Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Daems heeft het woord.
Minister, vorige week donderdag twitterde Europees Commissaris Marianne Thyssen dat ze de dag daarna aan de Vlaamse Regering een kerstcadeau zou geven van 400 miljoen euro, om er mee voor te zorgen dat oudere werklozen gemakkelijker opnieuw aan een baan zouden geraken, in het kader van het Europees Sociaal Fonds (ESF).
Dan hebben we het in principe over het hele brede palet, waar ook opleidingen bij horen. De eerste vraag die opkomt, gegeven het feit dat een euro Europees geld voor anderhalve euro Vlaams geld telt, zo verneem ik uit de pers, is waar de Vlaamse Regering die 600 miljoen euro zal halen als ze daarin stapt, wetende dat die niet noodzakelijk uit de begroting moet komen. Het zou kunnen dat u akkoorden maakt met het bedrijfsleven. Ik zou graag een antwoord krijgen op deze kwestie, om zeker te zijn dat een budget van 400 miljoen euro niet verloren zou gaan in dit stuk van het doelgroepenbeleid. Het gaat hier toch maar over meer dan 50.000 oudere werklozen. Als u weet dat het budget van de VDAB 650 miljoen euro per jaar is, dan is dat ongeveer twee derde van dat jaarbudget dat we zouden kunnen krijgen.
Een tweede bedenking – minister, ik hoop dat u daar wilt in meegaan – is een heel simpele oude wijsheid: het is goedkoper een klant te houden dan een nieuwe klant te vinden. Het is dus goedkoper om iemand in een job te houden dan in een nieuwe job te brengen. Dat geldt nog veel meer voor een oudere werkloze, want als een oudere een job verliest, kost dat aan de overheid, zowel de Vlaamse als de federale, het meest.
Is het mogelijk dat we binnen het kader van wat mevrouw Thijssen ons aanbiedt en waarvan ik denk dat we er moeten op ingaan, creatief kunnen zijn om die middelen in te zetten, niet alleen om oudere werklozen zonder job op te leiden, maar om een on-the-jobtraining te geven in samenwerking met het bedrijfsleven, waardoor die oudere werklozen niet worden uitgestoten? Je maakt dan meteen een dubbelslag, want budgettair gezien zullen die mensen hun job behouden en hebben ze dus een zeker rendement voor de maatschappij, en worden ze geen kostenpost waar je nadien moet op inzetten om ze terug aan een baan te helpen. Enige creativiteit binnen het doelgroepenbeleid, dat vandaag een volledige Vlaamse aangelegenheid is en waar een groot budget tegenover staat, lijkt toch raadzaam. Als je dan leest dat de baas van Belfius, zelf een 56-plusser, in de krant zegt dat hij alle 56-plussers gaat buitengooien, dan zeg ik tegen hem: gooi uzelf buiten voor u dat met anderen doet. (Applaus bij Open Vld)
Minister Muyters heeft het woord.
Op die laatste opmerking zal ik niet reageren. Over Belfius heb ik niet direct iets te zeggen. Ik wil het wel hebben over de vraag die u hebt gesteld. Het gaat over het programma van het ESF 2014-2020 in opvolging van het ESF-programma 2007-2013. In dat laatste programma was er 500 miljoen euro gepland vanuit Europa en daar moest Vlaanderen 600 miljoen euro tegenover stellen. Dat is wel voor zeven jaar. U vergelijkt een jaar VDAB-budget met zeven jaar ESF. Daar moet u mee oppassen, want dat kan een verkeerde indruk geven.
De verhouding was 45 procent Europees geld en 55 procent Vlaams geld. In het nieuwe programma zijn er twee wijzigingen. De accenten liggen anders. Er is niet zozeer een accent op ouderen. Er zijn vijf thema’s. De tweede wijziging is dat Europa 100 miljoen euro minder geeft. Het was 500 miljoen euro en dat wordt nu 400 miljoen euro voor die zeven jaar. Vlaanderen moet wel 600 miljoen euro blijven aanleveren. De verhouding wordt dus 60-40 in plaats van 55-45.
