Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmorgen heeft de heer Johan Sauwens bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van decreet van mevrouw Tinne Rombouts, de heer Bart Martens, mevrouw Tine Eerlingen, de heren Lode Ceyssens, Chokri Mahassine en Wilfried Vandaele en mevrouw Valerie Taeldeman houdende wijziging van het Bosdecreet van 13 juni 1990, gewijzigd bij de decreten van 18 mei 1999, 7 december 2007 en 30 april 2009, en het Veldwetboek van 7 oktober 1886, gewijzigd bij de wet van 4 december 1961, wat betreft het verminderen van de minimumafstand tussen bossen en vuur tot 25 meter.
Mevrouw Rombouts, ik veronderstel dat u even toelicht waarom u de spoedbehandeling vraagt.
De spoedbehandeling wordt gevraagd aangezien we vandaag in het kampseizoen zitten en omdat het voornamelijk gaat over kampvuren die worden georganiseerd.
Is het parlement het eens met dat voorstel tot spoedbehandeling? (Instemming)
Dan stel ik voor dat het voorstel van decreet van mevrouw Tinne Rombouts, de heer Bart Martens, mevrouw Tine Eerlingen, de heren Lode Ceyssens, Chokri Mahassine en Wilfried Vandaele en mevrouw Valerie Taeldeman houdende wijziging van het Bosdecreet van 13 juni 1990, gewijzigd bij de decreten van 18 mei 1999, 7 december 2007 en 30 april 2009, en het Veldwetboek van 7 oktober 1886, gewijzigd bij de wet van 4 december 1961, wat betreft het verminderen van de minimumafstand tussen bossen en vuur tot 25 meter onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van decreet van mevrouw Tinne Rombouts, de heer Bart Martens, mevrouw Tine Eerlingen, de heren Lode Ceyssens, Chokri Mahassine en Wilfried Vandaele en mevrouw Valerie Taeldeman houdende wijziging van het Bosdecreet van 13 juni 1990, gewijzigd bij de decreten van 18 mei 1999, 7 december 2007 en 30 april 2009, en het Veldwetboek van 7 oktober 1886, gewijzigd bij de wet van 4 december 1961, wat betreft het verminderen van de minimumafstand tussen bossen en vuur tot 25 meter.
De algemene bespreking is geopend.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Collegas, u kunt zich geen jeugdkamp zonder een kampvuur voorstellen, of misschien net wel, omdat een kampvuur organiseren in Vlaanderen geen sinecure is. U bent het alleszins met mij eens dat een zomerkamp met kampvuur voor extra mooie herinneringen en verhalen zorgt.
De leukste kampplaatsen liggen meestal in de omgeving van een bos. Het veldwetboek en het Bosdecreet verhinderen vandaag dat een kampvuur binnen een straal van 100 meter rond een bos wordt georganiseerd. Eventueel kan een afwijking worden aangevraagd door een machtiging te vragen bij het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB). U begrijpt dat dit voor heel wat extra papierwerk zorgt, enerzijds voor de jeugdverenigingen, anderzijds voor het ANB, dat die dossiers moet behandelen.
Dit terwijl we ondertussen uit buitenlandse studies weten dat kortere afstanden ook tot voldoende veilige vuren kunnen leiden en dat in Wallonië vanaf 2008 al een afstand van 25 meter als standaard wordt gebruikt.
Op basis van die bevindingen werd in nauw overleg met de jeugdsector en de actieve medewerking van de bevoegde Vlaamse minister van Leefmilieu Schauvliege, de weg geëffend voor een decretale aanpassing van de kampvuurregels. Het decreet stelt duidelijk dat open vuren in de toekomst op een afstand van 25 meter van een bos kunnen worden georganiseerd zonder een machtiging. Binnen de 25 meterzone is nog steeds een machtiging aan te vragen.
Er kunnen nog altijd bepaalde lokale regels gelden en die moeten dan ook in acht worden genomen bij het eventueel organiseren van een kampvuur. Bijvoorbeeld zijn er gemeenten die vragen dat als er een kampvuur wordt georganiseerd, dit even wordt gemeld zodat buren, brandweer of andere diensten op de hoogte kunnen worden gesteld.
