Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, het debat is geopend.
De heer van Rouveroij heeft het woord.
Wie had ooit durven dromen dat we het in de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement zouden hebben over verlichtingspalen die op de snelweg vallen ingevolge een gebrek aan onderhoud en/of controle? Die droom zeg maar nachtmerrie is sinds afgelopen weekend een feit.
Collegas, onderschat de impact van dit probleem niet. Dit leidt namelijk onmiddellijk tot een ander rijgedrag. Ik heb vanochtend op de E40 zelf vastgesteld dat we nu niet meer alleen kijken naar de flitspalen maar ook naar de verlichtingspalen. Dat komt de verkeersveiligheid natuurlijk niet ten goede.
Minister, niets maar dan ook niets wordt u bespaard bij het beheer van uw departement. Uw administratie Wegen en Verkeer blijft, keer op keer, in gebreke en, keer op keer, moet u hen uit de wind zetten. Dat kan en mag niet blijven duren. Open Vld vraagt dat u schoon schip maakt op uw administratie. Ik wil u daarbij tegemoetkomen door te stellen dat dit het trieste resultaat is van vele jaren geklungel.
Uw voorgangers op Openbare Werken zijn eveneens schatplichtig. Ik som ze even op. Sinds Vlaanderen deze bevoegdheid uitoefent, waren dat de huidige minister-president, de sp.aers Gilbert Bossuyt, Steve Stevaert en Eddy Baldewijns, en de eerste in de rij was uw partijgenoot Theo Kelchtermans. We beseffen maar al te goed dat u oogst wat al veel vroeger werd gezaaid, maar u moet het land dringend opnieuw omploegen.
De twee verlichtingspalen die het afgelopen weekend op de snelweg vielen, waren onderaan compleet doorgeroest. Nu blijkt dat het niet de enige ossenkoppen zijn die er slecht aan toe zijn. Ik moet eerlijk zeggen dat ik niet wist dat ze ossenkoppen worden genoemd. Het is een mooi beeld, z e worden zo genoemd omdat ze met hun twee gebogen armen bovenaan doen denken aan horens van een os.
Het waren dus duidelijk niet de enige ossenkoppen die wankel waren. Op de E19 werden bij een eerste controle al een zevental andere...
Dames en heren, willen degenen die willen overleggen, naar het Koffiehuis gaan zodat degenen die geïnteresseerd zijn in de uiteenzetting naar de heer van Rouveroij kunnen luisteren. Ik kan niet verstaan wat hij zegt.
Voorzitter, ik dank u.
Collegas, bij een eerste controle op de E19 bleken dus nog zeven andere ossenkoppen wankel te zijn. Ze werden meteen verwijderd. Volgens de woordvoerster van het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) zullen nog een duizendtal verlichtingspalen gecontroleerd worden wegens gevaar op inwendige corrosie. Om een of andere reden komt er stilstaand, vervuild water terecht aan de binnenkant.
Minister, hoe is het in godsnaam mogelijk dat de verlichtingspalen in zon kritieke toestand verkeren? We lezen en horen immers dat volgens uw administratie alle palen om de vier maanden geïnspecteerd worden. Nog straffer is dat de onderhoudsfirma die de inspectie vorige maand deed ik neem aan dat we niet mogen vertellen hoe die heet , aan uw administratie heeft bevestigd dat er niets abnormaals aan de hand was. Het kan natuurlijk zijn dat het onderhoudscontract alleen een uitwendige controle stipuleert, maar zelfs zo ontsnapt de onderhoudsfirma niet aan de verantwoordelijkheid, want uit het verslag blijkt dat alhoewel de corrosie van binnenuit kwam, ze al aan de buitenzijde zichtbaar was. De verlichtingspalen zijn omgekanteld en de corrosie was al zichtbaar aan de buitenkant. Ik neem dus aan dat u de onderhoudsfirma in gebreke zult stellen en dat u de factuur niet zult betalen.
Collegas, ons Vlaams wegennet wordt een echt hindernissenparcours. Niet alleen is de staat van het wegdek vaak lamentabel, maar ook de weginrichting toont tekenen van ontbinding. Vandaag zijn het de verlichtingspalen, maar hetzelfde geldt voor de versleten wegmarkering, beschadigde of ontbrekende vangrails, slecht geplaatste verkeersborden en richtingaanwijzers, praatpalen die niet werken. De Open Vld heeft al tot in den treure de onderinvestering in wegeninfrastructuur aangeklaagd. Zeker als je een topregio wilt zijn inzake logistiek, besef je dat niet alleen onze veiligheid, maar ook onze welvaart hier voor een stuk van afhangt.
België beschikt over bijna 5 kilometer wegen per vierkante kilometer en heeft daarmee het dichtste wegennet van Europa. Je zou verwachten dat Vlaanderen ook in de top drie staat van het onderhoud. Niets is minder waar, nummer één is Noorwegen, nummer twee Zwitserland en nummer drie het Verenigd Koninkrijk.
Op wegen die goed onderhouden zijn, gebeuren er minder ongevallen. In Nederland is aangetoond dat een goed onderhouden weg 50 procent minder ongevallen veroorzaakt. 24 procent is het gevolg van een verbetering van het rijgedrag en 24 procent van veiligere wagens.
Redenen genoeg, minister, om paal en perk te stellen aan het geklungel binnen uw administratie. (Applaus bij Open Vld, Vlaams Belang en Groen!)
De heer Reekmans heeft het woord.
Minister, ik had me voorgenomen uw beleid inzake Mobiliteit en Openbare Werken eens even de tijd te geven om een aantal zaken recht te trekken. Tenslotte heeft het weinig zin dat de oppositie hier elke week nieuwe voorbeelden van dezelfde problemen naar voren brengt. Al blijven bijvoorbeeld de tientallen aanslepende onafgewerkte en steeds duurder wordende zwartepuntendossiers een publiek schandaal, waar geen enkele redelijke uitleg voor is. De putten in de weg, of dezer dagen op vele plaatsen eerder het weinige aan weg tussen de zeer vele putten, is ook al geen nieuws meer. Ooit zal het nieuwe asfalt voor de E313 wel eens aankomen. Laat ons hopen.
Maar als, zoals enkele dagen geleden, twee verlichtingspalen langs de drukke autosnelweg E19 tussen Antwerpen en Brussel plots omvallen en automobilisten letterlijk dreigen te vermorzelen, dan mag ik hier toch wel eens opnieuw aan de alarmbel trekken? In allerijl werd vorig weekend zelfs besloten om nog zeven andere palen neer te halen omdat die ook dreigden neer te vallen. Eerder was de doorgeroeste staat van die palen door een gebrek aan onderhoud blijkbaar niemand van uw diensten opgevallen. Ook de specifieke controles door externen hadden niets in de gaten. Want volgens het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) werden alle palen toch door een onafhankelijke aannemer om de vier maanden gecontroleerd op stabiliteitsproblemen. En plotseling, niet eens bij abnormale windsnelheden, knakken de palen op de rijweg en merkt men dat ditzelfde op vele andere plaatsen ook elk moment kan voorvallen. Maar liefst een vijfhonderdtal palen die overal in Vlaanderen staan, die zogenaamd om de vier maanden worden gecontroleerd, worden nu ineens extra grondig geïnspecteerd. Zeer bizar allemaal, minister.
In 2008 bleek ook al uit een parlementaire vraag aan u, minister, dat er in Vlaanderen dertien bruggen op korte termijn moesten worden gesloopt. Op dit moment is er nog maar een van die dertien bruggen in slechte staat daadwerkelijk afgebroken. De andere staan op de wachtlijst, minister. Wat is het volgende dat we mogen verwachten? Bruggen die op het dak van de automobilisten vallen?
Collegas, de gewone jaarlijkse investering in het onderhoud van onze wegen en de bijhorende infrastructuur bedraagt grosso modo amper een half miljard euro. Dat is peanuts, als je weet dat de automobilisten in dit land elk jaar meer dan 13 miljard euro neertellen. En dan heb ik het enkel over wat uit de personenautos gemolken wordt, niet eens over het vrachtverkeer.
De structurele onderinvestering in onze wegen doet zich al langer gevoelen. Zowel de realisatie van de missing links en het wegwerken van zwarte punten als het verbeteren van de doorstroming via efficiënt geregelde verkeerslichten kunnen betiteld worden als een processie van Echternach. Onze wegen zijn het symbool geworden van Vlaamse nalatigheid. De Antwerpse Oosterweelknoop is na vijftien jaar palaveren nog steeds verstrikt. Onze autosnelwegen zijn tot autotraagwegen verworden, waar de files steeds langer worden en de gaten steeds dieper. Vlaanderen staat stil, meer en meer en langer en langer.
Minister, als u echt zou willen, zou u beter kunnen. Er is namelijk geld voor een beter onderhoud van onze wegen want voor sommige andere mobiliteitsuitgaven is er dan weer wel geld, veel geld zelfs. Voor flitspalen bijvoorbeeld, met een prijs van 50.000 tot zelfs 70.000 euro per stuk. Voor trajectcontrole: zon opstelling kost ongeveer 800.000 euro per stuk. En natuurlijk voor openbaar vervoer. In alle maten en gewichten, liefst in prestigeprojectvorm. Designbushokjes, sms-tickets waarvan de reclamekosten van december en januari 518.000 euro bedragen dat is bijna even hoog als de inkomsten ervan gedurende het jaar ervoor, 780.000 euro. Collegas, waar gaan we naartoe als de reclamekosten bij sommige van onze agentschappen bijna even hoog zijn als hun inkomsten van een heel jaar? Recent was er een vraag van een collega over belbussen. Met 0,14 passagiers per kilometer vervoeren die vooral lucht en staan ze vooral stil.
