Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer De Loor heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, “Is dit nu de moderne arbeidsmarkt?” Die vraag stellen de Kristelijke Arbeidersjongeren (KAJ) naar aanleiding van het verzamelen van meer dan 1000 getuigenissen van jongeren die via uitzendkantoren op zoek zijn naar een job. Het is vandaag de Dag van de Uitzendkracht, en naar aanleiding daarvan voert het Algemeen Belgisch Vakverbond (ABVV) altijd actie ter ondersteuning van de rechten van uitzendkrachten. Naar aanleiding van die actie heeft ook het vakverbond een enquête gedaan bij meer dan 3000 uitzendkrachten.
De resultaten van het ‘zwartboek interim’ van de KAJ en die van het ABVV zijn gelijklopend. Ik geef u een aantal voorbeelden. Er zijn heel wat misbruiken wat fictieve vacatures betreft. Vacatures die niet bestaan of die niet meer bestaan, blijven soms dagen-, weken- of maandenlang in de etalages van uitzendkantoren hangen. Ook worden vaak meerdere jongeren, vijf à zes, opgeroepen voor één job. Wie het eerst aankomt in het bedrijf, krijgt de job. Ik hoef u niet te vertellen dat iedereen altijd met heel veel hoop naar die job uitkijkt, maar bij aankomst stellen de jongeren vast dat de job al werd toegewezen. Het zijn zaken die, naast valse en foutieve informatie die uitzicht geeft op een vast contract, echt niet kunnen. En zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan.
Minister, de erkenning van uitzendkantoren is een Vlaamse bevoegdheid en behoort tot uw bevoegdheidspakket. Welke maatregelen zult u nemen om deze misbruiken een halt toe te roepen?
Minister Muyters heeft het woord.
Ik wil eerst en vooral de context van de studie schetsen. Veertien dagen geleden was ze nog niet bekendgemaakt maar hebben we ze toch al besproken in de commissie. De heren Van den Heuvel en Rzoska stelden er toen vragen over.
De KAJ heeft duizend jongeren ondervraagd die via interim niet de job van hun leven hebben gevonden. Die mensen waren dus al teleurgesteld. Dat is een eerste belangrijke punt. Ik zie dat het vooral een aanklacht is geworden tegen de filosofie en de methode van interimarbeid. Men is tegen interimarbeid. Ik lees voor uit het zwartboek: “Om een kans te maken bij interimkantoren kan je maar beter geen vast slaappatroon nodig hebben (…), nooit weigeren, geen kinderen hebben, een auto hebben (zelfs al vind je verplaatsingen per fiets haalbaar).” Men vindt ook dat je maar beter een commercieel uiterlijk kunt hebben want alles wat enigszins afwijkt van de norm moet je achterwege laten. Je moet ook “thuis non-stop in de startblokken zitten (…), een olifantenhuid hebben om alle openlijke of impliciete beledigingen te verdragen”. En wat je zeker niet mag, is: een job willen die bij je profiel past, vragen stellen, en dergelijke meer.
Dit om u te zeggen dat het vooral een aanklacht is tegen interimarbeid. Ik doe daar niet aan mee, want ik geloof nog altijd dat interimarbeid voor heel veel jongeren een stap is naar een vast werk. Dat blijkt ook uit de cijfers. Ik doe er ook niet aan mee omdat ik ervan overtuigd ben dat interimarbeid vooroordelen bij werkgevers kan weghelpen door mensen gedurende enige tijd in een job te plaatsen. Ik doe er ook niet aan mee omdat het een flexibiliteitsmaatregel is voor werkgevers. Ik denk dus dat interimarbeid zijn plaats heeft.
Ik zie twee grote problemen. Het eerste zijn de stand-bycontracten. Maar arbeidscontracten zijn een federale materie. Ik was dan ook stomverbaasd toen federaal minister van Werk Monica De Coninck voor al de problemen in het zwartboek verwees naar Vlaanderen. Maar oké, dat is wat het is. Het tweede probleem zijn de fictieve vacatures die er eventueel kunnen zijn. Daarop doen wij controle. Dat is het enige punt waarnaar ik kan verwijzen. Dat is een artikel voor de erkenning. Als wij vaststellen dat er fictieve vacatures zijn, stellen wij daarvoor een pv op.
