Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de bescherming van de permanente poldergraslanden
Verslag
De heer Vandaele heeft het woord.
Minister, in 1997 kwam het Natuurdecreet tot stand en sindsdien wordt er bijna onafgebroken gediscussieerd over een betere bescherming van de cultuurhistorisch en biologisch waardevolle poldergraslanden. Elk jaar worden vele hectaren onherroepelijk omgeploegd.
De percelen werden voor de zoveelste keer wetenschappelijk in kaart gebracht. Er volgde een openbaar onderzoek en een verificatiecommissie heeft alles nog eens goed beoordeeld. Vervolgens moest de Vlaamse Regering de kaart definitief vaststellen. Minister, uiterlijk gisteren, 12 mei, moest u daarover een besluit voorleggen. Dat hebt u niet gedaan en dat heeft me buitengewoon ontgoocheld.
In het openbaar onderzoek werd 12.000 hectare historisch permanent poldergrasland onderzocht. Voor amper 2000 hectaren werden bezwaren ingediend. Dat betekent dat het overgrote deel van de gebruikers en eigenaars eigenlijk geen problemen heeft met een betere bescherming. Toch blijft u blokkeren. In de pers zegt u dat het dossier niet rijp is. Ik denk dat u zich vergist: het dossier is overrijp. Sommigen zeggen zelfs dat het bijna rot is, dat er een verrottingsstrategie achter zit.
Het openbaar onderzoek liep af op 12 december 2014. Toch wachtte u nog twee maanden, tot 6 februari 2015, om de verificatiecommissie samen te stellen. Die commissie was klaar op 12 maart 2015, maar u wachtte vervolgens opnieuw meer dan een maand om het rapport mee te delen aan de coalitiepartners op 20 april, met een toelichting op 23 april. Een eerste overleg tussen de kabinetten kwam er pas vorige week, op 6 mei, een half jaar na de start van het openbaar onderzoek. U hebt dus ongelooflijk getalmd met dit dossier. Ik vind dit niet ernstig.
Minister, wanneer legt u eindelijk een voorstel van beslissing voor aan de Vlaamse Regering? (Applaus bij Groen en sp.a)
De heer Caron heeft het woord.
Mijnheer Vandaele, ik wil u alvast gelukwensen en bedanken met uw actuele vraag. Dat is voor mij een minuut gespaard. U hebt helemaal gelijk met uw betoog.
Ik wil graag een zinnetje voorlezen uit het regeerakkoord om dit te bevestigen. Ik citeer: “We beschermen de bijzonder waardevolle historische permanente kustpoldergraslanden op basis van de na het openbaar onderzoek vastgestelde kaart.” Dat staat in het regeerakkoord, zelfs twee keer. Ik ga ervan uit dat een regeerakkoord ook wordt uitgevoerd. Ik begrijp dan ook de colère van mijn collega, die in West-Vlaanderen de trekker van het dossier is, meer dan ooit.
Ik wil even wijzen op het feit dat de bescherming van de poldergraslanden geen antilandbouwmaatregel is. Het is geen status zoals een ander natuurgebied. Landbouwers kunnen daar perfect hun bedrijvigheid verder blijven uitvoeren. Er zijn alleen beperkingen op de kwaliteit van het landschap en de gronden. Je kunt die weiden met een rijke vegetatie niet scheuren. Dat wil zeggen, niet omploegen.
Gedurende duizenden jaren heeft die vegetatie zich ontwikkeld. Zo’n unieke fauna en flora mogen we niet weggooien. De mooiste foto staat in het boekje van de kustpolders met als ondertitel ‘Oerwoud op kniehoogte’. Iedereen gaat in de zomer wel eens wandelen of fietsen in dat gebied. U kent het goed genoeg. Dat gebied met dat microreliëf, die fantastische waarde, die natuurbeleving, maakt recreatie en landbouw met een hoge kwaliteit van veeteelt mogelijk. De landbouwactiviteiten krimpen niet in, maar alleen het scheuren wordt beperkt.
