Verslag plenaire vergadering
Verslag
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is de bespreking van het voorstel van resolutie.
De heer Sintobin, verslaggever, heeft het woord.
Voorzitter, collegas in de zaal signaleren me te verwijzen naar het schriftelijke verslag, maar ik dacht niet dat dat de bedoeling was.
Het staat u als verslaggever vrij om verslag te doen.
Ik zal het kort houden. Op 10 november 2010 besprak de commissie het voorstel van resolutie betreffende het toekomstige Europese landbouwbeleid na 2013. Ik verwijs verder naar het schriftelijke verslag. (Opmerkingen)
Het is natuurlijk het een of het ander. Er is bij het begin van de legislatuur gevraagd om de verslagen toe te lichten, maar ik merk nu dat er weerstand tegen is en dus verwijs ik naar het schriftelijke verslag.
Mijnheer Sintobin, ik zal u zelfs meer vertellen. Deze week is op het Uitgebreid Bureau zelfs heel uitdrukkelijk gevraagd om dit soort verslaggeving níét af te schaffen. Zelf vind ik dat het verslag geen loutere weergave moet zijn van alles wat in de commissie is gezegd. Dat kan men immers perfect nalezen doordat de stukken snel beschikbaar zijn.
Mijnheer Sintobin, met alle respect en waardering, als u als verslaggever hier verslag wilt uitbrengen, mag u dat van mij doen. Ik heb daar geen enkel probleem mee.
Voorzitter, ik ga daarmee akkoord, maar er moeten toch duidelijke afspraken worden gemaakt.
Ik heb me de moeite getroost om dit verslag voor te bereiden, net zoals het verslag over het volgende voorstel van resolutie. Maar ik zie dan dat er collegas zijn die liever hebben dat ik geen verslag uitbreng. Dan hoeft het voor mij niet meer. Daarom verwijs ik nogmaals naar het schriftelijke verslag.
Mijnheer Sintobin, als u als verslaggever verslag wilt uitbrengen, mag u dat gerust doen. Daar heb ik geen enkel probleem mee.
Neen, want er zijn hier mensen die waarschijnlijk hun trein willen halen. Ik denk dat er geen treinen meer zijn naar de Westhoek.
Mijnheer Sintobin, dat interesseert mij niet. Ik heb die opmerking, dat 6 uur s avonds al heel laat is, ook al gekregen. Dat interesseert mij niet. Maar goed, als u niet wilt, dan kan ik u niet dwingen.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Voorzitter, ik wil de heer Sintobin vragen om het verslag van dit belangrijk voorstel van resolutie toch uit te brengen. Het gaat om het Europees landbouwbeleid na 2013. Het is belangrijk dat ons parlement zich daarover degelijk kan uitspreken. Ik stel daarom voor dat de heer Sintobin, met alle respect van de collegas, het verslag toch uitbrengt.
De heer Tommelein heeft het woord.
Ik heb de heer Sintobin horen zeggen dat dit ook geldt voor zijn verslag van het voorstel van resolutie over het visserijbeleid. Ik wil daarover iets zeggen. Is het feit dat er wordt verwezen naar het schriftelijk verslag nu afgesloten? (Opmerkingen)
De heer Sintobin heeft het recht om zelf te beslissen wat hij doet.
De heer Verfaillie heeft het woord.
Wat is er nu concreet afgesproken?
De heer Sintobin heeft heel duidelijk gezegd dat hij geen verslag wil uitbrengen omdat een aantal collegas hem aanmanen om het kort te houden.
Maar dat ging over landbouw. De heer Tommelein wil een betoog houden over het tweede voorstel van resolutie, over de visserij. Maar het is toch de bedoeling dat eerst het eerste voorstel van resolutie wordt besproken?
We hebben het nu eerst over het voorstel van resolutie over het toekomstige Europese landbouwbeleid na 2013.
De heer Dirk Peeters heeft het woord. (Opmerkingen)
Ja, ik weet dat er een verschil bestaat tussen landbouw en visserij. Dat heb ik nu ook door.
Voorzitter, ik betreur het dat we een heel belangrijk beleidsthema van de landbouw, dat in de Europese context op een kantelpunt staat, hier een beetje onder de deur vegen. Zon belangrijk dossier moet niet in twee minuten passeren, we hebben hier al lang genoeg tijd verloren met andere zaken.
Mijnheer Sintobin, als er dan toch geen verslag komt, dan wil ik toch de houding verduidelijken die Groen! heeft aangenomen ten opzichte van de resolutie van de meerderheid. Wij vonden de voorbereiding in de commissie, met name de hoorzitting ter voorbereiding van deze resolutie, heel interessant en belangrijk. Wij vonden in de tekst van de meerderheid veel waardevolle zaken, maar wij hebben ons toch onthouden omdat er ook veel zaken niet in staan. Als we een Europees landbouwbeleid anno 2013 willen verduurzamen en heroriënteren, moeten we daarin andere klemtonen kunnen leggen. Ik wil hier even op een drafje overlopen waar wij die klemtonen hadden willen leggen.
