Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Van Malderen heeft het woord.
Voorzitter, minister, geachte leden, ik denk dat ik een open deur intrap als ik stel dat het bestrijden van armoede vandaag nog altijd bijzonder relevant en belangrijk is. Pas vorige week nog gaf Kind en Gezin een aantal cijfers waaruit heel duidelijk bleek dat meer dan 11 procent van de kinderen opgroeit in een gezin waar armoede dag na dag een realiteit is. We kijken dus met heel veel belangstelling uit naar 25 juli. Dan is deze regering een jaar aan de macht, bent u een jaar minister en bent u ook decretaal gehouden om hier een Vlaams Actieplan Armoedebestrijding te komen voorleggen.
Het decreet bepaalt dat u dat actieplan moet opmaken in overleg met en met participatie van de betrokken stakeholders. Daar gaat mijn vraag over. Het is niet de eerste keer dat we in dit parlement erover van gedachten wisselen. Op 20 april, al een tijdje geleden, was er een stakeholderoverleg. Daarop is toen een eerste versie van uw actieplan voorgelegd. We hebben zeer uitgebreid via de pers kunnen vernemen dat er nogal wat kritische reacties, om niet te zeggen negatieve reacties waren op wat voorlag. Ik zal mijn spreektijd niet gebruiken om hier al die kritiek te herhalen, maar het kwam erop neer dat het veel beter moest.
Sindsdien hebben we eigenlijk relatief weinig gehoord, behalve dan dat verschillende organisaties u proberen te adviseren. We hebben de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) gehad die zegt dat een solide VAPA aan een aantal criteria zou moeten voldoen. Ze merken bijvoorbeeld op dat er veel te weinig in staat rond een actief arbeidsmarktbeleid, of dat in het ontwerp-VAPA geen rekening wordt gehouden met iets als vervoersarmoede. Deze week nog stelde de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor) heel duidelijk dat de onderwijsmaatregelen van het VAPA niet ver genoeg gaan. Mijn vraag is heel simpel, minister, hoe gaat u om met dergelijke adviezen? Is er een soort van algemene adviesvraag? Kunnen wij dat controleren? Komt er eigenlijk nog een gedegen overleg op inhoudelijk vlak met elk van die stakeholders, zoals bepaald in het decreet, voor de deadline verschijnt?
Minister Homans heeft het woord.
Voorzitter, ik zal me proberen te houden aan de tijd, maar sta me toe om te zeggen dat als een zo gecompliceerde vraag over de procedure en dergelijke meer, wordt goedgekeurd als actuele vraag, ik dan natuurlijk een klein beetje tijd zou moeten krijgen om het te kunnen toelichten, nietwaar, want anders is het geen voer voor een actuele vraag.
Mijnheer Van Malderen, u hebt zelf gezegd dat het VAPA op 25 juli ten laatste op de Vlaamse Regering moet worden goedgekeurd. U kent de procedure even goed als ik, of misschien zelfs nog beter. Dat wil zeggen dat het een maand later moet worden overgemaakt aan het Vlaams Parlement. Ik heb concrete beloftes gedaan. U hebt in de commissievergadering van 7 mei als ik me niet vergis een aantal concrete vragen gesteld. Ik heb me daar geëngageerd en ik blijf daarbij. Als u komende week wilt debatteren in de commissie, mij niet gelaten, ik ben beschikbaar. Ik hoop u ook en ik hoop andere collega’s ook.
Mijnheer Van Malderen, u hebt het over participatie, want dat is eigenlijk uw vraag. Ik kan u niet heel de procedure geven, want ik krijg misschien niet voldoende tijd van de voorzitter. Ik kan zeggen dat er heel veel participatie is geweest.
Wat is het grote verschil tussen deze legislatuur, deze Vlaamse Regering en hoe zij de armoedebestrijding en het VAPA in het algemeen hebben aangepakt, en de vorige Vlaamse Regering? Dat is dat wij eerst alles hebben overgemaakt aan alle betrokken actoren, zodat zij ook met kennis van zaken konden antwoorden en konden participeren aan de verschillende overlegmomenten die wij hebben georganiseerd. Wat heeft de vorige Vlaamse Regering gedaan? (Opmerkingen van de heer Bart Van Malderen)
Ja maar, mijnheer Van Malderen, ik vind dat wel belangrijk. U stelt de vraag, dus ik mag antwoorden, nietwaar. (Opmerkingen van de heer Bart Van Malderen)
Wat heeft de vorige Vlaamse Regering gedaan? Die heeft gewoon iets principieels goedgekeurd en dan gezegd: dat is het, en trek uw plan ermee. Ik kan u zeggen, mijnheer Van Malderen, dit was het VAPA van vorige legislatuur waar uw minister bevoegd voor was. (Minister Liesbeth Homans toont het vorige VAPA)
Dit is het VAPA waar ik bevoegd voor ben. (Minister Liesbeth Homans toont het huidige VAPA)
U kunt het misschien zien, dat is drie keer zo dik. Hebben wij rekening gehouden met de participatie en de inspraak van alle middenveldorganisaties? Ja. U zegt terecht dat er kritiek is geweest. Dat is waar. We hebben een horizontaal permanent armoedeoverleg, het stakeholdersforum en alles wat je wilt. Je hebt tegelijkertijd ook een verticaal permanent armoedeoverleg, dus de functioneel bevoegde minister die overlegt met de stakeholders of middenveldorganisaties die hij of zij belangrijk vindt. Wij hebben welgeteld 46 organisaties, eigenlijk 103 als je alle administraties meerekent, laten participeren en op voorhand alle documenten bezorgd, wat niet gebeurd is in de vorige legislatuur. Welgeteld 3 daarvan hebben inderdaad een aantal maanden geleden kritiek geuit in de media. Dat mag. Wil dat dan zeggen dat de 43 overige absoluut onverdeeld of verdeeld gelukkig zijn met het VAPA? Neen, maar ze werken wel heel constructief mee. Die andere 3 ook, voor alle duidelijkheid. Wij betrekken 46 organisaties van in het begin, een jaar lang, op verschillende overlegmomenten. Als u nu zegt dat 3 daarvan kritiek hebben geuit, en dat mijn VAPA dus op niets trekt, dan vind ik dat wel heel kort door de bocht.