Er is vandaag nog 30 procent over van de originele poldergraslanden. Daarvan zijn slechts met betrekking tot 2000 hectare bezwaren ingediend. Waar wacht deze Vlaamse Regering op om deze bescherming door te voeren? Het dossier is twintig jaar oud. Als we het zouden meebrengen, en het zou op iemands hoofd vallen, dan was die morsdood. Er is zoveel over geschreven. We moeten dit dossier echt afronden.
Minister, wanneer neemt u een beslissing? Welke motieven spelen mee om dat weer eens niet te doen tot op vandaag? (Applaus bij Groen)
Minister Schauvliege heeft het woord.
Het klopt natuurlijk dat het regeerakkoord moet worden uitgevoerd. Dat wordt absoluut niet betwist. Het klopt ook dat 12 mei, de dag waarop een beslissing moest vallen, niet gehaald werd. De reden is heel eenvoudig: er was geen akkoord binnen de Vlaamse Regering over dit dossier.
Ik kan u geruststellen: dat heeft geen juridische gevolgen. We kunnen in de komende weken nog rustig een beslissing nemen. Er is vaste rechtspraak van de Raad van State die dat bevestigt.
Doen uitschijnen dat dit bewust zou zijn gebeurd of dat er zou zijn getalmd, is de waarheid geweld aandoen. Mijnheer Vandaele, u zwaait met een papier, maar ik heb ook heel wat papiertjes bij. Ik zal ze u met veel plezier overhandigen. Ik heb alles op papier en op mail wat er de voorbije maanden allemaal is gebeurd. Ik zal het kort eens overlopen. U vond het nodig datums te noemen, wel ik zal dat met veel plezier ook doen en de waarheid hier op tafel leggen.
De Verificatiecommissie is direct aan de slag gegaan om alle bezwaren te behandelen. U knikt, dat klopt. Daar is niet mee getalmd. Ze waren klaar met de verwerking van alle bezwaren.
Inderdaad, op 20 april is alles overgemaakt aan de coalitiepartners. Er hebben verschillende vergaderingen van interkabinettenwerkgroepen plaatsgevonden. Op 6 mei is een voorstel op tafel gelegd. Daar is heel expliciet afgesproken dat ook de N-VA een standpunt zou innemen, Open Vld had dat al gedaan, en snel iets zou laten weten. We hebben elke dag opnieuw gevraagd naar dat standpunt zodat we tijdig zouden kunnen beslissen. (Opmerkingen van de heer Wilfried Vandaele)
Ik heb daar de bewijzen van, mijnheer Vandaele.
Gisteren, 12 mei, om 16.44 uur is het voorstel van uw partij binnengekomen. De dag waarop de beslissing moest worden genomen. (Applaus bij CD&V. Rumoer. Gelach)
U schudt van neen, maar ik heb hier alles mooi op een rijtje staan.
Misschien nog een pikant detail, mijnheer Vandaele, of toch wel heel opmerkelijk. U hebt uw actuele vraag ingediend op zondag 10 mei, u had toen nog niet eens gereageerd op de voorstellen die op tafel lagen, twee dagen voor het verstrijken van de deadline. (Rumoer)
Collega’s, dit dossier gaat inderdaad al twintig jaar mee. Dit dossier op de spits drijven zal het geen enkele stap vooruithelpen. We moeten in dit dossier tot een beslissing komen. We willen dat ook doen. Ik wil dat ook doen. We zullen dat ook doen.
Daarvoor zullen we een evenwicht moeten vinden. We zullen een evenwicht moeten vinden tussen natuur en landbouw, een evenwicht tussen de bescherming van de bijzonder waardevolle historisch permanente graslanden en een leefbare landbouw. Het is ongeveer twee weken geleden dat we hier in het parlement, op vraag van onze collega, een debat hebben gevoerd over leefbare landbouw. Dat gebeurde naar aanleiding van acties door landbouwers tijdens de voorjaarsklassiekers. Alle partijen hebben in dit halfrond gepleit voor een leefbare landbouw en voor een evenwicht tussen natuur en landbouw. Ook in dit dossier willen we dat realiseren. Het doembeeld alsof op dit ogenblik geen enkel grasland beschermd is, klopt niet. 70 procent van de historisch permanente graslanden zijn op dit ogenblik beschermd. Het klopt niet dat er dagelijks graslanden verdwijnen. Het openbaar onderzoek leverde kaarten op die dat aantonen.
