Verslag plenaire vergadering
Verslag
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is de bespreking van het voorstel van resolutie.
De heer Wienen, verslaggever, heeft het woord.
Dit niet onbelangrijke voorstel van resolutie gaat over de distributietarieven. Dat voelt elke Vlaming vandaag rechtstreeks in zijn portemonnee. Het gaat om een voorstel van resolutie van de oppositie dat, gezien de geplogenheden van dit huis, niet zo snel in plenaire vergadering wordt behandeld. Ik vind het dan ook fijn om daar een volledige behandeling met mondeling verslag aan te wijden.
Op woensdag 15 juni 2011 behandelde de commissie Wonen het voorstel van resolutie van de heren Reekmans en Sanctorum betreffende het huidige beleid van de elektriciteitdistributienetbeheerders en een concrete hervorming van de elektriciteitdistributiemarkt in Vlaanderen.
Gelet op het in de commissie voorliggende ontwerp van decreet over de oprichting van de nv Vlaams Energiebedrijf achtte de goede collega Reekmans het moment geschikt voor de behandeling van het voorliggende en reeds in 2009 ingediende voorstel van resolutie. De heer Reekmans somt de overwegingen op die aan de basis van dit voorstel liggen, bijvoorbeeld dat gezinnen de facto hun distributienetbeheerder niet vrij kunnen kiezen. Volgens de minister gaat dit over een historisch gegroeide situatie. Dit mag volgens de indiener geen reden zijn om niet op te treden tegen de immense onderlinge verschillen in aangerekende distributiekosten. Bovendien liggen hier kansen op een administratieve vereenvoudiging.
Energie-intercommunales hebben intussen de krachten gebundeld. In de hoogte van de distributienettarieven zit echter geen structuur. Zelfs binnen een samenwerkingsverband vallen er opmerkelijke verschillen in nettarief te noteren. Bepaalde netbeheerders genieten wel van de voordelen van de schaalvergroting maar staan niet in voor de nadelen, namelijk de grote verschillen tussen bedrijven onder hun koepel.
Voorts zijn er volgens de indiener opmerkelijke wijzigingen van jaar tot jaar zonder dat daarin een duidelijke lijn herkenbaar is. Er zijn voorbeelden van een distributieprijs in 2007 van 85 euro die dan in 2009 180 euro wordt om in 2011 te eindigen op een prijs van 256 euro.
De heer Reekmans vervolgt zijn motivering met de stelling dat een verklaring voor de bepaling van de distributietarieven binnen eenzelfde samenwerkingsverband ontbreekt, dat de transparantie over prijssetting tekort schiet en dat het jaarlijkse verschil in distributietarief kan oplopen tot vele tientallen euros per klant. De klanten genieten geen enkel voordeel bij de schaalgrootte van hun distributienetbeheerders.
Het achtbare lid verwijst naar het feit dat indien alle distributienetbeheerders de AGEM-tarieven hadden gehanteerd, dit voor de Vlaamse gezinnen een jaarlijkse besparing van 110 miljoen euro zou opleveren, dit terwijl de winstcijfers van de energiecommunales zeer voorspoedig evolueren.
Tot slot citeert de heer Reekmans een aantal passages uit een interview in Knack van 8 juni 2011 met de heer Johan Vande Lanotte, partijgenoot van de minister, om zijn argumentatie kracht bij te zetten.
De heer Reekmans besluit met de vraagstelling aan de Vlaamse Regering vervat in dit voorstel van resolutie.
De achtbare collega Sanctorum ziet als indiener van het voorstel vooral een start van een goed debat over het distributielandschap. Hij kondigt trouwens ook een nieuw voorstel van decreet aan.
De achtbare collega Robrecht Bothuyne wijst erop dat het voorstel, dat dateert van oktober 2009, intussen achterhaald is. Mevrouw De Knop kent de indieners minstens de verdienste toe dat zij wijzen op de dringende behoefte aan een evaluatie van het distributielandschap.
Het voorstel van resolutie van de heren Reekmans en Sanctorum wordt in de commissie aangenomen met vijf stemmen tegen vier, bij één onthouding. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mijnheer Reekmans, blij dat u in ons midden bent. Ik veronderstel dat u het woord vraagt over uw voorstel van resolutie?
Voorzitter, collegas, ik dank de verslaggever voor de nauwkeurige weergave van het verslag. Ik ben tevreden dat alle partijen vandaag in de plenaire vergadering aanwezig zijn, want de vorige keer vonden niet alle partijen het de moeite om over deze materie te debatteren. De oppositie wint de stemming met vijf stemmen voor. De meerderheid was in de minderheid. Ik krijg hier dikwijls, als lid van een kleinere fractie, dat tegelijk in meerdere commissies moet zijn, het verwijt dat ik niet in de commissie was. Collegas, laat die argumenten alstublieft tot het verleden behoren. De meerderheid is zelf niet in staat om over zo belangrijke resoluties in aantal te zijn, om de oppositie niet de wisselmeerderheid te laten vormen. Dat wil ik even meegeven aan die collegas die daar een grijsgedraaide plaat van hebben gemaakt door iedere keer van een lid van de oppositie te zeggen: U was er niet. We hebben er gisteren zelfs nog een kort debat over gehad.
De meerderheid heeft de stemming verloren in de commissie en zal dat misschien vandaag rechttrekken. Niettemin gaat het over een heel belangrijk onderwerp. (Opmerkingen van de heer Carl Decaluwe)
Mijnheer Decaluwe, u was er niet. Ik hoor u nu lawaai maken.
De heer Decaluwe heeft het woord. (Opmerkingen van de heer Peter Reekmans)
Voorzitter, daar hebben we weer het spelletje van de heer Reekmans. Mijnheer Reekmans, u weet zeer goed dat dat op een zeer drukke voormiddag was. (Opmerkingen en gelach van de heer Peter Reekmans)
U weet heel goed dat dit de handigheid is geweest van onze voorzitter, die een ancien is. Dat is misschien het gebrek aan ervaring geweest van een aantal jonge collegas. (Opmerkingen van de heren Jan Penris en Peter Reekmans)
Ik was er niet, want ik zat in een andere commissie. Als men een beetje handig zou zijn geweest, zou men een kwartier geschorst hebben. Dan was dat weggestemd en dan hadden we hier in de plenaire vergadering de Reekmansshow niet hoeven te doen. Maar dat is de realiteit. (Opmerkingen van de heer Jan Penris)
De heer Penris heeft het woord.
Voorzitter, ik ken de heer Decaluwe al heel lang. Maar er zijn geen truken van de foor. Als een onderwerp belangrijk is, zorgt men ervoor dat de meerderheid de debatten daarover volgt. Ik heb geen truken uit mijn mouw getoverd. Mijnheer Decaluwe, u was ergens anders en andere mensen waren ook ergens anders. Dat is het drama van de meerderheid geweest. U hebt het belang van de resolutie van de heer Reekmans niet ingezien of minstens verkeerd ingeschat. Er zijn geen onbelangrijke commissiemomenten, niet om 12 uur, niet om 1 uur, niet om 4 uur s nachts. Je moet als parlementslid de hele tijd alert blijven. (Applaus bij het Vlaams Belang en van de heer Peter Reekmans)
De heer Tommelein heeft het woord.