Ik ben ongelofelijk ontgoocheld in uw antwoord omdat u hier de discussie afschuift naar een ander niveau, en ook omdat u mijn vraag, die ik bewust bij de Vlaamse bevoegdheden heb gehouden, ontwijkt. U tracht hier de getuigenissen van de KAJ in een marginaal hoekje te duwen. Minister, daar doe ik ook niet aan mee. Ik ben ongelofelijk ontgoocheld in uw antwoord.
U zegt dat we wel kunnen controleren. Dat is het nu net waarnaar ik vroeg: welke maatregelen zult u nemen? Minister, vandaar mijn bijkomende vraag: hoeveel sancties zijn er al opgelegd naar aanleiding van dergelijke controles? Als u die relateert aan de enquête van het ABVV en aan de getuigenissen van de KAJ, zal dat in een schril contrast staan of omgekeerd evenredig zijn met de aanklachten die daar worden gemaakt. (Opmerkingen bij het Vlaams Belang)
De heer Rzoska heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, wij hebben deze vraag vorige week nog in de commissie behandeld. Mijn eerste vaststelling is dat de sfeer goed is in de meerderheid. Mijnheer De Loor, als ik mij niet vergis, maakt u met uw partij ook deel uit van de meerderheid. Maar de sfeer is goed en iedereen staat achter het tewerkstellingsbeleid of de manier waarop de minister van Werk zijn dossiers aanpakt. Tot daar de vaststelling.
Minister, duizend mensen kun je niet zomaar opzijschuiven. U hebt het rapport enigszins eenzijdig gelezen, alsof die mensen niet geïnteresseerd zijn in interimarbeid. Ik denk het wel. Ik heb vandaag nog bij Federgon, dat u goed kent, de cijfers voor 2012 opgevraagd. 35 procent van de interimarbeid in Vlaanderen wordt door mensen jonger dan 25 jaar uitgeoefend.
Nu, we weten allemaal dat jeugdwerkloosheid een probleem is. De jongeren zijn het eerste slachtoffer bij een krapte op de arbeidsmarkt. Veel van die jonge mensen gebruiken interimarbeid als opstap, mogelijk zelfs naar een vaste job, hoewel dat eigenlijk slechts in een op de drie gevallen zo is en in twee op de drie niet.
De VDAB heeft er volgens mij geen zicht op wat er nadien gebeurt met de jongeren die ze begeleiden. Minister, hoe zult u ervoor zorgen dat die jongeren die aangewezen zijn op interimarbeid op een deftige manier worden begeleid?
De heer Janssens heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik wil in dezen een genuanceerd standpunt innemen. Enerzijds heb je de verwijten en beschuldigingen, gebundeld in het boek van de KAJ. Anderzijds is er bijvoorbeeld de woordvoerder van het grootste uitzendkantoor, die zegt: “Ik werk al veertien jaren in de sector. Indien uitzendkrachten als wegwerpwerknemers zouden worden behandeld, was ik niet zo lang gebleven.”
Ik wil twee suggesties doen. Laat ons in de commissie Economie misschien eens een hoorzitting organiseren waarbij er minstens een tegensprekelijk debat kan worden gevoerd, waarbij enerzijds KAJ zijn boek kan voorstellen en anderzijds de uitzendsector zich kan verdedigen tegen de vele verwijten en beschuldigingen.
De tweede suggestie is te uwer attentie: wees op uw hoede, want ook de partijvoorzitters van sp.a en CD&V hebben opnieuw de messen geslepen om die in uw rug te steken.
Mevrouw Peeters heeft het woord.
Ja, een aantal collega’s riepen het daarnet al: “De sfeer is goed.”