Ik besluit. De meerderheid moet snel een evenwichtige beslissing nemen. Die beslissing moet het evenwicht bewaren tussen natuur en landbouw. Die beslissing moet de poldergraslanden beschermen, maar ook ervoor zorgen dat Vlaanderen een leefbare landbouwsector heeft. (Applaus bij CD&V en Open Vld)
Minister, ik vind uw reactie toch wat vreemd. U stelt vast dat ik zondag een actuele vraag heb ingediend. Dat is juist, want de beslissing van de Vlaamse Regering werd vorige vrijdag verwacht. Dat was de laatste bijeenkomst van de regering voor de deadline van 12 mei. Er is geen beslissing gevallen omdat u geen voorstel op tafel hebt gelegd, hoewel mijn partij daarop had aangedrongen. Het is bijgevolg logisch dat een volksvertegenwoordiger daarover een vraag stelt.
U zegt ook dat mijn partij een voorstel had moeten doen. U zet de zaken op zijn kop. Onze ministers zijn niet bevoegd voor leefmilieu, u bent dat. Het zou toch vreemd zijn wanneer een minister op de regeringstafel een dossier met een plan zou leggen over een onderwerp waarvoor hij niet bevoegd is? Het parlement zou dan te klein zijn. Uw verdediging is dus ontstellend zwak.
U zegt dat 12 mei geen deadline is. Strikt juridisch zou dat wel kunnen. Maar die datum leiden we af uit de tekst van het decreet. Dat decreet is door dit parlement goedgekeurd. Dit parlement heeft geoordeeld dat de beslissing binnen de termijn van 210 dagen na de start van het openbaar onderzoek moet vallen. Dat is de wil van het Vlaams Parlement. Ik neem er akte van dat u dit niet belangrijk vindt.
U hebt gelijk dat u de beslissing alsnog kunt nemen, aangezien dit een termijn van orde is. U mag daar dan niet te lang mee wachten, want het moet binnen een redelijke termijn gebeuren. De uitspraak van de Raad van State is er. En in een dossier van het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) zit ook een uitspraak van de Raad van State waarin wordt gesteld dat de Vlaamse Regering de termijn van orde niet mag overschrijden. U kent de teksten. U geeft de tegenstanders dus hoe dan ook een argument in handen om de zaak aan te vechten, en dat was nergens voor nodig. (Applaus bij de N-VA, sp.a en Groen)
Wat betreft daadkracht: de liefhebbers van Oosterweel, Uplace en andere dossiers hebben aan het dossier van de poldergraslanden ‘geen lek’, zoals we in West-Vlaanderen zeggen. Het dossier is twintig jaar oud. Geduld collega’s, de minister heeft het gezegd: aan alles komt een goed eind, ook in dit geval.
Minister, de procedure is in 2013 opgestart, met ontwerpkaarten en zo. U was toen al de bevoegde minister. Vandaag zijn we twee jaar verder, maar er is nog altijd geen beslissing genomen. In de commissie hebt u me gezegd dat er een beslissing zou worden genomen. U citeerde toen uit het Natuurdecreet, ook de data. Maar nu zegt u de heer Vandaele dat u rustig de deadline van 12 mei kunt overschrijden. Ik hoop dat trouwens, want anders moet alles worden overgedaan. Het geleverde werk zou dan nutteloos zijn.
Ten slotte nog dit: ik betreur dat u opnieuw de belangen van natuur en milieu tegenover elkaar zet. Dit is verdorie een dossier waarin ze perfect kunnen samenvallen. (Applaus bij Groen en sp.a)
Mevrouw Peeters heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, ik roep op tot sereniteit. We mogen geen beslissing nemen die polariseert. We mogen geen beslissing nemen onder tijdsdruk.
Een aantal collega’s hebben het al gezegd: het staat in het regeerakkoord. Ik heb er ook alle vertrouwen in dat er een beslissing zal worden genomen. In het regeerakkoord staat ook duidelijk dat er een beslissing zal worden genomen na het openbaar onderzoek. (Opmerkingen)
En in een openbaar onderzoek waarbij meer dan 2400 bezwaren zijn ingediend, getuigt het niet van behoorlijk bestuur om dan heel snel een beslissing te nemen zonder rekening te houden met die bezwaren.
