Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Pira heeft het woord.
Minister, zowel in het Vlaams regeerakkoord als in uw beleidsnota wordt aangekondigd dat de Vlaamse Bouwmeester zoals we die tot nu toe kennen, wordt omgevormd tot een Bouwmeestercollege.
Maar er wordt ook nog een andere verandering aangekondigd, namelijk dat dat college onderdeel zou worden van uw administratie Omgeving. In uw beleidsnota hebt u ook gesteld dat u, vooraleer u tot die omvorming zou overgaan, ook de sector zou bevragen. Dat gaat dan om de architecten, ruimtelijke planners enzovoort.
Die bevraging is nu bezig. We lezen daarover in de krant, en zien vooral dat er een luide roep naar voren komt om een sterk en onafhankelijk bouwmeesterschap. We lezen die roep onder meer in de vele opiniestukken die in de kranten gelanceerd worden.
Naar aanleiding van het opstappen van de Vlaamse Bouwmeester vorige week, na een audit, rijst meer en meer de vraag hoe u de onafhankelijkheid binnen die administratie zult kunnen waarborgen. Er is naar aanleiding van de audit en het ontslag ook wat ongerustheid ontstaan in de sector. Er zijn mensen die van de audit en het ontslag gebruikmaken om het instituut in vraag te stellen en onderuit te halen.
Minister Schauvliege heeft het woord.
In het regeerakkoord staat dat er plannen zijn om na het beëindigen van de huidige periode van de Bouwmeester naar een college te gaan, aan het hoofd waarvan nog duidelijk een Bouwmeester staat, en dat dat zou worden ondergebracht bij het Omgevingsdepartement. (Samenspraken)
Collega’s, het Koffiehuis is open. Er zijn mensen die wel aan het luisteren zijn, en ik zie aan de non-verbale communicatie van een aantal van hen, dat zij dat zeer vervelend vinden, minister Crevits.
Als je moet voorzitten, is dat heel vervelend. Er zijn gelukkig mensen die wel nog luisteren, maar door al dat geroezemoes en gefluister … Ik weet ook niet waar het over gaat, het interesseert mij verder niet, maar u kunt in het Koffiehuis altijd gratis iets drinken.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Ik zal mijn antwoord vervolgen, voorzitter.
Het regeerakkoord is dus duidelijk, mevrouw Pira. Samen met de collega’s die op dit moment ook bevoegd zijn voor de Bouwmeester – minister Homans en de minister-president –, hebben we afgesproken dat we eerst een ruime bevraging zouden doen van alle betrokken actoren op het veld, om alles goed op te lijsten. Op basis daarvan zullen we zien hoe we dat na de periode van de huidige Bouwmeester verder zullen ontwikkelen.
Die bevraging is net afgelopen. Ik heb het rapport daarvan vandaag op mijn bureau gekregen. Uw vraag is dus wel bijzonder actueel vandaag. Ik heb het rond twaalf uur vanmiddag ontvangen en heb het dus nog niet kunnen doornemen. Het is op dit moment dus nog moeilijk om te zeggen wat de conclusie van die bevraging is. Laat ons nog even de tijd om dat goed te bekijken. We zullen dat ook samen met de collega’s bekijken, om te zien hoe we dat verder in de praktijk zullen uitwerken, op basis van het regeerakkoord.
Het instituut van de Bouwmeester heeft in het verleden heel veel goede dingen gedaan in Vlaanderen. Niemand betwist dat, maar het is nooit slecht om op basis van de ervaringen in het veld samen met alle betrokken collega’s binnen de Vlaamse Regering te bekijken hoe we dat nu concreet zullen uitwerken. Ik kan u dus nog niet concreet antwoorden hoe we nu verder te werk zullen gaan. Laat ons eventjes de tijd om die bevraging goed na te kijken.
Minister, ik hoop dat u met een open blik kunt kijken naar wat er uit die bevraging komt.
U blijft wellicht bij uw voornemen uit het regeerakkoord om dat Bouwmeestercollege onder te brengen in de administratie. Dan blijft de vraag hoe onafhankelijk en hoe kritisch dat college zal kunnen zijn. Onze Bouwmeesters hebben immers een goede traditie om kritisch te zijn, bijvoorbeeld tegenover de Oosterweelverbinding, tegenover Uplace, tegenover de bouwpolitiek in Vlaanderen.
Hoe zult u die onafhankelijkheid, waar zo’n vraag vanuit de sector naar is, garanderen en ervoor zorgen dat het bouwmeesterschap een luis in de pers blijft en zich kritisch zal kunnen blijven opstellen? Welke garanties biedt u? Want uiteindelijk komen de dossiers bij de administratie terecht, en ambtenaren moeten toch een zekere loyauteit ten aanzien van de regering vertonen. Ik zie niet onmiddellijk in hoe dat moet worden verzoend. Ik heb dus een pertinente vraag: hoe zult u dat garanderen?
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Minister, we kijken uit naar het College van Bouwmeesters. We zijn nu een tijdje bouwmeesterloos. Ik deel een aantal bekommernissen van de collega’s. Een Bouwmeestercollege – als element van een administratie of als volledig nieuw orgaan – moet natuurlijk onafhankelijk zijn. Die onafhankelijkheid van het Bouwmeestercollege moet wel steeds binnen de krijtlijnen van het beleid van de Vlaamse Regering worden waargemaakt. Het kan niet dat het Bouwmeestercollege de beslissingen van de Vlaamse Regering in vraag stelt. De taak van het Bouwmeestercollege moet erin bestaan de ruimtelijke kwaliteit in het openbaar domein te verbeteren. Bij openbare aanbestedingen is dat cruciaal. In de sector van de openbare aanbestedingen heerst veel ongerustheid. Wat gebeurt er met de lopende projecten voor sociale huisvesting? Daar moeten teams de ruimtelijke kwaliteit garanderen.