Voorzitter, collegas, ik heb gisteren de heer Crombez daarover gehoord. Hij zei dat het geen enkele zin had om daarover discussies te voeren. De heer Reekmans heeft gelijk. Als de meerderheid niet aanwezig is in de commissie, is dat de verantwoordelijkheid van de meerderheid. Mijnheer Decaluwe, het is jammer om vast te stellen dat gisteren uw eigen partijgenoot de oppositiepartijen verweet dat ze niet aanwezig waren en onvoldoende aandacht hadden, om dan de volgende dag tot de vaststelling te komen dat u zelf niet in de commissie was. Ik ben het niet altijd eens met de heer Reekmans, maar hier wel: de meerderheid moet haar verantwoordelijkheid opnemen.
Mijnheer Tommelein, vanzelfsprekend moet de meerderheid aanwezig zijn. Daar gaat het in feite niet over.
Op die woensdagvoormiddag waren de vaste leden toevallig elders. Dat is de handigheid geweest van de commissievoorzitter. Hij heeft meteen laten stemmen. Ik verwijt hem niets. Als er een paar van onze eigen mensen waren geweest, hadden ze een schorsing van een kwartier moeten vragen en dan hadden we dit niet nodig gehad. De heer Bothuyne was daar. Mijnheer Reekmans, voer gerust uw show op en we zullen straks wel zeggen waarom we dit voorstel niet zullen goedkeuren, met de nodige argumenten.
Mijnheer Decaluwe, u bent hier echt hypocriete uitspraken aan het doen. U zegt dingen die totaal geen steek houden. De hele bespreking van het voorstel van resolutie heeft 20 à 25 minuten geduurd. Dat was dus geen truc van de commissievoorzitter, die gauw zou hebben laten stemmen. Tijdens heel die bespreking was er geen enkel parlementslid van CD&V en geen enkel parlementslid van sp.a. De N-VA was correct aanwezig, net als Groen!, het Vlaams Belang en Open Vld. Bepaalde leden van de CD&V-fractie hebben ons gisteren als volleerde onderwijzeressen verweten dat we ergens niet waren. Ze hebben op een belerende toon mijn collega en de collegas van Open Vld in het vizier genomen. Mijnheer Decaluwe, hoe noemen ze dat alweer? Een koekje van eigen deeg. Welnu, dat wou ik u nu eens geven, want ik ben de betutteling van die CD&V-fractie hier beu! (Applaus bij het Vlaams Belang, Open Vld en LDD)
De heer Martens heeft het woord.
Voorzitter, ik wil hier niet de schoolmeester uithangen. Wat dat betreft, hebben we niemand lessen te leren. Ik heb er ook geen enkel probleem mee dat dit dossier eens in de plenaire vergadering wordt behandeld. Het is belangrijk genoeg. Er zijn echter toch verzachtende omstandigheden die verklaren waarom de meerderheid niet in aantal was. Normaliter vergadert de commissie op donderdagvoormiddag. De heel drukke agenda maakt dat we nu periodiek moeten uitwijken naar woensdagvoormiddag. Op hetzelfde ogenblik vergadert de commissie Leefmilieu. Onze twee vaste leden van de commissie Wonen zetelen daar ook in. We kunnen natuurlijk niet op twee plaatsen tegelijk zijn.
Wij al evenmin.
Er zijn dus verzachtende omstandigheden, maar laten we er geen woorden meer vuil aan maken. We voeren het debat hier. We hebben er geen enkel probleem mee dat deze problematiek ook eens in de plenaire vergadering aan bod komt. Laten we nu alstublieft ingaan op de inhoud van de zaak, zonder elkaar nog verder lessen te leren over aan- en afwezigheid.
De heer Bothuyne heeft het woord.
Mijnheer Reekmans, u hebt inderdaad het recht om uw show hier op te voeren, met dank aan commissievoorzitter Penris, maar u hebt niet het recht om hier te staan liegen! Onze partij was daar wel degelijk vertegenwoordigd! Ik was daar en heb u van antwoord gediend! Lees het verslag, mijnheer Reekmans! Ik heb u van antwoord gediend en ik zal u straks ook van antwoord dienen! (Opmerkingen van de heer Peter Reekmans)
Ik meng me niet in het debat, maar wel als het gaat over de aanwezigheid. De heer Wienen heeft hier daarnet verslag uitgebracht. Voor de objectiviteit: blijkbaar was de heer Bothuyne wel aanwezig, want hij komt voor in het verslag waaruit de heer Wienen heeft geciteerd.
De heer Penris heeft het woord.
Voorzitter, ik neem het niet dat de heer Bothuyne, een achtbaar lid van onze commissie, het woord show in de mond neemt. Dit is een parlement, waar op een democratische manier aan besluitvorming wordt gedaan. De heer Bothuyne moet die woorden intrekken en ik zou graag hebben dat ze worden geschrapt uit het verslag! (Applaus bij het Vlaams Belang, Open Vld en LDD)
Alleen de voorzitter is gemachtigd om iets te laten schrappen uit het verslag. Ik zal het verslag nakijken. Ik zal u daarna berichten.
De heer Reekmans heeft het woord.
Ik heb dit aangehaald omdat gisteren voor mij de spreekwoordelijke druppel is geweest. Toen werden leden van mijn kleine fractie onder vuur genomen, net omdat we meerdere commissies tegelijk moeten bijwonen. Een kleine fractie in dit parlement moet immers met minder parlementsleden meer commissies volgen, en dat is soms verdomd moeilijk, collegas van de grotere fracties. Dan komt men ons op dit spreekgestoelte belerend toespreken dat we er op dat en dat moment niet waren. Ik heb dat nog eens meegemaakt, van diezelfde fractie. Ongeacht of iemand drie maand rugproblemen had of ziek was, werd me op een belerende toon gezegd dat ik er niet was geweest en dus geen recht had op dat debat. Moet ik nu ook zeggen aan die partijen die er niet waren, dat ze geen recht hebben om dit debat te voeren? Dat is immers wat men me toen heeft verweten.
Ik hoop dat de grootste fractie in dit parlement dat kinderachtige gedoe achterwege zal laten. Dan zullen wij dat ook doen. Mijnheer Bothuyne, wat u een show noemt: u had die niet gekregen als u niet continu betuttelde. Nu krijgt u een koekje van eigen deeg. Dat is jammer, dat is afgaan en dat is niet leuk. Maar wat is, mag worden gezegd. Voor mij is het daarmee afgesloten.
Nu kom ik tot het inhoudelijke punt. Daar kun je heel laconiek over doen, maar het is pijnlijk dat we nu een voorstel van resolutie moeten bespreken dat we in de commissie al uitvoerig hebben besproken, en waar nu leden aan deelnemen die de details niet hebben meegemaakt. Ik hoop dat u de moeite hebt gedaan om de verslagen te lezen en de dossiers te bekijken, want als je in de commissie niets hebt gezegd, mag je in de plenaire vergadering het woord niet nemen omdat je niet diep genoeg bent gegaan. Dat is nu het probleem. Ik hoop dat die fracties dit nu zullen kunnen.