Minister, u hebt gezegd dat u in dezen zoekt naar een evenwicht tussen natuur en landbouw. Het is inderdaad heel belangrijk dat we werken aan een verzoening tussen de ecologische aspecten enerzijds en de economische aspecten anderzijds ten behoeve van de landbouw die er actief is. Ik denk dat we allemaal heel graag en heel snel zouden willen weten welke beheersmaatregelen er straks worden opgelegd en in welke mate ze impact hebben op het landbouwleven. (Applaus van Open Vld)
De heer Crombez heeft het woord.
Minister, we hebben er jammer genoeg, samen met de heer Vandaele en de heer Caron, al jaren met u over gepraat.
Ik denk dat u hebt gedacht: ‘Ik ben nu al een paar jaar minister, maar ik heb geen imago. Ik zal eens een imago maken, eentje dat erin bestaat dat als men in Oost-Vlaanderen met de bevolking en de provincie maanden bezig is met een project om windmolens af te bakenen, ik dat van de tafel zal vegen. Ik zal, als er een grote promotor komt met een bouwproject, dat in elkaar futselen met adviezen die nergens op lijken en dat trek ik erdoor.’
Dit is al vijf jaar bezig. En weet u waarom dat zo erg is? Ik raad iedereen aan om eens alle betogen en vragen te lezen, zowel vanuit de meerderheid als van de oppositie. Al jaren stellen we vragen aan u, minister, want iedere keer dat er een stuk grasland vernietigd wordt, is het permanent verloren! U bent al vijf jaar minister en uw antwoorden worden almaar erger. Er is almaar minder reden om uit te leggen waarom u dit niet doet. Dit dossier is niet meer en niet minder dan een schande. En alleen u bent daarvoor verantwoordelijk. Niet de heer Vandaele is daarvoor verantwoordelijk. Hij heeft in januari samen met mij gevraagd om de termijn te respecteren die het parlement heeft bepaald. Er is een commissie. Er is maar voor 20 procent beroep meer, u hebt geen reden meer. Er is maar één vaststelling: er worden gronden vernietigd die nooit meer kunnen worden hersteld. Het aantal neemt alleen maar toe. En u bent daar de enige verantwoordelijke voor! U bent al vijf jaar bevoegd voor dit dossier. Als er geploegd wordt, zijn de poldergraslanden permanent verloren. Punt. Dat is de grote schande. U bent de enige verantwoordelijke. Het is normaal dat mensen uit de meerderheid en uit de oppositie zich daarover opwinden.
De ene keer komt u af met de bevolking en de provincie: ik heb mails, ik kan alles tonen. Boef, van tafel. Uplace, gekunsteld, dat trekt u erdoor. En dit hier laat u verder vernietigen. Minister, kunnen we sneller alles van de verificatiecommissie krijgen om te zien of wat u nu aan het vertellen bent in de pers, klopt? (Applaus bij sp.a)
De heer Sintobin heeft het woord.
Minister, het zal u wellicht niet plezieren, maar u zult de meeste steun van onze fractie krijgen. Wij zijn ook op zoek naar een oplossing, naar een evenwicht tussen ecologie en landbouw.
Mijnheer Caron, u zegt dat het beschermen van de poldergraslanden niet gericht is tegen de landbouwsector. Ik vraag me dan af waarom juist die landbouwsector zich verzet tegen de bescherming zoals die nu wordt voorgesteld.
Voorzitter, ik moet nog een aantal zaken zeggen. Vandaag is gebleken dat het kibbelkabinet niet hierbuiten zit, maar wel hierbinnen. Het is trouwens niet de eerste keer dat er een scheidingslijn loopt tussen de N-VA en CD&V, zeker wat betreft de beleidsdomeinen Landbouw en Leefmilieu.
Wij vragen ook een oplossing voor dit dossier. Of het nu 12 mei is of 15 mei of 30 mei, dat speelt allemaal geen rol. Er moet een evenwicht komen tussen natuur en landbouw.
De fundamentele vraag, minister, is of u nog door eenzelfde deur kunt met de heer Vandaele.
De heer Dochy heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, met enige verontwaardiging moet ik dit schouwspel hier aanschouwen.
