Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de bezwaren van de Europese Commissie tegen de belastingvoordelen verbonden aan de ARKimedesfondsen
Actuele vraag over de bezwaren van de Europese Commissie tegen de belastingvoordelen verbonden aan de ARKimedesfondsen
Verslag
Het antwoord wordt gegeven door minister Muyters.
De heer Bothuyne heeft het woord.
Minister, u discrimineert blijkbaar, althans zo zegt de Europese Commissie, omdat u, de Vlaamse Regering, geen belastingskredieten gunt aan niet-inwoners van Vlaanderen met betrekking tot de ARKimedesregeling. Dat probleem is waarschijnlijk relatief beperkt, omdat we over belastingskredieten spreken die in het verleden werden genoten. Normaal gezien zullen er door de Europese veroordeling geen retroactieve aanpassingen zijn.
Hoe dan ook zullen we onze regelgeving binnen de twee maanden moeten aanpassen. Het probleem is dat het eigenlijk al het vierde of vijfde dossier is dat we op deze manier op ons bord krijgen. Er is ook het dossier rond de Winwinlening, waarvoor u vorig jaar een antwoord heeft verstrekt aan de commissie, gelijkaardig aan dat rond ARKimedes. Dat is natuurlijk een probleem. We willen namelijk allemaal rechtszekerheid. De instrumenten van ARKimedes, maar ook de Winwinlening zijn heel belangrijk om onze economie te stimuleren.
We hebben hier in het verleden al discussie over gevoerd in de commissie. Verleden jaar zei u eventueel uit te kijken naar een wijziging van de federale Bijzondere Financieringswet om op die manier een structurele oplossing te vinden voor de beschuldigingen van discriminatie.
Er is goed nieuws. Er is een institutioneel akkoord gevonden om die Financieringswet aan te passen. Op bladzijde 63 staat een interessante passage over de niet-inwoners in Vlaanderen, om op die manier een oplossing te bieden voor dit probleem.
Minister, hoe reageert u op het nieuwe oordeel vanuit Europa? Welke impact zal dit hebben op de mensen die zowel bij ARKimedes als bij de Winwinlening hebben genoten van die belastingskredieten? Hoe wilt u dit probleem aanpakken? Kan de wijziging van de Financieringswet die federaal wordt voorgesteld daar een sleutel toe zijn?
Mevrouw Marijke Dillen, ondervoorzitter, treedt als voorzitter op.
De heer Diependaele heeft het woord.
Het probleem gaat inderdaad over de vraag naar de rechtszekerheid die we in de toekomst nog kunnen geven. Ik denk dat niemand het belang van ARKimedes en de ARKimedesfondsen in twijfel zal trekken. Ze zijn een heel belangrijke stimulans geweest in onze Vlaamse innovatie-economie. Op zich is het een goede zaak dat buitenlanders bereid zijn om in Vlaanderen risicokapitaal te komen verschaffen. Op een moment dat het eerste ARKimedesfonds werd opgericht in 2005, was het probleem van de kredietverschaffing nog miniem. In 2010 was dat al veel groter. Vorige week heeft de Europese Commissie nog een mededeling de wereld in gestuurd dat een kredietcrunch het tweede stuk van de financiële crisis blijkbaar maar nipt is vermeden. Kredietverschaffing aan ondernemingen blijft dus een voortdurend aandachtspunt. De ARKimedesfondsen zorgen daarvoor.
De vraag die wij stellen en die ook naar de andere, de Winwinlening en dergelijke, moet worden doorgetrokken is welke maatregelen de Vlaamse Regering zal nemen om ervoor te zorgen dat die fondsen overeind kunnen blijven zodat die belangrijke incentives in de Vlaamse economie bewaard blijven, op een manier dat we geen veroordeling meer oplopen door de Europese Commissie.
De heer Watteeuw heeft het woord.
Minister, we kunnen niet genoeg benadrukken hoe belangrijk kleine en middelgrote ondernemingen (kmos) zijn voor de economie in Vlaanderen. Ik denk niet dat ik u daarvan moet overtuigen. Die risicokapitaalfinanciering is daarbinnen ook heel belangrijk. Ondernemingen die nog maar pas starten of die risicovol zijn, kunnen worden ondersteund door dat belastingskrediet dat door de overheid wordt verleend. Dat mogen we niet laten gaan.
Dan is het wel vervelend dat we weer te maken krijgen met een procedure rond die inbreuken, waarbij de bemerking moet worden gemaakt dat het niet de eerste, maar al de zoveelste keer is.
Het is belangrijk dat we dat systeem behouden en verder uitbouwen.
Minister, welke impact heeft de procedure op de huidige systemen? Hoe kunnen we die verder behouden?
Minister Muyters heeft het woord.
Het probleem is niet nieuw. De jobkorting, de Winwinlening, de mama-en-papalening en het ARKimedesfonds zijn maatregelen die in het verleden werden gestart en die hun nut zeker al hebben bewezen.