Ik rond af, voorzitter. Mijnheer Van Malderen, ik wil u vrolijk maken. Ik ga eerstdaags naar de Vlaamse Regering met het VAPA. Ik ga dus niet wachten tot 25 juli voor alle duidelijkheid, want ik denk dat dit VAPA en Armoedebestrijding in zijn geheel een welgemeend en oprecht debat verdienen in dit parlement.
Het is de kwaliteit die telt, minister, minder de kwantiteit. U staat te zwaaien met een dik boek en dat moet dan de kwaliteit onderstrepen. U zwaait met een aantal organisaties waarmee u gesproken hebt, maar de basiskritiek die vaak terugkwam, is dat men net meer focus wil, dat er meer meetbare doelstellingen moeten zijn. Een beperkt plan is misschien wel nog belangrijker dan heel veel woorden in een uitgebreid document neer te schrijven. Misschien vraagt men wel minder blabla en meer boem boem. Als u bereid bent om dat te doen, zijn heel veel mensen bereid om u te helpen.
Dat er maar drie organisaties zijn die u tegenspreken, dat is de waarheid een beetje geweld aandoen. Ik heb de SERV geciteerd, de Vlor en één van de organisaties die u noemt is het Netwerk tegen Armoede. (Opmerkingen van minister Liesbeth Homans)
Er zijn meer dan veertig organisaties tegen armoede. (Opmerkingen van minister Liesbeth Homans)
Er zijn meer dan veertig organisaties. (Opmerkingen van minister Liesbeth Homans)
Een van de drie organisaties waar u aan refereerde in het debat, was Millenniumdoelen. U hebt toen gezegd dat er vijftien organisaties waren.
Minister, participatie is meer dan alleen maar gaan vertellen wat u zou willen doen en nadien gaan vertellen wat u beslist hebt. Het is wel schouder aan schouder gaan staan om met de stakeholders iets te doen aan de armoedeproblematiek. Als u daartoe bereid bent, zult u onze steun krijgen. In het andere geval zult u ons blijven tegenkomen.
De heer De Bruyn heeft het woord.
Mijnheer Van Malderen, ik begrijp uw ongeduld. We hebben dit onderwerp al vaker besproken en we hebben al vaker tegen elkaar gezegd dat het VAPA een belangrijk werkinstrument is voor deze regering om de armoede effectief terug te dringen. Dat u wat ongeduldig bent over de precieze inhoud en omtrent de totstandkoming, kan ik begrijpen.
De minister heeft heel duidelijk aangetoond dat dit VAPA niet op één dag geschreven is. Men is wel degelijk maandenlang in constructief overleg geweest met tal van verenigingen, adviesorganen enzovoort. Men heeft dit lijvig instrument geschreven. We zullen het binnenkort kunnen lezen. Ik zal de eerste zijn om samen met u aan de minister en alle ministers die ter zake verantwoordelijkheid dragen, te vragen om met ons in debat te treden. Ik ben ervan overtuigd dat we dan zullen vaststellen dat we nog altijd van mening verschillen, maar dat de kritiek dat dit op een kabinet geschreven is en dat het geen rekening heeft gehouden met middenveldorganisaties, ongegrond is.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
U weet allemaal dat het VAPA geagendeerd staat op de ministerraad van 17 juli. (Opmerkingen)
Het belangrijkste is dat het gaat om een structureel armoedebeleid, geen beleid dat gebaseerd is op tal van projecten. We hebben de voorbije jaren gezien dat het vooral ging om een projectmanie. Ik wil dan ook echt nog eens pleiten voor structureel beleid. We moeten daarbij vooral inzetten op werk en onderwijs. We moeten de mensen vooral zelfredzaam maken.
Mevrouw Moerenhout heeft het woord.