Mijnheer Caron, als ik me goed herinner is er sinds 1997 ook ooit een groene minister geweest voor Landbouw en Leefmilieu. Er was toen geen kaart, geen openbaar onderzoek en er werd toen zeker geen beslissing genomen. Om onze minister vandaag daadkracht te verwijten, daarvoor bent u eigenlijk niet zo goed geplaatst.
Mijnheer Vandaele, u bent twintig jaar bezig met dit dossier. In alle eerlijkheid zult u toch moeten toegeven dat u nog nooit verder hebt gestaan met dit dossier dan vandaag.
Uw betoog van vandaag draagt jammer genoeg enkel bij tot de polarisatie van het dossier en niet tot de oplossing. Dat betreur ik. (Applaus bij CD&V en Open Vld)
Uw betoog draagt wel bij tot uw groen imago in West-Vlaanderen. De heer Caron mag zich stilaan zorgen beginnen te maken.
Het verzoenen van de landbouweconomische belangen en de aanwezigheid van de natuur in dit poldergebied, is de grote uitdaging. Wij kunnen daar enkel toe komen door dit debat op een serene manier, weg van de pers, te voeren en in ieder geval niet op de manier waarop we vandaag bezig zijn. Ik ben ervan overtuigd dat we op korte termijn tot een zeer waardige oplossing kunnen komen. (Applaus bij CD&V, Open Vld en van de heer Stefaan Sintobin)
Collega’s, ik wil nog eens herhalen wat ik daarnet heb gezegd. Het is uiteraard de bedoeling om het regeerakkoord uit te voeren en in dit dossier tot een beslissing te komen. Die beslissing zal een evenwicht moeten zijn tussen aan de ene kant de bescherming van de bijzonder waardevolle historisch permanente graslanden en aan de andere kant een leefbare landbouw.
Collega, Wilfried zal ik zeggen, u hebt daarnet wat selectief geluisterd. U zegt: “Het is de wereld op zijn kop dat wij een voorstel op tafel moeten leggen.” Maar u vergist zich, u hebt niet goed geluisterd. Ik heb wel degelijk een voorstel op tafel gelegd. Uw partij heeft dagen aan een stuk geweigerd om daarop te reageren of daarin een standpunt in te nemen. Gisteren, om kwart voor vijf, is het standpunt daarover binnengekomen. Ik kan dat alleen maar vaststellen en ik kan niet anders dan dat hier vandaag te zeggen. U valt mij aan en zegt dat ik getalmd heb en doelbewust heb gewacht om hierin een beslissing te nemen. Ik kan alleen maar vaststellen dat het zo gelopen is. De feiten zijn wat ze zijn. Ik kan het alleen maar betreuren.
Nogmaals: polariseren en straffe uitspraken doen in dit dossier, zal ons geen stap vooruitbrengen. We moeten de komende weken zo snel mogelijk tot een evenwichtige beslissing komen. Dat is wat ik wil doen. Ik hoop dat we dat ook in de meerderheid kunnen doen. Er zijn 2400 bezwaren. We moeten bekijken hoe we daarmee omgaan en hoe we ervoor zorgen dat er een bescherming komt, maar dat er ook rekening wordt gehouden met de leefbaarheid van de landbouw.
Mijnheer Crombez, het klopt dat er daarover in dit parlement al heel vaak, soms ook met heel straffe taal, discussie werd en wordt gevoerd. U kunt samen met mij vaststellen dat al die grote woorden en straffe uitspraken dit dossier nog niet hebben vooruitgeholpen. Laat ons werken aan een oplossing. Laat ons ervoor zorgen dat we met z’n allen werken aan een draagvlak voor dit dossier. Ook dat is de verantwoordelijkheid van de regering, maar ook van het parlement dat decreten goedkeurt die moeten worden uitgevoerd. Werken aan het draagvlak, ervoor zorgen dat er overleg is, dat er verzoend wordt, dat er evenwicht wordt gevonden in beslissingen die worden genomen: ook dat is de taak van een parlement dat met beide voeten in de realiteit staat.
