Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Verslag
Mevrouw van der Vloet heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, op 17 juli 2015 werd op de ministerraad betreffende de toeleiding tot persoonsvolgende financiering (PVF) het voorontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de indiening en de afhandeling van de aanvraag van een budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH) en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap, alsook de terbeschikkingstelling van dat budget, principieel goedgekeurd. In hoofdstuk 1.4 van het voorontwerp van dat besluit wordt gesteld dat om de continuïteit van de zorg en de ondersteuning van deze groep van jongvolwassenen te realiseren zij met het oog op het onmiddellijk ter beschikking stellen van een persoonsvolgend budget voor meerderjarigen de hoogste prioriteit krijgen. Deze continuïteit zal voor heel wat mensen een verademing betekenen.
In hoofdstuk 1.6 staat dat aan bepaalde personen onmiddellijk en automatisch een persoonsvolgend budget ter beschikking wordt gesteld, in cash of als voucher, of een combinatie van beide. De jongvolwassenen die als minderjarigen reeds een beroep deden op NRTH gefinancierd door het agentschap en voor wie wordt aangetoond dat ze ook als meerderjarige nood hebben aan niet-rechtstreeks toegankelijke en door het agentschap gefinancierde ondersteuning, zit hierin vervat.
Ik wil u daarover enkele vragen voorleggen. Wat een ‘meerderjarige’ is, wordt in artikel 1 gedefinieerd, maar wat een ‘jongvolwassene’ is, echter niet. Voor welke leeftijdscategorie geldt deze vorm van zorgcontinuïteit? Kunt u duidelijkheid verschaffen over de afbakening van de doelgroep? De categorie jongvolwassenen die als minderjarigen een beroep deed op NRTH heeft recht op continuïteit. Welke regel geldt er echter voor jongeren met een verstandelijke beperking die niet in een internaat werden opgenomen? Is er daarnaast ook zorgcontinuïteit voor de personen die niet in een VAPH-internaat (Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap), maar in een internaat van het gemeenschapsonderwijs verbleven? Zullen de jongeren die een of andere vorm van inclusief onderwijs of geïntegreerd onderwijs volgden ook automatisch een budget toegewezen krijgen?
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Voorzitter, collega's, het principe van ‘zorgcontinuïteit’ moet voorkomen dat een breuklijn ontstaat in de ondersteuning van personen met een handicap die als minderjarige een beroep deden op niet-rechtstreeks toegankelijke door het VAPH gefinancierde hulp, en voor wie kan worden aangetoond dat ze ook als meerderjarigen nog steeds nood hebben aan niet-rechtstreeks toegankelijke, door het VAPH gefinancierde ondersteuning. Na volledige implementatie van de persoonsvolgende financiering – dus zowel voor minderjarigen als voor meerderjarigen – wordt de continuering van het budget per definitie gerealiseerd op 18 jaar, op het moment dat betrokkene meerderjarig wordt. De betrokkene zal een vraag voor continuering van de ondersteuning kunnen stellen, de geijkte procedure tot indiening en afhandeling van een vraag voor een persoonsvolgend budget volgen om vervolgens al dan niet een persoonsvolgend budget als meerderjarige toegekend te krijgen.
In 2016 starten we de gefaseerde invoering van de PVF, in eerste instantie voor meerderjarigen. Voor minderjarige personen met een handicap blijft de niet-rechtstreeks toegankelijke hulp beschikbaar via de multifunctionele centra (MFC) en via de toekenning van PAB-budgetten (persoonlijkeassistentiebudget). Binnen het PAB-stelsel is reeds de continuïteit gegarandeerd: wie als minderjarige een PAB kreeg, kan daarvan ook als meerderjarige gebruik blijven maken. De overgang van hulp via MFC voor minderjarigen naar een Flexibel Aanbod voor Meerderjarigen (FAM) wordt vandaag bemoeilijkt door een onevenwicht tussen vraag en aanbod. Om aan bepaalde prangende vragen van jongvolwassenen met een handicap tegemoet te komen, geldt de maatregel dat meerderjarige personen met een handicap tot de leeftijd van 25 jaar gebruik kunnen blijven maken van het ondersteuningsaanbod voor minderjarige personen met een handicap.