Wij hebben een ander voorstel van resolutie ingediend. Dat heeft het in de commissie niet gehaald. Ik zal het hier niet hernemen. Maar ik wil wel toelichten waarom we ons hebben onthouden bij het voorstel van de meerderheid.
Wij willen de sector landbouw sneller verduurzamen dan nu is gepland door in te zetten op een transitiebeleid. Wij hebben ook voorbehoud gemaakt bij de huidige vleesconsumptie en -productie. Wij vinden het belangrijk dat daarop wordt teruggekomen en dat er een beperking wordt ingevoerd voor de vleesproductie omdat dit globaal en wereldwijd een probleem is. De Vlaamse Regering is duidelijk voorstander van ggos. Daarover wordt in dit voorstel van resolutie met geen woord gerept. Wij achten dat niet opportuun en vinden dat Europa daarover een gemeenschappelijk standpunt moet innemen in plaats van de verdeelde houding die men nu aanneemt. Dat gemeenschappelijk standpunt moet ggos bannen in plaats van ze aan te moedigen.
Van belang lijkt ons ook dat we het op te richten plattelandsfonds spijzen met Vlaamse middelen en dat we daarvoor geen Europese middelen van de tweede landbouwpijler afsnoepen.
We vragen ook meer begeleiding voor landbouwers om uit de fossiele brandstoffen te stappen en we vragen een snelle beëindiging, ook op Europees niveau een discussie die nu toch bezig is om af te stappen van het telen van energiegewassen. We vinden het belangrijk dat de familiale landbouw een betere financiële ondersteuning krijgt en dat er ook voor die groep van landbouwers een recht is op vrije vereniging.
Vervolgens vinden we dat er meer moet worden geïnvesteerd in het wetenschappelijk onderzoek over de problematiek van de bestuiving in het algemeen en de problematiek van de bijenverdwijnziekte in het bijzonder. Ten slotte vragen we meer ondersteuning voor de sector van de biolandbouw en voor de landbouwers die de overschakeling willen maken. Dit is onze reactie op het voorstel van de meerderheid.
De heer De Meyer heeft het woord.
Gezien het belang van het thema, had ik gehoopt op een verslaggeving. Daarmee herhaal ik wat anderen al hebben gezegd. De commissie geeft op een bijna voorbeeldige manier opvolging aan Plenum 2009-2014. We hebben daar eerst een gesprek over gehad met de administratie, daarna hebben we hoorzittingen gehad met het middenveld en een debat met de minister, en uiteindelijk hebben we voorstellen van resolutie besproken, die door geen enkele partij werden verworpen.
We zullen de minister van Landbouw en de Vlaamse Regering verder opvolgen in wat ze doen met dit voorstel van resolutie. Ik wil de collegas die hieraan hebben meegewerkt, hiervoor bedanken.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
De toelichting bij het voorstel van resolutie is duidelijk, maar ik wil ingaan op enkele inhoudelijke punten van de heer Peeters en waarom zijn fractie het voorstel van resolutie van de meerderheid niet heeft goedgekeurd. Enkele punten zijn aan bod gekomen tijdens de bespreking in de commissie.
De heer Peeters had het over de vleesconsumptie, ggo-vrije teelten en de bijenverdwijnziekte. We zijn van mening dat dit niet thuishoort in het gemeenschappelijk landbouwbeleid. De heer Peeters verwijst voor de ggo-problematiek naar Europa, en om daarover een gezamenlijk beleid uit te bouwen. Dat hoort niet thuis in het gemeenschappelijk landbouwbeleid. Daarom is dat niet opgenomen in het voorstel van resolutie.
Als er wordt gezegd dat er sneller naar verduurzaming moet worden overgegaan, moeten we enige realiteitszin aan de dag leggen. Het is belangrijk dat, als er bepaalde omschakelingen moeten gebeuren, de economische sector de kans krijgt om die omschakeling voor te bereiden en ook uit te voeren. Dan is een overgangsmaatregel zeker belangrijk. Het is niet haalbaar om zomaar te zeggen dat alles veel sneller moet gaan, los van andere consequenties. Zeker de sector heeft dat in de hoorzittingen aangegeven.
Ook in ons voorstel van resolutie is het verhaal van de vrije vereniging opgenomen. Wij stellen dat de ggo-kennis die we hebben in de Vlaamse groentesector, zelfs een voorbeeld kan zijn voor Europa. Ook voor andere sectoren is dat zo. Dat geven we mee als suggestie in ons voorstel van resolutie.
Wat de familiale landbouw betreft, de heer Peeters weet dat de discussie gaat over wat de definitie is van familiale landbouw. In de hoorzittingen hebben we vastgesteld dat daarover heel moeilijk een duidelijke definitie op te stellen is. Daarom doen wij geen uitspraken over wat en hoe de familiale landbouw moet zijn. We schuiven wel de doelstellingen naar voren voor het Europese landbouwbeleid.
De heer Tommelein heeft het woord.