Ik vond het jammer dat bepaalde partijen er niet waren. Ik kijk naar de sp.a-fractie, zonder een verwijt te maken aan en met alle respect voor de heer Martens, die meestal met een enorme deskundigheid over die zaken spreekt in de commissie. De heer Wienen heeft gezegd dat ik geciteerd heb uit artikels die in de media zijn verschenen. Er waren twee belangrijke artikels waarover ik met de sp.a-fractie wilde discussiëren.
De heer Vande Lanotte had net die week drie belangrijke uitspraken gedaan in een Knack-interview, die zo uit het voorstel van resolutie van de heer Sanctorum en mezelf zouden kunnen komen. Daarom was het zo belangrijk dat u aanwezig was.
Ik citeer een vraag uit Knack: Ondertussen wordt er in Vlaanderen druk geredetwist over de toekomst van netbeheerder Eandis, de koepel van Vlaamse energie-intercommunales. Tegen 2018 moet Electrabel helemaal uit het kapitaal van Eandis verdwijnen. Sommigen pleiten ervoor om een nieuwe private partner aan te trekken of zelfs een beursgang voor te bereiden. Hierop antwoordde de heer Vande Lanotte: Eandis is een monopolistisch nutsbedrijf en hoort dan ook geen winst te boeken.
Dat is een van de belangrijke pijlers van ons voorstel van resolutie. Vandaag maken die nutsbedrijven enorme winsten als intercommunales. In ons voorstel van resolutie pleiten we voor de oprichting van één Vlaams nutsbedrijf dat geen winst maakt, maar dat eigenlijk overal in Vlaanderen aan elke burger elektriciteit aan eenzelfde prijs aanbiedt. Wij willen af van de gigantische winsten die Infrax en Eandis vandaag maken. Blijkbaar deelt senator Vande Lanotte deze mening in Knack.
Ik heb in de commissie het standpunt van sp.a niet kunnen horen omdat ze er niet waren. Daarom wil ik dit even opnieuw aanhalen. Dit is een belangrijk inhoudelijk punt. Als een eminent minister van Staat bijna hetzelfde vertelt als wat in ons voorstel van resolutie staat, en je kunt dat niet aftoetsen met die partij, dan moet je dat terug opwerpen om het debat te openen. Daarom wil ik deze citaten als breekijzer gebruiken, mijnheer Decaluwe, om misschien toch nog bepaalde partijen met gezond verstand te overtuigen dit voorstel van resolutie goed te keuren.
Een andere belangrijke vraag uit dat interview: Uw partijgenoot Louis Tobback die bestuurder is bij Eandis, zei onlangs dat de gemeenten beter helemaal uit die energie-intercommunales zouden stappen. Is dat een brug te ver? De heer Vande Lanotte antwoordde: Dat denk ik niet. Het huidige systeem van intercommunales is wellicht uitgeleefd.
LDD vertelt al vanaf dag één dat we in dit parlement zitten, dat de intercommunales zoals we die vandaag kennen, beter zouden verdwijnen.
Ik noem twee belangrijke pijlers van dit voorstel van resolutie van de heer Sanctorum en mezelf. We zijn ervan uitgegaan dat de vorm van de intercommunales die we vandaag kennen, niet meer hedendaags en niet meer representatief is en dat we moeten denken aan andere formules. De heer Vande Lanotte zegt ook dat de intercommunales zijn uitgeleefd.
De tweede pijler ging over de winsten die ze boeken. Dan komen we tot een belangrijk punt. We mogen niet vergeten dat tot 2018 een heel belangrijke partner in Eandis zit, namelijk Electrabel.
De heer Van Dijck heeft het woord.
Electrabel is nu wel uit de raad van bestuur maar ze blijven wel aandeelhouder en ontvangen nog altijd dividenden. Wij stellen in ons voorstel van resolutie voor om de intercommunales te vereffenen. We willen Infrax en Eandis vereffenen. We zullen de aandeelhouders dan natuurlijk moeten betalen. Er is nog altijd een rechtszekerheid.
Hoe we dat met Electrabel moeten regelen, moeten we onderzoeken. We kunnen suggesties doen. Zeker als de federale overheid nu gaat onderhandelen over kernenergie, moet de uitstap van Electrabel uit Eandis daar onderdeel van vormen. Nu ook met de nucleaire taks, moeten we daar een totaalpakket van maken. We moeten voor eens en altijd dat monopolie en de machtspositie van Electrabel doorbreken. Dan krijgen we eigenlijk twee zuivere intercommunales. Wie is daar aandeelhouder van? Dat zijn onze lokale besturen. Met het oog op de gemeenteraadsverkiezingen van 2012 moeten we snel zijn. Moeten we aan de gemeenten zeggen: geef die aandelen af en u krijgt niets? Neen. Maar daarvoor willen wij net een Vlaams nutsbedrijf oprichten.
U hebt het VEB er nog net voor de zomer willen doorjagen. Ik weet dat het VEB, ook al is het een lege doos, een paradepaardje was in uw regeerakkoord. U had dat geld veel beter gebruikt voor het Vlaams nutsbedrijf. Dat bedrijf had Eandis en Infrax effectief kunnen opzuigen en bundelen in een nieuw orgaan. Dat kon dan zelfs volledig vallen onder de bevoegdheid van de Vlaamse Regering, met een minieme managementsraad. Ik ga niet pleiten voor nieuwe raden van bestuur want dan worden de zitjes toch weer verdeeld onder de politieke partijen. Wij pleiten voor een Vlaams nutsbedrijf met een nieuwe politieke cultuur. Dat wil zeggen: zonder extra politieke mandaten maar met een degelijk management.
Ik voer geen oorlog tegen Eandis of Infrax. Ik voer een strijd tegen de oneerlijkheid waarmee de burgers in dit land vandaag worden behandeld. Dat verklaart de nood aan een Vlaams nutsbedrijf. Wij zijn een van de duurste landen qua energie. Zelfs de stopcontacten verschillen in Vlaanderen. Er zijn zelfs gemeenten waar de ene burger meer betaalt dan de andere. Ik neem Tremelo. Dat bestaat uit de deelgemeenten Baal en Tremelo. Afhankelijk van de plaats of straat waar men woont, betaalt men bijna 100 euro per jaar meer voor elektriciteit dan een buur. In Baal is namelijk Infrax actief, in Tremelo Eandis. (Opmerkingen van de heer Kris Van Dijck)
Dat is een groot verschil, mijnheer Van Dijck. Ik zou graag willen dat u dat in uw micro zegt, zodat ik met u in debat kan gaan.
Ik zit niet in die commissie. Ik mag niets zeggen.
Ja, mijnheer Van Dijck, we betalen in de Colruyt meer dan in de Aldi. In de Colruyt krijgt u ook andere producten en de keuze is vrij. Hier kunt u niet vrij kiezen en u krijgt dezelfde elektriciteit. Dat is iets heel anders, mijnheer Van Dijck.
Ik zie dat u het te druk hebt met het volgen van de regeringsformatie.
Ik wil het debat over het energielandschap niet verlagen en gelijkschakelen met een debat over twee supermarkten.
