Verslag plenaire vergadering
Verslag
Hoofdelijke stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over de motie.
Mevrouw Van den Brandt heeft het woord.
Voorzitter, ik wil graag toelichten waarom wij deze motie indienen. Uit uw lichaamstaal kan ik aflezen dat ik het beter beknopt hou.
Wij hebben met z’n allen gekozen voor Brussel. Op het moment dat we kozen voor het model van gemeenschappen naast het model van gewesten, kozen we ervoor om in Brussel te investeren, om Brussel van ons te houden.
Die keuze heeft natuurlijk gevolgen. Het betekent dat de Brusselaars voor een aantal zaken onder onze bevoegdheid vallen, dat wij verantwoordelijk zijn voor een hele hoop zaken in Brussel. Het onhandige of misschien het gelukkige – dat is een debat waard – over de mensen in Brussel is dat je die al lang niet meer in twee hokjes kunt opdelen. Je kunt niet zeggen dat ze kunnen worden opgedeeld in Franstalig of Nederlandstalig. De realiteit is veel complexer. Meer dan de helft van de mensen past in geen van die twee hokjes. De realiteit overstijgt dat ruimschoots.
We hebben daar iets goed op gevonden. De Vlaamse Regering, het Vlaams Parlement, heeft de Brusselnorm geïnstalleerd. Daarmee zeggen we dat we 30 procent van de Brusselaars tot onze doelgroep willen nemen als het gaat om scholenbouw, het voorzien van crèches en voorzieningen voor personen met een handicap. De Franse Gemeenschap doet dat voor 80 procent. U zou kunnen zeggen: “30 plus 80 is 110. Het komt wel goed met Brussel, want er zullen genoeg voorzieningen zijn.”
Helaas. Die 30 procent wordt nagenoeg nergens gehaald. In geen enkel beleidsdomein kunnen we pronken met onze 30 procent. Dat is jammer. Brussel is een stad met veel potentieel, maar ook veel uitdagingen als het gaat om armoede, superdiversiteit, veeltaligheid. Dat vraagt om gerichte investeringen met oog voor de realiteit van Brussel.
Met deze motie willen we ertoe oproepen om de minister van Brussel de kans te geven die Brusselnorm ook te halen. We willen veel meer doen met die motie, maar dat is het eerste en volgens mij ook belangrijkste punt. We moeten het als een enorme kans zien om in Brussel te investeren.
We willen met z’n allen dat het Nederlands een plaats blijft houden in Brussel. Momenteel staan heel veel Brusselaars open voor dat Nederlands. De jonge generatie klopt aan bij onze scholen, crèches en jeugdvoorzieningen. Er zijn enorme wachtrijen. Dit is een kans om het Nederlands aan te leren bij de kinderen, om het Nederlands een sterkere positie te geven in Brussel. Zie het alstublieft als een kans om te investeren in onze hoofdstad en niet als een bedreiging. Niet als een vraag of een smeekbede, maar als een enorme kans voor het Nederlands en eigenlijk ook een verdomde plicht om onze verantwoordelijkheid op te nemen.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Investeren in Brussel is absoluut nodig. In de feiten zien wij echter dat Brussel vandaag harde klappen krijgt. Alleen al op het bevoegdheidsterrein van minister Gatz wordt er 5 miljoen euro bespaard.
Maar daar blijft het niet bij. Door het schrappen van de extra GOK-werkingsmiddelen (gelijke onderwijskansen) voor scholen met een kansarm publiek krijgt Brussel ook extra klappen. Door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden (VIPA) te bevriezen en zo het tekort aan kinderopvang te bestendigen hoewel de vraag groeit en iedereen het erover eens is dat de toekomst van kinderen uit kwetsbare groepen, zeker in Brussel, in de kinderopvang begint, krijgt Brussel klappen.
Alsof het nog niet genoeg is, krijgt onze hoofdstad ook een paar serieuze klappen van de federale overheid door het snoeien in de wetenschappelijke en culturele kroonjuwelen van ons land.
De klappen die Brussel nu krijgt, zullen voelbaar zijn tot in Mechelen, in Leuven, tot voorbij Halle. Deze besparingen in Brussel hypothekeren de toekomst van Vlaanderen. We willen daarom een oproep doen om het project Brussel te zien als een model voor Vlaanderen, een model van superdiversiteit en meertaligheid, met een beeldvorming die zoekt naar gemeenschappelijkheid, niet naar conflict. Een model waarin een engagement wordt aangegaan om het onrecht van ongelijkheid, dat nergens zo groot is als in Brussel, de wereld uit te helpen.
We willen dan ook een oproep doen om de betutteling van Brussel om te keren in respect voor zijn autonomie. Dat impliceert vertrouwen in onze Nederlandstalige verkozenen in Brussel, in de werking en in de autonomie van de VGC. We vragen dan ook om aan de VGC dezelfde autonomie toe te kennen als aan de steden Gent en Antwerpen. We vragen om de VGC zo te erkennen haar centrale regierol. Laten we haar in staat stellen om de investeringen die Vlaanderen in Brussel doet, maximaal te laten renderen. (Applaus bij de sp.a)
Begin van de stemming.
Stemming nr. 1
Ziehier het resultaat:
102 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
25 leden hebben ja geantwoord;
77 leden hebben neen geantwoord.
Dientengevolge neemt het Vlaams Parlement de motie niet aan.