Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Reekmans heeft het woord.
Minister, er kwam onlangs een klacht bij u toe van onze federale collega Theo Francken, burgemeester van Lubbeek, tegen een beslissing van de raad van bestuur van Riobra/PBE met betrekking tot een waarborgstelling van een lening van maar liefst 500 miljoen euro voor het koepelbedrijf Infrax, zonder dat de gemeenteraden hiervan op de hoogte waren. Minister, ik zal het hier niet over de klacht hebben. Ik heb begrepen dat u die onderzoekt. Ik vind echter wel, indachtig wat er bij de Gemeentelijke Holding en bij Ethias is gebeurd, dat de intercommunales iets voorzichtiger te werk zouden mogen gaan.
Ik stel deze vraag omdat ik heb berekend welke verantwoordelijkheid mijn gemeente heeft in dit verhaal. Mijn gemeente stelt zich borg voor 2,5 miljoen euro. Slechts 2,5 miljoen euro van de 500 miljoen euro. Maar als u weet dat mijn gemeente een jaarlijkse begroting heeft van 5 miljoen euro, wil dat zeggen dat de helft van mijn begrotingsbudget als waarborg dient voor deze lening, zonder dat de gemeenteraad van mijn gemeente hierover een beslissing heeft kunnen nemen.
Minister, kan het dat er een gebrek aan toezicht is? Moeten we niet erover nadenken om het toezicht te verbeteren, zodat gemeenteraden minstens geraadpleegd worden over beslissingen over zaken die de gemeente als een zwaard van Damocles boven het hoofd kunnen hangen? Als Infrax ooit in de problemen komt, zijn het wel de gemeenten die zullen mogen betalen, zonder dat ze daaraan ooit hun goedkeuring hebben gegeven.
Ik geef een ander voorbeeld. Mijn gemeenteraad heeft in juni een beslissing genomen over de Intercommunale Watermaatschappij (IWM), die terecht ook een waarborgstelling heeft gevraagd. Elke gemeenteraad van de aangesloten intercommunale heeft daarover gestemd. Maar Riobra/PBE is een andere zaak, dat heeft te maken met de intergewestelijke regeling.
Minister Bourgeois heeft het woord.
Mijnheer Reekmans, u haalt twee zaken door elkaar: het toezicht en de betrokkenheid van de gemeenteraden. Aan het toezicht moet niets veranderen. Het toezicht bestaat, er kan al dan niet opgetreden worden bij schending van het recht of van het algemeen belang.
Waar u het eigenlijk over hebt, is de betrokkenheid van de gemeenteraden. Na de laatste wijziging van het decreet is er een batterij van minstens vijf maatregelen waardoor de controle door de gemeenteraad is vergroot. Er is twee keer per jaar het rapport van de bestuurders in de gemeenteraden. Er is het elektronisch inzagerecht voor elk gemeenteraadslid op de beslissingen van de intercommunales. Er is de publicatieplicht van de intercommunales, op de website zelfs, van elke beslissing die genomen wordt. Er is in elke gemeenteraad een bijzondere commissie geïnstalleerd die handelt over alle belangrijke beslissingen die genomen worden in de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Tot slot maken wij werk van een besluit van de Vlaamse Regering ter uitvoering van het decreet waarin we de financiële rapportering van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden zullen regelen, onder andere met het oog op het Europees Systeem van Nationale en Regionale Rekeningen (ESR).
Ik begrijp uw bekommernis, maar u moet weten dat het aangaan van leningen en het verstrekken van waarborgen een aangelegenheid is die behoort tot de bevoegdheid van de raad van bestuur. Dat is trouwens in elke vennootschap zo. In dezen zegt het decreet Intergemeentelijke Samenwerking (DIS) dat de residuaire bevoegdheid bij de raad van bestuur zit, niet bij de algemene vergadering. Tenzij de gemeente zelf een engagement aangaat, wat in dezen bij mijn weten niet het geval is, komen die zaken niet op de gemeenteraad. Dat is een zaak van de raad van bestuur. De bestuurders hebben hun verantwoordelijkheid voor de vennootschap. De bestuurders hebben ook hun aansprakelijkheid als bestuurder.
Moeten we daar wijzigingen in aanbrengen? Ik werk aan een evaluatie van het decreet samen met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG). Ik zal dat mee in de afweging nemen, maar het is een zeer delicate aangelegenheid. Ga je zeggen dat leningen aangaan een beslissing wordt van de algemene vergadering en niet meer van de raad van bestuur en dus leidt tot een cascade in elke gemeenteraad? Of houd je het bij een bevoegdheid van de raad van bestuur, die moet handelen in het vennootschapsbelang, wat de optelsom moet zijn van het gemeentelijk belang?