Laat me dus duidelijk zijn: ik vind dit een goede regelgeving, en goede maatregelen.
De procedure is zeker nog niet ten einde. Dat is ook een belangrijk aspect. Ik wijs er ook op dat het hier gaat over ARKimedes I, dat in die vorm is stopgezet. ARKimedes II, dat ook zorgt voor risicokapitaal, is niet onderworpen aan eenzelfde procedure. We zullen in elk geval blijven beargumenteren bij de Europese instanties dat er geen sprake is van discriminatie. Europa zegt dat alleen mensen die in Vlaanderen wonen van de regeling, van de aftrekken gebruik kunnen maken, en niet de mensen die in Vlaanderen werken. Europese burgers die in Vlaanderen komen werken, zouden dus worden gediscrimineerd ten opzichte van anderen, die hier werken en ook wonen. De eenvoudigste oplossing zou er natuurlijk in bestaan dat we ook bevoegd zouden zijn om ook aan de EU-burgers die vrijstelling te kunnen verlenen. Dat is vandaag echter niet het geval, en blijkbaar morgen al evenmin.
Mijnheer Bothuyne, u zegt het correct: het Vlinderakkoord van de heer Di Rupo bevat wel een passage, maar er is geen sprake van een overheveling, zodat we ook daarvoor bevoegd zouden worden. Er is sprake van een systeem, dat u een spiegelsysteem noemt: daarbij zal de federale overheid wat in Vlaanderen geldt, ook openmaken voor EU-burgers. Is dat de oplossing? Het zou kunnen. Alleszins wordt daarmee de deur voor het eerst op een kier gezet. Laten we de teksten bekijken, als die er eenmaal zijn. Ik maak me alleen zorgen over het volgende: een Belgische maatregel die daadwerkelijk een spiegeling zou zijn, zou alleen mogen gelden voor Vlaamse belastingverminderingen voor mensen die in Vlaanderen werken, niet voor EU-burgers die in Wallonië werken. Dan hebben we immers een probleem. Wij moeten dat compenseren en zullen natuurlijk geen EU-burgers compenseren voor een ARKimedesregeling als ze in Wallonië werken. Dat is dan voor diegenen die dat federaal kunnen beoordelen en opvolgen.
We blijven juridisch aanvechten dat dit een discriminerende maatregel zou zijn. We zijn het daar niet mee eens. We bekijken of er specifiek met betrekking tot ARKimedes I nog andere juridische oplossingen mogelijk zijn, aangezien dat een regeling is die eigenlijk niet is voortgezet. Dat is de stand van zaken.
We vechten dat juridisch dus verder aan. We denken dat we argumenten hebben. De procedure is nog lang niet uitgeput. We willen dat dus zeker doen. We hopen dat, doordat het Vlinderakkoord de deur op een kiertje zet, we tot een definitieve oplossing kunnen komen, mochten we toch worden veroordeeld, maar dat is vandaag nog niet aan de orde.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het lijkt me goed dat we er allemaal samen aan proberen te werken om dergelijke regelingen de nodige rechtszekerheid te geven. De Winwinlening , bijvoorbeeld, kent heel veel succes door de verruiming die we hier vorig jaar hebben goedgekeurd. Het belang ervan neemt dus toe.
Ik ben het niet met u eens dat de deur federaal op een kiertje zou zijn gezet: ik denk dat de deur potentieel volledig kan worden opengetrapt. Wat dat betreft, hebt u als minister natuurlijk een belangrijke verantwoordelijkheid wat het hier gaan toepassen van de toekomstige aanpassing van de regelgeving betreft, binnen de bestaande mogelijkheden. Misschien kunt u daartoe, samen met uw administratie, ook de nodige voorstellen leveren aan uw federale collegas.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het gaat inderdaad over die rechtszekerheid in de toekomst. We moeten zeker vermijden dat dergelijke zaken aanleiding zouden geven tot het minder spijzen van die fondsen, of dat ondernemers er minder gebruik van zouden maken. We zullen zien wat die federale regelgeving effectief waarmaakt. Voor de meesten onder ons is dat nog koffiedik kijken. Dat is wel op meer gebieden zo. Ondertussen loopt die procedure. We bevinden ons inderdaad nog maar in de tweede fase ervan. De volgende stap is dan het Hof van Justitie, denk ik. Dat gebeurt over twee maanden, als we geen antwoord geven. We zullen zien wat de uiteindelijke uitspraak zal zijn. De essentie is alleszins is dat we in de toekomst die rechtszekerheid voor de ondernemingen en voor instappers moeten kunnen bewaren.