Minister, het lijstje is eindeloos en ik heb maar vijf minuten. Ondanks de besparingen die De Lijn in deze crisistijden ging doorvoeren, hebben ze daar dezer dagen een nieuw project uitgebroed. Alle 30.000 gele stalen haltepalen voor alle duidelijkheid: niet-doorgeroeste palen zonder omvervalgevaar zullen vervangen worden door een nieuw aluminium exemplaar. De installatie gebeurt door de eigen diensten, maar toch tikt de factuur voor alleen al de materiaalaankoop van de nieuwe palen aan tot 1.250.000 euro.
Minister, collegas, welke veiligheidsproblemen worden hiermee uit de wereld geholpen? Op een moment dat de verlichtingspalen langs onze pokdalige wegen omvervallen investeert deze regering in onzinnige zaken. Voor LDD moet dit stoppen en liever vandaag dan morgen.
Heel concreet luidt mijn vraag: wat gaat u doen en wat is het volgende dat we mogen verwachten als u niet gaat ingrijpen?
Mevrouw Jans heeft het woord.
Geachte collegas, minister, ik denk dat iedereen vorig weekend geschrokken is toen we hoorden dat we op de weg niet alleen moeten uitkijken dat we veilig op de baan rijden, maar ook naar wat er uit de lucht naar beneden komt. Alle gekheid op een stokje, minister, iedereen is zo geschrokken omwille van het irreële karakter van wat gebeurd is.
Sommige zaken zouden evident moeten zijn. Nu blijkt dat dit wat de verlichtingspalen betreft niet het geval is. Dat de verkeersveiligheid nu ook al door dergelijke zaken in het gedrang komt, is eigenlijk te gek voor woorden.
De vraag die velen onder ons zich verleden weekend ongetwijfeld hebben gesteld, was: hoe is dit mogelijk?
De laatste tijd hebben we al heel uitvoerig gedebatteerd over het onderhoud van de wegen en hebben we op een constructieve manier, over de grenzen van oppositie en meerderheid heen, kunnen vaststellen dat u, minister, een degelijk plan hebt om het onderhoud en de kwaliteit van de wegen op een termijn van enkele jaren te verbeteren.
Het is jammer vast te stellen dat er misschien te weinig aandacht is gegaan naar een structureel onderhoud van de installaties op en naast de wegen zoals de verlichtingspalen, maar ook gebreken in signalisatie en vangrails. We weten dat bij het structureel onderhoud van de wegen meestal ook structureel wordt nagedacht en dat de verlichtingspalen worden vervangen. Niet alle wegen zullen de komende jaren echter zo'n structureel onderhoud kennen, dus dringt de vraag zich volgens mij ook op of er eveneens een meerjarenplan is voor het vervangen van de oude verlichtingspalen.
Minister, het probleem ten gronde is eigenlijk het onderhoud van de verlichtingspalen. Het Agentschap Wegen en Verkeer is verantwoordelijk voor het onderhoud, de exploitatie en het beheer van de installaties langs de gewestwegen. Het onderhoud gebeurt voornamelijk op basis van contracten met gespecialiseerde firma's die tot stand komen op basis van openbare aanbestedingen of algemene offerteaanvragen.
Dit legt misschien onmiddellijk een pijnpunt bloot van de hele problematiek. Volgens AWV worden alle verlichtingspalen om de vier maanden geïnspecteerd. De palen langs de E19 werden een maand geleden geïnspecteerd, zonder dat iemand iets opviel. Nu blijkt dat het probleem van roest - dit is al gezegd door de heer van Rouveroij - enkel kon worden vastgesteld als de inspectiedeksels ook effectief werden opengeschroefd. Dit is duidelijk niet gebeurd en sterkt ons in het vermoeden dat de huidige controles te oppervlakkig en ontoereikend zijn.
Minister, dit kan twee zaken betekenen: ofwel voeren de aangestelde aannemers de voorziene opdracht niet naar behoren uit conform de contractuele bepalingen, ofwel is dit wel het geval, maar schort er iets met de contractuele bepalingen zelf en dus in het verlengde met de vereisten uit de openbare aanbestedingen.
Wat de vervanging van de verlichtingspalen betreft, is er snel gereageerd en zijn er snel een aantal palen verwijderd. Het is ook belangrijk dat alle risicos bij de andere palen worden bekeken. Er moet worden nagegaan of er kans is op verder omvallen of doorroesten. Ik meen uit de pers te hebben vernomen dat ze daar vanuit AWV mee bezig zijn en dat u tegen morgen een evaluatie van de situatie zou hebben. Het interesseert mij ten zeerste om te horen wat de stand van zaken is.
Maar wat de vervanging van de palen betreft, is het misschien het ogenblik om twee vliegen in één klap te slaan. U hebt een aantal maanden geleden aangekondigd dat u de verlichtingspalen langs de autosnelwegen vanaf volgende zomer, dus binnen enkele maanden, s nachts zou doven.
In deze situatie is het zinvol om eens na te denken over de vraag of die palen nog wel vervangen moeten worden. Het onderhoud van die palen betekent immers een serieuze investering.
Minister, is er een structureel meerjaren plan om verouderde verlichtingspalen te vervangen, ook in zones waar er geen structureel onderhoud aan de wegen gebeurt?
Wat zijn de contractuele bepalingen waaraan de aannemers zich moeten houden voor het onderhoud van de palen? Volstaan deze contractuele bepalingen überhaupt om een waterdicht onderhoud te garanderen?
Denkt u eraan om in het kader van het minder licht-plan bepaalde zones niet meer te voorzien van verlichtingspalen?
De heer Keulen heeft het woord.
Ik wil nog een vraag toevoegen aan die van mevrouw Jans.
Minister, controleert AWV steekproefsgewijs, kwalitatief en inzake frequentie, het werk van die aannemers? Er is duidelijk een probleem met de kwaliteit van dat werk. Wordt er voldoende controle gedaan op de kwaliteit van uitbesteed werk door de diensten van AWV?
Mevrouw Smaers heeft het woord.
Minister, ook ik moest mijn voorhoofd fronsen toen ik afgelopen weekend het nieuws hoorde over de twee omgevallen palen op de E19. Ik moest onmiddellijk aan u denken, gezien het leed dat u al hebt gehad met de wegen tijdens de afgelopen maanden en jaren.
Uit de eerste berichtgeving van de onderzoeken die gebeurden naar aanleiding van de omgevallen palen, bleek dat het euvel te wijten zou zijn aan een agressieve corrosie van metalen palen van het type ossenkoppen. Het zou gaan over een duizendtal palen. U hebt onmiddellijk de opdracht gegeven om deze allemaal te inspecteren. Indien zij met hetzelfde euvel behept waren, moesten ze worden weggenomen.
We mogen van geluk spreken dat er afgelopen weekend geen ergere incidenten zijn gebeurd op de E19.
CD&V pleit voor een veilige weginfrastructuur. In antwoord op een aantal opmerkingen van de heer Reekmans, wil ik erop wijzen dat CD&V sinds 2004 systematisch elk jaar de budgetten voor het structureel onderhoud van de wegen heeft opgetrokken. Op dit ogenblik zitten we op een heel redelijk niveau, een hoog niveau sinds een tiental jaren, om dat onderhoud te kunnen garanderen. Naast dat onderhoud van de wegen moet ook het onderhoud van de randinfrastructuur en van de omgevingsinfrastructuur worden in acht genomen.
Mevrouw Smaers, ik begrijp dat u hier uw partijgenoot en minister moet verdedigen maar ik begrijp niet hoe u hier kunt zeggen dat het onderhoud van onze wegen zich op een hoog niveau zou bevinden. We hebben de voorbije weken beelden gezien waarop putten werden gevuld met koud asfalt, vooral in uw streek. De E313 geraakt maar niet hersteld. Men kreeg het dossier in een jaar tijd niet rond. Ik begrijp dan ook niet dat u durft zeggen dat het onderhoud op een hoog niveau gebeurt.
Ik wil het ook even hebben over die stoplap van het optrekken van die kredieten. Ik geloof u graag maar u draagt nu al zeven jaar verantwoordelijkheid. Mevrouw Smaers, u gedraagt u, en dat siert u, als de voorzitter van de fanclub van uw ministers. U kunt echter niet om de vaststelling heen dat de problemen nooit zo kolossaal zijn geweest. De staat van de wegen was nooit zo slecht. Wat de domeinen betreft waarvoor AWV verantwoordelijk is, is er een immens probleem. U probeert dat weg te relativeren door te zeggen dat de budgetten zijn gestegen. Dan klopt er iets niet in de besteding van die middelen aangezien de kwaliteit duidelijk te wensen overlaat.
De heer de Kort heeft het woord.
Ik vind het jammer dat sommigen in de plenaire vergadering een andere houding aannemen dan in de commissie. In de commissie was iedereen bijzonder enthousiast toen het rapport-Heleven werd voorgesteld. Zeker met de nieuwe dynamische directeur-generaal van AWV, Tom Roelants, merkt men duidelijk dat er in vergelijking met vroeger een totaal andere aanpak is. Er is ook effectief een vooruitgang in het onderhoud van de wegen.