Collegas, we zullen dit voorstel van resolutie steunen, we zullen voor stemmen, maar op één voorwaarde. De heer Callens heeft me gezegd dat we de titel van het voorstel moeten wijzigen in het Europese land- en tuinbouwbeleid, want blijkbaar was er daar een overeenkomst over. We scharen ons dus achter het voorstel van resolutie. We reiken de hand aan de meerderheid, want als in de toekomst dergelijke voorstellen van resolutie worden gemaakt, willen we ze gerust mee indienen.
De heer De Meyer heeft het woord.
We hebben de suggestie van de heer Callens om een aantal aanpassingen aan te brengen, besproken. De heer Callens was het in de commissie met ons eens. We hebben hem voorafgaandelijk ook het verslag gestuurd en ik heb vernomen dat hij het er volledig mee eens was, want hij had geen opmerkingen gemaakt. Nu opnieuw aanpassingen aanbrengen, mijnheer Tommelein, vind ik eerlijk gezegd niet goed. Ik meen dat we hebben gedaan wat uw collega heeft gevraagd.
De heer Sintobin heeft het woord.
Voorzitter, de nieuwe doelstellingen van het Europese gemeenschappelijke landbouwbeleid zorgen voor vele vragen en onzekerheden, en ook voor twijfel en onrust bij onze Vlaamse land- en tuinbouwers. Voor onze fractie is de land- en tuinbouwsector niet alleen een economische sector, maar des te meer een belangrijke strategische sector. De land- en tuinbouw in Vlaanderen, en bij uitbreiding in Europa, zorgt immers voor de voedselvoorziening van een samenleving, voor de voedselvoorziening van een volk. Dat op zich is al een reden om de sector niet te benaderen zoals om het even welke andere economische sector.
De land- en tuinbouwsector verdient ook op Europees niveau alle mogelijke steun, ook op financieel vlak. De maatschappelijke discussie over een verantwoord Europees landbouwbudget is voor onze fractie dan ook niet meer dan stemmingmakerij, maar onze fractie kan zich terugvinden in de krijtlijnen van dit voorstel van resolutie. Hoewel we een toch wel eurokritische partij zijn, vinden we een sterk Europees gemeenschappelijk landbouwbeleid, op voorwaarde dat rekening wordt gehouden met onze specifieke landbouwkenmerken, een noodzaak.
Uit de bespreking van dit voorstel van resolutie en normaal zou dat ook blijken uit het verslag erover onthouden we vooral dat ook de meerderheid niet wil raken aan de directe inkomenssteun voor onze land- en tuinbouwers en dat ook zij ervan uitgaat dat de middelen voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid gehandhaafd moeten blijven om een sterk landbouwbeleid mogelijk te maken. Onze bezorgdheid, collegas, is natuurlijk of er op Europees niveau een consensus zal worden gevonden over het Europees budget voor de land- en tuinbouw.
Uiteraard leggen wij soms andere accenten en worden sommige aspecten van het toekomstige landbouwbeleid in dit voorstel van resolutie misschien onderbelicht, maar in globo kan onze fractie zich akkoord verklaren. We zullen dan ook voor dit voorstel van resolutie stemmen.
Mevrouw Eerlingen heeft het woord.
Voorzitter, aangezien de discussie hier toch opnieuw wordt gevoerd, was het misschien beter geweest dat het verslag werd gebracht.
Ik zal kort ons standpunt toelichten. We vinden het belangrijk dat we streven naar een meer duurzame landbouw, maar natuurlijk zonder het evenwicht tussen het economische, het ecologische en het sociale aspect uit het oog te verliezen. En, mijnheer Peeters, het komt er toch wel duidelijk in aan bod dat een duurzame landbouw, in de brede zin van het woord duurzaam, voor ons de enige mogelijkheid is.
Mevrouw Robeyns heeft het woord.
Voorzitter, ik had mijn betoog willen beperken tot het bedanken van de verslaggever voor het verslag, maar jammer genoeg moet ik toch ook namens onze fractie heel kort onze steun voor het voorstel van resolutie benadrukken. Het is een aanbeveling voor een Europees beleid, een belangrijk beleid, dat ook belangrijk is voor onze Vlaamse landbouw. We hopen dat de Vlaamse Regering het zal meenemen naar Europa voor onze standpuntbepaling. We willen alleszins met dit voorstel van resolutie benadrukken dat we zowel in Europa als in Vlaanderen moeten komen tot een meer duurzaam landbouwbeleid en tot een landbouwbeleid dat zowel op economisch, op ecologisch als op sociaal vlak aandacht heeft voor de nieuwe maatschappelijke uitdagingen. Een belangrijk uitgangspunt van het landbouwbeleid moet zijn dat het moet zorgen voor een leefbaar inkomen van de landbouwer en dat dit ook wel gekoppeld mag zijn aan de naleving van een aantal randvoorwaarden.
We moeten die randvoorwaarden evalueren zodat we tot een nog efficiëntere werking komen om te streven naar een volwaardig en duurzaam systeem, met basiskwaliteit voor natuur en milieu als uitgangspunt.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.