Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Verfaillie heeft het woord.
Voorzitter, minister-president, collega’s, federaal minister Onkelinx heeft op 4 oktober, op Werelddierendag, beslist dat de onverdoofde castratie van biggen na een overgangsperiode definitief zal worden verboden vanaf 2018.
Minister-president, u bent op Vlaams niveau bevoegd voor landbouw. De federale minister moet vooraleer ze dienaangaande een beslissing neemt, het advies van de gewesten inwinnen. Heeft federaal minister Onkelinx u om advies gevraagd?
Ik wil ook laten weten, minister-president, collega’s, dat hierover in de commissie al heel wat vragen werden gesteld. We zijn daarover in discussie gegaan met elkaar. Uw administratie en uzelf hebben met het ketenoverleg, dus de producenten en alle betrokken sectoren, overleg gepleegd over de vraag hoe aan dit probleem een oplossing kan worden geboden. Heeft federaal minister Onkelinx daarmee rekening gehouden? Bent u hiervan op de hoogte? Wat is de stand van zaken momenteel?
Minister-president Peeters heeft het woord.
Voorzitter, dames en heren, voor sommigen is het misschien een verrassing, maar ik heb me al een tijdje beziggehouden met de castratie van biggen. Het is duidelijk dat federaal minister Onkelinx in gang is geschoten, wat haar siert. Waarschijnlijk doet ze dat omdat zij het einde van de bevoegdheid Dierenwelzijn in aantocht ziet komen en nog snel iets wil doen waarmee ze de geschiedenis in kan gaan.
Er is dus geen overleg over gepleegd. Federaal minister Onkelinx heeft ons hier niet over geraadpleegd.
We hebben, zoals de heer Verfaillie terecht opmerkt, het hierover gehad in de commissie Landbouw en mijn administratie en ikzelf hebben al heel wat acties ondernomen om dit probleem op te lossen. Ik wil daar even kort een overzicht van geven.
Voor alle duidelijkheid: de Europese dierenwelzijnswetgeving laat toe dat in de eerste levensweek van de biggen een castratiehandeling wordt uitgevoerd, maar de Europese koepelorganisaties in de agrovoedings- en landbouwsector hebben een engagement aangegaan om de chirurgische castratie te bannen vanaf 1 januari 2018.
Wij hebben zelf in juli 2012 een brief geschreven naar de voorzitter van het ketenoverleg om een stappenplan uit te werken om de chirurgische castratie ook daadwerkelijk te doen stoppen vanaf januari 2018.
Er is op onze vraag een principeakkoord afgesloten om dat ook effectief te doen. Dat gebeurde met een indrukwekkend aantal organisaties: de drie landbouworganisaties Boerenbond, het Algemeen Boerensyndicaat (ABS) en de Fédération Wallonne de l'Agriculture (FWA), maar ook organisaties zoals de Beroepsvereniging van de Mengvoederfabrikanten (BEMEFA), de Federatie Voedingsindustrie (Fevia), het Borgstellingsfonds (BF), Comeos en nog vele andere. Er zijn nog een aantal knelpunten. Wij hebben een werkgroep in het leven geroepen om die knelpunten aan te pakken. Als u erop aandringt, kan ik u zeggen om welke knelpunten het gaat.
Wij hebben al heel wat acties ondernomen, allemaal in het kader van het dierenwelzijn en van de bevoegdheid die wij binnenkort zullen krijgen en die, wat mij betreft, bij Landbouw hoort.
Minister Onkelinx heeft nu een besluit, een ontwerp-KB, genomen waarover niet is overlegd en dat 2018 als datum voorziet. Al het werk en de moeizame stappen die wij hebben gezet om dat probleem op te lossen worden door dit ontwerp-KB niet gerespecteerd.
Minister-president, als ik goed ingelicht ben in verband met landbouwmateries, moet minister Onkelinx uw advies inwinnen. Eigenlijk kunt u stellen dat zij dienaangaande een onwettelijke beslissing heeft genomen. Ik weet niet of dat KB al ondertekend is. Ik heb daar geen zicht op. Ik heb in de media vernomen dat ze dit zou ondertekenen, of toch minstens dat ze dit heeft beloofd aan een of andere organisatie. Minister-president, het is tijd dat u de Federale Regering aanmaant om voor alle bevoegdheden die na de implementatie van de staatshervorming naar de deelstaten verhuizen, het voorzichtigheidsprincipe te hanteren, net zoals schepencolleges, wanneer zij na de verkiezingen in lopende zaken zitten, ook geen ingrijpende beslissingen meer nemen die een impact hebben op de volgende bestuursperiode. (Opmerkingen bij Open Vld)
Men heeft beslist dat dierenwelzijn een regionale bevoegdheid wordt. Het kan niet de bedoeling zijn dat de bevoegde federale minister nog vlug beslissingen neemt met implicaties op het Vlaamse beleid.
