Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Moerman heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, gisteren konden we in de pers een open brief lezen van het Vlaams Geneeskundig Studenten Overleg (VGSO), dat zich zorgen maakt over het uitblijven van de nodige regelgevende beslissingen om de studieduurverkorting van de basisopleiding geneeskunde terug te brengen van zeven naar zes jaar.
Er zijn drie aspecten aan verbonden. Een is federaal, want de minimale studieduur wordt federaal vastgelegd. Daar zijn de nodige maatregelen genomen. In Vlaanderen moet de zaak natuurlijk worden ingevuld.
Minister, blijkbaar hebt u aan de universiteiten twee ontwerpbesluiten van de Vlaamse Regering overgezonden, en hen uitgenodigd daar commentaar op te geven om daar invulling aan te geven. Zo kan die regeling van start gaan en kunnen de studenten die in de komende jaren beginnen te studeren, weten of ze zes of zeven jaar moeten studeren voor de basisopleiding.
Minister, hoe staat het daarmee? Sommige universiteiten hebben al opmerkingen ingestuurd en andere niet. Bent u van plan om die besluiten te laten goedkeuren door de Vlaamse Regering voor het einde van het jaar, zodat de universiteiten tijd hebben om dit te implementeren?
Minister, het tweede aspect is het decretale aspect. Het financiële aspect moet decretaal worden geregeld. In het verleden zijn er beloftes gedaan door de kabinetschef van uw voorganger en ook door uw eigen kabinetschef, dat het totale bedrag voor die opleiding gelijk zou blijven. De financiële invulling zou dus door de inkorting van de basisduur van zeven naar zes jaar niet verminderen. De studenten maken zich daar zorgen over, en de universiteiten ook. Vergeleken met het eerste jaar is het zevende veel zwaarder, en wordt het ook veel beter gefinancierd.
Minister, bent u van plan aangezien u binnenkort met een financieringsdecreet komt om de nodige decretale bepalingen met betrekking tot de financiering van de geneeskundeopleiding zoals ze nu zal zijn, daarin op te nemen? Blijft de hoeveelheid geld voor die opleiding gelijk?
Minister Smet heeft het woord.
Het was inderdaad een merkwaardig bericht in de krant. Studenten hebben ondertussen ook al iets geleerd van wat er is gebeurd. De federale overheid heeft haar regelgeving op mijn uitdrukkelijk verzoek aangepast. Ik heb aan mijn collegas Marcourt en Onkelinx gevraagd om ons te conformeren aan de Europese regels in het kader van Bologna, namelijk van zeven naar zes jaar. Dat was een uitdrukkelijke vraag van mezelf namens de Vlaamse Gemeenschap. Ze hebben dat ook gedaan.
We zitten nog altijd op schema. We hebben nog altijd de bedoeling om vanaf het academiejaar 2012-13 de verkorting voor de basisopleiding van zeven naar zes door te voeren. We hebben er meteen bij gezegd dat er een verlenging zal komen van het aantal studiepunten van 120 naar 180 voor een master in de huisartsenopleiding.
Het klopt dat we voorstellen hebben gedaan in oktober en een bepaald aantal instellingen hebben gevraagd om dat nog niet op de agenda te zetten van de Vlaamse Regering. We hebben dat ook niet gedaan. Ze wilden intern nog een en ander uitklaren en met ons overleggen. Dat overleg zal er over ongeveer tien dagen komen. Het is de bedoeling dat we deze maand of begin december afronden en dat we in december de nodige legistieke stappen zetten om de nodige beslissingen op tijd te kunnen nemen.
Er is dus niets aan de hand. Er is geen vertraging. Er is discussie en bezorgdheid over de financiering. De werkelijke gevolgen van de financiering zullen zich pas in 2021 doen voelen. Als we dat in het academiejaar 2012-13 invoeren, zal er niet meteen een groot probleem ontstaan in de financiering. De gevolgen, en dan nog maar voor 20 procent, zullen zich pas voordoen in 2021. Er is dus geen reden tot paniek. Laten we het geplande overleg voeren. Dan zullen we nog dit jaar de nodige besluiten en decretale aanpassingen voorbereiden.
Minister, u hebt niet geantwoord op mijn tweede vraag. Bevestigt u hier als politiek verantwoordelijk minister, de belofte gedaan door de kabinetschef van uw voorganger en blijkbaar ook door uw eigen kabinetschef, dat de totale financiering voor de geneeskundeopleidingen, bachelor, master en manama, dezelfde zal blijven, en dat er geen vermindering zal zijn omdat de basisopleiding met een jaar wordt ingekort?
De optelsom blijft gelijk, want er wordt van 120 naar 180 studiepunten gegaan. Bevestigt u hier dit engagement?
De heer Bouckaert heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, ik sluit mij ten volle aan bij de vraag van mevrouw Moerman. Minister, het is zeer begrijpelijk dat in de sector onrust heerst, want de studieduurverkorting voor geneeskunde heeft veel implicaties. Dat vergt een serieuze reorganisatie van de universiteit. In het jaar 2018-2019 zullen tezelfdertijd twee lichtingen van geneesheren afstuderen, wat betekent dat het aantal stageplaatsen zal moeten verdubbelen. Om te kunnen anticiperen op deze niet geringe problemen, moet er zo snel mogelijk duidelijkheid komen over de decretale verankering en de financiering.
Wij zijn klaar. Op uitdrukkelijke vraag van de instellingen is dat nog niet geagendeerd. In onderwijs bestaat een heel mooie traditie van lang overleg, en dat overleg is ook gepland. Op dit ogenblik duurt een master in de geneeskunde zeven jaar. Als die opleiding zes jaar zal duren, zal men één jaar minder lang lesgeven. Het is dan toch logisch dat men minder geld nodig heeft om het onderwijs aan te bieden. Tezelfdertijd stijgt het aantal te behalen studiepunten om huisarts te worden van 120 naar 180, wat dus neerkomt op het aanbieden van een manama. Voor geneeskunde financieren wij de manamas. Wij hebben dat beloofd en ik bevestig die belofte: daarvoor wordt geld uitgetrokken. De rest is het onderwerp van de gesprekken die wij binnen tien dagen met de instellingen zullen opstarten.
Ik dank u voor de toelichting. Ik noteer dat de besluiten van de Vlaamse Regering er uiterlijk tegen het eind van het jaar zullen zijn. Ik noteer ook dat u het engagement inzake de financiering bevestigt, en dat de totale omvang van de financiering gelijk zal blijven. Ik heb wel niet gehoord dat u dit zult opnemen in het decreet over de algemene financiering dat binnenkort in het Vlaams Parlement wordt ingediend. Uw argument is dat die maatregel pas in het jaar 2020-2021 zal worden gevoeld. Dat snijdt echter geen hout. Wij weten allemaal dat men in het onderwijs op de lange termijn denkt. U doet dat ook voor wat betreft de academisering. U kijkt vooruit, zelfs tot een eind in het volgende decennium. U moet dat ook doen inzake dit dossier, en dan is niets zo eenvoudig als dat in het decreet over de algemene financiering op te nemen. Ik heb dat van u echter niet gehoord.
Het incident is gesloten.