Minister, een krachtig actieplan tegen armoede wordt, denk ik, niet beoordeeld op basis van de omvang, maar wel op basis van de inhoud. Als u mij vraagt hoe die inhoud eruit moet zien, denk ik aan twee megabelangrijke zaken. Ten eerste de structurele maatregelen die net werden aangehaald door Open Vld. Deze maatregelen maken wonen betaalbaar, kinderopvang aangepast en een job toegankelijker. Ten tweede, een krachtig actieplan kan u alleen bereiken als u inderdaad samenwerkt met alle organisaties in het veld, als u luistert naar hun expertise, zodat zij zich betrokken voelen bij uw keuzes en die keuzes achteraf kunnen respecteren.
U gaat uw plan binnenkort op de regeringstafel leggen. De verwachtingen zijn hoog, net zoals de noodzaak. Ik hoop dat u die kunt inlossen.
Voorzitter, mijnheer Van Malderen, ik ben absoluut niet gehaast om met vakantie te vertrekken. Ik wil op om het even welk moment met u en andere collega’s die nog niet met vakantie zijn vertrokken, debatteren in commissie of plenaire vergadering. Maar u zult nog schrikken van de timing, geloof mij.
Mevrouw Moerenhout, de vraag van collega Van Malderen ging over de participatie. Als ik zeg dat dit het VAPA is van deze legislatuur en dat het VAPA van de vorige legislatuur (toont beide VAPA’s), wil dat misschien ook wel zeggen dat we net meer rekening hebben gehouden met de inspraak die het middenveld en andere organisaties hebben gehad. Dat lijkt me redelijk logisch.
Mijnheer Van Malderen, vind ik participatie belangrijk? Ja. Hebben wij veel meer gedaan dan in de vorige legislatuur? Ja. Dat durf ik hier tegen u te zeggen. U zult dat misschien tegenspreken, maar dat is uw volste recht. Ik zal u één zinnetje voorlezen uit het advies van de Inspectie van Financiën, toen mevrouw Lieten het VAPA in de vorige legislatuur heeft ingediend: “(…) elk lid van de Vlaamse Regering te gelasten tegen eind 2010 de in dit actieplan opgenomen doelstellingen en acties binnen hun bevoegdheden verder uit te werken aan de hand van actiefiches.” Dat hebben wij op voorhand gedaan. Wij hebben dat op voorhand meegedeeld aan alle mensen die betrokken waren bij het overleg. Ik vind dat ook de normaalste zaak van de wereld.
Wat is er in de vorige legislatuur gebeurd? Alleen het doelstellingenkader is overgemaakt, op het moment van de vergadering zelf, mijnheer Van Malderen. Wij hebben gewoon alle vrijheid gegeven. Wij hebben de draft, de conceptnota en tegelijk ook nog eens alle actiefiches gegeven. Daaruit blijkt tot wel enig vertrouwen van onzentwege in het middenveld, denk ik. Tegelijk hebben zij bij al die overlegmomenten die hebben plaatsgevonden, echt wel een heel waardevolle inbreng gehad.
Ik heb hier voor alle duidelijkheid geen enkele organisatie bij naam genoemd, mijnheer Van Malderen, geen enkele! Ik heb alleen gezegd dat er een 3-tal organisaties waren die begin mei kritiek hebben geuit in de media. Heb ik ze bij naam genoemd? Neen. U kunt dat nalezen in het verslag. Ik heb ze niet bij naam genoemd. Ik zeg u alleen dat er 46 organisaties, buiten alle Vlaamse administraties en andere organisaties en kabinetten en dergelijke, hebben deelgenomen aan al die overlegmomenten die wij heel intensief en heel oprecht georganiseerd hebben. En daarvan zijn er 3 die een beetje kritiek hebben. Is dat normaal? Natuurlijk is dat normaal. Dat was in de vorige legislatuur niet minder, mijnheer Van Malderen.
Ik ben dus absoluut bereid om, wanneer u dat wilt, over dit VAPA te debatteren in dit Vlaams Parlement.
Minister, u bent begonnen met te zeggen dat u wellicht te weinig tijd zou hebben om uw aanpak toe te lichten, en vervolgens hebt u bijna driekwart van uw tijd gebruikt om te zeggen wat er in de vorige legislatuur gebeurd is. Misschien is dat, minister, om te verbergen wat ik vandaag gewoon zelf heb opgezocht. Ik heb eens rondgebeld naar organisaties en administratie. Daar heeft men mij bevestigd dat er sinds 20 april, sinds u een voorlopige versie van uw VAPA hebt voorgesteld en daar ook vernietigende kritiek op is gekomen door zeer representatieve organisaties, geen inhoudelijk overleg meer geweest is.
Ik roep u gewoon op – ik probeer positief te zijn en te blijven – om de resterende tijd die u nog hebt voordat u naar de regering gaat, te gebruiken om alsnog gewoon een vormelijk correct advies te vragen aan die belangrijke stakeholders, wat in de vorige legislatuur wel het geval was, om dat mee op te nemen in uw VAPA, zodat ook wij dat kunnen controleren. Ik zal citeren wat mijn fractieleider deze morgen zei: praten, het helpt. (Applaus bij sp.a. Opmerkingen van minister Liesbeth Homans)
De actuele vraag is afgehandeld.