Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
Mevrouw Christiaens heeft het woord.
Motorfietsen maken een steeds groter deel uit van het Belgische wagenpark: op dit moment 6,5 procent van alle voertuigen die zich op de weg bevinden. Aandacht voor de motorrijder van zowel het verkeer als het beleid is daarbij belangrijk. Een van de aandachtspunten hierbij is het verhogen van de rijvaardigheid van de motorrijders. Een doorgedreven opleiding is voor elke verkeersdeelnemer belangrijk, en extra vaardigheden kunnen motorrijders als kwetsbare weggebruikers enkel versterken.
Vlaanderen neemt daarvoor al heel wat initiatieven. U organiseert jaarlijks de Dag van de Motorrijder. Dit jaar was dat op 20 maart. Deze editie kon rekenen op 1400 deelnemers op 12 verschillende locaties. Dat antwoordde u op een schriftelijke vraag die ik u daar eerder over stelde.
Daarnaast biedt de Vlaams Stichting Verkeerskunde (VSV) ook een opleiding aan: een dagopleiding waar de nadruk ligt op motorbeheersing, veilig of defensief rijgedrag en het goed inschatten van gevaarlijke situaties. De VSV organiseert die opleiding op verschillende locaties in Vlaanderen voor 99 euro. De VSV stelde na de Dag van de Motorrijder 2016 een stijging van het aantal inschrijvingen vast.
De vermelde initiatieven bieden de motorrijders enerzijds de kans om de zwaktes in hun eigen rijvaardigheden te erkennen en anderzijds de mogelijkheid om tegen een voordelig tarief een bijkomende training te volgen. Toch blijft een grote groep van motorrijders moeilijk bereikbaar.
Uit een enquête die ik afnam bij ruim 1400 motorrijders in samenwerking met Febiac en Motorcycle Action Group (MAG) bleek 72 procent van de ondervraagden geen opfriscursus te volgen. Degenen die deze enquête invullen, zijn ook sowieso de meer geëngageerde motorrijders.
Het grootste deel daarvan gaf aan voldoende ervaring te hebben en deze cursus niet nodig te hebben. Een groep van 11 procent gaf aan dit niet te doen omdat zij niet op de hoogte waren van het initiatief of omdat ze de rijvaardigheidscursus te duur vinden.
Febiac bevestigt de moeilijke bereikbaarheid van een grote groep motorrijders. Het zijn net de motorrijders die bewust bezig zijn met hun rijtechniek en wegbeheersing die deelnemen aan de initiatieven. Het is belangrijk om ook die andere groep te bereiken.
Minister, op welke manier wilt u het bestaande aanbod en het belang van bijkomende vorming voor motorrijders ruimer bekendmaken? Welke knelpunten liggen volgens u aan de basis van de beslissing om al dan niet deel te nemen aan het vormingsaanbod? Hebt u daar al enig onderzoek naar laten verrichten? Op welke manier hoopt u het vormingsaanbod te kunnen verhogen?
Minister Weyts heeft het woord.
Mevrouw Christiaens, ik weet dat de motorrijders u na aan het hart liggen. Ik heb een evaluatie laten maken over de afgelopen Dag van de Motorrijder. Het concept is geprofessionaliseerd. Daar waar het toenmalige opstartweekend werd georganiseerd door een speler, Motorcycle Action Group, gebeurt de organisatie nu met verschillende partijen: de rijscholen, rijvaardigheidscentra, winkels, motorclubs en politiezones. De VSV speelt hierin een coördinerende rol.
Dit nieuwe concept werpt zijn vruchten af. Ter vergelijking: het opstartweekend in 2014, op 8 locaties kende 812 deelnemers. De Dag van de Motorrijder dit jaar kende er 1400 op 12 locaties.
In eerste instantie mik ik op het verbeteren van de Dag van de Motorrijder door een nauwere samenwerking met de partners, het afsluiten van nieuwe partnerships en de uitbreiding van de activiteiten op de locaties. In de editie 2017 zal er ook veel aandacht zijn voor het verbeteren van de communicatie, met een snellere verspreiding van flyers en posters, de opmaak en verdeling van een persbericht onder de partners om meer lokale media te bereiken, het aanmaken van nieuwe, meer opvallende wegwijzers naar de locaties en meer promotie voor andere opleidingsdagen gericht op motorrijders.
Wat betreft de samenwerking wordt Febiac nauwer betrokken bij de organisatie van de dag in 2017. De Dagen Veilig Motorrijden van de Antwerpse politie zullen trouwens ook op dezelfde dag worden georganiseerd. Ook daar zoeken we dus partnerships.
