Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmorgen heeft de heer Matthias Diependaele bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van decreet van Matthias Diependaele, Koen Van den Heuvel, Bart Somers, Els Robeyns en Imade Annouri houdende wijziging van het decreet van 7 juli 1998 houdende instelling van de Vlaamse Ombudsdienst.
De heer Diependaele heeft het woord.
Voorzitter, de reden voor de spoedbehandeling is heel eenvoudig: we zijn door de Europese Commissie in gebreke gesteld en moeten zo snel mogelijk een oplossing voorstellen of in gang zetten om daaraan tegemoet te komen.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Is het parlement het eens met dat voorstel tot spoedbehandeling? (Instemming)
Dan stel ik voor dat het voorstel van decreet van Matthias Diependaele, Koen Van den Heuvel, Bart Somers, Els Robeyns en Imade Annouri houdende wijziging van het decreet van 7 juli 1998 houdende instelling van de Vlaamse Ombudsdienst onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van decreet van Matthias Diependaele, Koen Van den Heuvel, Bart Somers, Els Robeyns en Imade Annouri houdende wijziging van het decreet van 7 juli 1998 houdende instelling van de Vlaamse Ombudsdienst.
De algemene bespreking is geopend.
De heer Diependaele heeft het woord.
Voorzitter, het voorstel van decreet is nagenoeg kamerbreed aangenomen. Ik zal het dus houden bij een korte toelichting.
Collega’s, het behoeft geen betoog dat gelijke kansen en een gelijke behandeling tot de grondslagen van onze democratische samenleving behoren. Uit verscheidene decreten blijkt dat Vlaanderen de strijd voor gelijke kansen en tegen discriminatie hoog in het vaandel draagt. Dat blijkt ook uit heel wat debatten de we hier de jongste maanden hebben mogen voeren. Het Vlaamse decretale kader inzake gelijke kansen en gelijke behandeling, reeds in 2008 gecreëerd, omvat een aantal repressieve bepalingen die discriminatie tussen particulieren en de overheid en tussen particulieren onderling verbieden. Daarnaast omvat het decretale kader ook een aantal positieve en proactieve beleidsmaatregelen, zoals het gebruik van de opencoördinatiemethode en het stimuleren van diversiteitsplannen.
De ervaring in landen met een lange traditie op het gebied van de strijd voor gelijke kansen en tegen discriminatie heeft aangetoond dat voor de effectieve handhaving van de gelijkheidswetgeving de interventie van een onafhankelijk handhavingsorgaan onontbeerlijk is. Op het niveau van de Europese Unie zijn die vaststellingen dan ook vertaald in een verplichting voor de lidstaten tot het oprichten van organen voor de bevordering van een gelijke behandeling. Die organen moeten onder meer bevoegd zijn voor het verlenen van onafhankelijke bijstand aan slachtoffers van discriminatie en het verrichten van onafhankelijke onderzoeken over discriminatie. Voor Vlaanderen ontbreekt een dergelijk orgaan echter nog. De Europese Commissie startte daarom een inbreukdossier op tegen België voor de niet-correcte uitvoering van de voormelde geslachtsrichtlijn Goederen en Diensten en de geslachtsrichtlijn Arbeid.
Dit voorstel van decreet beoogt om thans uitvoering te geven aan de voornoemde verdragsrechtelijke en Europeesrechtelijke verplichtingen en decretale engagementen met betrekking tot deze beschermde criteria, door een uitbreiding van het mandaat van de Vlaamse ombudsman. De Vlaamse ombudsman is binnen de grenzen van zijn bevoegdheid volledig onafhankelijk en neutraal en kan van geen enkele overheid instructies of bevelen ontvangen. Hij beschikt dus over een decretaal verankerde onafhankelijkheid en onpartijdigheid, en voert gelijkaardige taken uit als een onafhankelijk gelijkheidsorgaan, met name het onderzoeken en behandelen van klachten via bemiddeling, het formuleren van voorstellen en aanbevelingen en het publiceren van verslagen.
Om te voldoen aan alle Europeesrechtelijke en decretale verplichtingen verbonden aan een onafhankelijk gelijkheidsorgaan, moeten er evenwel nog een aantal wijzigingen aan het Ombudsdecreet worden aangebracht. Het voorliggende voorstel van decreet beoogt het doorvoeren van die noodzakelijke wijzigingen. Wat de concrete uitvoering en de garantie op continuïteit betreft, wordt de regeling uitgewerkt in dit decreet geëvalueerd, samen met de evaluatie van het samenwerkingsakkoord van 12 juni 2013 tussen de federale overheid, de gewesten en de gemeenschappen voor de oprichting van het Interfederaal Gelijkekansencentrum. Rekening houdend met de termijn van opzegging van voornoemd samenwerkingsakkoord, moet die evaluatie ten laatste tegen 15 september 2016 gebeuren. Dit decreet blijft evenwel in voege tot de beslissing over de toewijzing van de opdracht van onafhankelijk orgaan bevoegd voor geslacht, genderidentiteit en genderexpressie aan een andere instelling dan de Vlaamse Ombudsdienst. (Applaus)
Mevrouw de Bethune heeft het woord.
Ik neem akte van het voorstel van decreet dat onze fractieleiders hebben ingediend. Ik denk wel dat deze maatregel slechts ten voorlopige titel kan worden genomen. Dat staat ook zo in het Vlaams regeerakkoord. Het is ook in die geest dat, wat mij en wellicht meerdere mensen van mijn fractie betreft, een dergelijk voorstel kan worden aangenomen. Dit moet gekoppeld worden aan een evaluatie die ook op federaal niveau zal gebeuren, met name door het Interfederaal Gelijkekansencentrum.