We debatteren hier al vijf jaar over. We kunnen niet blijven vertellen dat de verschillende kostprijs van energiedistributie een derde van de factuur van elke modale Vlaming puur uit historische redenen ontstaan is. Dat is wat minister Van den Bossche altijd aan het parlement verteld heeft: de prijsverschillen zijn historisch gegroeid, hier zijn er betere leidingen, daar zijn er slechtere, op sommige plaatsen is meer geïnvesteerd dan op andere. Dat zou de reden zijn.
Het is een beetje zoals met de wegen. In Vlaanderen heeft iedere burger recht op degelijke wegen. We kunnen moeilijk zeggen dat er in een bepaalde gemeente, provincie of gewest meer moet worden betaald voor betere wegen of minder voor slechtere wegen. Dit is vandaag gaande in de energiedistributiesector. Blijkbaar zijn er gebieden in Vlaanderen met slechte energiebedrading en andere met betere energiebedrading, iets wat de consument niet weet, maar waar hij wel voor betaalt.
Vandaar, collegas, is het idee ontstaan om iets te doen aan die historische scheefgroei. Ik snap dat trouwens, ik wil intellectueel begrijpen dat er bedrijven zijn die investeringen hebben gedaan per gebied en dat ze, nadat ze de rekensom hebben gemaakt, bepaalde prijstarieven hebben moeten aanpassen in functie van de gemaakte kosten. Het is dus een uitgelezen kans om effectief alles over te nemen in één Vlaams energiebedrijf. Wij betalen vanuit Vlaanderen Eandis- en Infraxaandeelhouders uit lees: de lokale besturen en dan bekijken we wat de operatie kost om eenmalig één prijs te maken voor alle Vlamingen. Dan zal met andere woorden ieder stopcontact in Vlaanderen gelijk worden en dan stappen we af van de grote verschillen.
Collegas, het gaat immers wel degelijk over immense verschillen. De grootste prijsverschillen bedragen voor een modaal gezin in Vlaanderen zelfs 160 euro. Een gezin dat bijvoorbeeld energie krijgt van Sibelgas Noord heeft een heel andere prijszetting dan een gezin dat energie krijgt van een ander Eandisonderdeel. Je kunt dat niet blijven uitleggen aan de mensen als de energiefactuur steeds duurder wordt. De historische redenen zijn dan ook heel fel te betreuren.
Het is spijtig. We hadden nog één energiecommunale in Vlaanderen, AGEM. Dat was het autonoom gemeentebedrijf/elektriciteitsnet van Merksplas. De gemeente Merksplas had dus een eigen distributiebedrijf en dat is jarenlang het goedkoopste geweest en heeft de prijzen nooit doen stijgen. Het had ook degelijke leidingen, als je daar de stekker in het stopcontact stak, hing je er niet aan, maar je kreeg goede elektriciteit. (Opmerkingen van de heer Carl Decaluwe)
Mijnheer Decaluwe, dat wordt soms gezegd, dat ze verouderde leidingen hebben. Ja, we hebben hier ook verouderde straten, maar laten we het daar vandaag niet over hebben, want dan vraag ik nog drie uur spreektijd bij maar die zal ik niet krijgen van de voorzitter.
Collegas, ik heb eens een berekening gemaakt. We hebben het in Vlaanderen dikwijls over de vraag waar we het geld moeten halen. We hebben het er ook dikwijls over dat de burger betaalt en dan vragen we ons af hoe de burger minder kan betalen zonder dat dit de Vlaamse begroting bezwaart. Ik heb een eenvoudige rekensom gemaakt.
Als de intercommunales van de huidige Eandis- en Infraxonderdelen het tarief van AGEM hadden gehanteerd gedurende één jaar, dan zou dat voor de Vlaamse gezinnen een besparing van 110 miljoen euro bedragen. Dat is toch een cijfer om even bij stil te staan. Dat zou het geval zijn als er één prijs zou zijn, gebaseerd op het tarief van AGEM, het tarief dat jarenlang werd gehanteerd.
AGEM was trouwens een klein bedrijf dat niet het voordeel van een schaalvergroting had. Laten we eerlijk zijn: Eandis en Infrax zijn koepels geworden die aan een enorme schaalvergroting hebben gedaan. Ik heb in het ondernemerschap altijd geleerd dat wie aan schaalvergroting doet, meestal ook aan kostenbesparing kan doen. Blijkbaar zijn Eandis en Infrax de enige bedrijven ter wereld of in Vlaanderen, die aan schaalvergroting doen en toch duurder worden, maar wel meer winst maken.
Ik vind het statement van de heer Vande Lanotte daarom zo belangrijk. Hij stelt dat die bedrijven geen winst moeten maken. Ik wist niet dat ik ooit ook socialistisch zou denken. Ofwel denkt de heer Vande Lanotte liberaal, ik weet niet wat het juist is, maar het komt erop neer dat we hetzelfde denken, namelijk dat een nutsbedrijf geen winst moet maken.
Hiermee komen we op het belangrijkste punt van vandaag. Als we ervoor zouden kiezen om in Vlaanderen één nutsbedrijf te maken dat het tarief van AGEM aanrekent aan de consument, dan kunnen we jaarlijks, zonder enige verzwaring van de Vlaamse begroting, de Vlaamse gezinnen 110 miljoen euro vermindering op hun energiefactuur geven. Dit zou niet aan de Vlaamse begroting raken en de Vlaamse Regering zou het niet moeten doen. Wij moeten er alleen voor zorgen dat we de nutsvoorzieningen van de energie in Vlaamse handen krijgen, zonder maximale winst die blijft hangen bij de intercommunales.
Ik wil een getal uit 2007 aanhalen. Ten opzichte van dit jaar hebben alle Vlamingen toen samen 300 miljoen euro minder aan distributiekosten betaald. Op vier jaar tijd zijn de distributiekosten voor de consument met 300 miljoen euro gestegen.
Dit getal dateert van voor de verhoging van de tarieven voor zonnepanelen. Het gaat om een stijging van de distributiekosten. Het bedrag dat met de zonnepanelen gaat gepaard, kan ik niet geven. Ik beschik niet over alle cijfergegevens. De impact van de groenestroomcertificaten en de verdoken verhogingen zijn moeilijk te vinden. Volgens Eandis en Infrax ligt het aan de zonnepanelen van de buurman. Ik vind dat spijtig. Het ligt aan een verkeerd subsidiesysteem. Dat is echter stof voor een ander debat.
De consument heeft gedurende de voorbije vier jaar 300 miljoen euro meer betaald. Volgens sommige politici is dit historisch gegroeid. Als dat onze enige verklaring is, mogen we hier nog veel debatten over de energiearmoede voeren.
We moeten nu voor een Vlaams Energiebedrijf met een correcte uitbetaling van de aandeelhouders kiezen. Ik ben zelf ook lokaal mandataris. Hier zetelen veel burgemeesters en schepenen van gemeenten die aandelen van Eandis of van Infrax hebben. Ik weet dat de uitbetaling van de aandelen correct moet verlopen. Indien dit niet zou gebeuren, zou dit de gemeenten een zwaar financieel probleem bezorgen. We moeten de gemeenten dan ook correct uitbetalen.
Het gaat hier niet om loze beloften. Indien we nu een Vlaams Energiebedrijf oprichten, kunnen we de consumenten jaarlijks een effectieve korting van 110 miljoen euro op hun energiefactuur geven. Dat is de boodschap die we vandaag kunnen brengen. Gezien de prijsstijgingen van de voorbije jaren heeft de consument hier recht op.