De heer Beenders heeft het woord.
Minister, ik merk dat er nog wat onduidelijkheid heerst over hoe het Bouwmeestercollege moet werken. Misschien is het niet slecht om in deze fase een taakomschrijving op te stellen, zodat we in de commissie over de aanstelling en de manier van werken van het Bouwmeestercollege kunnen discussiëren. Het is immers wat bizar om vandaag al mensen te zoeken wanneer u nog niet goed weet hoe de groep er moet uitzien en hoe die moet werken. Laten we een profiel en taakomschrijving uitwerken.
De heer Ronse heeft het woord.
Mevrouw Pira, ik denk dat uw bezorgdheid onterecht is. We gaan naar een Bouwmeestercollege van vijf deskundigen die tijdelijk worden aangesteld. Er wordt in een band met het middenveld voorzien. Daarom is het belangrijk dat de resultaten van de bevraging grondig worden bekeken. Ik dring er dan ook op aan om een goede relatie met het middenveld te bewerkstelligen. Het is erg belangrijk dat de Bouwmeester niet boven alles en iedereen staat, maar een van hen is, en een grote affiniteit met de sector heeft. Nu moeten we de kans grijpen om te gaan naar een geïntegreerd mechanisme van kennisopbouw dat het architecturale potentieel van onze mooie regio kan valoriseren.
De heer Ceyssens heeft het woord.
Eerst en vooral wil ik mevrouw Pira van harte feliciteren met haar perfect gevoel voor timing, want ze stelt haar vraag op het moment dat de resultaten van de bevraging bij de minister arriveren. Niettemin denk ik dat de bevraging haar waarde heeft. Ik denk dus dat we vandaag geen vragen moeten stellen over een dossier waarvan de resultaten pas vandaag zijn gearriveerd. We moeten die bevraging ernstig nemen. Ik weet niet goed tot wie ik me moet richten. Minister, ik kan de vraag zelfs niet aan u stellen, want in principe is de bijhorende bevoegdheid nog niet overgeheveld. Het parlement moet de kans krijgen om de resultaten van de bevraging en de besprekingen die daarover in de commissie Cultuur zijn gevoerd, te bekijken en standpunten in te nemen.
Collega’s, ik herhaal nog eens heel uitdrukkelijk dat ook in mijn beleidsnota expliciet staat dat het om een onafhankelijke instelling moet gaan. Ik vind dat belangrijk. We zullen het op die manier verder uitwerken. Uiteraard moeten we de bevraging afwachten om te weten wat daar in staat. Het was de bedoeling om een ruime bevraging te doen. Iedereen die een beroep heeft gedaan op de Bouwmeester, maar ook de architecten, het instituut van de Bouwmeester en van de vroegere Bouwmeesters: iedereen is ruim bevraagd geweest. Dat hebben wij vandaag ontvangen en wij willen daar nu op een ernstige manier naar kijken. Het is belangrijk dat wie een beroep moet doen op die Bouwmeester, zich goed voelt bij wat wij verder zullen uitwerken. Wij zullen dat in goed overleg doen. Wij zullen dat binnen de Vlaamse Regering verder bekijken. Wij willen ook de continuïteit garanderen. Dat is een aandachtspunt waarover ook wij hebben nagedacht.
Minister Homans heeft aan de adjunct-Bouwmeester gevraagd om tijdelijk die functie en die taken over te nemen. Als de nood er zou zijn, moeten wij ervoor zorgen dat wij niet naar een soort van tussenoplossing moeten gaan als daar nog verdere besprekingen nodig zouden zijn en een aantal taken niet door die adjunct-Bouwmeester zouden kunnen worden uitgevoerd. Maar dat zijn allemaal beslissingen die wij nog als Vlaamse Regering moeten nemen. Het is heel moeilijk om nu vooruit te lopen op een bevraging die wij pas deze middag om 12 uur hebben ontvangen en waarover nu een vraag wordt gesteld. Geef ons de tijd om het goed uit te werken. We hebben het regeerakkoord en we hebben wat in de beleidsnota staat. Uiteraard zijn wij steeds bereid om er hier in het parlement, wanneer wij hebben beslist wat wij zullen doen, over van gedachten te wisselen.
Minister, bedankt voor uw antwoord. U hebt mij natuurlijk niet gerustgesteld. Voor mij gaat het in essentie over de contradictie tussen een onafhankelijk Bouwmeestercollege, zoals het inderdaad in uw beleidsnota staat, en anderzijds de bepaling “ingebed in de administratie”. Volgens mij zijn dat zaken die tegen elkaar inwerken. Het is net de verdienste van het bouwmeesterschap, zoals het ooit is geweest, dat het uit de administratie is gehaald en iets onafhankelijks is geworden. In elk geval blijft Groen voorstander van een sterk bouwmeesterschap, dat in volledige onafhankelijkheid zijn kwalitatieve werk kan doen en dat vooral kritiek kan blijven geven op projecten van de Vlaamse overheid. Dat is heel belangrijk.
Minister, ik wil positief eindigen: een sterke regering en een sterke minister zijn niet bang van een sterk bouwmeesterschap. (Applaus bij Groen)
De actuele vraag is afgehandeld.