Dan merk je dat iedereen kamerbreed enthousiast is, behalve LDD, dat, als het over fundamentele toelichtingen en interessante dossiers gaat, niet aanwezig is. Ik begrijp dat het sommige mensen ontbreekt aan een grondige dossierkennis. (Applaus bij CD&V)
Ik vind het jammer dat de heer Keulen zegt dat er in zeven jaar niets is gebeurd.
Dat heb ik niet gezegd.
We weten dat er een structurele achterstand is van dertig jaar. Nu is er een duidelijke planning om dit in de periode 2015-2020 weg te werken. Mijnheer Keulen, dat pleidooi hebt u in de commissie gesteund. Dat staat ook in de beleidsbrief van de minister. Ik snap niet dat u hier kritiek geeft.
De heer Decaluwe heeft het woord.
Ik ben ook verrast door wat de heer Keulen zegt. In de periode 1999-2004 was ik woordvoerder voor mijn partij voor Mobiliteit en Openbare Werken, dus ik ben goed geplaatst. Ondanks de vele middelen die de Vlaamse Regering toen had, was er nog nooit zo weinig geïnvesteerd in structureel onderhoud. Dat zijn de cijfers. Het is pas sinds 2004, eerst met minister Peeters en daarna met minister Crevits, dat een inhaalbeweging wordt gedaan. De cijfers zijn vandaag nog nooit zo hoog geweest ten opzichte van de referentieperiode, toen u, mijnheer Keulen, met uw partij daar weinig of niets aan hebt gedaan. Dat is de harde realiteit.
Mijnheer Roegiers, u moet de cijfers jaar per jaar met elkaar vergelijken. Dan ziet u waar de opwaartse knik zit, en dat in budgettair moeilijke omstandigheden. (Applaus bij CD&V)
De heer Penris heeft het woord.
Ik begrijp de bekommernis van de meerderheid om dit pijnlijke incident een beetje te dedramatiseren. Budgetten en rapporten zijn geduldig. De heer Keulen weet dat heel goed. Toen hij minister van Wonen was, waren zijn budgetten spectaculair te noemen, maar er staan nog altijd 70.000 mensen op de sociale woonwachtlijsten. De budgetten van minister Crevits zijn ook mooi en spectaculair.
Natuurlijk zullen de meerderheid en een deel van de oppositie het er niet moeilijk mee hebben als uw budgetten toenemen, minister. Maar al die mooie budgetten en rapporten kunnen niet verhinderen dat als er twee palen naar beneden komen, heel Vlaanderen wakker wordt. Het zijn misschien maar twee palen, maar dat is de harde realiteit. Het is een realiteit die veel confronterender is dan mooie cijfers en mooie woorden in rapporten.
Mevrouw Van den Eynde heeft het woord.
Tijdens de vorige legislatuur was er een socialistisch mobiliteitsbeleid. Daar zit een groot knooppunt. Minister, u hebt Openbare Werken onder uw bevoegdheid gekregen en er is nog steeds een kloof tussen Mobiliteit en Openbare Werken. Er zijn honderden miljoenen euros besteed aan openbaar vervoer maar niet aan infrastructuur. Minister, u moet eerlijk durven toe te geven dat de infrastructuur stiefmoederlijk is behandeld tijdens de vorige legislatuur onder het socialistische beleid.
Minister, u hebt nu de touwtjes van Mobiliteit en Openbare Werken in handen. We steunen u als u vooruitgang wilt boeken en een inhaalbeweging wilt maken, maar dat moet daadwerkelijk te zien zijn op het terrein. Ik hoop dat u daar de komende maanden iets van zult laten zien.
De heer Roegiers heeft het woord.
Het debat gaat in de richting van het stokje doorgeven, en wie het stokje het laatst vastheeft, zal het gelag betalen. Dat spelletje werd vroeger op school gespeeld. Nochtans heeft de heer van Rouveroij gezegd dat we met zn allen verantwoordelijk zijn. Er zijn ministers van Openbare Werken geweest van alle partijen, uitgezonderd van de liberalen, maar die zaten het grootste deel van de tijd mee in de regering en zodoende dragen ze evenveel verantwoordelijkheid. De vraag is niet waar het in het verleden is fout gelopen. Laat ons vooral de vraag stellen hoe we in de toekomst kunnen vermijden dat zulke zaken nog gebeuren. Laat ons het debat daarop enten, en niet op het stokje doorgeven, en op de laatste die het gelag betaalt. (Applaus bij de meerderheid)
Ik begrijp dat iedereen het erover eens is dat we vooruit moeten kijken, en ook dat er blijvend moet worden ingezet op dat onderhoud van die infrastructuur. Dan gaat het zowel over de wegen als over de omgevingsinfrastructuur, zoals verlichtingspalen, verkeersborden, vangrails en dergelijke. Voor ons is de eerste prioriteit te weten wat de exacte oorzaak is van het omvallen van die palen. Pas als we die oorzaak kennen, kunnen we de juiste maatregelen nemen. Alle palen waar hetzelfde probleem wordt geconstateerd, moeten zo snel mogelijk worden verwijderd.
Palen moeten worden vervangen waar dat nodig is, in functie van de verkeersveiligheid. Ik verwijs in dat verband naar wat mevrouw Jans daarnet heeft gezegd: het is niet nodig die palen overal te vervangen, maar dat moet wel gebeuren op cruciale punten, zoals op- en afrittencomplexen. Het is immers ons beleid om steeds minder verlichtingpalen te plaatsen. Ook moeten de materiaalvereisten voor verlichtingspalen en palen van weginfrastructuur worden bekeken. Kunnen we daar ook lessen uit trekken voor de toekomst?
Ook moeten we stilstaan bij de inspectie die gebeurt. Het zijn inderdaad derden die deze inspectie doen, via onderhoudscontracten. Is die afdoende? Zijn er gebreken? Het is cruciaal dat we ook dit nagaan. Is die inspectie niet afdoende, dan moeten we onze conclusies trekken en die contracten bijspijkeren.
We hebben vorige week de nieuwe beheersovereenkomst van het Agentschap Wegen en Verkeer besproken. Die besprekingen lopen nog. We kunnen die overeenkomst nog altijd aanpassen en suggesties voor wijzigingen doen. Mijn fractie stelt alleszins voor daarin op te nemen, bij de doelstelling van het onderhoud van de infrastructuur, dat ook de omgevingsinfrastructuur daar deel van zou moeten uitmaken. Het zou dus niet alleen gaan over de loutere weginfrastructuur, maar over alle omgevingsinfrastructuur: verlichtingspalen, verkeerspalen, vangrails en dergelijke meer. Naar het voorbeeld van het rapport-Helleven zouden we om de twee à drie jaar een rapportage moeten krijgen van de inspectie van die omgevingsinfrastructuur.
Nog een suggestie van mijn fractie is dat we moeten bekijken of er geen ander materiaal voorhanden is voor die palen. We hebben dat al meermaals aangehaald in de commissie. Dan denk ik aan het voorstel van de kreukelpalen. Ik geloof dat er in de commissie een grote consensus bestond om die kreukelpalen meer te gebruiken in de toekomst. Dat zou hierbij ook mee in overweging kunnen worden genomen.
Minister, hebt u al een zicht op de resultaten van het door u gelaste onderzoek naar de oorzaak van het omvallen van die palen? Welke maatregelen zult u nemen om die problemen in de toekomst te vermijden? (Applaus bij CD&V)
Mevrouw Smaers, u gooit alles op één hoopje. Destijds heb ik in de commissie een vraag gesteld over die kreukelpalen. U weet toch dat kreukelpalen geen oplossing kunnen bieden voor dit probleem. Kreukelpalen kunnen immers slechts een bepaalde hoogte hebben, en dat is te laag voor autosnelwegen. Ik begrijp dus niet hoe u het probleem van de verlichtingspalen op de autosnelwegen gaat oplossen met kreukelpalen, die die hoogte niet aankunnen.
We hebben altijd de mond vol van innovatie. Nu we het onderwerp toch aansnijden, ik vind het nog altijd schandalig dat een Vlaams bedrijf massaal kreukelpalen levert in Groot-Brittannië. We exporteren meer kreukelpalen dan we in eigen land gebruiken, ook al kunnen ze niet worden gebruikt langs de autosnelwegen. Die kreukelpalen zijn veel veiliger bij ongelukken. Minister, we hebben die vraag een jaar geleden gesteld, maar er zijn nog niet veel kreukelpalen bijkomend aangekocht. Maar nogmaals, mevrouw Smaers, eigenlijk had dit niets te maken met de palen die nu omvallen, want we kunnen ze daar niet mee vervangen.
Mijnheer Reekmans, het gaat hier over alle omgevingsinfrastructuur. Ik heb me niet beperkt tot palen, net om dit debat iets ruimer te voeren. Het gaat over het bekijken van de hele omgevingsinfrastructuur van de wegen en het bepalen en inspecteren van het onderhoud daarvan. Kreukelpalen moeten kunnen worden ingezet waar dat mogelijk is. Er moet worden bekeken waar ze kunnen worden ingezet.
De heer Peeters heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, autorijden is in dit drukke verkeer al sowieso een risicovolle onderneming, maar de dag van vandaag nemen de gevaren toch hand over hand en dag na dag toe. Autobestuurders moeten niet alleen de weg in het oog houden om de schade aan hun voertuig te beperken, maar ze moeten ook met de blik omhoog rijden om te zien of er geen vallende voorwerpen op hun auto neerkomen. Het is een realiteit als men weet wat er op de E19 is gebeurd. (Opmerkingen)
De heer Verfaillie heeft het woord.