De prijsstijgingen zijn in elk geval niet transparant verlopen. Ik daag eenieder, van welke fractie dan ook, uit om me uit te leggen waar de prijsstijgingen precies zitten. Ik vind geen enkele transparantie in verband met de doorgevoerde prijsstijgingen.
Ik vind het zeer spijtig dat we het debat in de commissie niet ten gronde hebben kunnen voeren. Ik heb de indruk dat hier ook weinig debat zal volgen. Ik ben immers nog niet onderbroken. Ik heb op dat vlak iets geleerd. Als ik vanachter dit spreekgestoelte een correcte boodschap breng, blijft het heel stil in de zaal. Als iemand een verkeerd gezet punt of een verkeerd gezette komma vindt, draait de heer Decaluwe de volumeknop onmiddellijk helemaal open. Hij is immers de team leader bij de decibelaanvallen. (Opmerkingen van de heer Carl Decaluwe)
Mijn eigen stem is al wat getemperd. Het argument dat ik moet stoppen met roepen, kan alvast niet worden ingeroepen. Na twee jaar in het Vlaams Parlement heb ik het een en het ander geleerd.
Sommige partijen hebben het debat in de commissie gemist. Nu zwijgen diezelfde partijen ook tijdens de plenaire vergadering. Ik heb in het tijdschrift Knack nochtans de standpunten gelezen van dat een partijgenoot, een minister van Staat en een gewezen informateur, iemand die als autoriteit namens de partij mag spreken. Diezelfde fractie vertelt in het Vlaams Parlement echter het tegenovergestelde.
Mijnheer Martens, na de uitspraken van de heer Vande Lanotte zou ik niet graag op uw stoel zitten. Wat is het nu eigenlijk? Volgt u het standpunt van minister Van den Bossche of het standpunt van de heer Vande Lanotte? Dat laatste standpunt is ook mijn standpunt. Ik kan niet afleiden wat nu het standpunt van de sp. a-fractie in het Vlaams Parlement is. Ik weet dat uw partij in het federale parlement nog in de oppositie zit. De sp. a heeft de nota allicht al goedgekeurd en wil zo snel mogelijk tot de meerderheid toetreden. Hier horen we echter een heel ander geluid.
Het blijft nog steeds stil. Indien ik die opmerkingen had gemaakt over een thema dat niet zo moeilijk ligt, was ik zeker al overroepen. Het blijft echter stil. Ik moet u dan ook de vraag stellen. Onderschrijft de sp. a-fractie in het Vlaams Parlement het standpunt van de heer Vande Lanotte? Indien dit het geval zou zijn, moet u straks voor mijn voorstel van resolutie stemmen. Ik hoop dat u dit beseft. (Opmerkingen)
Mijnheer Bothuyne, het blijft stil. Ik wil debatteren. Kunt u dat misschien zonder show in gang zetten?
De heer Bothuyne heeft het woord.
Mijnheer Reekmans, u kunt op uw plaats gaan zitten. (Opmerkingen van de heer Peter Reekmans)
De heer Bothuyne wil pas het woord nemen als u op uw plaats zit.
De onemanshow is voorbij.
Mijnheer Reekmans, ik zal heel kort zijn in mijn repliek. Het verloop van de stemming over het voorstel hebben we daarnet al gehad. Ik heb begrepen dat u ondertussen al voor de tweede keer de Knack hebt gelezen en hier hebt voorgebracht. Proficiat.
Dit voorstel van resolutie is ingediend in 2009. Als men kijkt naar de inhoud en de inhoud van het discours van de heer Reekmans, dan is het zo dat het Vlaams Energiebedrijf de middelen die het ter beschikking heeft, moet gebruiken om de gemeenten uit te kopen en een groot Vlaams nutsbedrijf op te richten. Dat er soms een inconsistentie is tussen wat in de pers wordt gesteld en wat in het parlement wordt gezegd, is één ding. Maar dat leden van één fractie op één uur tijd over hetzelfde onderwerp elkaar flagrant tegenspreken, dat vind ik wel ongelooflijk. LDD heeft een uur geleden gezegd dat het Vlaams Energiebedrijf zo snel mogelijk een kerncentrale moet oprichten, en nu moet datzelfde energiebedrijf met datzelfde geld een nutsbedrijf oprichten. Ik kan al lang niet meer volgen, mijnheer Reekmans, en ik had de indruk dat heel veel collegas u ook al lang niet meer volgen. De meerderheid stelt dan ook voor dit voorstel niet goed te keuren.
De heer Bouckaert heeft het woord.
Voorzitter, wat de heer Bothuyne nu beweert, gaat echt een brug te ver. Zeggen dat de toespraak van de heer Vereeck in tegenspraak is met die van de heer Reekmans, is absoluut onjuist. De heer Vereeck heeft het nut van het concept van het VEB zoals het nu voorligt, en dat voornamelijk een consultingbedrijf en geen productiebedrijf zal zijn, in vraag gesteld. De heer Reekmans stelt iets totaal anders voor, namelijk één groot distributiebedrijf. Dat zijn twee verschillende zaken. En insinueren dat we elkaar zouden tegenspreken, dat gaat niet op.
Ik wil daarbij nog zeggen dat de heer Reekmans een punt heeft, want elke economist weet dat de distributie van energie een natuurlijk monopolie heet zo heet dat in de economische wetenschap , en dat daar schaaleconomieën in zijn. Het is wel degelijk zinvol over een dergelijk voorstel te discussiëren.
De heer Penris heeft het woord.
Voorzitter, de heer Reekmans heeft een oproep gedaan aan de partijen met gezond verstand om zijn voorstel mee goed te keuren. Voor één keer voel ik me aangesproken, net zoals, naar ik hoop, mijn fractie. We zullen de heer Reekmans steunen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Voorzitter, collegas, sta me toe toch nog een korte repliek te geven op het betoog van de heer Reekmans. Ik wil hem eerst zeggen dat hij zich niet ongerust moet maken. We steunen minister van Staat Vande Lanotte als hij zegt dat distributienetbedrijven in principe geen winst moeten maken. Ik kan u ook gerust stellen. Bij de jaarrekeningen die Eandis en Infrax jaarlijks goedkeuren, staat altijd dat de winst nul euro is. Distributienetbedrijven maken geen winst. Distributienetbedrijven werken aan kostprijs en krijgen een wat men noemt billijke vergoeding op het geïnvesteerd kapitaal. Ik zal niet te technisch worden: het gaat om de wage average cost of capital maal de RAB-waarde (Regulatory Asset Base), de herinvesteringswaarde van het net enzovoort. En daarvoor krijgen ze een vergoeding, die voor het grootste deel van de aandelen slechts 4 procent bedraagt. Als men een dergelijke activiteit naar de markt zou brengen, zou geen enkele private partner
Mijnheer Martens, u bent slecht hoorbaar. Kunt u iets dichter bij de microfoon spreken?