Gemeenten kunnen ook nog steeds een tijdelijk verbod opleggen, bijvoorbeeld wegens extreme droogteperiodes. Ook het ANB heeft verschillende alarmfases en die kunnen ze nog afkondigen. Ook die zullen in de toekomst uiteraard blijven gelden. Het belangrijkste is toch wel dat we 25 meter volledig als standaard nemen, en dat er dus veel minder machtigingen zullen moeten worden aangevraagd.
Het decreet gaat in werking vanaf de stemming. Ik heb het daarnet al aangegeven, het kampseizoen loopt, en we zouden zeer graag hebben dat de verenigingen die hun koffers reeds klaar hebben staan nog deze zomer van deze vereenvoudiging kunnen genieten.
De heer Reekmans heeft het woord.
Ik denk dat iedereen met het algemeen principe van een veilig kampvuur akkoord gaat. Maar alleen die hoogdringendheid, ik heb daarnet niet willen reageren, maar ik denk dat zelfs de holbewoners al kampvuren maakten. (Gelach)
Ik denk dat dit Vlaams Parlement al veel langer weet dat het kan branden in een bos. Buiten een pre-electorale ingeving om even te scoren bij de jeugdverenigingen nu de zomer is begonnen, zie ik geen enkele reden.
Collega, ik vind het spijtig, want dit is iets ernstigs: bij een bosbrand in Amerika is zelfs een elitebrandweerkorps van negentien man is gesneuveld. Ik had toch verwacht dat jullie daar iets eerder mee waren begonnen. Ik stel vast dat dit de voorbije dagen is gebeurd, en dat u het nu nog snel wilt goedkeuren, en dat het vooral is om in het blaadje van de jeugdverenigingen een mooi artikel te hebben. Dat is mooi meegenomen voor de campagne volgend jaar. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Voorzitter, ik wil mij aansluiten bij collega Reekmans. Dit zal hier ongetwijfeld worden goedgekeurd. Wanneer komt dat in feite ter plaatse bij al die diensten en al die verenigingen die daar rekening mee kunnen en moeten houden? Dit is een voorstel van decreet dat men gerust drie, vier, vijf of zes maanden geleden had kunnen indienen. Men weet wanneer de vakantie begint, men weet wanneer de jeugdverenigingen op kamp gaan.
Maar nu hier hoogdringendheid voor vragen, echt goed bestuur is dat niet. De heer Reekmans heeft gelijk: men wil gewoon een wit voetje halen bij jeugdbewegingen, terwijl men dit zes maanden geleden even goed en op een even efficiënte manier had kunnen afhandelen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Collegas, ik wil even gewoon meegeven dat inderdaad de discussie toch wel iets langer bezig is, en dat het overleg met de jeugdsector toch ook wel iets langer bezig is. De collegas kunnen evengoed de decreten ook aanpassen. Ik hoop dat iedereen het erover eens is dat we zo snel mogelijk vandaag de jeugdverenigingen op de hoogte kunnen brengen zodat zij ook gebruik kunnen maken van die vereenvoudiging, en daarom is ook de keuze gemaakt om dit decreet nu in te dienen.
Collega Rombouts, met alle respect. Dit zal hier goedgekeurd worden, wij zullen daar ook voor stemmen, daar is niemand tegen, denk ik. Maar u zult wel deze zomer uw foto vinden in een krantje van de jeugdverenigingen in een pre-electorale fase. (Rumoer)
Ik durf u te zeggen, we zijn nu 2 juli en in mijn gemeente zijn gisteren zowel de KSJ als het jeugdhuis op kamp vertrokken. Die nieuwe reglementering geraakt niet meer ter plaatse. Je mag hier vandaag stemmen en het decreet maken, je krijgt het niet meer ter plaatse. Nogmaals, als je echt goed meent en goed wil besturen, dan had je dit een maand geleden in dit parlement moeten brengen. Dit is het zuiverste ad-hocbeleid dat deze meerderheid dikwijls typeert. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Sanctorum heeft het woord.
Voorzitter, collegas, ik sluit mij graag aan bij de kritiek, en los van het feit dat dit inderdaad electorale overwegingen zijn die meespelen. Want waarom wordt dit te elfder ure ingediend?
