Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Caron heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, er was de voorbije weken wel wat te doen rond nieuwe reclamevormen op televisie, onder meer over die pancartes met reclame achter de pauzeknop op VIER bijvoorbeeld. In feite is Telenet al vroeger begonnen met heel gelijkaardige reclamepancartes. Als je kijkt naar Thuis en je klikt op de pauzeknop, dan krijg je een advertentie voor een Telenet-product, bijvoorbeeld een oproep om voor 4,95 euro naar ‘Furious 7’ te kijken, een film uiteraard op een Telenet-zender.
Dit lijkt me toch nogal gevoelig te liggen. Stel u immers dit scenario voor: ik kijk live naar VTM, en druk op de thuisknop om de tv-gids op te roepen om te kijken wat het volgende programma op VTM is of om uitgesteld naar een ander VTM-programma te kijken. Op dat moment lokt Telenet mij weg naar hun tv-theek. Met één klik op de reclame, kan ik naar de betaalfilm.
Is dit een inbreuk op de signaalintegriteit? Wellicht niet, want er is niet ingebroken in het signaal van VTM. Maar televisiemakers zijn zeer creatieve mensen, ook in het vinden van achterpoortjes en dakramen. Het is wel een ingreep in de merkervaring van een kijker van VTM, want de kijker was niet van plan om buiten VTM te gaan en hij wordt door een concurrent weggelokt.
Dit was niet de intentie van de decreetgever, denk ik. In deze zaal zitten veel mensen die dit decreet indertijd hebben ondersteund en ingediend. We hebben er toen lang over gediscussieerd, maar we hebben het unaniem ingediend en goedgekeurd. We vonden dat een signaal van een zender ongewijzigd en in het geheel moest worden doorgegeven. Dat is het principe van het decreet Signaalintegriteit. Het decreet is ook in die zin opgesteld. Artikel 180, paragrafen 1 en 2, maken dat duidelijk. Ik zal dit niet voorlezen, iedereen kan de wetteksten raadplegen.
Het lijkt me in de geest van het decreet niet juist dat Telenet een aankondiging mag doen van eigen aanbod als het daarmee het programma van VTM niet onverkort doorgeeft. Het is niet de eerste keer dat Telenet de grenzen van de regelgeving verkent. Het is iets wat vele zenders wel eens doen. Ik vind het niet netjes van Telenet.
We kunnen ons onafhankelijk van mijn vraag om uitleg ook bezinnen over de vraag of we dit soort praktijken niet decretaal moeten bijstellen. Het is een vorm waarvan niemand van ons ooit heeft gedacht dat het kon gebeuren.
Wat VIER daarentegen doet voor de eigen zenders en voor reclame die ze zelf verkopen, is van een andere orde. We gaan ervan uit dat een commerciële televisie creatief moet zijn in het zoeken naar andere inkomstenmodellen en -methodes. Als ze dat hanteren voor de eigen zender, is dat op zich aanvaardbaar.
Volgens Telenet was er een akkoord met de zenders, maar volgens die zenders was er geen akkoord met Telenet. Het is woord tegen woord en dus zeer twijfelachtig wie gelijk heeft. Ik kan u daarover mailverkeer tonen.
Minister, welke interpretatie geeft u aan deze bepaling van het decreet Signaalintegriteit? Is het toegelaten om bij het aanklikken van de pauzeknop tijdens het bekijken van een zender een reclamepancarte te tonen van een andere aanbieder, al dan niet een distributeur? Zo ja, meent u dat dit overeenkomt met de geest van het decreet? Zo niet, is er een decretale aanpassing nodig om dit onmogelijk te maken? Heeft Telenet hierover contact genomen met de VRT? Gaan de VRT en u akkoord, als dit zou gebeuren bij de zenders van de openbare omroep? Als de VRT en Telenet, eventueel ook Proximus, hierover een akkoord zouden afsluiten waarbij de openbare omroep een deel van de potentiële reclameontvangsten zou kunnen innen, is deze praktijk dan aanvaardbaar?
De heer Vandaele heeft het woord.
Wij staan volop achter de principes van het decreet. We hebben allemaal goedgekeurd dat de distributeurs niet mogen ingrijpen en niets mogen veranderen aan het signaal van de omroepen, tenzij ze daar een afspraak over hebben, lees: tenzij ze daarvoor betalen, in de meeste gevallen. Dat is een goed principe. De bedoeling was ook om voldoende middelen te hebben om de eigen producties te ondersteunen. Mijnheer Caron, ik heb zeker geen probleem met de principes van het akkoord.