Nogmaals, collega’s, ik heb de polarisatie niet opgezocht. Ik heb de straffe uitspraken niet gedaan. Ik stel alleen vast dat een aantal collega’s zeggen dat ik getalmd heb en geen beslissingen neem. Het is absoluut de bedoeling om hier in de meerderheid een beslissing te nemen.
Maar laat ons ook consequent zijn. Twee of drie weken geleden hebben we een heel debat gevoerd. Vanuit alle partijen is er toen opgeroepen om de polarisatie tussen natuur en landbouw te stoppen en om samen resoluut te gaan voor die leefbare landbouw. Ik wil ertoe oproepen om die evenwichten ook in dit dossier te bewaren en ervoor te zorgen dat we samen aan oplossingen werken om het draagvlak te vergroten om die bijzonder waardevolle historisch permanente graslanden te beschermen, maar aan de andere kant ook te bekijken hoe we de landbouw leefbaar kunnen houden, vooral dan in West-Vlaanderen. (Applaus bij CD&V, Open Vld en van de heer Stefaan Sintobin)
Minister Joke, iedereen wil natuurlijk een evenwicht tussen landbouw en ecologie. Dit dossier van de poldergraslanden brengt dat evenwicht niet in gevaar. Dat blijkt ook uit het openbaar onderzoek. Want inderdaad, mevrouw Peeters, openbaar onderzoek is belangrijk en bezwaren moeten dus ook ernstig worden genomen. Dat is ook gebeurd. Op basis van de bezwaren wordt er al 756 hectare van die 12.000 uitgehaald. Dat is in elk geval zo.
Minister, u zegt dat er een voorstel is gedaan. Er was een eerste IKW op 6 mei, dat is twee dagen voor de Vlaamse Regering de beslissing had moeten nemen, op 8 mei, om tijdig klaar te zijn voor 12 mei, want daarna is er geen vergadering van de ministerraad meer.
Minister, mag ik aan de collega’s zeggen wat uw voorstel voor bescherming was? Mag ik het hier zeggen? Vandaag is 5902 hectare beschermd via een verbod op vegetatiewijziging en ongeveer 250 hectare via een vergunningsplicht. In feite is er ongeveer 6100 hectare beschermd. In het openbaar onderzoek staat 12.000 hectare, u zegt dat 75 procent beschermd is. Ik denk dat u de rekening opnieuw moet maken en dat vandaag inderdaad de helft beschermd is.
Collega’s, het voorstel dat op tafel kwam, was om 500 hectare minder te beschermen dan wat vandaag beschermd is. Dat is de waarheid. Minister, dat is het voorstel van uw kabinet dat op tafel lag. In plaats van oplossingen te zoeken heb ik de indruk dat sommigen graag extra problemen en bezwaren op tafel leggen. Ik reken erop dat er eindelijk een oplossing komt. Dit dossier nog langer later verzieken is echt geen optie voor ons en is in strijd met het regeerakkoord. (Applaus bij sp.a en bij Groen)
Mijnheer Dochy, ongeveer 35 procent van de poldergraslanden was al beschermd in het kader van de natuurbescherming. Ook in de paars-groene periode zijn ettelijke natuurgebieden in de polders beschermd. U refereert in de commissie Landbouw wekelijks aan de daadkracht van het toenmalige landbouwbeleid en dat doet u niet in rooskleurige termen. U bedoelt te veel daadkracht, en dat had u echt niet gewild, denk ik.
Minister, beste Joke, ik zou nu toch graag het rapport van de verificatiecommissie kunnen inzien. Wat de heer Vandaele vertelt, is nuttig en het is moedig van hem om dat op dit podium te zeggen. Wij hebben die informatie niet, ik moet de vraag stellen, ik krijg de informatie in het beste geval en het is nog veel erger dan ik me had kunnen voorstellen.
Voorzitter, ik vraag u bij dezen om aan de minister van Omgeving, Natuur en Landbouw het rapport van de verificatiecommissie te vragen. Mevrouw Peeters, dat is het rapport dat na het openbaar onderzoek en op basis van de bezwaarschriften is opgemaakt zodat wij straks de beslissing van de Vlaamse Regering die hopelijk iets positiever zal zijn dan wat de heer Vandaele voorstelt, kunnen beoordelen. (Applaus bij sp.a en bij Groen)
De actuele vragen zijn afgehandeld.