Waar halen wij die 60 procent? 55 procent kwam vanuit agentschappen, departementen en het Cofinancieringsfonds. Wellicht wordt dat nu hetzelfde. 5 procent komt uit de privésector. De budgetten zijn gepland in de begroting 2015 op verschillende posten omdat het bij verschillende agentschappen, departementen en het Cofinancieringsfonds zit. Er is 20 miljoen euro gepland in de begroting en dat zal ook zo zijn in de zes jaren daarna. Dit is constant beleid, het zijn geen nieuwe middelen die moeten worden gezocht.
In verband met uw vraag over de ouderen: een van de vijf thema’s gaat over mensgericht ondernemen, en dat betreft werkbaar werk. We zullen ESF-oproepen kunnen doen – dat is de filosofie – zowel aan de publieke als aan de private sector om projecten in te dienen over werkbaar werk. Die kunnen dan worden gehonoreerd, maar het is aan de initiatiefnemers om daarop in te gaan.
Minister, dank u voor uw antwoord. De kerstboom kwam vooraf en de pot nadien. Het is blijkbaar minder dan daarvoor. Maar goed, we zullen 400 miljoen euro middelen niet met de nek aankijken. Ik begrijp dat de projecten ingediend moeten worden. De opvolging ervan is een heel ellendige zaak. Dat weet u waarschijnlijk ook wel. Europa is wat dat betreft van niet minder ‘red tape’ beslagen dan enige andere administratie. Ik maak me hierbij een bedenking. Wanneer projecten worden ingediend, liefst in de context van het aanhouden van oudere werknemers, dan kun je dat perfect richten. Je moet geen vaste verdeling van die vijf projecten maken. Misschien kan de Vlaamse Regering die hele administratieve rompslomp voor een deel door de administratie laten overnemen. Iedereen is altijd bezig over arbeidskost. Dat is een belangrijk gegeven. Energiekost is een belangrijk gegeven. Als er administratieve kost bij komt, is dat een even belangrijk gegeven. Als we die kost al voor een groot deel zouden kunnen overnemen, zouden de efficiëntie en slagkracht van dit soort projecten gevoelig kunnen verhogen.
Ik vraag de Vlaamse Regering uitdrukkelijk om in te zetten op oudere werknemers die vandaag actief zijn of die vandaag werkloos zijn maar echt actief willen worden. Daar zit in onze maatschappij een van de grootste problemen. Vandaag leven we – gelukkig maar – allemaal langer. We zijn veel langer actief. Laat ons die mensen met al die ervaring niet verloren gaan. Laat ons hen effectief inzetten in onze maatschappij. (Applaus bij Open Vld)
Mevrouw Kherbache heeft het woord.
Minister, de 394 miljoen euro ESF-middelen waarin wordt voorzien, zijn gericht op projecten op het vlak van tewerkstelling, armoedebestrijding en sociale inclusie. We weten dat de werkloosheid in Vlaanderen stijgt. Wel, dan is het belangrijk dat we alle middelen inzetten om die te bestrijden. U zegt dat Vlaanderen daar een budget tegenover moet zetten, om die Europese middelen te activeren via de cofinanciering. In de begroting is er in 20 miljoen euro voorzien. Voor de rest is het voor de komende jaren absoluut onduidelijk hoe de middelen verder zullen worden ingezet. We weten dat voor de kwetsbare jongeren, de jongeren die deeltijds leren en die ook door middel van ESF-projecten worden bijgestaan, die middelen nog niet zijn voorzien, noch vanuit Onderwijs noch vanuit Werk. Wat het doelgroepenbeleid betreft, hebt u beslist om het uit te stellen: de 125 miljoen euro schrapt u. Maar welke middelen zet u daartegenover voor de komende jaren?
De heer Ronse heeft het woord.
Mevrouw Kherbache, het zijn natuurlijk ook private organisaties en spelers die mee kunnen cofinancieren. Het is niet uitsluitend Vlaanderen.
Het was inderdaad een bizarre berichtgeving. Eerst dacht ik ook: “Wow, 400 miljoen euro erbij!” Maar dan blijkt dat een vermindering van 100 miljoen euro in vergelijking met de vorige programmaperiode. Daarom moeten wij zeer efficiënt met die middelen omgaan. In de rapportering van ESF-projecten legt Europa zeer complexe regels op, waardoor zeker de private spelers soms meer bezig zijn met verantwoording van kosten dan met effectieve concrete acties.