Ik maak wel enkele kanttekeningen. Als we Telenet mogen geloven, dan hebben ze het decreet nog niet nodig gehad. In hun verhouding met de zenders hebben ze steeds kunnen afspreken zonder decreet. Des te beter. Wij hechten veel belang – dat staat ook in het regeerakkoord – aan het afspreken tussen de omroepen en de distributeurs. Ik weet dus niet of we voor elk nieuw incident of voor elke nieuwe situatie die van ver of dichtbij te maken kan hebben met het decreet Signaalintegriteit, dit decreet meteen moeten aanpassen. Persoonlijk ben ik daar niet meteen voorstander van. We moeten het huidige decreet laten spelen en daarnaast moeten we vooral rekenen op het gezond verstand van de spelers en de bereidheid tot overleg. Als er iets schort, dat men het dan zegt en dat men dan met elkaar aan tafel gaat zitten.
De heer Bajart heeft het woord.
Mijnheer Caron, u schetst hier de situatie van een trouwe VTM-kijker, en dat begrijp ik. De kans bestaat altijd dat wanneer de kijker het tv-programma opvraagt, die sowieso wordt weggelokt. U spreekt over het aanbod van de distributeur. Zelfs als die geen pancarte zou tonen of geen advies zou geven om iets anders te zien, kan de kijker in een oogopslag via de programmatie naar de aanbieding van een andere zender kijken. Het ‘risico’ dat de kijker wordt weggelokt bestaat zodra de kijker de beslissing neemt om naar de programmatie te kijken.
In de tweede paragraaf las ik: “want de kijker was niet van plan om buiten VTM te gaan”, en daarop dacht ik: maar hij maakt wel gebruik van een dienst van Telenet om verder te kijken.
We hebben het ook nog niet gehad over kijkers die de programmatie net opvragen om te worden weggelokt. Dat kan ook. Voor die kijkers is die nieuwe aanbieding misschien net een verbetering, een vervollediging van een dienstverlening van de distributeur. Eind augustus stond in De Standaard dat de Medialaan en de VRT niet werden geraadpleegd over die nieuwe vorm van adverteren. Is dat vandaag werkelijk een probleem? Hoeft het een probleem te zijn?
Is er een conflict? Is er een potentieel conflict? Voor mij is dat niet duidelijk.
Aanvullend bij wat de heer Vandaele zegt, wil ik opmerken dat de overeenkomsten vandaag in feite contracten zijn tussen de private partners. In eerste instantie moeten zij proberen overeen te komen. In het algemeen meen ik, en vooral vandaag, dat een overactieve wetgever daar eerder een barrière bij kan zijn dan een mogelijke oplossing.
Minister Gatz heeft het woord.
Voorzitter, dames en heren, dat we leven in een snel veranderende wereld op het gebied van reclametechnieken en adverteren, zeker in het medialandschap, is een open deur intrappen. Uiteraard zullen niet alleen omroepen, maar ook dienstenverdelers in de toekomst nieuwe advertentietechnieken ontwikkelen, enerzijds bijvoorbeeld door de klassieke reclamespot opnieuw aantrekkelijk te maken voor zowel kijkers als adverteerders, anderzijds kijken zij naar nieuwe vormen van adverteren tussen de blokken of over interactieve toepassingen heen.
In uw vraag haalt u in feite twee verschillende voorbeelden aan. Ten eerste verwijst u naar de reclame achter de pauzeknop. Hier gaat het over een functionaliteit die de lineaire stroom onderbreekt. Telenet zelf laat weten dat dit een functionaliteit is die onder het toepassingsgebied valt van het decreet Signaalintegriteit. Ik heb vernomen dat Telenet dit systeem aan het testen en ontwikkelen is. Hierover werd met SBS overleg gepleegd en er werden afspraken gemaakt. Telenet heeft hierover nog geen contact opgenomen met de VRT.