Ben ik zo beter hoorbaar? Ik herhaal kort. Ik kan de heer Reekmans geruststellen. De Eandissen en Infraxen van deze wereld maken geen winst. Op de jaarrekeningen die elk jaar worden goedgekeurd staat bij winst: 0 euro. Ze krijgen enkel een billijke vergoeding op het geïnvesteerde kapitaal, waar de regulator CREG trouwens nauwgezet op toekijkt. Die is onafhankelijk van de hoeveelheid elektriciteit of gas die door de netten stroomt, maar wordt vastgelegd via een ingewikkelde formule: the weighted average cost of capital maal the regulatory asset base. Op die basis komt er een eerlijke vergoeding voor de aandeelhouders voor het geïnvesteerde kapitaal.
Mijnheer Reekmans, voor het grootste pakket aandelen bedraagt die billijke vergoeding 4 procent. Ik denk niet dat u in de markt één private speler vindt die tegen dat rendement dergelijke belangrijke activa aanhoudt.
U pleit in uw voorstel van resolutie voor het versneld uittreden van Electrabel. Het is inderdaad van belang dat Electrabel als producent-leverancier uit het distributienetgebeuren vertrekt. Dat hebben we hier ook afgesproken met het decreet op de intergemeentelijke samenwerking. Het vertrek staat gepland tegen 2018.
Vorige week, exact zeven dagen geleden, heeft Electrabel te kennen gegeven uit de bestuursorganen van Eandis te zullen stappen. Vanaf deze maand zal Electrabel geen zitting meer nemen in de raad van bestuur, het dagelijks bestuur, het auditcomité of eender welk ander comité dat het bestuur van Eandis waarmaakt. Electrabel stapt zelf al op om geen misverstand of schijn van partijdigheid te laten bestaan.
Electrabel blijft in het kapitaal tot 2018. Wat ons betreft, moeten ze daar dan ook uit stappen. Wij zijn voor het principe dat ook de Europese Commissie verdedigt: the full ownership unbundling of de volledige eigendomsontvlechting. Wij denken dat producenten en leveranciers geen aandelen zouden mogen aanhouden in het beheer van de netten. Die vormen een natuurlijk monopolie en moeten op een onafhankelijke manier worden beheerd, die de toegang voor alle concurrerende spelers op een eerlijke manier garandeert. Dat een van die spelers aandelen heeft in het beheer van zon net, kan die onafhankelijke positie van de netbeheerder in het gedrang brengen en twijfels doen rijzen over de eerlijke toegang voor de verschillende spelers tot het net.
De eerste stap is gezet. Electrabel stapt op uit de bestuursorganen. De tweede stap moet uiterlijk in 2018 volgen.
Mijnheer Reekmans, moeten de gemeenten nog in die distributienetbeheerders blijven? Er zijn pros en contras. Wat ons betreft, is het van belang dat het natuurlijke monopolie van een net beheerd wordt door de overheid. Dat is de beste manier om dat onafhankelijke beheer te waarborgen. Dat vindt u blijkbaar ook, want in uw voorstel van resolutie zegt u dat niet de gemeenten dat net moeten beheren, maar de Vlaamse overheid. Ook bij Eandis wordt dat debat over de toekomstige aandeelhoudersstructuur opgezet. Bepaalde gemeenten willen er liever vanaf en andere houden er heel sterk aan vast.
Het voordeel van nutsbedrijven in handen van de gemeenten is dat dat het meest burgernabije bestuur is. Stel dat je een stoep openlegt om elektriciteits- of gasleidingen aan te leggen. Daar zitten ook de drinkwaterleidingen, die door de gemeenten via de drinkwatermaatschappijen worden beheerd en aangelegd. Onder die stoep zitten ook de rioleringen, die door de gemeenten worden aangelegd en onderhouden. Er valt veel voor te zeggen om ook de elektriciteits- en gasleidingen de bevoegdheid van de gemeenten te laten.
Mijnheer Martens, ik ga in op wie de aandeelhouders zijn. In ons voorstel van resolutie hebben we het voorgesteld als een soort Vlaams nutsbedrijf. We stellen die schaalvergroting voor, in plaats van de gemeenten, om die prijs gelijk te trekken. Dat blijft nog altijd het grote probleem: de scheefgetrokken prijs. De ene betaalt in Vlaanderen meer dan de andere, enkel om historische redenen.
Je merkt ook dat de duurdere meestal het meeste stijgen en de goedkopere meestal het minste stijgen. Daarom hebben we gezegd dat we aan een echte schaalvergroting willen doen. Niet zoals Eandis en Infrax, want dat is een schaalvergroting geweest voor de aandeelhouders. Wat betreft winst of geen winst, collega, heel eerlijk, het gaat wel degelijk over winst. Ik weet dat de term winst theoretisch misschien niet juist is, maar in de praktijk is het winst. Ik blijf de heer Vande Lanotte niet citeren maar die man heeft op een halve pagina in Knack zoveel wijsheden verteld dat ik hem wel moet citeren. Hij zegt letterlijk: Momenteel krijgen ze een zo goed als gegarandeerd rendement van 6 procent op de waarde van de onderneming. Onzin is dat. Het is niet 4 procent, het is 6 procent. Ik zeg dat niet, professor Vande Lanotte zegt dat. (Opmerkingen van de heer Bart Martens)
Dan moet u hem dringend eens bellen en zeggen dat wanneer hij een interview geeft, de cijfers juist moeten zijn. Mijn berekeningen zijn ook 6 procent. Het gaat effectief over een rendement we noemen het geen winst van 6 procent. Heel concreet zegt de heer Vande Lanotte dat in een interview. Ten aanzien van de bevolking is het altijd gemakkelijk om te zeggen: dat is een schande, dat is onzin. Is dat voor u ook onzin? Is het voor de Vlaamse sp.a-fractie ook onzin dat er vandaag nog zo een groot rendement wordt betaald? Als dat net zoals voor u, voor de heer Vande Lanotte onzin is, dan kunnen we zaken doen. Misschien moeten we dan een nieuw voorstel van resolutie maken. Ik denk dat de heer Sanctorum bereid is om die samen met mij in te trekken en samen met u een andere te maken, zolang het maar goed is voor de consument.
Mijnheer Martens, heel concreet, hebt u dezelfde mening als uw partijgenoot of niet?
Even een nuance. Het is 6 tot 8 procent, afhankelijk of het elektriciteit of gas is, dat op het eerste pakket aandelen wordt gegund, wat overeenstemt met een derde van de RAB-waarde. Ik wil niet te technisch worden, maar heel het aandelenpakket daarbovenop wordt aan 4 procent vergoed. Ik kan u perfect uitleggen over hoeveel dat gaat.
Ik wil u een tegenvoorbeeld geven, mijnheer Reekmans. Wij hebben destijds onze kabel inderdaad op het niveau van Vlaanderen in Telenet gebundeld. Denkt u dat dat de consument voordelen heeft opgeleverd? Denkt u dat de dividenden en de winst die daarop is gerealiseerd, kleiner is geworden met het naar Vlaanderen over te hevelen? Integendeel.
Ik wil terugkomen op uw punt van het ene distributienettarief. U zegt dat het schandalig is dat er zoveel verschillen zijn. Ik begrijp dat u in het werkingsgebied van PBE dat schat ik, aan uw accent te horen heel graag het distributienettarief van Antwerpen zou betalen. Maar ik heb het veel moeilijker om in Antwerpen te gaan uitleggen dat daar de distributienettarieven met 30 tot 50 procent moeten stijgen om op het gemiddelde van Vlaanderen te komen.