Ik vind dat collega Peeters toch wat eerlijk moet zijn. Hoeveel palen staan er in Vlaanderen? Langs de gewestwegen en langs de gemeentewegen? Hoeveel staan er?
Het is hier geen quiz. Mijnheer Verfaillie, hoeveel palen zijn er te veel gevallen?
Bomen vallen toch ook in een bos.
Ik zeg dat hier met opzet omdat als we op dat niveau gaan discussiëren... Er zijn twee palen gevallen, en nu zegt men dat de Vlaming bang moet zijn om nog buiten te komen omdat de verlichtingspalen op zijn hoofd kunnen vallen. Dan zeg ik dat je ook niet in het bos moet gaan wandelen, want daar kunnen de bomen ook omvallen.
Mijnheer Peeters, ik heb altijd een groot respect voor u gehad. Ik ben het zelfs vaak met u eens omdat u altijd zo genuanceerd en redelijk bent. Maar dit is werkelijk een entrée die mij totaal ontgoochelt en het niveau van het debat tot nul herleidt. Ik dacht dat we al laag gezakt waren met de heer Reekmans, maar nu zijn we nog lager gezakt.
Mijnheer Van Rompuy, uw uitspraken zijn voor uzelf. Maar zeggen dat het amper over twee paaltjes gaat, vind ik zelfs laag. U weet toch dat er iemand dood had kunnen zijn? Iemand had kunnen verongelukken door een paal die plots midden op de weg viel. Als dat voor uw partij niet belangrijk is... (Opmerkingen)
Houd u toch eens rustig. Mag ik even? Als uw minister dezelfde dag opdracht geeft om 500 palen van hetzelfde type te laten controleren, dan weet je dat er iets stinkt. Als u hier komt zeggen dat het amper over twee paaltjes gaat, dan verlaagt u, en niet collega Peeters, het debat.
Mijnheer Reekmans, ik waardeer ten zeerste dat u tegen de heer Verfaillie zegt dat hij zich rustig moet houden. Ik vind het goed dat u uw eigen dingen op anderen projecteert.
Mijnheer Van Rompuy, deze palen zijn onze verantwoordelijkheid. Wat ermee fout loopt, is onze verantwoordelijkheid. Het is infrastructuur die door ons is aangebracht en die door ons moet worden onderhouden, en dat is niet gebeurd. Ik maak er geen bagatel van. Ik ga zo meteen de klemtoon wel een beetje verleggen, maar dit is toch wel een Vlaams probleem dat we in de commissie Mobiliteit al herhaaldelijk hebben aangekaart, gaande van wegonderhoud tot de randinfrastructuur, en waarbij we constant in gebreke blijven. Het is een zorg voor dit parlement en een zorg voor de Vlaamse Gemeenschap. Er zijn gevaren aan verbonden, met verantwoordelijkheid.
Het is de tweede winter op rij dat we hebben moeten vaststellen dat we putjes moeten vullen en dat we klein herstel moeten toepassen. De temperatuur stijgt en de wind wakkert aan en nu beginnen de opstaande elementen ook omver te vallen. Het gaat blijkbaar van kwaad naar erger. Er zijn serieuze verantwoordelijkheden, want mensenlevens kunnen in gevaar worden gebracht.
Maar waar gaat het ten gronde om? Het slechte wegonderhoud van de laatste jaren staat in schril contrast tot het enorme pakket missing links dat deze Vlaamse Regering wil realiseren. Er zijn dus nog meer missing links in Vlaanderen dat nu al het dichtste wegennet van Europa heeft, mogelijk van de wereld. Het is en blijft een ambitie van deze regering.
Vanochtend nog in de commissie Ruimtelijke Ordening, bij de bespreking van de herziening van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, kwamen er zo maar even tien missing links bij. Die missing links kosten geld en betekenen zware investeringen, die buiten de begroting gerealiseerd zullen moeten worden met pps-constructies en DBFM-contracten. Maar we weten nu al dat de jaarlijkse terbeschikkingstellingsvergoeding in de begrotingen zal terugkomen. De Inspectie van Financiën heeft er ons vorige week nog op gewezen dat we voor de Brabo-projecten jaarlijks 5 miljoen euro zullen moeten betalen voor de terbeschikkingstellingsvergoeding. De Inspectie van Financiën heeft als eerste gezegd dat dat onze begroting zal bezwaren.
Aan de andere kant zitten we met een aantal projecten die zo omvangrijk zijn dat we ze tot vijftig jaar lang zullen moeten meenemen in de begroting. Ik stel alleen maar vast dat we die verantwoordelijkheden wel op onze nek halen en dat we er voor elementair onderhoud niet in slagen om dat jaarlijks in de begroting te zetten en er wanneer nodig extra in te investeren.
Minister, gaan we bij de begrotingscontrole extra middelen uittrekken in de begroting 2011 om in het elementaire onderhoud van onze wegeninfrastructuur te kunnen voorzien?
Ik wil even verwijzen naar wat de heer Roegiers heeft gezegd: we moeten inderdaad de stok niet doorgeven en dan stellen dat de schuld bij de laatste zit. Groen! doet hier alsof het echt een probleem is van deze regering en alsof deze regering dit probleem heeft geschapen. Dat is een beetje uw basishouding, mijnheer Peeters. U verwijst naar pps-constructies. (Opmerkingen van mevrouw Mieke Vogels)
Het is met Groen! in de regering dat de eerste grote pps-constructie, de BAM, gestart is. Dat is maar een klein detail, mevrouw Vogels.
Het is de CD&V-fractie geweest die het rapport-Heleven voor het eerst in het parlementaire debat heeft gegooid, toen minister Stevaert minister van Openbare Werken was. Wij hebben toen jaar na jaar amendementen ingediend om het structurele onderhoud en het onderhoud van de wegen op te voeren. We zijn daar destijds mee uitgelachen. Alles moest naar openbaar vervoer gaan en niets naar infrastructuur. De oorzaak dateert dus van jaren geleden. U bent kort van geheugen, mevrouw Vogels. Groen! heeft ook lang in die regering gezeten. U had toen misschien ook een aantal zaken kunnen steunen. Dat is niet gebeurd.
De eerste grote pps-constructie van openbare werken, waar de heer Peeters zich nu tegen afzet, is gestart met Groen! in de regering. U weet dat toch nog? U hebt toen zelfs nog gedanst, mevrouw Vogels.
Mijnheer Decaluwe, u doet ons altijd ongelooflijk veel eer aan. Wat wij allemaal gerealiseerd hebben in die vijf jaar dat wij in de regering hebben gezeten! Weet u, uw coalitiepartner, de socialisten, zaten toen ook in de regering. De heer Stevaert was verantwoordelijk voor Openbare Werken. Hij heeft terecht veel geïnvesteerd in openbaar vervoer, maar tot nader order is hij geen groene. Er zaten trouwens ook liberalen bij ons. De grote voorstanders van de pps-constructies waren niet de groenen, maar de liberalen.
Dus voor u nog eens dat schuifje opentrekt van wie wanneer in de regering zat, mijnheer Decaluwe: u hebt in alle Vlaamse regeringen gezeten sinds Openbare Werken een Vlaamse bevoegdheid is. Uw verantwoordelijkheid is dus stukken groter dan de onze.
Dat klopt allemaal. Iedereen heeft zijn verantwoordelijk. Ik zal dat schuifje blijven opentrekken. Als Groen! denkt telkens met het vingertje te moeten wijzen, dan zal dat altijd hetzelfde schuifje zijn, inderdaad. (Opmerkingen van mevrouw Mieke Vogels)
De heer Decaluwe heeft, zoals we van hem gewoon zijn, weer niet goed geluisterd. Hij zegt: collega Roegiers heeft gelijk dat het niet gaat over zwartepieten uitdelen. Eigenlijk doet hij altijd hetzelfde. Hij zegt dat collega Roegiers gelijk heeft maar hij probeert het altijd weg te schuiven van CD&V als het kan naar Groen!. Ik beantwoord geen schuldvragen. De heer Peeters heeft gezegd dat we moeilijkheden hebben om het onderhoud van de wegen op een optimaal niveau te realiseren. Ondertussen zijn er grootse plannen om nieuwe missing links aan te leggen. De vraag is: kunnen we ons blijven permitteren om nog nieuwe wegen aan te leggen, wetende dat we de bestaande wegen niet kunnen onderhouden? Beantwoordt u die vraag maar eens.
Mijnheer Watteeuw, u hebt gezegd dat ik een viswijf ben, et cetera et cetera. Ik weet dat allemaal, maar ik luister ten minste. Je kunt niet alle middelen op één ding zetten want dan staat alles stil. Men werkt nu gradueel en tezelfdertijd complementair. Er moeten inderdaad nieuwe wegen en missing links komen. Ik weet dat Groen! daartegen is, dat is uw oprechte mening. Voor ons is het een en-enverhaal. Wij zijn geen groene fundamentalisten, zeker niet. Ik hoop dat ik dat nooit word.