Minister, u hebt theoretisch een punt met die vijf nieuwe maatregelen die zijn genomen. Maar, heel eerlijk, minister, in de praktijk brengen die nieuwe maatregelen geen enkele verandering in vergelijking met vroeger. De raad van bestuur van Riobra, waar ik zelf een vertegenwoordiger in heb zitten, heeft welgeteld 6,5 minuten geduurd. Daarop heeft men twaalf punten afgehandeld, waaronder een waarborgstelling van 500 miljoen euro. Minister, u begrijpt mijn bekommernis dat dergelijke beslissingen genomen worden op een heel korte periode en de meeste mensen totaal niet weten waarover het gaat.
De reden waarom ik deze vraag effectief in het parlement wil stellen, is een bijkomend probleem, en dan richt ik mij vooral naar PBE. U weet dat PBE in zijn werkgebied een stukje gemeente in Wallonië heeft. Daar kan vandaag zelfs geen klacht tegen ingediend worden. Uiteindelijk volstaat het vandaag als Vlaamse intercommunale om één gemeente uit Wallonië te doen aansluiten bij de intercommunale, en er kan zelfs geen klacht bij het toezicht meer worden ingediend.
Ik heb anderhalf jaar geleden vragen gesteld over het intergewestelijke overleg. Hoe ver staan die afspraken met betrekking tot de intergewestelijke samenwerking, zodat er tenminste ook toezicht mogelijk is in die intercommunales die niet alleen actief zijn op het Vlaams grondgebied?
De heer Meremans heeft het woord.
Ik begrijp zeker en vast de bekommernis van de lokale mandataris. Maar het is zoals de minister zegt: op dit ogenblik heb je inderdaad een aantal controlemogelijkheden in de raad van bestuur. Er is in die raden van bestuur maar een zeer korte periode. Die worden ook bevolkt door mensen die afgevaardigd zijn door hun gemeente of stad. Het is ook een beetje hun verantwoordelijkheid die ze daar moeten nemen. Het is aan de gemeenteraad om de mensen die bijvoorbeeld hun job in de intercommunale niet goed doen, ter verantwoording te roepen in de volle gemeenteraad. Dat is nu eenmaal de overeenkomst die je maakt. Ik begrijp wel dat, zeker in deze budgettair onzekere tijden, er een enorme bezorgdheid leeft bij de gemeenten. Ik deel die ook, maar ik denk dat dat wel geregeld is.
In elk geval moeten we een aantal zaken meenemen in de evaluatie van de intergemeentelijke samenwerking. Maar, zoals ik zei, je koppelt steeds terug naar de verantwoordelijkheid van die lokale mandataris. Die moet dan ook ter verantwoording worden geroepen door de gemeenteraadsleden. Dat lijkt me evident.
De heer Verfaillie heeft het woord.
Mijnheer Reekmans, ik denk dat u de vraag deels aan de verkeerde persoon stelt. U hebt gezegd dat er twaalf agendapunten afgewerkt zijn op 6,5 minuten tijd. U zit in de meerderheid. Dan denk ik dat het uw taak is om uw afgevaardigde eens op het matje te roepen en verantwoording te laten afleggen.
Mijnheer Reekmans, u probeert iets ongedaan te maken via de minister, terwijl uw eigen raadslid in die bewuste intercommunale in 6,5 minuten 12 agendapunten heeft afgewerkt. Waarvan akte.
De meerderheid bestaat uit CD&V
De heer Van Hauthem heeft het woord.
Minister, wanneer men er de Waalse gemeenten bij neemt, zou de controle misschien niet mogelijk zijn. Dat is het laatste punt dat de heer Reekmans aanhaalde. Hoe kan dat? Ik herinner me de tijd dat faciliteitengemeenten zoals Kraainem of Linkebeek wilden toetreden het is een ander probleem, maar het is een beetje gelijklopend tot een intercommunale die tot het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest behoorde of met andere Brusselse gemeenten wilden samenwerken, maar dat werd van hieruit altijd afgeblokt, niet alleen maar misschien ook wel om die reden. Kan het dat intercommunales grensoverschrijdend werken? Hoe zit het dan met de controle? Heeft dat daar een impact op? Zo ja, dan moet u dat aspect ook eens bekijken.
Het laatste aspect dat de heer Reekmans aanhaalde, is een bijkomende vraag. We hebben dat probleem al verschillende keren besproken in de commissie. Er is geen oplossing voor die gewestgrensoverschrijdende intercommunales. Dat is destijds niet geregeld en daar raken we ook niet uit. Wij gaan ervan uit dat de bevoegde minister diegene is waar het grootste aantal gemeenten is aangesloten, waar met andere woorden de exploitatie gebeurt.
Het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest stelt zich op het standpunt dat het toezicht moet gebeuren waar de zetel is gevestigd. In die optiek volstaat het dat je de zetel vestigt in een gemeente uit een ander gewest om te ontsnappen aan elke controle, ofwel dat je zegt dat de controle onder dat gewest valt, terwijl 95 procent van de gemeenten in een ander gewest liggen. Dat lijkt me geen goede oplossing.
