Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de betalingsachterstand bij het IWT
Actuele vraag over de betalingsachterstand bij het IWT
Actuele vraag over de betalingsachterstand bij het IWT
Verslag
Wij hebben van dit onderwerp geen actualiteitsdebat gemaakt, om de doodeenvoudige reden dat er vandaag een aantal moties van de meerderheid en de oppositie op de agenda staan die betrekking hebben op het achterblijven van de kredieten inzake onderzoek. Wij beperken ons vandaag tot de betalingsproblemen bij het IWT.
De heer Vereeck heeft het woord.
Voorzitter, minister, toch ben ik blij dat de collegas dat hebben gedaan, omdat het aantoont hoe belangrijk onderzoek en ontwikkeling (O&O) is. O&O legt de basis voor toekomstige economische activiteiten en dus uiteindelijk voor toekomstige banen. Daarom wordt in het buitenland meer geïnvesteerd, ondanks de crisis. Ik kan u de cijfers geven. In Vlaanderen is dat niet het geval. Meer specifiek zal worden bespaard bij het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT). Vorig jaar was dat 12 miljoen euro, dit jaar 23 miljoen euro.
Het Rekenhof en een aantal fracties hebben er regelmatig op gewezen dat die besparingen, en ook het feit dat er te weinig betaalkredieten waren ingeschreven, zouden leiden tot betaalproblemen bij dat IWT. Minister, zowel u als minister Muyters hebben dat aanvankelijk ontkend, maar gelukkig zagen we bij de begrotingscontrole dat die fout dan toch is erkend en rechtgezet, door een bijkomend krediet van 29 miljoen euro. We hebben ons wel onmiddellijk afgevraagd of dat voldoende is, gezien de eerdere ontkenningen. Ondertussen lezen we in de pers dat er een betalingsachterstand is bij het IWT van bijna 60 miljoen euro. Het gaat over 300 bedrijven en 700 projecten. Dat zijn allemaal subsidies die zijn toegekend, maar niet zijn uitbetaald.
De reacties liegen er niet om. Kleine bedrijven noemen dat desastreus en dramatisch, grotere bedrijven kunnen het wat beter opvangen, maar voor de universiteiten is het duidelijk ook heel erg lastig. Minister, kunt u deze situatie bevestigen, ook gezien de eerdere ontkenning? Wat zijn de oorzaken van deze situatie?
De heer Van den Heuvel heeft het woord.
Voorzitter, minister, geachte leden, ik zal het algemene kader niet schetsen, want de heer Vereeck heeft dat al gedaan. Er zijn eigenlijk twee zaken in de hele innovatiediscussie. Een eerste zaak is het budget zelf. We hebben daar vorige week nog een interessante discussie aan gewijd in de commissie. We bevinden ons natuurlijk in een besparingstraject. Het is heel belangrijk dat die begroting in evenwicht wordt gebracht. Toch wil onze fractie ook duidelijk stellen dat, vanaf het ogenblik dat er budgettaire ruimte komt, er absoluut moet worden ingezet op innovatie.
De tweede zaak is de concrete betalingsachterstand. Ik denk dat dit ook te maken heeft met een efficiënte begrotingsopmaak. Daar hebben we toch ook een aantal vragen bij. Hoe komt dat, en wat wordt eraan gedaan? Een bedrag van 60 miljoen euro is niet weinig. Het is inderdaad ook belangrijk voor de kleine ondernemingen. De overheid moet op diverse vlakken het voorbeeld geven, en zeker ook als het gaat over het op tijd betalen van rekeningen. De overheid moet erg geloofwaardig zijn op dat punt, zeker en vast als het gaat over innovatie.
In de begroting 2010 is ook voorzien in een potje van 35 miljoen euro, waarbij de regering ervoor kan kiezen diverse innovatieprojecten te steunen. Vorige vrijdag heeft de ministerraad een eerste groot project goedgekeurd. Wat bent u van plan te doen met de overige miljoenen?
Mijnheer Van den Heuvel, voor alle duidelijkheid, ons reglement bepaalt dat u maar één vraag kunt stellen aan de minister. Of ging het om een retorische vraag?