Mijnheer Decaluwe, ik wil toch zeggen dat u niet goed hebt geluisterd. U was gepikeerd door het woord pps. Ik heb het duidelijk gehad over het feit dat we weer 10 missing links in ons structuurplan steken. We brengen het aantal op 37. Dat zijn grote investeringsprojecten, terwijl we moeten vaststellen dat onze basisinfrastructuur achterwege blijft en van alle goed onderhoud verstoken blijft. Men zou beter prioriteiten kiezen en goed onderhouden wat men heeft alvorens aan grote nieuwe projecten te beginnen. (Applaus bij Groen!)
De heer Penris heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, vanmorgen vroegen mijn kinderen: Voke, wat ga je doen vandaag? Ik heb gezegd dat ik eerst naar het pensioenfonds zou gaan om mijn pensioen veilig te stellen. Neen, ik heb gezegd dat ik zou proberen een vraag te stellen over inwendig gecorrodeerde verlichtingspalen. Inwendig gecorrodeerde verlichtingspalen, wat is dat? Ik heb gezegd: dat is zoiets als het oude federale België, dat rot vanbinnen en dat valt vanzelf om. (Gelach. Opmerkingen)
Mijn kinderen gaan nu hun rijbewijs proberen te rateren.
Ik heb gezegd dat het niet alleen zou gaan over inwendig gecorrodeerde verlichtingspalen, maar ook over ossenkoppen. Is dat een nieuwe Vlaamse film, voke? Neen, dat is een verlichtingspaaltype dat langs de E19, de E40 en de E314 staat en dat het vandaag moeilijk heeft. Die ossenkoppen hebben de eigenschap dat ze bovenaan bekleed worden met een piramidale topstructuur, bestaande uit een soort rubber. Maar die piramidale rubberen topstructuur heeft het nadeel dat hij bij hevige wind wel eens durft weg te waaien waardoor het hemelwater in die ossenkoppen binnendringt en vanuit de kop tot in de voet belandt. Daar geraakt dat hemelwater niet meer weg, minister. Ik heb me laten vertellen, en dat zeggen ook uw diensten, dat er in de voet van de ossenkoppen spuigaten zijn gemaakt om dat water te laten weglopen. Soms raken die spuigaten verstropt waardoor dat hemelwater zich opstapelt en er corrosie of roest ontstaat.
Men kan roestvrije constructies gebruiken. In de scheepvaart weet men hoe men daarmee moet omgaan. Schepen roesten minder snel dan verlichtingspalen. Het zou misschien een idee zijn om de verlichtingspalen roestvrij te maken of minstens een roestvrije behandeling te geven. Maar goed, dat is niet gebeurd.
Dat heeft dramatische gevolgen gehad. Er zijn twee palen vanzelf omgevallen. Twee palen te veel, mijnheer Verfaillie. Het had erger kunnen zijn. Er is gelukkig niets ernstigs gebeurd, maar de administratie geeft toe dat er minstens 1000 palen zijn die voor een gelijkaardige val in aanmerking kunnen komen, want ze zijn van het ossenkoptype. Nu wordt nagekeken hoe ver de corrosie is.
En, minister, de automobilisten stellen zich bij dat alles wel wat vragen. Ze betalen wegentaks. Ze betalen veel wegentaks, en in het nieuwe systeem dat u wilt invoeren, mogen ze misschien nog meer wegentaks betalen. Ze verwachten dus tegen de betaling van die wegentaks een tegenprestatie van de overheid, namelijk dat de wegeninfrastructuur waarvan ze gebruikmaken, perfect in orde is. Trouwens, een automobilist moet regelmatig naar de autokeuring. Hij moet er ook voor zorgen dat de wagen die hij gebruikt in orde is. Als die niet in orde is, dan kan het voertuig worden afgekeurd en moet de automobilist een nieuwe wagen kopen. Er is dus een wanverhouding tussen de prestaties van onze overheid enerzijds en die van de automobilist anderzijds.
De meeste collegas hebben de problemen al aangehaald. Ze hebben u verzocht er het nodige aan te doen. Minister, ik heb nog een bijkomende vraag. Het gaat jammer genoeg niet alleen over de gecorrodeerde verlichtingspalen langs onze autosnelwegen. Er is ook een probleem op het onderliggend wegennet, dat door onze gewesten wordt beheerd. Ik ben deze morgen nog eens gaan kijken op de N130, de verbindingsweg tussen mijn eigen gemeente Merksem en Deurne. Daar ligt die fameuze Brug van den Azijn, waar minstens vier door u beheerde verlichtingspalen na de laatste storm zijn beginnen scheef staan. Ik heb kunnen vaststellen dat dat komt omdat ze lichtjes gecorrodeerd zijn. Dat zijn er vier palen bij. Als iedereen in zijn eigen gewest, zijn eigen gemeente, zijn eigen stad eens kijkt naar de weginfrastructuur die door u wordt beheerd, dan vermoed ik dat ze ook gecorrodeerde verlichtingspalen kunnen opsommen.
Minister, ik hoop dat uw inspanningen niet beperkt blijven tot onze autosnelwegen, maar worden uitgebreid tot het hele Vlaamse wegennet, al was het maar omdat de Vlaamse automobilist dat verdient. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Roegiers heeft het woord.
Collegas, minister, voorzitter, het zijn variaties op eenzelfde thema: kwaliteit van de wegen, kwaliteit van de bruggen, kwaliteit van de wegsignalisatie, en nu gaat het om de kwaliteit van de verlichtingspalen. Telkens gaat het hoofdzakelijk om werken die worden uitgevoerd door privéaannemers en waarbij blijkt dat er achteraf problemen zijn. We debatteren hier heel vaak en terecht over het efficiënt gebruik van de publieke middelen. Dat is goed, en we moeten dat a fortiori ook doen voor de opdrachten die worden uitbesteed.
Maar, minister, nu hebt u dit weekend, heel terecht overigens, de opdracht gegeven om tegen morgenmiddag duizend verlichtingspalen te controleren. Dat is een begrijpelijke reactie, die ik ook volledig steun. Op die manier betaalt de belastingbetaler echter uiteraard twee keer het gelag: één keer omdat verondersteld wordt dat een privéaannemer om de vier maanden alle palen controleert en één keer omdat nu op vier dagen tijd duizend palen door het eigen agentschap worden gecontroleerd.
Collegas, begrijp me niet verkeerd. Ik houd hier geen pleidooi om alle openbare of onderhoudswerken in eigen beheer te houden. Dat is niet haalbaar en ook niet wenselijk. Maar spontaan komt er een toch wel belangrijke vraag naar boven. Ofwel, minister, heeft de aannemer gedaan wat hij moest doen, en dan zijn de contracten niet in orde. Dan vragen we u om die contracten dringend aan te passen. Ofwel heeft de aannemer zijn werk niet of onvoldoende gedaan, en dan vragen we u nadrukkelijk welke stappen u zult zetten om de aannemer aansprakelijk te stellen en de verloren uitgaven te recupereren.
Tot slot, en om het debat open te trekken, vraag ik u welke maatregelen u wenst te nemen om er zeker van te zijn dat openbare werken en openbaar onderhoud in de toekomst op een correcte manier worden uitgevoerd. (Applaus bij de meerderheid)
Minister Crevits heeft het woord.
Voorzitter, collegas, toen ik vorige vrijdag verwittigd werd dat er op de E19 twee verlichtingspalen op de snelweg waren gevallen, kon ik dat eigenlijk niet geloven. Ik deel de zorg die veel parlementsleden hebben geuit. Het omvallen van verlichtingspalen, zij het op gewestwegen, zij het op snelwegen, mag niet gebeuren. Daarom hebben we in het weekend onmiddellijk beslist van drastisch in te grijpen.
Als zoiets gebeurt, moeten er twee problemen worden opgelost: hoe is dat kunnen gebeuren en wie is ervoor verantwoordelijk? Het eerste, het allerbelangrijkste, is volgens mij de verkeersveiligheid garanderen. De ingenieurs van de administratie hebben onmiddellijk, vrijdagnacht, een controle gedaan en de probleemzone afgebakend.
Diverse collegas hebben een plastische beschrijving gegeven van het type paal dat vandaag in de problemen zit. Ik kom daar straks op terug. Het gaat inderdaad om de eerste generatie metalen palen die in Vlaanderen geplaatst zijn. Ze staan voornamelijk op de snelwegen omdat ze zeer hoog zijn. Op een gewestweg is dat niet nodig. Het is dus het eerste type metalen palen.
Langs de E19 zijn intussen niet één of twee, maar verschillende palen preventief weggehaald. We hebben gelukkig een inventaris kunnen opmaken. Het zijn er geen duizend, maar een dikke tweeduizend. De eerste berekening klopte niet helemaal. De bewuste palen hadden vroeger in twee richtingen een ossenkop. Er zijn er een aantal afgezaagd omdat ze nog slechts aan één kant worden gebruikt. Vandaar de discussie over het juiste aantal.
De tweede probleempalen zijn die op bruggen langs de snelwegen. We kunnen zon paal op een brug niet in de grond steken, anders zitten we door de brug heen. Die worden vastgemaakt op een afdekplaat en op de grond geplaatst in plaats van erin. Langs de E19 werd een probleem gedetecteerd met zon paal op een brug. Dat zijn twee probleemzones met in totaal 2500 verlichtingspalen.