Het zit vast. We hebben herhaaldelijk geprobeerd tot een gezamenlijke oplossing te komen, maar dat lukt niet. Binnenkort zie ik, weliswaar in een andere context, de minister-president van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Ik zal dit nog eens aankaarten. Het is een zaak die niet geregeld is en ook niet geregeld raakt. Maar dit is een parenthesis in de hele discussie.
Mijnheer Reekmans, ik ga niet in op het dossier in concreto. Dat hebt u ook niet gevraagd. Het zou me verwonderen ik heb al even een blik geworpen op de statuten van Riobra dat uw gemeente gebonden is door een waarborgverstrekking in dezen. Het gaat over Infrax dat een obligatielening uitschrijft waarvoor zijn onderliggende intercommunales een waarborg verstrekken. Maar dat er automatisch een cascade zou zijn richting gemeenten, dat zou me verwonderen. Wel voor investeringen van Riobra, niet voor die van Infrax. Dat denk ik op het eerste gezicht, maar ik moet het hele dossier bekijken.
Als een gemeente automatisch gebonden zou zijn, hebt u een punt waarover we moeten nadenken. Dat is niet simpel met een ja of een nee te beantwoorden. Het lijkt me heel normaal dat het aangaan van leningen een bevoegdheid is van de raad van bestuur. Dat is ook zo in de privévennootschappen. Bestuurders moeten besturen in het vennootschapsbelang. Ze hebben ook hun aansprakelijkheid. Als elke lening die wordt aangegaan, hetzij door een intergemeentelijk samenwerkingsverband, hetzij door een vennootschap, een bevoegdheid is van de algemene vergadering en in elk van die gemeenten moet worden goedgekeurd, dan moet je een afweging maken over de slag- en bestuurskracht van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. We zullen dat meenemen in de evaluatie. Dat is een punt dat ressorteert onder het decreet zoals het nu nog altijd bestaat.
Collegas, ik kan het niet genoeg herhalen: je kunt alle mogelijke maatregelen in lijn brengen. We hebben er nu vijf ik heb ze opgesomd, misschien ben ik er nog vergeten die aan elke gemeente toelaten om afdoende geïnformeerd te zijn en controle uit te voeren op de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Als het klopt wat u zegt dat men in 6,5 minuten een beslissing neemt over een obligatielening van een half miljard euro, dan stel ik me daar vragen bij. In de commissie heb ik gezegd dat je het paard tot aan het water kunt leiden, maar dat je het niet kunt verplichten om te drinken.
Als de gemeenteraadsleden, die bestuurder zijn, hun verantwoordelijkheid niet nemen gelukkig zijn er tal van mensen die dat wel doen , dan kunnen we niet in hun plaats optreden. We gaan toch geen opportuniteitstoezicht invoegen ik neem aan dat niemand in dit halfrond daarvoor pleit zodat de minister elk van die beslissingen moet goedkeuren. Daar zijn we al lang van afgestapt. Dat is autonomie. Daarin zijn ze geresponsabiliseerd.
En dus kan ik mijn oproep enkel herhalen. We hebben nu alle instrumenten: de bijzondere commissie, de elektronische inzage, de publicatie van de beslissingen, de rapportering van de bestuurders enzovoort. Maar in welke gemeenteraad gebeurt die rapportering? De bestuurders moeten twee keer per jaar rapporteren in de gemeenteraad. Ook de financiële rapportering moet nog op punt worden gesteld, ook in het licht van wat de Europese Unie vraagt. Alle maatregelen werden op één lijn gebracht. Het is aan de bestuurders om hun verantwoordelijkheid te nemen.
Minister, ik begrijp dat dit een zeer moeilijk debat is. Ik ben al tevreden dat die intercommunales deel uitmaken van een parlementair debat. Toen ik hier enkele jaren geleden begon, merkte ik dat dat nog veel moeilijker bespreekbaar was. Anderzijds hebben slechts twee gemeenten zich onthouden in deze kwestie: Lubbeek en Glabbeek. Je kunt in 6,5 minuten tijd geen beslissing nemen over een waarborgstelling van 500 miljoen euro. Over Riobra durf ik mij niet uit te spreken, maar de statuten van de PBE zijn duidelijk. De gemeenten dragen mee die waarborgstelling. En daar zit je met een groot probleem: zelfs bij toezicht kun je geen klacht indienen. Ik hoop dus dat er een oplossing komt, want blijkbaar kan het niet in samenwerking.
Mijnheer Verfaillie, de meerderheid in die raad van bestuur bestaat uit CD&Vers. Ik zou er graag de verslagen van de gemeenteraad van Veurne op nalezen. Ik denk dat er nog nooit twee keer per jaar rapportering is geweest van uw CD&V-vertegenwoordigers. Ik zal het eens nakijken. (Opmerkingen van de heer Jan Verfaillie)
De actuele vraag is afgehandeld.