Laat dat een parlementslid van uw partij in mijn regio eens vertellen!
De distributienettarieven zijn een reële weerspiegeling van de kosten die gemaakt zijn in het distributienet. In bepaalde regios is al meer geïnvesteerd in distributienetten en zijn die netten verder afgeschreven dan in andere regios. Wil dat zeggen dat de inwoners van bepaalde steden en gemeenten die in het verleden meer hebben betaald en die in het verleden investeringen hebben gedaan die nu zijn afgeschreven, nu nog eens extra moeten betalen voor collegas in andere gemeenten, waar men destijds die investeringen niet heeft gedaan, waar men veel te laat heeft geïnvesteerd en veel te laat is geweest met bepaalde aanpassingen aan het net?
Mijnheer Martens, ik ben het daar absoluut mee eens. Daarom zeg ik net met dit voorstel van resolutie: laat ons een schaalvergroting doen, we nemen de bedrijven over die niet of weinig hebben geïnvesteerd. De uitkoop die we gaan doen voor de overname, zal ook in functie gebeuren van de investeringen die de voorbije jaren gebeurden. Dan krijgen we een gezonde mix en een eengemaakte prijs. Dat is net het voorstel.
Voorzitter, ik eindig graag met het wondermiddel van de schaalvergroting. Ten eerste denk ik, mijnheer Reekmans, dat door de creatie van die twee maatschappijen al een groot deel van de schaalvergroting heeft plaatsgevonden en dat er nog weinig synergiewinsten te halen zijn door Eandis en Infrax te gaan fusioneren.
Ik verwijs graag naar het interview met de algemeen directeur van de CREG, de federale regulator, in De Tijd van afgelopen weekend. Hij kreeg die vraag voorgeschoteld.
De journalist vroeg de heer Possemiers het volgende: Er gaan in Vlaanderen stemmen op om te komen tot één Vlaams distributienetbedrijf, om Eandis en Infrax te fusioneren. Bent u daar voorstander van? Wat zei de baas van de regulator? Hij zei dat hij daar geen voorstander van is, want zo zouden wij erg belangrijke instrumenten op het vlak van benchmarking van maatstafvergelijking die wij nu kunnen hanteren door de kosten van de ene tegenover de andere af te wegen, verliezen. Hij zou het liefst hebben dat Infrax en Eandis niet fusioneren, zodat wij de kosten van beide en ook van die van de netbedrijven in Wallonië en Brussel kunnen blijven vergelijken. Dan kan men vaststellen of bepaalde kosten van netbeheerders onredelijk zijn of niet. Als Eandis een budgetmeter goedkoper kan inkopen dan Infrax, dan is dat voor de regulator een argument om Infrax te zeggen dat het bedrijf de kosten op dat punt kan drukken. Die mogelijkheid tot maatstafvergelijking valt volledig weg als er één Vlaams netbedrijf komt.
Eandis en Infrax kunnen perfect naast elkaar blijven bestaan. Het is een beetje zoals de Beatles en de Stones die destijds elkaar beconcurreerden en zo elkaar op een hoger niveau tilden. Dat kan hier evengoed het geval zijn. Ik denk wel dat er nog synergievoordelen kunnen worden gerealiseerd via de bundeling van gas- en elektriciteitsdistributie met andere nutsvoorzieningen, zoals rioleringen en de drinkwatervoorziening. Zo kan men bij de aanleg van nieuwe wijken met één sleuf werken. Eén bestelwagen kan dan zorgen voor de aansluiting van drinkwater, riolering, gas, elektriciteit en kabelaansluiting. Dan kan men gezamenlijke klantenkantoren uitbouwen, enzovoort.
Via de creatie van multi-utilitybedrijven kan men dus nog veel synergievoordelen creëren. In Duitsland gaat men die weg al op, waar men het heeft over Stadtwerke waarbij verschillende nutsvoorzieningen via één bedrijf worden aangeboden, met enorme winst- en kostenvoordelen. Natuurlijk is het zo dat werken met één Vlaams netbedrijf ervoor zal zorgen dat synergievoordelen dankzij het gezamenlijk beheer van verschillende nutsvoorzieningen grotendeels zullen worden mislopen.
Mijn slotconclusie: uw voorstel van resolutie is een nobele poging, mijnheer Reekmans. Ik vind dit een van uw betere werkstukken. Dit debat is het waard om gevoerd te worden, maar er zijn genoeg redenen om te zeggen dat wij niet overhaast te werk mogen gaan. De eenmaking van het distributienet heeft ook belangrijke nadelen. Dat is goed voor mensen die vandaag meer betalen dan het gemiddelde, maar minder aangenaam voor mensen die vandaag minder dan het gemiddelde betalen. De schaalvergroting heeft zijn limieten bereikt. Misschien moeten we op dit punt luisteren naar de grote baas van de regulator, de CREG, die zegt dat wij beter de prijzen en de kosten kunnen drukken door meerdere spelers naast elkaar te laten bestaan. Want dat stelt ons in staat om aan maatstafvergelijking en kostenbeheersing te doen.
Mijnheer Martens, ik ben steeds bereid om de stemming uit te stellen, zodat u in de zomermaanden amendementen kunt uitwerken om dan na het reces het voorstel van resolutie goed te keuren. Als de heer Sanctorum akkoord gaat en u bent daartoe bereid, dan kunnen wij de stemming uitstellen. Ik waardeer alleszins uw opmerking over de kwaliteit van het werk van de heer Sanctorum en mezelf. Dit is een technische materie en politiek niet sexy. Er zijn gelijkaardige onderwerpen, zoals de isolatie. Maar die discussies moeten ook worden gevoerd. Ik apprecieer uw woorden, want u bent lid van de meerderheid, maar u verlaagt zich niet zoals sommige anderen die woorden als show en dergelijke beginnen te roepen. Ik laat dat voor rekening van deze vazallen van het Vlaams Parlement.
Nu, sommigen die zich vandaag in het debat hebben gemoeid, zullen vroeg of laat wel een topbenoeming krijgen in een raad van bestuur. Mijnheer Bothuyne, ik denk daarbij eigenlijk aan u. Ik denk dat u uw betoog op uw bureau uit het hoofd leert en dat dan hier opzegt. En ook al verandert het debat, toch blijft u hetzelfde vertellen. Dat is mij al opgevallen. Dat is bevorderlijk om een topbenoeming te krijgen bij Eandis of Infrax. Mijnheer Bothuyne, het ligt niet in mijn aard om zo op de man te spelen. U hebt dat vandaag echter al zo vaak bij mij gedaan, dat ik het niet kon laten om als afsluiter, vóór het reces, de puntjes op de i te zetten.
Mijnheer Martens, u zegt dat er bij Eandis en Infrax al een schaalvergroting is gebeurd en dat ik daarom geen heil moet zoeken in een verdere schaalvergroting. Maar u moet toch eens eerlijk zijn: dat waren geen schaalvergrotingen. Eandis en Infrax hebben lokale kantoren gesloten.