Vooral de manier van werken stoort mij. Dit is een vorm van decretale vervuiling. De meerderheid dient zoiets in op een plenaire vergadering, maar stel u voor dat wij dit zouden doen: vanuit de oppositie een voorstel van decreet indienen zonder daar een grondig debat over te voeren, en daar de stemming over vragen. Dan zouden jullie toch ook zeggen dat daarover een degelijk gefundeerd debat worden gevoerd, en dat parlementsleden dit moeten kunnen nakijken. Het kan ook ingrijpend zijn, want uiteindelijk gaat het over een eventueel risico op bosbranden.
Ik zou het heel normaal vinden dat parlementsleden dit grondig kunnen afwegen, want die inperking van 100 meter tot 25 meter is niet onschuldig. Als ik deze tekst lees, volg ik een heleboel argumenten, maar ik vind dit echt een vorm van decretale vervuiling, en ik betreur dit ten zeerste.
De heer Gysbrechts heeft het woord.
Mijn fractie zal dit voorstel van decreet mee goedkeuren maar wij hebben wel bedenkingen bij het tijdstip waarop dit punt op de agenda komt. We begrijpen dat men dit er nog voor de grote vakantie door wil maar men heeft toch heel veel tijd verloren. Zoals de heer Sanctorum net zei, zouden wij dit inderdaad eens moeten proberen vanuit de oppositie. Het zou er nooit doorgeraken.
Een van de argumenten om dit mee goed te keuren, behalve de studie die in Nederland is gebeurd, is dat dit in Wallonië al in 2008 is goedgekeurd. Ik weet dan ook niet waar dit voorstel is blijven liggen. Dat is de bedenking die wij daarbij hebben maar wij zullen het voorstel wel mee goedkeuren.
De heer Martens heeft het woord.
De kritiek van de oppositie dat dit nu holderdebolder en op het laatste moment komt, vind ik wat kort door de bocht. (Opmerkingen. Rumoer)
De oppositie had natuurlijk ook zelf zes maanden geleden een decretaal initiatief kunnen nemen om deze zaak uit te klaren. Ik herinner me dat de heer De Gucht daar nog vragen over heeft gesteld aan minister Schauvliege. Hij verwees naar de Waalse regelgeving met de afstandsregeling van 25 meter. Als de oppositie had gewild, had ze die vraag kunnen laten volgen door een voorstel van decreet. (Rumoer)
Verwijt de meerderheid dan ook niet dat wij ons werk al parlementslid au sérieux nemen en dan wij van ons initiatiefrecht gebruikmaken om eindelijk recht te trekken waar al die jeugdverenigingen op wachten, namelijk minder overlast, minder plannen, minder administratieve paperasserie, en de geneugten van het vreugdevuur waar zij deze zomer van kunnen genieten wanneer wij vandaag dit voorstel van decreet goedkeuren. (Applaus bij de meerderheid)
De heer De Gucht heeft het woord.
Ik ben zeer ontroerd door de woorden van de heer Martens. Ik hoop dat men ook voor andere dossiers een even goed gevolg geeft aan de vragen die wij stellen over het beleid dat wordt gevoerd.
Mijnheer Martens, u weet dat ik heel veel achting heb voor uw deskundigheid en voor het werk dat u als parlementslid doet. Wat u daarnet echter hebt uitgekraamd, getuigt van een verregaande tjeverij. Ik weet niet of dat een deal is binnen de meerderheid en wie dat dossier erdoor moest loodsen.
Het gaat hier over het Bosdecreet van 1990. U hebt er 23 jaar over gedaan om daarmee af te komen. En dan komt u dit nog brengen terwijl de vakantie al begonnen is. Dat is echt heel mooi op tijd. (Opmerkingen van de heer Bart Martens)
Mevrouw Eerlingen heeft het woord.
We zouden dit initiatief inderdaad nog kunnen uitstellen maar wanneer we dit vandaag kunnen goedkeuren, hebben de jeugdverenigingen veel minder administratieve last. Het zou mooi zijn indien we dit vandaag kunnen doen. Men kan nu ook al machtigingen aanvragen bij ANB voor die kortere afstand van 25 meter. Eigenlijk is het dus gewoon een administratieve vereenvoudiging waarbij dit niet meer afzonderlijk moet worden aangevraagd.
Uiteraard blijft het nodig om veiligheidsmaatregelen en voorzorgsmaatregelen te nemen zodat men op een veilige manier een kampvuur kan maken.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2012-13, nr. 2139/1)
De artikelen 1 tot en met 4 worden zonder opmerkingen aangenomen.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van decreet houden.