Die palen zijn absoluut niet allemaal aangetast. Voor ons was het belangrijk om al in het weekend de probleemzone af te bakenen en een versnelde controle te doen. Morgenavond is die controle in principe afgerond. Daar zijn interessante resultaten uitgekomen. Ik heb mij vanmiddag laten informeren over de stand van zaken. In Limburg ligt er 37 kilometer snelweg met ossenkoppalen, in Vlaams-Brabant 10 kilometer langs de E19, in Antwerpen 30 kilometer vooral langs de E19 en in Oost-Vlaanderen 6 kilometer. West-Vlaanderen heeft er geen. De resultaten wijzen uit dat de probleemzone zich momenteel enkel langs de E19 bevindt. In Limburg is nu ongeveer de helft gecontroleerd. Daaruit blijkt dat de palen in goede conditie zijn.
Stellen dat een ossenkoppaal die 35 jaar oud is, sowieso gecorrodeerd is aan de binnenkant en dus vervangen moet worden, lijkt op dit ogenblik niet te kloppen. Ik maak voorbehoud want we moeten de definitieve resultaten nog krijgen, maar op dit ogenblik is er slechts één probleemzone in Vlaanderen: de E19 tussen Brussel en Antwerpen.
Er werden heel terechte vragen gesteld over de oorzaak. Het is niet zo dat er niet wordt gecontroleerd. In elke provincie loopt een onderhoudscontract op de verlichting. Bovendien geldt dat contract niet enkel voor de autosnelwegen, maar voor alle verlichtingspalen op het gewestwegennet. Er is een contract voor West-Vlaanderen, een contract voor Oost-Vlaanderen, een contract voor Limburg, een contract voor Vlaams-Brabant en een contract voor Antwerpen.
Ik geef u wat meer uitleg over de inhoud van de contracten. Ze focussen op het onderhoud van een verlichtingspaal. Zon paal moet licht geven en het onderhoud ervan is volledig gericht op de controle van de verlichting. Als van een paal de verlichting niet werkt, dan moet er een visuele controle gebeuren een uitwendige controle durf ik dat niet te noemen, het is een visuele controle. Om de vier maanden worden de cycluslichten gecontroleerd: ongeveer per 2 kilometer worden alle kapotte lampen gedetecteerd en die palen worden individueel bekeken. De lampen die gebruikt worden op de autosnelwegen, hebben een gemiddelde levensduur van drie jaar. Dat wil zeggen dat om de drie jaar elke verlichtingspaal in principe gecontroleerd moet zijn.
Het is natuurlijk belangrijk om de oorzaak van de corrosie te kennen. De heer Penris vroeg zich af of inwendige corrosie aan de buitenkant kan worden gezien. Het staat vast dat die van de buitenkant moeilijk zichtbaar is, maar ik durf te betwijfelen dat die niet zichtbaar is. Dat wordt ook betwijfeld in het inspectieverslag dat ik deze middag heb gekregen, maar dat zegt dat het niet onmogelijk is. Op de snelwegen is er een bijkomende omstandigheid, want door de administratie werd opgelegd dat de controles s nachts moeten gebeuren. Bij dag is er immers heel veel verkeer en s nachts is het efficiënter om te onderzoeken of de lichten werken, maar de visuele controle wordt daardoor natuurlijk iets moeilijker.
Een bijzondere omstandigheid langs de E19 is dat de cyclus vorige maand gecontroleerd werd. Wellicht werden een aantal lampen vervangen, maar uit het verslag blijkt niet dat er problemen waren aan een van de verlichtingspalen. U denkt misschien dat dergelijke verslagen nooit worden opgemaakt, maar dat klopt niet, want de voorbije maanden kregen we ettelijke meldingen van problemen aan palen, van corrosievorming. De administratie reageert op dergelijke verslagen door het geven van de opdracht om de palen te herstellen. Dat is niet gebeurd voor de zone E19 en het is heel belangrijk dat we onderzoeken waarom er geen melding van de problemen werd gemaakt.
Ik vertelde al dat elke paal ongeveer om de drie jaar wordt gecontroleerd, als de lamp stuk is. Het kan dat de lampen die werden vervangen, geen betrekking hadden op de palen in kwestie. Nu moet worden bekeken of die palen gedurende twee jaar niet werden gecontroleerd. In de pers heb ik gelezen dat volgens een ingenieur een dergelijke inwendige corrosie op acht maanden tijd kan ontstaan en een paal volledig kan doorroesten. Dat verbaast me eigenlijk, want volgens de theoretische regels duurt dit een aantal jaren. Intuïtief stel ik dat het eigenlijk visueel gezien had moeten worden.
We hebben nu de opdracht gegeven aan onze ingenieur om de zaak in concreto te bekijken. Het is immers perfect mogelijk om te zien hoe snel de corrosie is ontstaan. Als inderdaad blijkt dat het om een proces gaat dat al een paar jaar aan de gang was, is er sowieso een probleem op het niveau van de aannemer. Dit wordt onderzocht.
Dan kom ik, collegas, aan de knelpunten. Is hier sprake van een aansprakelijkheid van de aannemer? Misschien wel. We moeten de definitieve controle afwachten.
Dat het hier gaat over interne corrosie die moeilijk zichtbaar is, is zeker. Dat het hier gaat over een probleem dat niet wordt vastgesteld op die 2000 palen in Vlaanderen, maar dat het wellicht een beperkte zone zal zijn, is hoogstwaarschijnlijk ook het geval.
Toch wil ik met u een aantal knelpunten overlopen die hier werden aangehaald. We hebben in Vlaanderen ongeveer 90.000 palen staan die eigendom zijn van het gewest of snelwegpaal zijn. De lokale palen laat ik dus buiten beschouwing. De bestekken en contracten zoals ze vandaag in de verschillende provincies zijn opgemaakt, laten niet toe om een fiche te hebben per paal. Dat klinkt misschien een beetje raar, maar u weet dat in het rapport-Heleven de toestand van de weg wordt opgemeten per meter. Per lopende meter zie je dus wat er waar gebeurt.
Voor de verlichtingspalen is het niet mogelijk, omdat het bestek enkel een meldingsplicht voorschrijft als er een defect wordt opgemerkt. Ik denk dat de eerste stap er zeker in bestaat om in de komende maanden een systeem op te zetten of het bestek aan te passen of aan te vullen, zodat we een permanente controle op onze oudere palen kunnen doen. Daarmee bedoel ik dat je per paal een fiche krijgt met een overzicht van de gedane ingrepen. Als er iets gebeurt, heb je zo ten minste de zekerheid dat er minstens een controle geweest is. Want vandaag krijgen we enkel meldingen per cyclus, dus niet per individuele paal. Je kunt dus niet per paal gaan bekijken of daar ooit een grondige controle is gebeurd. Dat is iets wat we moeten oplossen.
Verder heb ik hier niet alleen over de wegen veel vragen gehoord, maar ook over de flankerende infrastructuur: bruggen, vangrails, verkeerslichten, enzovoort. Zeker wat de bruggen betreft, wordt dit opgevolgd. Er zijn daar verslagen over, dat wordt vier keer per jaar gemonitord. Ik heb er geen probleem mee dat dit tweejaarlijks, in de vorm van een verslag, aan het parlement wordt overgemaakt. Het is misschien wat pijnlijk, want ik voel mij vaak de schietschijf. Maar het voordeel is dat we zon verslag en sommigen zeggen dan misschien dat papier gewillig is jaar na jaar kunnen gebruiken om onze investeringen op te enten. Zo investeren wij bijvoorbeeld volgens de resultaten die in het rapport-Heleven staan. Het lijkt mij evident dat we, wat de flankerende infrastructuur betreft, een gelijkaardig systeem zouden kunnen volgen. Ik heb er geen probleem mee een dergelijk verslag ter beschikking te stellen of die resultaten in een mooi document te stoppen.
Dan is er nog het probleem van het geld. Er is hier een hele discussie geweest over wanneer en hoeveel geld er voorzien was en wie de oorzaak was. De noden aan ons Vlaams infrastructuurnetwerk zijn fenomenaal groot. Het probleem dat zich vandaag voordoet, is niet alleen een kwestie van middelen die we te kort zouden hebben, maar het is ook een kwestie van organisatie. Het is een kwestie ervoor te zorgen, wanneer je patrimonium een zekere leeftijd bereikt, een efficiënte en assertieve controle te doen.
Sinds één jaar, collegas, is er een vrouwelijke ingenieur die de bevoegdheid heeft om die systemen op te zetten en op te volgen. Vroeger was het zo en de mensen die al lang in het parlement zitten, weten dat wellicht dat elk district zijn eigen contract had, zijn eigen manier van opvolgen. Dat werd dus her en der opgevolgd. We hebben dat nu gecentraliseerd. We hebben één iemand die de bestekken maakt, ze opvolgt, de stroomlijning doet en die dus ook de investeringsprogrammas wat dat betreft zal opvolgen.
Er is mij hier ook gevraagd of ik een programma heb, of ik weet waarmee ik bezig ben. Want men ziet doortochten vernieuwd worden en palen vervangen worden. Ik zeg daar ja op. Er is sinds twee jaar ook een plan opgemaakt om onze oudste verlichtingspalen te vernieuwen. De betonnen zijn er het slechts aan toe en worden straks ook vernieuwd. Er wordt op een aantal zones ook gebruik gemaakt van nieuwe types palen. Mevrouw Smaers had een voorstel voor kreukelpalen. Die worden straks ook geplaatst in een aantal zones, maar men kan dat niet overal doen. Wat dat betreft, zijn er ook een aantal beslissingen genomen.