Ik denk niet dat het een goede keuze is om die bevoegdheid op lange termijn aan de ombudsman te geven. Dit zou moeten gebeuren door een geëigende instelling. De bevoegdheid van de ombudsman is mijns inziens de bescherming van de burger tegen eventueel misbruik van de overheid. Dit type van discriminatie gaat ook over relaties tussen de burgers en private actoren onderling. Ik zal hier niet langer over uitweiden, maar de uitdrukkelijke afspraak en geest van het regeerakkoord is dat dit een voorlopige oplossing is om tegemoet te komen aan de rechtmatige eisen van Europa. We moeten zoeken naar een gepaste oplossing op lange termijn.
Mevrouw Robeyns heeft het woord.
Ik sluit me aan bij de vorige spreker. Het voorstel van decreet is een stap vooruit in die zin dat vandaag geen enkele instantie deze discriminatieklachten kan behandelen maar het is inderdaad niet de gewenste oplossing op lange termijn, het is een tussenoplossing tot men op lange termijn tot één meldpunt kan komen. Vandaag zijn er drie: het Interfederaal Gelijkekansencentrum, het federale Instituut voor gelijkheid van vrouwen en mannen en nu nog eens de Vlaamse Ombudsdienst. Dat maakt het er niet eenvoudiger op. Het is de enige oplossing op korte termijn, maar op lange termijn lijkt het mij en mijn fractie wenselijk te gaan naar één meldpunt.
Daarnaast wil ik ook benadrukken – en dat hebben we ook gezegd in een gesprek met de ombudsman – dat het gezien de verschillende bestaande instanties, belangrijk is dat de ombudsman op een duidelijke manier samenwerkt met die instanties, dat er een goede informatie- en communicatiedoorstroming is en dat er een goede communicatie is over de nieuwe dienstverlening die de ombudsman zal aanbieden. Zo niet, weten de mensen zelfs niet dat ze bij hem terechtkunnen.
De rest zal volgend jaar worden geëvalueerd.
De heer Annouri heeft het woord.
Namens de Groen-fractie wil ik toelichten dat wij dit voorstel mee hebben ondertekend vertrekkende vanuit de gedachte dat dit de beste oplossing is op korte termijn en op dit moment. We gaan er dan ook van uit, zoals we hebben afgesproken met de collega’s, dat er een evaluatie zal volgen, dat dit een overgangsmaatregel is en dat we overgaan naar een efficiëntere oplossing. De situatie zoals die vandaag is, is allesbehalve ideaal, ook voor slachtoffers van discriminatie die vaak ook niet weten waar ze wel of niet een klacht moeten indienen of iets moeten melden.
De heer Janssens heeft het woord.
Er zijn twee redenen waarom wij straks bij de stemming niet zullen tegenstemmen. Ten eerste heeft men er bij de uitwerking van het voorstel van decreet voor gekozen om de Vlaamse ombudsman verantwoordelijk te maken voor de uitwerking in plaats van het zogenaamde gelijkekansencentrum, dat in de praktijk helaas al te vaak een gedachtencentrum is ter bestrijding van ongewenste meningen.
Het tweede element is dat wij vanzelfsprekend achter de gelijkwaardigheid en gelijke behandeling van man en vrouw staan. Dat staat buiten kijf.
Er zijn ook een aantal elementen waarom wij niet zullen voor stemmen. Ten eerste: dit voorstel van decreet is er gekomen ingevolge de ingebrekestelling door de Europese Commissie. Het is ons inziens een te ver doorgedreven vorm van EU-bemoeienis.
Ten tweede: dit voorstel van decreet vindt zijn basis in of is in elk geval gelinkt aan een aantal andere decreten, namelijk het decreet Evenredige Participatie op de arbeidsmarkt uit 2002 en het Gelijkekansendecreet uit 2008, waarover destijds bij de bespreking en stemming inhoudelijke discussies zijn gevoerd. Om allerlei redenen hebben wij toen tegengestemd.
Ten derde: er wordt in het voorstel van decreet opgenomen dat er een structurele samenwerking zal worden georganiseerd met onder andere het zojuist vernoemde Interfederaal Gelijkekansencentrum waarin wij zoals gezegd weinig – om het zacht uit te drukken – vertrouwen hebben.
Collega’s, we zullen ons straks bij de stemming dus onthouden. Ik wil wel nog eens benadrukken dat onze onthouding geen oordeel inhoudt over de rol en de functie van de Vlaamse Ombudsdienst die wij wel degelijk erkennen en op het moment van het huidige functioneren zeker weten te waarderen.
Mevrouw de Bethune, ik moet mij niet moeien met de relaties binnen uw fractie, maar “akte nemen van” is natuurlijk wel vreemd als uw eigen fractie dit steunt.
Mijnheer Annouri, we hebben inderdaad lang gesproken over die langetermijnoplossing. Dat klopt. We zijn het daarover allemaal eens: we doen dit om tegemoet te komen aan de ingebrekestelling.
Ik wil nog een opmerking maken aan de sp.a-fractie. Dit heeft niet noodzakelijk iets te maken met meldpunten an sich. Er zijn bij die verschillende instellingen wel degelijk afspraken gemaakt om meldingen die binnenkomen naar elkaar door te sturen en mensen erop te wijzen waar ze precies moeten zijn. Je moet het in twee delen zien: een frontoffice en wat erachter is. Dit gaat over wat erachter zit en heeft niet noodzakelijk te maken met de frontoffice. Dat gewoon ter info.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2014-15, nr. 424/1)
– De artikelen 1 tot en met 6 worden zonder opmerkingen aangenomen.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van decreet houden.