Minister, mijnheer De Loor, er is inderdaad een zwartboek van de KAJ. Er is ook weer een gekleurde enquête van het ABVV. Herinner u de enquête van de VDAB die er is geweest naar het buikgevoel van de mensen. Feit is dat de uitzendsector, waar op dit ogenblik 540.000 uitzendkrachten actief zijn, vandaag toch nog altijd de beste springplank is naar een echte job. Ik vind dat er een show wordt opgevoerd door de hele uitzendsector af te breken en te vragen welke maatregelen er moeten komen tegen mogelijke misbruiken. Het is een spel van een aantal vakbonden, van een aantal mensen die van mening zijn de hele uitzendsector in een slecht daglicht te moeten stellen.
Zij zijn op dit ogenblik voor heel wat jongeren het belangrijkste instroomkanaal naar een vaste job. Dat is een belangrijk gegeven waarop we moeten focussen.
Mevrouw Vermeiren heeft het woord.
Voorzitter, ik dank u. We moeten er inderdaad voor opletten dat we de hele uitzendsector niet in een slecht daglicht stellen. Er is het zwartboek van de KAJ. Anderzijds zorgen interimkantoren toch ook voor positieve ervaringen voor jongeren, voor mensen die naar de arbeidsmarkt gaan. Het is een springplank. De jongeren kunnen op die manier werkervaring opdoen.
Minister, veertien dagen geleden hebben we het er in de commissie al over gehad. U hebt daar toen al op geantwoord.
We moeten het vertrouwen in die interimkantoren blijven behouden. Uiteraard moeten we de negatieve punten aanpakken en waar mogelijk de werking optimaliseren. Minister, ik ben ervan overtuigd dat u daaraan zult werken.
Minister, er is nu die enquête. Hoeveel klachten van jongeren of wie dan ook die niet tevreden is, hebt u op basis van die enquête eigenlijk ontvangen?
Ik wil meteen antwoorden op de vraag van mevrouw Vermeiren. Dat is meteen ook een antwoord op de vraag van de heer De Loor. U vraagt hoeveel onderzoeken ik doe. Wel, mijnheer De Loor, elke klacht wordt onderzocht. Bij elke klacht zal de inspectie naar het betrokken interimkantoor trekken om na te gaan of er sprake is van een valse vacature.
Het zwartboek van de KAJ bevat getuigenissen over een periode van vier jaar. Weet u hoeveel klachten we hebben ontvangen via de KAJ? Nul. Geen enkele klacht is binnengekomen via de KAJ. Ik heb dat ook in de commissie gezegd, dus dat is geen verrassing. De belangrijkste aangifte gebeurt via klachten. Dat is de gemakkelijkste manier om te onderzoeken. Wij onderzoeken elke klacht.
Maar, mevrouw Vermeiren, ik heb dus geen klachten ontvangen. Elk jaar worden er wel een aantal processen-verbaal en overtredingen vastgesteld.
Als je bij de VDAB-vacaturebank je vacatures zelf wilt kunnen ingeven, mag men geen vaststelling kunnen doen van valse of te late vacatures, want dan ben je niet meer gerechtigd zelf je vacatures in te dienen. De maatregelen die genomen kunnen worden op het Vlaamse niveau, worden genomen. De controle gebeurt zoals die moet gebeuren. Op dat vlak doen we ons werk zoals het moet.
Minister, ik stel voor dat er ook aan mystery shopping wordt gedaan. Ik voel overduidelijk dat er weinig bereidheid is om misbruiken aan te pakken. Net daarover ging mijn actuele vraag. Vandaar mijn suggestie om samen te zitten met de inspectie en de controles op te voeren.
Ik ben er ook van overtuigd, zoals blijkt uit de enquêtes van het ABVV en de getuigenissen van de KAJ, dat uitzendkrachten meer respect verdienen en dat het geen wegwerpkrachten zijn. Het is aan de politici om mensen werkzekerheid te bieden, om hun uitzicht te bieden op werk dat hen een toekomst kan geven, waarop ze echt kunnen bouwen. Letterlijk bouwen. Ga eens met een dag- of weekcontract naar de bank. Wel, je krijgt nul op het rekest als je daarmee een woonkrediet wil aanvragen. Vroeger betekende een job hebben, zekerheid. Voor de huidige generatie jongeren betekent een job hebben, onzekerheid.
De actuele vraag is afgehandeld.