat was de discussie, tot op de markt bij ons. Anders moet u het nog maar eens controleren. Ik zou een beetje ongerust zijn dat er iets misgelopen is.
Ik lees in het krantenbericht: “Volgens de verdediging is de Leuvenaar sindsdien spoorloos. 'De enkelband geeft geen signaal meer en wij weten zelf ook niet waar hij is.'”
Voor alle duidelijkheid: we hebben de vraag aanvaard, omdat gepeild werd naar een systeemfalen, en niet op basis van een individueel feit. Als de minister zegt dat er in dat individuele feit een melding gebeurd is, denk ik dat u een antwoord hebt.
In het krantartikel staat: “Gisteren bleek dat hij al twee weken spoorloos is.” Dat kan zijn dat op de rechtbank de ene of de andere dat vastgesteld heeft, maar dat wil niet zeggen dat die intern niet gesignaleerd zou zijn. Dat is niet hetzelfde.
Ik zou het nog eens navragen. De analyse van de krantartikels en van de procedure hebt u gemaakt, maar ik zou individueel eens navragen of daar echt geen probleem is geweest. Misschien zijn ze ook niet trots om het te melden. Ik geef het maar mee. Ik speel open kaart.
De vraag om uitleg is afgehandeld.