Mevrouw Moerman heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik hoor dat er potjes zijn in de begroting, maar ik vind dat er vandaag vooral een potje van wordt gemaakt. Eigenlijk is dit immers de kroniek van een aangekondigd falen. Het Rekenhof heeft reeds bij de opmaak van de begroting 2010 gewaarschuwd voor wat er vandaag gebeurt, namelijk dat er niet genoeg betalingskredieten zijn voor de al vastgelegde verbintenissen bij het IWT. Volgens het Rekenhof was er alleen al voor de verbintenissen van 2009 24 miljoen euro nodig. Dan hebben we het nog niet over wat er ondertussen bij is gekomen. Er was toen ongeveer 14 miljoen euro ingeschreven.
Minister, op dat ogenblik hebt u gezegd dat, indien er een probleem zou rijzen, u dat wel zou regelen bij de begrotingswijziging 2010. U hebt inderdaad een en ander geregeld. Ik citeer het verslag van de besprekingen van de begrotingsaanpassing: De minister herinnert eraan dat ze bij de begrotingsbesprekingen hierover gezegd heeft dat dit probleem zou moeten opgelost worden ter gelegenheid van een begrotingscontrole. Dat is bij deze begrotingsaanpassing dan ook geregeld. Het is echter niet geregeld: er is een betalingsachterstand bij het IWT. Volgens de berichten zou die 60 miljoen euro bedragen.
Kijk, minister, 2 weken geleden al heb ik u in de commissie geïnterpelleerd over het fundamenteel onderzoek. Nu zijn er problemen voor de bedrijven, maar ook voor de universiteiten. U draagt een zware verantwoordelijkheid, samen met de Vlaamse Regering, door inderdaad geen keuzes te maken en de besparingen blind toe te passen, ook in domeinen als Onderzoek, Ontwikkeling en Innovatie.
Mijn vraag is de volgende. ViA stelt dat we er tegen 2014 in Vlaanderen zullen in slagen om 1 percent van ons bruto regionaal product te besteden aan Onderzoek en Ontwikkeling. Daarvoor is vanaf volgend elk jaar 300 miljoen euro meer nodig per jaar. Zult u dat geld besteden? Of gaat u van deze charade afstappen en zeggen dat we tegen 2014 zelfs niet 1 percent zullen halen? (Applaus bij Open Vld)
De heer Van Malderen heeft het woord.
Minister, ik herhaal de inleiding niet. We hebben allemaal gehoord van de betalingsproblemen bij het IWT. Wat mij vooreerst opviel, was dat er in de pers heel uiteenlopende cijfers werden geciteerd. Een eerste vraag die zich dus opdringt, is retorisch en behelst de uitklaring van het cijfermateriaal.
Mevrouw Moerman verwees zelf naar de begrotingscontrole 2010. In het voorjaar trekt u nog 29 miljoen euro uit om een tandje bij te steken voor dergelijke projecten. De vaststelling van een betalingsachterstand en de extra middelen in de begrotingscontrole 2010 maken het onderwerp uit van mijn tweede bijna retorische vraag.
Vooral is het van belang dat twee sprekers de link legden met de besparingopdrachten die deze regering de afgelopen 2 jaar heeft moeten doorvoeren. Dat is heel raar, want het gaat vaak om dossiers die een heel lange doorlooptijd kennen. Sommige ervan zijn allicht vastgelegd tijdens een vorige regeerperiode. De vraag is dan hoe we in de toekomst structureel kunnen optreden om vastleggingskredieten en betalingskredieten beter op elkaar af te stemmen.
Minister, mijn vragen zijn de volgende. Bevestigt u de omvang van de betalingsproblemen? Wat zijn de oorzaken ervan? Hoe pakt u ze structureel aan?
Minister, op de retorische vragen moet u niet antwoorden, op de andere wel.
Minister Lieten heeft het woord.
Er is inderdaad een betalingsachterstand bij het IWT vastgesteld. Er zal ook een tekort zijn om dit jaar aan alle betaalverplichtingen te voldoen. Dat zal niet 60 miljoen euro bedragen, het bedrag dat in de kranten staat, maar het is een zorg die ik deel. Er zijn twee oorzaken voor.
