Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Idrissi heeft het woord.
Voorzitter, minister, u zult wellicht zelf ook al wel het filmpje op tvbrussel hebben gezien over de staat waarin Zinnema vandaag verkeert. Zinnema is een open huis voor de Brusselse amateurkunstenaars in al hun diversiteit die de grootstad Brussel rijk is. Het is een plek waar talenten worden ontdekt, ondersteund en geïnspireerd, maar ook een platform voor artistieke ontmoeting en samenwerking. Ze noemen zichzelf graag een talentenhuis. Kortom, het is een huis in volle ontwikkeling, artistiek, inhoudelijk en infrastructureel. Ik denk dat dat bij vriend en vijand ook zo wordt gepercipieerd.
Artistiek en inhoudelijk loopt het dus volgens de planning, maar qua infrastructuur iets minder. Normaal gezien zou Zinnema nu reeds gerenoveerd moeten zijn. De verbouwing van Zinnema was oorspronkelijk gepland voor het najaar van 2015 en is dan later verschoven naar februari 2016. Vandaag vernemen we echter tot onze grote consternatie dat die planning on hold staat. Van maart tot oktober 2016 zou Zinnema de deuren sluiten voor een belangrijke renovatie, maar door een vertraging bij de aanbestedingsprocedure moeten de werken worden uitgesteld. De gebouwen van het huidige Zinnema zijn dringend toe aan een grondige renovatie. Vooral de onthaalruimtes zoals de vestibule en de foyer, maar ook de schouwburg hebben een opknapbeurt nodig om de vele gebruikers, zowel de talrijke artiesten, organisaties en verenigingen als het publiek, in betere omstandigheden te ontvangen. Het is de administratie, namelijk het Fonds Culturele Infrastructuur (FoCI), die had gevraagd dat men daar één grote renovatie van zou maken. De jongste werken dateren natuurlijk ook al wel van begin jaren 90. Het is dus normaal dat dat gebouw begint te kraken, dat er heel wat dingen verouderd zijn.
Minister, vindt u het niet meer opportuun om te investeren in dat talentenhuis? Waarom wel of waarom niet? Welke problemen zijn er gerezen waardoor dit on hold staat? Kunt u een timing of overzicht geven van wanneer Zinnema kan rekenen op die renovatiewerken?
Minister Gatz heeft het woord.
Zowel in 2015 als in 2016 voorzag en voorziet de begroting van het FoCI in middelen om te investeren in Zinnema. De openbare aanbesteding van 2015 leverde echter geen aanneembaar resultaat op om over te gaan tot een gunning van de renovatie tot dusver.
Ik geef even nog de stand van zaken met betrekking tot de budgetten en dergelijke meer. Bij de start van het dossier werd voor de renovatiewerken in een budget van 350.000 euro inclusief btw voorzien. Dat gold dan voor de renovatie van de ingang en de foyer en voor de toegankelijkheid van het pand. De renovatie van de grote zaal was niet inbegrepen in dat onderdeel. Na de opmerkingen van de brandweer werd er wel een extra budget goedgekeurd van 50.000 euro inclusief btw ten gevolge van de vereiste brandwerende beglazing. In totaal werd dat dus 400.000 euro. Voor de opfriswerken in de grote zaal werd een budget van 73.000 euro inclusief btw toegekend. Het vervangen van de klapzetels was niet inbegrepen in die werken. De vernieuwing van de zetels werd ingeschreven in de begroting 2016.
Bij de publicatie van de opdracht maakte de architect een raming van 583.504 euro inclusief btw, 110.000 euro boven het voorziene budget. Er werden voor deze opdracht twee offertes ontvangen. De laagste inschrijver zit helaas 43 procent boven de raming van de architecten.
Ik vind het zeker opportuun om verder te investeren in Zinnema, dat zult u weten. Een goede huisvesting is voor een organisatie belangrijk om in een degelijke werking te kunnen voorzien en bezoekers te ontvangen, maar natuurlijk moet dat kunnen gebeuren binnen de beschikbare middelen.
De regelgeving van de wet op de overheidsopdrachten schrijft voor dat er aan meer dan één kandidaat-inschrijver een prijsverantwoording moet worden gevraagd. In dit geval zijn dat er dus twee. Deze procedure is nu bezig. Op basis van het resultaat, dat begin februari bekend is, zal de architect het dossier moeten aanpassen en bijsturen, om het project alsnog binnen de voorziene middelen te kunnen realiseren. Het aangepaste bestek zal daarna opnieuw worden gepubliceerd. Een nieuwe timing kan worden gegeven nadat de omvang van de wijzigingen duidelijk is.
Ik ga zeer voorzichtig zijn: er is daar iets aan de hand met de aannemers. In het verleden was er veeleer sprake van een systeem waarbij de overheid met verwijlinteresten werkte. De aannemers kregen hun middelen dus later, maar waren daar niet altijd rouwig om, omdat die met verwijlinteresten werden gespekt. Op dit ogenblik spelen we korter op de bal. Zeer voorzichtig gezegd: ik onderzoek waarom bepaalde antwoorden van aannemers zoveel hoger zijn – 43 procent – dan het beschikbare budget. We weten dat die budgetten vaak niet volledig met elkaar stroken. Het is aan elke overheid om dat zo goed mogelijk te managen. We onderzoeken wat er in dit geval precies aan de hand is. Ik laat nu de administratie toch wel even haar werk doen ter zake. We gaan echter door met het project. Het zal worden gerealiseerd.
Ik begrijp dat het voor de organisatie nu slopende maanden zijn. Men moet veel tijd en energie besteden aan dossiers over stenen, aan de opvolging en dergelijke meer. Men kan zich minder met de artistieke werking bezighouden. Ik ben er echter van overtuigd dat we tot resultaten zullen komen. Het enige dat ik nu kan zeggen, is dat we begin februari de volgende stap kunnen zetten. Dat is niet veraf meer. Ik hoop dat er in de komende maanden dan toch een aannemer kan worden gevonden en dat de werken vrij spoedig kunnen starten. Mevrouw Idrissi, de werken die moeten worden gedaan, zijn op zich niet zo complex. Dat is dan weer een voordeel. Maar goed, in plaats van dat men gedurende één werkingsjaar enigszins in de diaspora zijn werking moet voortzetten, dreigt het op die manier wel twee jaar te worden, en dat is niet goed. Er is echter sprake van bepaalde oorzaken buiten onze wil om, die we nu beter moeten leren kennen, om dan alsnog het project tot een goed resultaat te brengen, tot onzer beider tevredenheid.
Mevrouw Idrissi heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw geruststellende antwoord. Ik twijfelde er ook niet aan dat u het project van Zinnema genegen bent en dat u voor die noodzakelijke werken gaat. Ik hoop dat die ook in hun volledigheid kunnen worden gerespecteerd. U zegt dat er iets aan de hand is, dat u niet goed weet wat, maar dat u dat wilt onderzoeken en dat u daar binnenkort een antwoord op zult hebben. Wanneer zult u dat hebben?
Begin februari.
Dan zult u weten wat er precies aan de hand is met dat overdadige bedrag van de aannemers. Oké, dat is niet zo veraf meer. Ik hoop dat er dan heel snel kan worden overgegaan tot die noodzakelijke werken en dat we het in deze legislatuur nog mogen meemaken dat we samen de opening van de nieuwe Zinnema kunnen bijwonen. Ik dank u.
Ik had u graag met honger naar het middagmaal gestuurd, maar u bent deze keer volledig voldaan, zie ik.
Dat gebeurt niet dikwijls.
De vraag om uitleg is afgehandeld.