In de overeenkomsten tussen de distributeurs en de publieke omroep is de bepaling opgenomen dat het expliciet verboden is voor een distributeur om reclame-uitingen te doen om of rond het beeldsignaal van de VRT. Zoals hier al werd opgemerkt, zou over elke wijziging aan deze bepaling dus onderhandeld moeten worden tussen beide partijen en behoeft dat dan ook de schriftelijke toestemming van de VRT.
Daarnaast verwijst u in uw tweede voorbeeld naar de promotie die u ziet wanneer u op de homeknop drukt. U vraagt me of dit ook onder het toepassingsgebied van het decreet Signaalintegriteit valt. Sommigen stellen van wel, omdat het signaal van de betrokken omroep blijft doorlopen, anderen stellen dat je in principe het signaal van de betrokken omroep verlaat.
U weet dat het mij als minister bevoegd voor mediabeleid niet toekomt om in individuele gevallen een uitspraak te doen over de al dan niet toepasbaarheid van het Mediadecreet op concrete individuele situaties zoals de voorbeelden die u nu aanhaalt. Die bevoegdheid heeft de decreetgever exclusief voorbehouden voor de Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) als onafhankelijk toezichthoudend orgaan. Ik kan en mag me hier dan ook niet over uitspreken.
Het komt natuurlijk de decreetgever toe – daar hebt u allusie op gemaakt – om het decreet aan te passen of te verduidelijken als deze van mening is of zou zijn dat de toepassing van een bepaling van het decreet in de realiteit niet gebeurt zoals die gewenst, bedoeld of voorzien was. Als u zegt dat u zich met de collega’s zult bezinnen over de vraag of we de regels van het decreet Signaalintegriteit nog moeten aanvullen om dat onmogelijk te maken en als u bereid bent daartoe zelf het initiatief te nemen, staat u dat uiteraard volledig vrij.
Het is wel duidelijk dat de nieuwe mogelijkheden, de nieuwe technologieën en de toename van het niet-lineair kijken ons voor nieuwe uitdagingen stelt. Ik denk dat deze discussies ook in het licht van de herziening van de richtlijn Audiovisuele Mediadiensten moeten worden gevoerd. Ondertussen zijn we op een ander front volop bezig met de opmaak van de beheersovereenkomst met de VRT. Het zal u niet verbazen dat het thema van de commerciële inkomsten een belangrijk topic is dat op de gesprekstafel ligt. Maar ik zal niet vooruitlopen op de uitkomst daarvan.
U hebt het dus goed geraden. En hoewel uw vraag zonder meer pertinent is, komt het in eerste instantie aan de VRM toe om hierover een oordeel te vellen.
De heer Caron heeft het woord.
Ik wil graag nog even aan de collega’s meegeven dat ik geprobeerd had om de vraag niet gekleurd te stellen. Ik vind dit een belangrijke kwestie. Ik heb op zich geen voor- of tegenstem.
Als het onder het decreet valt en Telenet doet een test, maar heeft daarover nog geen contact opgenomen met de VRT, dan is het, zoals de heer Vandaele zei, een afspraak die niet nagekomen wordt. Ik wil niet vooruitlopen op de zaak, we weten immers nog niet hoe ver we zullen moeten lopen. Als het een testfase is, moeten we nog een beetje afwachten hoe dit verder evolueert. Het lijkt me daarom in deze fase niet opportuun om in het parlement, of waar dan ook, in te grijpen.
Als Telenet stelt dat het onder het decreet valt, dan had Telenet mijns inziens zelfs voor een testfase contact moeten opnemen met de zender bij wie ze het doen. Stel dat ze het met een commerciële zender hadden gedaan: dat zou problematischer zijn geweest, dat zou een rechtstreeks conflict met de commerciële belangen van twee partijen betreffen. Gebruikmaken van het signaal van een commerciële zender om er andere inkomsten op te werven, zou volgens mij niet lang gelukt zijn.
Het klopt dat er nieuwe technologieën aankomen. Het klopt dat ook de nieuwe richtlijn Audiovisuele Mediadiensten eraan komt. In dat licht kunnen we hiermee verder gaan. Ik ga ervan uit dat als de VRT of een andere zender dan klachten heeft, die bij de VRM zullen terechtkomen. Er zal dan een uitspraak over volgen, waardoor de procedure van het decreet zijn gang zal kunnen gaan.
Minister, ik dank u voor het antwoord. Wat mij betreft is dit incident gesloten.
De vraag om uitleg is afgehandeld.