Minister, ik vind inderdaad dat Europa u meer vrijheid zou moeten geven om die middelen in te zetten op waar ze het meest efficiënt zijn, bijvoorbeeld het doelgroepenbeleid. Maar dat is een verhaal voor uw lobby ten aanzien van Europa.
Mevrouw Claes heeft het woord.
Minister, u moet de middelen inzetten waar ze het hardst nodig zijn. We hebben in de voorbije week in de commissie daarop al heel serieuze insteken gegeven. Er zijn drie doelstellingen bepaald. Er is een doelstelling met linken naar onderwijs, in verband met opleidingen en levenslang leren. Er is een doelstelling waar 20 procent van de middelen zullen worden ingezet voor kwetsbare doelgroepen. De laatste doelgroep is die waar de heer Daems op ingaat: de oudere werklozen. Er zijn in de doelstellingen in verband met het doelgroepenbeleid drie doelgroepen afgebakend. Vandaar een pleidooi om ook met de ministers die bevoegd zijn voor onderwijs en voor sociale economie linken te leggen, zodat de middelen op die manier kunnen worden verdeeld.
Voorzitter, ik wil duidelijk zeggen dat Europa vijf thema’s heeft afgebakend. Het kan worden ingezet voor de stap van werkloosheid naar werk, voor voortijdige schoolverlaters en levenslang leren, voor sociale inclusie en armoede, en voor mensgericht ondernemen. Daar zit werkbaar werk bij.
Dan kunnen we nog maatregelen inzetten voor Limburg, Antwerpen, Gent en Brussel. Dat zijn de afbakeningen waarbinnen we de oproepen kunnen doen. We hebben een operationeel plan, dat moeten we indienen, omtrent die vijf thema’s met de percentages die Europa hier en daar oplegt, waar we die verdeling doen. Uiteraard doe ik dat samen met de collega’s. Zo ongeveer alle collega’s zijn betrokken: Welzijn, Onderwijs, Sociale Economie, Armoedebestrijding enzovoort. Het operationeel plan is zo goed als klaar, als het klaar is kunnen we starten met de oproepen en effectief vragen wie eraan wil meedoen.
Die 20 miljoen euro, mevrouw Kherbache, is hetzelfde als in het verleden. Er zit 20 miljoen euro in het Cofinancieringsfonds en al de rest komt uit het klassieke budget. Ook in het verleden was er slechts 20 miljoen euro in het Cofinancieringsfonds. Dat was in eerste instantie bedoeld voor de private projecten. Dat is overigens 20 miljoen euro per jaar, te vergelijken met de 400 en de 600 miljoen euro over zeven jaar.
Binnen het VDAB-budget is er in geld voorzien om op die ESF-oproepen de tegenpool te kunnen bieden. Er is niets veranderd, dit is constant beleid. We hadden 600 miljoen euro en dat blijft 600 miljoen euro.
Mijnheer Daems, ik heb uw opmerking goed begrepen. Ik heb met de sociale partners een biechtstoelprocedure doorlopen. Ik heb hen allemaal gehoord. Er is nog geen akkoord, maar wat ik vaak heb gehoord, is dat ik in het doelgroepenbeleid niet alleen de werkloze ouderen moet meenemen, maar dat ik ook aan preventie moet doen. Dat is wat u ook naar voren brengt. Als we die ESF-middelen deels kunnen inschakelen, met projectoproepen, waarom niet. We zullen dat verstandig besteden, binnen het kader dat Europa ons biedt.
Dat is een goed idee, de vakbonden laten biechten. Als ze dat zouden doen in de volgende weken, zouden de mensen die willen werken dat ook kunnen doen. Ik denk dat dat een heel goede suggestie is.
Minister, heel vaak lijkt het op een grote versnippering. Ik zou echt willen dat u focust op een aantal doelgroepen. Dat is uitgerekend en absoluut de bevoegdheid van de Vlaamse Regering. De oudere nog werkenden lijken me – naast anderen – een prioriteit.
Voorzitter, ik roep u op om mij te steunen. Minister, zou u dat plan, voor u het afrondt, aan de commissie willen voorleggen zodat goede creatieve ideeën kunnen worden meegenomen door de Vlaamse Regering.
De minister zegt me dat het vorige week besproken is in de commissie.
De actuele vraag is afgehandeld.