Ten slotte, collegas, denk ik dat het een onterechte vergelijking is om te zeggen dat ik nu geld moet wegpakken van de haltepalen bij De Lijn of dat ik niet meer mag investeren in nieuwe wegeninfrastructuur. Ik denk dat we accuraat de toestand van ons wegennet en toebehoren moeten opvolgen, jaar na jaar. We moeten de middelen prioritair inzetten in die zones en op die zaken waar het nodig is. Dat betekent dat het omvallen van verlichtingspalen kost wat kost moet worden vermeden. Ik kan daar helemaal niet mee lachen laat dat duidelijk zijn omdat de verkeersveiligheid daarmee in het gedrang komt.
De oorzaak van het probleem zou wel eens iets genuanceerder kunnen zijn dan alleen maar het feit dat we er niet naar hebben omgekeken en dat we er niet in hebben geïnvesteerd. Als zou blijken dat één zone is aangetast met een gebrek en dat andere zones dat gebrek niet hebben, blijft uiteraard de vraag naar de aansprakelijkheid: dat moest toch zijn opgemerkt voordat de paal viel? Maar dan zit je wel in een ander debat. Dan gaat het er niet meer over dat we onze infrastructuur verwaarlozen. Geef mij dus de tijd, het zal nog ongeveer een week duren, om wat dat betreft de oorzaken te kunnen detecteren.
Collegas, ik ben bijzonder tevreden dat ik over alle banken heen heb gehoord dat ik voldoende moet investeren. De investeringsmiddelen zijn de voorbije jaren aanzienlijk toegenomen, maar ik besef absoluut dat het zeer aangenaam zou zijn indien ze nog een beetje zouden stijgen. Ik heb hier een half jaar geleden kritiek gekregen toen ik aankondigde, vooraleer een begroting of een budgetcontrole rond was, dat er meer middelen zouden komen. Ik zal mij in de komende weken op een zorgzame manier wijden aan de komende budgetcontrole. We zullen zien of en op welke manier er eventueel extra middelen kunnen worden vrijgemaakt.
Mij interesseert vooral het opzetten van het systeem. Meerdere collegas wezen erop: zo kunnen wij vermijden dat we te laat, dus als de paal gevallen is, een probleem onderkennen. Daar is de komende maanden organisatorisch nog wat werk aan de winkel. (Applaus bij de meerderheid)
Minister, mij is een en ander heel wat duidelijker. Ik heb nog twee vragen.
Op een bepaald ogenblik versprak u zich even, maar u corrigeerde zich onmiddellijk. U zei uitwendige, maar u vroeg zich meteen af of dat wel juist geformuleerd was. U hebt het dan accurater verwoord door te zeggen: visuele controle. Maar als u dat zegt, moet ik dan begrijpen dat die visuele controle er ook in bestaat dat de aannemer contractueel verplicht is om het inspectieluik waarover elke paal beschikt te openen? Als het zou gaan om een uitwendige controle, zou dat contract onvolmaakt zijn, want dan moet de aannemer dat luikje niet openen. Maar u corrigeerde zichzelf expliciet door te zeggen dat het een visuele controle is. Kan dat ook het openen van het inspectieluik omvatten? Komen we dan niet terecht op de vraag hoe het hier mogelijk is geweest dat, na het openen van het luikje, men niet heeft gezien dat de corrosie van binnenuit zodanig was dat zij de paal aantastte?
Ik begrijp dat u niet om de vier maanden alle palen controleert. Die indruk hadden wij gekregen via de pers. Dat is dus niet juist. Het is om de drie jaar, en alleen maar naar aanleiding van een defect licht. Maar als de professor zegt dat vier millimeter staal in acht maanden kan corroderen, dan moeten wij weten of dat juist is. En als het juist is, moeten wij heel snel optreden.
Minister, u bent begonnen met de mededeling dat u de berichten eerst niet kon geloven. Ik kon het eerst ook niet geloven. Ik dacht nog even dat de palen niet zijn omgevallen, maar dat ze zijn omgezaagd door vertegenwoordigers van het Belgische ancien régime die hun klassiekers kennen u weet dat in de Franse Revolutie lantaarnpalen ook voor iets anders werden gebruikt. Maar goed, indien zij die ambitie zouden hebben gehad, zouden zij alle palen in Vlaanderen hebben omgezaagd. Quod non.
Minister, ik vond u op het einde wel beluisterenswaardig toen u zei dat u de ambitie hebt om voor de 90.000 lantaarnpalen die u in uw gewest beheert een fiche te laten maken. U hebt er echter onmiddellijk aan toegevoegd dat u op zoek gaat naar de middelen, maar dat u niet kunt garanderen dat u ze zult vinden. Minister, ik vind dat u ze moet vinden. Omdat wij ervan uitgaan dat de wagens die op onze wegen rijden deugdelijk zijn, omdat wij ervan uitgaan dat de wegen die wij voor die wagens ter beschikking stellen deugdelijk zijn, omdat wij ervan uitgaan dat de palen die die wegen verlichten deugdelijk zijn.
Ik dank de minister voor haar antwoord. Ik zou hier evenwel nog twee zaken aan willen toevoegen.
Ten eerste, kan de aansprakelijkheid van de aannemer op korte termijn naar de commissie worden teruggekoppeld? Moeten we op dit vlak eerst zelf actie ondernemen?
Ten tweede, wat het onderhoud en het voorzien van geld voor onderhoud betreft, heb ik de minister altijd gesteund. Ik kijk dan ook uit naar de volgende begrotingscontrole. Volgens mij hoeft de minister geen bijkomend geld te zoeken. Door middel van verschuivingen kan ze geld van de missing links naar onderhoud verplaatsen. Dit moet haar in staat stellen op een betere manier in het onderhoud van onze wegen te voorzien.
Ik dank de minister voor het antwoord. Ik noteer dat we zo snel mogelijk meer zicht zullen krijgen op de exacte oorzaak en op de gevolgen die de minister daaraan koppelt.
Ik kondig ook een actualiteitsmotie aan namens de meerderheid.
Ook ik wil de minister voor haar antwoord bedanken. Ze heeft een duidelijk zicht verschaft op wat ze op korte termijn en structureel wil doen om de problemen op te lossen. Ik heb echter ook iets eigenaardigs vastgesteld.
Het type van de ossenkoppaal wordt in verschillende provincies, Antwerpen, Limburg, Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant, gebruikt. Uit het voorlopig verslag blijkt dat er enkel in Antwerpen een probleem is.
Ik heb bedenkingen bij de oorzaak. Ik wil daar nu nog geen uitspraken over doen. We moeten dit in elk geval grondig nakijken. Is voor het onderhoud in elke provincie een andere aannemer aangesteld?
Daarnaast is er nog het door de heer van Rouveroij aangehaalde element van de visuele controle. Ik vraag me af wat een visuele controle net inhoudt. In de persberichten staat dat ten gevolge van de verdwijning van de rubberen dichtingen de afsluiting niet goed werkt en dat er bijgevolg waarschijnlijk water is binnengesijpeld. Dit is visueel zichtbaar. Ik kan me niet voorstellen dat iemand die een controle uitvoert er niet onmiddellijk aan denkt dat de combinatie van metaal en insijpelend water tot roest aan de binnenzijde leidt.
Voor het overige steun ik de maatregelen die de minister wil nemen. Ik zou dit debat graag op een grondiger manier in de commissie Openbare Werken kunnen voortzetten.
Minister, ik wil nog twee opmerkingen maken.
Ten eerste, volgens u zou ik hebben gezegd dat u ergens geld moet weghalen. Dat klopt niet. Ik heb enkel verklaard dat ik heb vastgesteld dat er voor bepaalde zaken blijkbaar voldoende geld is. Zelfs als het enkel over een zone gaat, blijft het onderhoud van die palen noodzakelijk. Elke paal die kan vallen en waartegen een wagen kan botsen, is een paal te veel. In een beschaafd land kunnen we niet aanvaarden dat palen langs onze wegen bij de minste wind omvervallen.
Onlangs heeft De Lijn 30.000 nieuwe aluminium palen besteld om de bestaande gele haltepalen te vervangen. Op veel plaatsen zijn die haltepalen niet verroest of in slechte staat. Blijkbaar vinden bepaalde mensen binnen De Lijn het nodig stalen palen door duurzame aluminium palen te vervangen. Ze hebben hier 1.250.000 euro voor veil.
Minister, aangezien sommige palen die al 25 jaar naast onze wegen staan, gewoon omvervallen, wordt dit wel heel cynisch. Dat is het punt dat ik heb gemaakt. Wat u hiermee doet, is een andere zaak. U bent de bevoegde minister. Ik stel enkel vast dat op een plaats nutteloze uitgaven gebeuren en er op andere plaatsen nood aan geld is.
Ten tweede, de minister heeft verklaard dat ze tijd nodig heeft. Ik ben mijn betoog begonnen met de uitspraak dat we haar tijd willen geven. Ze heeft de budgetten opgetrokken. Dat mocht ook gebeuren. Ze heeft een andere vraag echter nog niet beantwoord.
In 2008 heeft de minister een van de dertien bruggen laten slopen die in slechte staat verkeerden. Dat is ondertussen drie jaar geleden. Tot het effectief gebeurde, kon ik ook niet geloven dat de verlichtingspalen langs de autosnelweg op uw hoofd kunnen vallen. Ik ben dan ook terecht bezorgd om die bruggen die momenteel op een wachtlijst staan.