Het is deze groep jongeren die we ook willen bereiken met het principe van de zorgcontinuïteit. In de opstartfase van de PVF voor meerderjarigen, waarbij de minderjarigenzorg nog op de klassieke wijze blijft georganiseerd, zullen jongeren in de leeftijdsgroep van 18 tot en met 25 jaar die nog steeds gebruikmaken van een MFC maar een vraag stellen voor continuering van de niet-rechtstreeks toegankelijke ondersteuning als meerderjarige via de ‘automatische toekenningsprocedure’ een persoonsvolgend budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke hulp toegekend kunnen krijgen. We dienen hierbij wel rekening te houden met de geleidelijke vrijgave van de middelen uitbreidingsbeleid, wat een stapsgewijze realisatie van de zorgcontinuïteit, gespreid over de komende jaren, noodzaakt. De concrete operationalisering van het principe van zorgcontinuïteit wordt verder voorbereid in de aanloop van de implementatie van het decreet, in de loop van 2016.
Het principe van zorgcontinuïteit is specifiek gericht op de groep personen met een handicap die als minderjarigen een beroep deden op niet-rechtstreeks toegankelijke, door het VAPH gefinancierde hulp, en voor wie kan worden aangetoond dat ze ook als meerderjarigen nog steeds nood hebben aan niet-rechtstreeks toegankelijke, door het VAPH gefinancierde ondersteuning. Voor de jongeren met een handicap die als minderjarige geen gebruik maakten van niet-rechtstreeks toegankelijke, door het VAPH gefinancierde ondersteuning, wordt bij de overgang naar de meerderjarigheid geen automatische continuïteit gegarandeerd. Deze personen volgen de procedure van de vernieuwde regie, in het kader van de PVF.
Het voorontwerp van besluit betreffende de indiening en afhandeling van een aanvraag voor een persoonsvolgend budget vermeldt duidelijk welke principes gehanteerd zullen worden bij de toekenning van persoonsvolgende budgetten. Alle dossiers worden geprioriteerd. Specifieke dossiers krijgen bij voorrang een budget via een automatische toekenningsprocedure: personen die vanwege een noodsituatie een tijdelijk budget nodig hebben, personen die voldoen aan de criteria van de spoedprocedure, wegens snel degeneratieve aandoeningen, personen die na afloop van het tijdelijk budget noodsituatie geen uitzicht hebben op een oplossing, en jongvolwassenen voor wie na afloop van minderjarigenondersteuning continuering van de zorg noodzakelijk is. De overige dossiers worden ondergebracht in een van drie onderscheiden prioriteitengroepen en binnen deze groep chronologisch geordend volgens datum van aanvraag. Het volgen van inclusief of geïntegreerd onderwijs heeft geen impact op de prioriteitsbeoordeling.
Ik dank u voor het antwoord. In het zomerreces is daarover al gecommuniceerd, maar de vragen die me bereiken, tonen aan dat er nog veel onduidelijkheid heerst over wie nu rechthebbende is en wie niet. Duidelijke communicatie is op zijn plaats. Wie nu al zorg krijgt, moet worden gerustgesteld dat die zorgverlening zal worden gecontinueerd. Het is voor die mensen bepalend voor hun toekomst.
Voorts heb ik niet goed begrepen wat u zei over de VAPH-internaten. Ik veronderstel dat de mensen in de GO!-internaten niet onder de regeling vallen. Bij ons in de buurt is er bijvoorbeeld De Mast in Kasterlee, waar nogal wat mensen met een beperking verblijven. De Mast behoort tot het Gemeenschapsonderwijs. Zullen ook die mensen de continuïteit verkrijgen?
Ik moet dat eens navragen. Als die instelling op dit ogenblik geen budget van het VAPH krijgt en geen erkenning van de sector voor personen met een handicap heeft, dan stelt er zich een specifiek probleem over de verdere gang van zaken. De transitie van de GO!-internaten is gaande. Ik zal navragen hoe men ervoor zorgt dat iedereen naar een procedure voor het bekomen van de juiste erkenning wordt toegeleid.
De vraag om uitleg is afgehandeld.