Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Hendrickx heeft het woord.
Minister, aangezien er in het verleden nogal wat problemen waren met de kwaliteit en de geloofwaardigheid van die energieprestatiecertificaten (EPC’s), hebt u sinds januari 2013 een verplicht examen ingevoerd dat aansluit bij de opleiding tot energiedeskundige. Vorige week in de commissie hebt u de intentie geuit om dat ook verplicht te maken voor de bestaande energiedeskundigen. Het platform van die energiedeskundigen stelt dat in vraag. Zij doen al behoorlijk wat. Zij werken met modelcontracten en met een bepaalde verzekeringspolis. Zij voorzien op vrijwillige basis in opleidingsmomenten en zij werken aan een kwaliteitslabel. De vraag is dan ook eenvoudig: zal uw mogelijke ingrijpen de inspanningen van die sector niet doorkruisen?
Minister Van den Bossche heeft het woord.
We moeten durven stellen dat een EPC, een certificaat dat aangeeft hoe energiezuinig een woning is en bepaalt wat de waarde is van een woning voor een koper of huurder, een juiste weergave moet zijn van de werkelijke energiezuinigheid van een woning. Een aantal jaren geleden hebben wij vastgesteld dat dit vaak niet zo is. We hebben toen de controles opgedreven en meer boetes uitgedeeld. Vorig jaar hebben wij echter vastgesteld dat 45 procent van de gecontroleerde certificaten heeft geleid tot een boete voor een deskundige. Dat betekent dat in bijna een op de twee gevallen het EPC nog altijd van ondermaatse kwaliteit is, en dit ondanks het feit dat wij eerst een vorming hebben georganiseerd waarmee we de vrijwillige weg hebben gevolgd. We hebben mensen naar die vorming toegeleid, maar het resultaat volgde niet. Vandaar dat we eerst nieuwe deskundigen hebben onderworpen aan een centraal examen waar slechts een op de twee voor slaagde. Dat betekent dat de opleidingen beter moeten maar ook dat het heel goed is dat dit examen bestaat. Zo niet, zaten we vandaag met een pak deskundigen die de taak nog niet aankonden. Gezien echter de lamentabele resultaten op het terrein denk ik dat ook huidige deskundigen dat centraal examen in de toekomst zouden moeten afleggen. Dat hoeft niet te gebeuren van vandaag op morgen, wij moeten ons daarvoor organiseren. We moeten mensen ook de tijd geven om hun kennis bij te spijkeren voor zij het examen afleggen.
We zijn nu bezig met de evaluatie van de hele regelgeving. We zullen dit ook met de stakeholders bespreken. Het is echter mijn bedoeling ervoor te zorgen dat mensen voor een bepaalde datum slagen voor dit examen indien zij verder EPC’s willen kunnen afleveren. Het is belangrijk dat de EPC’s correct zijn. Vrijwillige initiatieven van de sector of van de overheid zijn zeer welkom. Wij hebben het geprobeerd op de zachte manier, maar dat is helaas niet gelukt. Ik wil dan ook voor de bestaande deskundigen het examen opleggen zoals ik dat ook doe voor de nieuwe deskundigen.
Het is een goede zaak dat er momenteel een evaluatie van de problematiek bezig is. We moeten in overleg gaan met dat overlegplatform. Als ik zie dat slechts 40 procent slaagt voor dat examen, dan is dat examen te moeilijk of dan is de kennis van de mensen die deze cursus volgen lamentabel. We moeten daar via dat overleg aan remediëren.
De heer Bothuyne heeft het woord.
Ik ben blij dat de heer Hendrickx en minister Van den Bossche duidelijk aangeven dat er iets moet gebeuren. De kwaliteit van die EPC’s moet omhoog. Als een op twee leidt tot een boete, dan is er duidelijk een probleem. Als slechts 40 procent van de nieuwe energiedeskundigen slaagt in dat centraal examen, dan is er een probleem. We moeten de kwaliteit verhogen, maar dat moet gebeuren in overleg met de sector. Een eerste belangrijke stap zou kunnen zijn dat het centraal examen wordt opengesteld voor bestaande energiedeskundigen. Op die manier kan het kaf automatisch van het koren worden gescheiden en kan het slagen voor het centraal examen als een kwaliteitsmerk dienen op de markt. Op die manier kan de burger weten of zijn of haar energiedeskundige voor het examen is geslaagd en dus kwaliteitsvol werk zal leveren.
Mijnheer Bothuyne, ik ben er, zoals ik al heb gezegd, voorstander van om het open te stellen voor de bestaande, maar gezien de slechte resultaten, zou het toch een onvoldoende sterk signaal zijn om aan de consument zelf te vragen om te checken of zijn energiedeskundige wel goed genoeg is. Als overheid moeten we erover waken dat de mensen die de certificaten afleveren, daar voldoende voor gewapend zijn.
Mensen die graag sneller willen gaan, zijn al heel snel welkom op het examen, maar ik zou toch zeggen dat iedereen in een bepaalde tijdspanne het examen nog eens moet doen om zeker te zijn dat als men een beroep doet op zo’n deskundige, die ook echt een degelijk attest zal afleveren. In die zin werk ik aan een voorstel dat ik niet halsoverkop wil doen. Ik zal ook verder overleggen met de sector. We zullen het getrapt proberen in te voeren. De bezorgdheid die de heer Bothuyne en andere leden al vaker in de commissie hebben geuit, over de noodzaak aan kwaliteit van dat certificaat, heeft ons genoodzaakt tot een aantal stappen. Een aantal waren vrijwillig, een aantal waren dwingender, maar zolang de resultaten onvoldoende blijven, moeten we telkens nog een stapje verder gaan.
Minister, ik hoop dat er de komende maanden nog werk van kan worden gemaakt en dat we het in de commissie op een rustige manier kunnen bespreken met u en met de sector.
De actuele vraag is afgehandeld.