De verschillende opleidingslocaties hebben tips en trics uitgewisseld en zijn samen bezig met de voorbereidingen voor de activiteiten op hun locatie. Die locaties werden ondertussen vastgelegd waarbij we gaan naar twee per provincie. Nieuw is alleszins dat de VSV alle bedrijven die iets rond motorrijders doen, zal aanschrijven. Zowel handelaars als motorclubs allerhande zullen worden gevraagd om betrokken te worden bij die activiteit of rond die dag desnoods zelf iets te doen. Dat hoeft niet meteen per se participatie te zijn of een opfriscursus, maar, als het even kan, doorverwijzen en desgevallend zelf iets doen in het kader van dezelfde thematiek. Zo kan het, in plaats van enkel dat event van die opfriscursus, meer een dag worden specifiek van de motorrijder, in bredere aspecten.
Als de weergoden ons enigszins gunstig gezind zijn – wat ze verleden jaar niet bepaald waren – zouden we op minstens 2000 deelnemers moeten kunnen rekenen. Dat is alleszins de ambitie.
U hebt een vraag gesteld met betrekking tot de knelpunten. Aan de prijs zal het alleszins niet liggen. Er is geen bijdrage gevraagd voor die opfriscursus. Dat kan het dus niet zijn. Voor de premiumversie, de Ready to Ride, betaal je voor een dagcursus 99 euro. Als je dat op de private markt doet, betaal je 165 euro. Ook daar steken we dus aan toe. Dat kan het dus niet zijn.
Ik zie twee redenen in hoofdzaak. U duidt ze trouwens zelf aan. Enerzijds zijn er diegenen die een onwrikbaar geloof hebben in de eigen vaardigheden en denken dat ze geen baat hebben bij zo’n opfriscursus. Anderzijds zijn er diegenen die misschien wel welwillend zijn, maar onwetend over het bestaande aanbod. Daar ligt misschien iets meer onze taak. Zoals ik al zei, willen we daarop nog meer inspelen door nog breder te gaan in onze communicatiekanalen. Zo zullen we die aangeboden opleidingen beter afficheren. We proberen op de dag zelf er ook wat meer media-aandacht voor te krijgen. Je ziet in afgeleide orde dat men dan wel reageert, wanneer men dat eens heeft gezien in het journaal of op de lokale televisie. Maar dan is het natuurlijk al te laat en is het gepasseerd.
Wat betreft het aantal inschrijvingen voor de cursus Ready to Ride zien we in 2016, in vergelijking met 2015, een stijging van het aantal deelnemers met 58 procent. Dat is een heel positieve tendens.
Om de bekendheid te verhogen, werkt de VSV aan een promotiefilmpje dat online zou moeten gaan en dat kan worden gedeeld om zoveel mogelijk mensen te laten kennismaken met de opleiding. Ook inhoudelijk sleutelt men er nog aan. Er is een draaiboek om te komen tot een meer uniforme aanpak en tot het verhogen van de kwaliteit. Daarnaast plant de VSV voor alle partners een intern opleidingsmoment om de nodige praktische en inhoudelijke afspraken te maken. Ten slotte organiseert de VSV trainingsmomenten waarbij de verschillende Ready to Ride-instructeurs elkaar kunnen treffen en de best practices en ervaringen allerhande kunnen delen.
Mevrouw Christiaens heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw uitgebreid antwoord. Het is inderdaad essentieel om nog meer – want u deed dat al – in te zetten op laagdrempelige communicatie, heel lokaal gericht, zodat ook diegenen die niet dagelijks de kranten lezen of de journaals bekijken op de hoogte zijn via de verbreding die u zult inzetten met andere partners, zoals de handelaars, de verkopers en de kleinere spelers. Het lijkt mij essentieel om zo veel mogelijk motorrijders te bereiken.
De Dag van de Motorrijder is inderdaad al relatief bekend, maar het weer moet ook meezitten. Is het een idee om het te verbreden? Waarom doet u het niet gespreid over twee dagen, twee weekends? Op die manier kan er een herinnering zijn. U zegt ook zelf dat u voor media-aandacht zorgt en dat het in het journaal komt.
Hoeveel mensen zullen die avond, als ze naar het journaal kijken, niet denken: ach ja, dat was vandaag. Als de boodschap kan zijn dat het het weekend erna opnieuw plaatsvindt, denk ik dat we het actieterrein echt wel kunnen verbreden. Ik weet niet in welke mate dat voor 2017 organisatorisch en budgettair al mogelijk is, maar dat is toch een suggestie die ik wil meegeven.