Minister, ik ben het volmondig eens met de heer Bothuyne. De federale regelgeving doet meer dan alleen maar de deur op een kiertje zetten. Er zijn meer mogelijkheden, en het is gewoon uw verantwoordelijkheid om die mogelijkheden waar te maken, om ervoor te zorgen dat die rechtszekerheid er is voor dergelijke systemen.
Het is belangrijk genoeg voor de ondernemingen en investeerders dat we die rechtszekerheid kunnen aanbieden.
Mevrouw Ceysens heeft het woord.
Collegas, ook voor ons blijft het natuurlijk een cruciaal debat. Wij hebben die systemen opgericht en we hebben daar destijds hard voor moeten vechten bij de Europese Commissie. Het vroeg heel wat overtuigingskracht om er na de aanmelding mee van start te kunnen gaan. Er liggen inderdaad nog veel argumenten op tafel om toch te zeggen dat we hier een goed systeem hebben en waarom we ervoor hebben gekozen om het op die manier te laten starten.
Minister, ik volg u waar u zegt dat we de hele procedure nog goed zullen doorlopen en dat we alle argumenten op tafel zullen leggen. Ik moet eerlijk zeggen dat ik er meer voor gewonnen ben dat we verder bekijken, ook met de nieuwe mogelijkheden op het federale niveau, hoe we dit systeem overeind houden. Ik ben het er niet mee eens dat we de mogelijkheid om, zoals bij ARKimedes I, een beroep te doen op het publiek, op het risicokapitaal, niet meer herhalen bij ARKimedes II, waardoor die mogelijkheid van ondergeschikt belang is geworden. Dat zou ik een heel slechte zaak vinden. De mogelijkheid dat mensen kunnen participeren doet bij die mensen een zekere verbondenheid met de Vlaamse economie ontstaan. Wij betreuren dat men voor ARKimedes II niet heeft gekozen voor de mogelijkheid om kapitaal op te halen in de markt en dat men in plaats daarvan Vlaamse schuld maakt.
Mevrouw Ceysens, ik ben begonnen met te zeggen dat ik het helemaal eens ben en het een goede regeling vind. Ik ben het met u eens. Het feit dat het systeem van ARKimedes I op zich is afgerond, kan misschien juridisch ook nog een extra verdediging mogelijk maken. We bekijken dat. Als we ook in de toekomst een beroep willen doen op een breed publiek, moeten we ervoor zorgen dat we dat mogen en dat we voorstander zijn van het openhouden van die opening.
Mijnheer Watteeuw, u geeft mij enorm veel eer. Indien wij de federale wetten zouden mogen schrijven, zou dat rap geregeld zijn. U zegt dat u de verantwoordelijkheid volledig bij mij legt. Wij zullen niet de wetten schrijven die in het federale parlement zullen worden goedgekeurd. Maar ik merk dat Open Vld en CD&V erachter staan. Als in de Vlaamse Regering sp.a het ook wil steunen, en Groen ook, hebben we op federaal vlak vanuit Vlaanderen deze keer voor een wet in elk geval een meerderheid.
Mijnheer Bothuyne, ik wil zeker rekening houden met uw suggestie om vanuit Vlaanderen ten aanzien van de federale overheid proactief suggesties te doen, om te zeggen hoe die wet moet worden geschreven om toepasbaar te zijn.
Minister, we kunnen alleen maar gelukkig zijn met uw proactieve houding. We kijken dan ook uit naar het voorstel dat u op dat vlak zult doen. We zijn hier allemaal partners. We geloven allemaal in hetzelfde verhaal. We moeten gebruik maken van de opportuniteiten die het nieuwe communautaire akkoord aan Vlaanderen biedt. Ik denk dat wij daarvoor in u een goede partner zullen vinden.
Mevrouw Ceysens, ik ben het volledig met u eens. Het is een goede zaak als je het kapitaal kunt ophalen bij het publiek zelf. Het is ook goed als buitenlanders mee willen investeren. Dat is een goed teken voor de Vlaamse economie. Als je het kunt ophalen bij je eigen publiek, doe je aan financiële verankering. Dat debat voeren we de laatste tijd misschien te weinig.
We moeten binnen de twee maanden een antwoord bezorgen aan de Europese Commissie. Ik ben er niet van overtuigd dat de federale regeling, die op punt staat, de Commissie zal overtuigen. Dat zal later een tweede spoor zijn dat zal moeten worden bewandeld.
Minister, ik ben blij dat u de handschoen opneemt en dat u inderdaad proactief zult werken. U weet dat wij altijd bereid zijn om constructief mee te werken. Het is belangrijk dat dit gebeurt en dat we die regeling verder mogelijk maken.
Het is niet evident om geld uit de markt te blijven halen. De aandelen van ARKimedesfonds I zijn vrij snel gedaald. Dat is allemaal niet zo vanzelfsprekend. Dat vraagt een zeer uitgebalanceerde mix van maatregelen. Minister, u zult daar verder op moeten werken.
De actuele vragen zijn afgehandeld.