Voorzitter, ik had dit debat graag in de commissie gevoerd. Ik moet het jammer genoeg hier doen. Ik wil niet dat het zo laat wordt als verleden week. Omdat het over de centen van de mensen gaat, vind ik het echter belangrijk dat hier ten gronde te bespreken. Een meerderheidspartij geeft het signaal dat de oefening gedeeltelijk goed gebeurd is; dat wil toch zeggen dat we op het goede pad zitten. Misschien zal het niet in deze resolutie zijn, maar dan zal het in de nabije toekomst toch wel vorm krijgen in een andere resolutie.
Ik wil het aan de hand van een voorbeeld nog even hebben over de schaalvergroting. Iverlek, een onderdeel van Eandis, heeft in Tienen twaalf jaar geleden een spiksplinternieuw luxekantoor neergezet. Drie maanden geleden is dat gebouw afgebroken. Mijnheer Martens, dat kun je geen goed bestuur noemen. Dat noem ik overigens ook geen schaalvergroting.
Als schaalvergroting inhoudt dat je de telefoonlijnen in ieder regionaal kantoor afsluit en er één nummer voor in de plaats stelt, dan vind ik dat die schaalvergroting mislukt is.
Ik heb in het verleden meerdere balansen ontleed van Sibelgas Noord en Iverlek vóór zij onder de koepel Eandis zaten. Als je de kosten van de aparte onderdelen bekijkt, is er effectief, op het gebied van kosten, een schaalvergroting gebeurd van 38 procent. De Eandis-koepel heeft 38 procent in de uitgaven kunnen knippen sinds de fusie van alle aparte onderdelen. Als een bedrijf vandaag zon fusie doorvoert en 38 procent kan realiseren op een à twee boekjaren, noem ik de schaalvergroting geslaagd.
Voorzitter, de schaalvergroting is wel degelijk geslaagd. Alleen heeft de consument daar niets van gevoeld. Jaar na jaar is de prijs gestegen. Eandis en Infrax hebben geen enkele korting van de rendementen van de schaalvergroting doorgerekend aan de consument. Mijnheer Martens, als u ze hebt gevonden, vertel het dan. Ik heb ze alleszins niet gevonden.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Voorzitter, als mede-indiener zou ik toch ook graag mijn zegje doen.
Het klopt dat dit voorstel van resolutie twee jaar geleden, toen de dieren nog spraken en de netbeheerders nog niet ter discussie stonden, werd ingediend. Er waren toen nog geen grootse studies opgestart om te kijken of we inderdaad nutsvoorzieningen kunnen bundelen en eventueel op grotere schaal kunnen opereren. Nu wordt die discussie dus wel gevoerd. En sta mij toe om dat te zeggen het gebeurt in de geest van ons voorstel van resolutie.
Wat een aantal prominente figuren uit de energiewereld, waaronder Johan Vande Lanotte, zeiden, was gebaseerd op wat Louis Tobback zei. Ik was het volledig met hem eens. Hij zei, in de geest van ons voorstel van resolutie, dat het distributienet in Vlaamse handen zou moeten komen. Hij haalde daar een aantal argumenten voor aan. Ten eerste stelde hij vast dat de gemeenten het distributienet in de eerste plaats als een melkkoe zien. Het gaat dan technisch gezien niet over een dividend, maar over een vergoeding op basis van het kapitaal, dat is dan een billijke vergoeding.
Dat is een technische discussie. Het komt erop neer dat de gemeenten inkomsten genereren uit dat distributienet. Dat is historisch zo gegroeid. Het is niet helemaal logisch, want uiteindelijk is dat een pure nutsvoorziening. Eigenlijk zouden daar geen inkomsten voor gegenereerd moeten worden.
Maar goed, het punt van de heer Tobback was dat het op lange termijn niet meer haalbaar is om daar inkomsten uit te genereren, vooral vanwege het feit dat er zeer grote investeringen moeten gebeuren in het distributienet. Hij haalde daarbij bijvoorbeeld de slimme meters aan. Men is aan het uitrekenen wat het verslimmen van ons distributienet ons gaat kosten. En met ons bedoel ik niet de overheid, maar de gezinnen. De gezinnen zullen, volgens het systeem dat nu wordt gehanteerd, moeten opdraaien voor de gigantische noodzakelijke kost van dat slimme net.
Het is dus, beste collegas van sp.a, maar ook van andere fracties, een sociaal verhaal. Het gaat over honderden euros die in de nettarieven zullen terechtkomen. Mijn voorstel ik zal nog een gepast voorstel van decreet indienen en dat van de heer Reekmans is om een groot deel van de kosten uit die nettarieven te halen, tenminste uit de doorrekening aan de gezinnen en de kmos.
Een tweede punt betreft de aanwezigheid van Electrabel. Het klopt dat Electrabel er tegen 2018 uit zou moeten verdwijnen. Het is een goede zaak dat ze niet meer in de raad van bestuur zetelen, maar ze zijn toch nog altijd stevig aandeelhouder. Ze hebben de voorbije jaren ook heel wat inkomsten gegenereerd uit dat distributieniet. Het ging jaarlijks over ongeveer 250 miljoen euro. Dat is geld dat ook ergens anders in geïnvesteerd zou kunnen worden. Dat is meer dan de meerkost van de groenestroomcertificaten uit de zonnepanelen, waar zoveel discussie over is geweest en die heeft gezorgd voor een verhoging van de nettarieven.
Electrabel is net zoals Louis Tobback van oordeel dat al die investeringen die op ons afkomen, wel eens de inkomsten uit de aanwezigheid bij de netbeheerder zouden kunnen fnuiken. Het zou mijns inziens een goede zaak zijn dat Electrabel versneld uit de netbeheerder stapt en dat de netbeheerder in eerste instantie op Vlaams niveau opereert. Dat zal, voor alle duidelijkheid, geen gemakkelijke constructie zijn. Dat is ook een juridisch geladen discussie. Maar het is wel noodzakelijk.
Ik wil tot slot nog een paar kleine opmerkingen maken. Ik heb ook iets gehoord over die benchmarking. De directeur van de CREG is natuurlijk een zeer gerespecteerd man als het over energie gaat, maar of het nu met twee netbeheerders vanuit Vlaanderen erbij is of één, ik denk niet dat dat zoveel zal uitmaken. En het argument dat het moeilijker is om synergieën op te stellen voor verschillende nutsvoorzieningen zodra je die netbeheerders bijeen verzamelt, is mij niet helemaal duidelijk.
Dit is in de eerste plaats een sociaal verhaal, collegas. Als we die nettarieven naar beneden willen halen of beperkt willen doen stijgen, is dat een sociale kwestie. PMV heeft daar tijdens de hoorzittingen trouwens ook op gewezen. Gemiddeld gezien kost hernieuwbare energie eigenlijk niet zo veel, maar als je een zodanige verdeling organiseert dat er een plafonnering is voor de industrie en dat de gezinnen en kmos daar veel meer voor moeten betalen, zie je inderdaad dat dit een asociaal verhaal aan het worden is.
Ik stel dus voor, collegas, dat u dit voorstel van resolutie unaniem mee goedkeurt. (Applaus bij het Vlaams Belang, Groen! en LDD)
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.