De opleiding Ready to Ride kent een stijging van 58 procent. Dat is fenomenaal. Ik laat mij wel vertellen dat dat bij de vorige organisaties een gratis vervolgtraject was van de Dag van de Motorrijder. Degenen die aanwezig waren op de Dag van de Motorrijder, konden kosteloos inschrijven voor een vervolgtrajectdag van één opleiding. Klopt die bewering?
Desalniettemin, als u zegt dat er op een jaar tijd een toename van het aantal inschrijvingen is met meer dan 50 procent en dat het ook nog altijd goedkoper is dan als men er zelf naar op zoek gaat op de privémarkt, is dat een opmerkelijk verschil en een goed resultaat.
Het is natuurlijk vooral voor de zelfbescherming van de motorrijder dat hun eigen rijvaardigheid kan helpen, maar ook voor de andere weggebruikers. We hebben een heel nefast jaar gehad van zware en dodelijke ongevallen met motorrijders. Daarom doe ik nog eens een oproep, parallel met de initiatieven die er zijn voor de motorrijders, voor de sensibilisering van de andere weggebruikers. U moet in uw beleid de mogelijkheden aanbieden, en dat doet u, maar daarnaast moet ook de aandacht van de andere weggebruikers erop gevestigd worden dat de motorrijders ook een onderdeel uitmaken van het dagelijkse verkeer. Door daar extra hun aandacht op te vestigen, kunnen ook veel ongevallen vermeden worden.
De heer Van Miert heeft het woord.
Minister, als fervent motorrijder kan ik getuigen dat de meeste motorrijders de plezierrijders zijn, en niet de mensen die dagelijks de motor als vervoermiddel gebruiken. Ik denk dat het maar 25 procent van de motorrijders is dat echt dagelijks of meermaals per week de motor gebruikt. De anderen, zoals ik, doen dat om een uitstapje te maken of op vakantie te gaan. Dan is het heel duidelijk welke doelgroep er echt wel nood heeft aan extra begeleiding rond vaardigheden en wetgeving, en ook aan regelmatige opfrissing. Tips en tricks via het internet, dat is allemaal fijn, maar er is nog iets meer nodig. Het is heel fijn om te horen dat u daar goed werk van maakt.
Ik heb de cijfers eens opgezocht. Dit jaar, zo gaf Statbel aan, zijn 16 procent van alle verkeersslachtoffers in België motorrijders. Dat kan weinig klinken in het totaal, maar dat is wel in vergelijking met alle andere weggebruikers, dus fietsers, automobilisten en voetgangers. In feite heeft men met de motor 25 procent meer kans om bij een ongeval betrokken te raken dan elke andere weggebruiker. Dat zijn toch cijfers die extra aandacht verdienen als het over motorrijden en de veiligheid van een motorrijder gaat.
U hebt al aangehaald dat het niet alleen om de vaardigheden zal gaan, dus het onder de knie hebben om dat voertuig onder controle te houden. Het ontbreekt bij veel mensen vooral aan inzicht in het verkeer en het besef dat alle andere weggebruikers zich meestal niet aanpassen of niet het inzicht hebben in wat motorrijden is – de snelheid, het zicht. Ik denk dat daar vooral wat extra aandacht aan moet worden geschonken. Ik ben dan ook zeer blij met uw initiatieven om de cursussen op een hoger niveau te tillen. We rekenen erop dat het aanbod verder uitgebreid kan blijven worden.
Minister Weyts heeft het woord.
Mevrouw Christiaens, u stelde dat als je deelneemt aan de opfriscursus, je ook gratis die Ready to Ride mag volgen, maar dat is mij niet bevestigd. Ik zou het moeten navragen, maar ik ga ervan uit van niet. Het doet alleszins geen belletje rinkelen bij mij.
Er wordt wel bekeken of er een soort van kortingsmogelijkheid is, supplementair. Ik denk dat dat iets nieuws is voor de volgende editie, als een extra trigger, een extra beloning.
U stelt voor om er twee weekends van te maken. Ik wil dat wel, maar we steken er wel al wat in. Het is ook zo dat we in onze communicatie achteraf altijd zeggen dat het een gratis opfriscursus is, maar dat er een permanent aanbod beschikbaar is. Op elk moment kun je zo’n opfriscursus volgen, niet alleen op de dag dat wij het zelf organiseren.
Mevrouw Christiaens heeft het woord.
U bent het er dus mee eens dat er binnen het beleid een permanente aandacht moet zijn voor de verkeersveiligheid van motorrijders, zowel voor henzelf als voor de andere weggebruikers, zoals de collega zei. Dat is minstens even belangrijk.
De vraag om uitleg is afgehandeld.