Minister, wanneer zult u die bruggen afbreken? Ik wil in elk geval vermijden dat brokstukken op de autos vallen en dat de overheid dan verklaart dat ze niet op de hoogte was. Wanneer zult u, in het belang van de verkeersveiligheid van de Vlamingen, die bruggen afbreken?
Ik blijf wat op mijn honger voor wat de controle van AWV op de uitgevoerde werken betreft. Ik vind het uitstekend dat de overheid werk uitbesteedt. Zij moet niet alles zelf doen. Het werk dat wordt uitgevoerd, moet echter ook worden gecontroleerd. Het gaat hier over belastinggeld. Of het nu gaat over wegenwerken, het aanleggen van voorraden strooizout, verlichtingspalen, er worden contracten gesloten. Of de kwaliteit van die uitgevoerde werken ook voldoende wordt gecontroleerd, daar heb ik mijn vragen bij. Het moet toch mogelijk zijn om dat op basis van steekproeven te organiseren. Ik kan me niet voorstellen dat soortgelijke incidenten zich voordoen in Nederland of Duitsland. Hoe komt het dat dit daar niet gebeurt en hier wel? Heeft dat te maken met het feit dat de controles die achteraf worden uitgevoerd op de uitbestede werken, niet efficiënt zouden gebeuren?
Ik zal beginnen met de inspectie want die hangt samen met de controles. Ik heb de bestektekst er even bij genomen. Onder punt nummer 6 staat dat er een visuele inspectie moet gebeuren van de verlichtingspalen.
Door de aannemer of door uw diensten?
Ik zal het allemaal uitleggen. Er wordt een bestek opgemaakt waarbij een aannemer de opdracht krijgt om per provincie de verlichtingspalen te onderhouden. Men loopt of rijdt rond, men gaat van paal naar paal en men gaat na of het licht werkt. Wanneer het licht niet werkt, moeten er een aantal ingrepen gebeuren en moet een visuele inspectie plaatsvinden van de verlichtingspaal. Dat staat letterlijk in het bestek. Het probleem is echter dat de manier waarop die visuele inspectie moet gebeuren, niet bepaald is. Er bestaat geen standaardformulier waarop staat wat er allemaal bekeken moet worden.
Ik heb aan AWV gevraagd of er eigenlijk wel verslagen worden opgestuurd wanneer er iets aan de hand is. Zij hebben me twee verslagen bezorgd, de meeste recente, waaruit blijkt dat elkeen dat op zijn eigen manier doet. De eerste opdracht is dan ook om dat systeem uniform te maken.
Ik vind het niet goed dat er pas gecontroleerd wordt wanneer de lamp kapot is. De heer van Rouveroij heeft gelijk dat we dan in een cyclus terechtkomen van drie jaar. Zeker bij oudere palen moet zo vaak als nodig een visuele inspectie plaatsvinden, zowel aan de binnenkant als aan de buitenkant.
Wanneer straks uit het verslag blijkt dat bij corrosie, die 35 jaar oude ossenkoppalen, na acht maanden kapot zijn, dan moet dit volledig worden herbekeken. Wanneer blijkt dat er drie, vijf of zes jaar nodig is voor het zover kan komen, dan blijft alles, wat mij betreft, zoals het is. In dat geval is er dan wel een probleem met de vaststellingen die zijn gebeurd.
U vraagt of er controle is op de controle. De mensen van mijn administratie kunnen niet alles bekijken wat de aannemer heeft gedaan. (Opmerkingen van de heer Marino Keulen)
Voor mij is het van belang dat er wordt geappelleerd aan de verantwoordelijkheid. Wanneer de visuele inspectie gepaard moet gaan met een positieve handeling, een formulier waarop wordt ingevuld wat wel en niet in orde is, dan beschikt men over meer wapens om te zeggen dat alles in orde was. Nu is dat niet het geval. Nu moet men enkel een rapport aanleveren wanneer er een probleem wordt vastgesteld. Dat maakt het veel moeilijker om steekproefsgewijze controles uit te voeren.
Op de fiches die binnenkomen, gaat AWV na waar bijvoorbeeld de lichten niet branden. Ik krijg ook van parlementsleden brieven over plaatsen waar de lichten niet branden. Wanneer het echter gaat over de snelheid van corrosie, dan is dat vandaag niet goed georganiseerd. Het zou beter zijn om een actieve handeling te vragen van de aannemer die de inspecties doet. Dat is de wijziging die moet worden aangebracht.
Dan heb je niet alleen een fiche. Ik zoek geen geld om die fiches op te maken. Die fiches moeten er komen, we moeten dat bestek aanpassen, want ik wil dat die databank volledig wordt. Het investeringsprogramma is daarop geënt en in functie van de beschikbare budgettaire middelen moeten we de investeringen verspreiden.
Mijnheer van Rouveroij, het is belangrijk te weten hoe het met de corrosie zit en hoe snel die is gebeurd. Mijn diensten hebben contact opgenomen met specialisten van de universiteiten, want ik wil daar unanimiteit over. Ik heb geen zin in een oorlog over drie maanden, dat de ene vijf jaar zegt, en de ander acht maanden. Laten we dat wetenschappelijk bekijken en vastleggen. Dan weten we dat ook voor de andere palen.
De heer Dirk Peeters verwijst naar de aansprakelijkheid van de aannemer. Ik hoop dat ik duidelijk was. Een maand geleden is er een controle gebeurd van de cyclus, maar die gaat na waar de lampen stuk zijn. Stel dat de aannemer de palen heeft gecontroleerd waarmee niets aan de hand was. Dan moeten we checken of er een probleem is. In drie jaar tijd moet hij ze allemaal hebben gecontroleerd. Als blijkt dat de corrosie zich over meer dan drie jaar ontwikkelt, dan moet dat door iemand opgemerkt zijn.
Sommige mensen leggen een causaal verband met de afschermkapjes. Dat is nog niet zo duidelijk. De oorzaak kan tweeledig zijn. Ofwel zit er condensatievocht in de palen, ofwel is het regen. Dat moeten we nu onderzoeken. Hoe kan het dat een paal in Limburg, die er 25 jaar staat en geen afdekkap heeft, en waar ook water in komt, er perfect bij staat, en een identieke paal op de E19, die er even lang staat en hetzelfde probleem kent, is aangetast? Ligt dat aan de lucht? Het interesseert me bovenmatig om dat te weten. Is het een lot palen dat minder goed was?
Sommigen zeggen dat we die palen moeten schilderen. Dat kan niet. Als de paal er staat, en als alle kabels erin zitten, dan kun je die niet meer behandelen. Je moet ze behandelen voor je ze installeert.
Los van de ossenkoppen, worden alle brugpijlers nu geïnspecteerd. Die palen staan op een plaatje. We gaan die nu allemaal versneld controleren. Het zijn niet noodzakelijk ossenkoppen, het zijn de palen die op bruggen staan.
Mijnheer Reekmans, u maakte een vergelijking met De Lijn. Ik wil een nuancering aanbrengen. De haltepalen van De Lijn worden vervangen om slechtzienden en mensen met een beperking toe te laten gemakkelijker gebruik te maken van het openbaar vervoer. Ik heb daarover enkele studiedagen gevolgd. Die mensen zijn bijzonder tevreden dat we die investering doen. Die palen worden betaald met opbrengsten van LijnCom, de maatschappij die de publicaties verzorgt op de openbaar vervoerassen. Er is bepaald dat die opbrengsten moeten worden geïnvesteerd in de verbetering van halte-infrastructuur. U kunt dus niet zeggen dat we dat niet moesten doen en dat het jammer is voor de slechtzienden en de senioren. Bovendien is wat waarvoor moet worden gebruikt, verankerd.
Ik ben het wel eens met uw uitgangspunt, mijnheer Reekmans. We moeten alles op alles zetten om te vermijden dat er nog een verlichtingspaal omvalt op een snelweg of gewestweg. Dat staat buiten kijf. Dat is nu de prioritaire opdracht voor het agentschap.
Het relaas van dit dossier zal verder nog worden besproken. Uiteraard zal er transparantie zijn in de stukken. Ik heb het programma bij van hoe we welke bruggen aanpakken.
Ik wil wel nuanceren. U weet dat er in het verleden een programma is opgesteld met betrekking tot de aanpak en het onderhoud van bruggen. Dat wordt heel nauwkeurig opgevolgd. Ik had daarnet gesuggereerd dat ook daarover jaarlijks zou worden gerapporteerd, naar analogie met het rapport-Heleven. Er zou worden uiteengezet wat de toestand van die bruggen is, wat de prioriteiten zijn en waarom bruggen al dan niet werden afgebroken.
Onze planning wordt soms ook doorkruist, bijvoorbeeld door een zwaar ongeval. Vorig jaar was er zon ongeval, waardoor een brug meteen moest worden afgebroken en vernieuwd. Dan krijgt die uiteraard voorrang op alles. Mijn ingenieurs bevestigen echter dat ze dit op de voet volgen. Ik kan niets anders doen dan hen geloven. Ik ben zelf geen ingenieur. Ik heb gemerkt dat die commissie om de drie à vier maanden bijeenkomt en de prioriteiten bepaalt.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Het debat is gesloten.
Actualiteitsmoties
Door Open Vld, door LDD en door de meerderheid werden tot besluit van dit actualiteitsdebat actualiteitsmoties aangekondigd. Ze moeten uiterlijk om 17.50 uur zijn ingediend.
Het parlement zal zich daarover straks uitspreken.
Het incident is gesloten.