Mevrouw Eerlingen heeft het woord.
Minister-president, wij hebben dit in de commissie al vaak besproken en ik begrijp ook uit uw toelichting dat er zowel binnen de keten als door de verschillende landbouworganisaties al een stappenplan is vooropgesteld om tegen 2018 te komen tot een volledige stopzetting van de chirurgische castratie. Eigenlijk zie ik niet in dat dit een probleem zou zijn. Er moeten natuurlijk nog een aantal knelpunten worden overwonnen. Maar we hebben nog een dikke vier jaar de tijd om daar verder werk van te maken. Wat is uw visie hierop? Welk advies gaat u geven aan minister Onkelinx?
De heer Sanctorum heeft het woord.
Minister-president, het is bijna letterlijk pijnlijk om vast te stellen dat er heel wat alternatieven zijn voor biggencastratie zonder verdoving, maar dat het nog altijd op grote schaal gebeurt. Ik denk aan de immunocastratie, en er bestaat zelfs een vaccin.
Minister-president, net zoals mevrouw Eerlingen zou ik willen dat u kleur bekent. Federaal minister Onkelinx wil die beslissing nemen, maar er is inderdaad een akkoord nodig van de gewesten. Mijn vraag is heel eenvoudig: gaat u akkoord met die beslissing of gaat u die blokkeren?
De heer Sintobin heeft het woord.
Voorzitter, ik wil eerst een aantal punten duidelijk maken voor de collega’s die dit dossier niet kennen. Men wijst de sector altijd met de vinger, maar biggencastratie komt er op vraag van de consumenten. Minister Onkelinx is duidelijk in verkiezingsmodus. Zij heeft inderdaad nog geen advies gevraagd. Zij kondigt maar aan, terwijl ze zich de afgelopen jaren niet heeft beziggehouden met dit dossier. Wij daarentegen zijn er al van in de periode van minister-president Leterme mee bezig in de commissie. Minister-president, ik ben blij dat u en passant – maar blijkbaar heeft niemand dat gehoord – nog eens hebt gezegd dat dierenwelzijn wel degelijk bij de commissie Landbouw hoort.
Ik wil ook de heer Verfaillie bijtreden wat andere initiatieven betreft. Plots, op het einde van de legislatuur, wordt het dierenwelzijn voor minister Onkelinx belangrijk. De federale overheid is nu ook al bezig met het dossier van de nertsenkwekerij. Ik zou niet graag hebben dat er daar beslissingen worden genomen zonder dat dit hier werd besproken.
Mevrouw Robeyns heeft het woord.
Dierenwelzijn is tot nader orde nog steeds een federale bevoegdheid. De discussie waar die bevoegdheid op Vlaams niveau dan precies zal terechtkomen, zal nog wel worden gevoerd.
Minister-president, de discussie over het onverdoofd castreren van biggen wordt al heel lang gevoerd. Uiteindelijk is het positief dat we daar nu op alle niveaus werk van willen maken. Ik begrijp niet zo goed waarom u geen positief advies zou geven.
Voorzitter, als mij niet om advies wordt gevraagd, kan ik het ook niet geven. Ik zal niet vooruitlopen op de zaak, maar ik hoop dat de oppositie ook heeft vastgesteld dat wij al een tijdje bezig zijn met dit dossier. Ook al is het niet meteen onze bevoegdheid, toch hebben wij dit dossier aangepakt. Wanneer we bijna aan het einde zijn, met veel overleg enzovoort, is het gemakkelijk om een ontwerp van KB te nemen. Ik zal daar eerst kennis van nemen en dan bepalen wat mijn advies is. Er zijn nog altijd een aantal knelpunten.
De heer Sintobin heeft gelijk. Mijnheer Sanctorum, ik weet niet of u als consument geen probleem hebt met de berengeur? Het is natuurlijk zo dat dit een probleem is van de consument. Daar houdt men uiteraard rekening mee. Er zijn ook acties geweest om de consument ervan te overtuigen om zich daarover te zetten.
Ik weet zeer goed waar we zelf mee bezig zijn en wat de problemen zijn. Wanneer mij om advies wordt gevraagd, zal ik dat advies formuleren. Als mij niet om advies wordt gevraagd, zullen we bekijken welke acties we verder ondernemen.
Minister-president, ik dank u voor uw antwoord. Mijn vraag was vooral ingegeven door het feit dat de federale minister communiceert vooraleer ze effectief advies heeft ingewonnen bij de deelstaten enerzijds en anderzijds dat zij nog snel-snel beslissingen neemt in beleidsdomeinen waarin wij zoveel meer expertise hebben dan het federale niveau. Bovendien wordt dierenwelzijn na de volgende Vlaamse verkiezingen een regionale bevoegdheid.
Ik heb ook akte genomen van de doelstellingen van de diverse politieke partijen hier aanwezig. Ik dank u. (Applaus bij CD&V)
De actuele vraag is afgehandeld.