Eerst en vooral was er bij het IWT een achterstand bij de afhandeling van de dossiers. Het IWT is volop bezig om deze achterstand in te lopen. Daardoor worden betalingen naar voren getrokken. Ten tweede is er een grote discrepantie waar te nemen tussen de vastleggingskredieten enerzijds en de betalingskredieten anderzijds.
Een beleid voeren veronderstelt vastleggingskredieten om nieuwe initiatieven te kunnen nemen. Op een bepaald moment moeten de aangegane engagementen echter ook worden betaald en dan heb je betaalkredieten nodig. De discrepantie tussen beide is tussen 2005 en 2009 met 194 miljoen euro gegroeid. Er is dus een verschil van 194 miljoen euro tussen de vastleggingskredieten en de betalingskredieten. Wij zijn nu bezig met een inhaalbeweging om dat verschil terug te dringen.
Het Rekenhof heeft daar inderdaad tijdens de begrotingscontrole 2010 op gewezen. Dat verschil werd toen op 24 miljoen euro geraamd. Ik heb toen in de commissie gezegd dat we dat probleem bij de begrotingscontrole moesten oplossen. En dat hebben we ook gedaan op basis van de cijfers en de feiten die toen bekend waren. We hebben 29 miljoen euro aan bijkomende betalingskredieten ingeschreven. De betalingskredieten zijn opgebouwd uit twee grote groepen.
Ten eerste werd er voor het strategisch basisonderzoek, waar mevrouw Moerman naar verwijst en dat vooral naar de universiteiten gaat, 14 miljoen euro aan extra betalingskredieten gevraagd door het IWT. Dat bedrag heeft het ook gekregen.
Ten tweede was er een achterstand bij de bedrijfs- en de VIS-projecten (Vlaams Innovatiesamenwerkingsverband). Daarvoor vroeg het IWT 14 miljoen euro. Uiteindelijk werd na een dialoog tussen het IWT, de inspecteur van financiën en de administratie Financiën en Begroting, 7 miljoen euro toegekend op basis van wat het IWT toen kon aantonen dat noodwendig was.
Nu merken we dat effectief op die twee punten, het strategisch basisonderzoek en de bedrijfsprojecten, de betaalachterstand groter is dan toen werd geraamd. We zullen inderdaad maatregelen moeten nemen om bij de volgende begrotingscontrole opnieuw in extra betaalkredieten te voorzien om die inhaalbeweging te maken, om de gap tussen vastlegging- en de betaalkredieten die in het verleden werd opgebouwd, dicht te rijden. We zullen er nog een tijdje werk mee hebben om het in het verleden opgebouwde verschil weg te werken.
Er is ook nog werk bij het IWT zelf om de eigen cashplanning beter te organiseren. Die betaalkredieten worden immers gebruikt om enerzijds voorschotten te geven voor nieuwe projecten die nu goedgekeurd zijn en anderzijds voor de tussentijdse afrekeningen van projecten. Die volgen een zesmaandelijks ritme en voor elk project moet er een rapportering zijn en moet er een controle gebeuren. Ik begrijp dat ze niet tot op een exacte datum kunnen inschatten wanneer ze moeten betalen, maar er zal een verfijning nodig zijn van de opvolging. Een derde groep zijn de definitieve afrekeningen die gebeuren op het einde van ieder project. Bij het IWT is er wel degelijk nood aan een meer verfijnde cashplanning, en het is daar ook mee bezig. Die verfijning zou helpen om een stuk van de achterstand in te lopen en om beter in te schatten welke bijkomende betaalkredieten er nodig zullen zijn bij iedere begrotingscontrole.
Welke maatregelen nemen we nu om wat er is, zo goed mogelijk aan te wenden? Voor wat de bedrijven betreft, wordt voorrang gegeven aan de kmos, want die hebben de kleinste financiële draagkracht en zullen sowieso betaald worden voor het einde van het jaar. Daarna wordt er bij de grotere bedrijven gekeken naar de bedragen die het langst verschuldigd zijn. Voor de universiteiten is er niet onmiddellijk een imminent cashprobleem. Ze zullen uiteraard begin januari de betalingen krijgen waar ze recht op hebben.
Rekening houdend met de maatregelen die we nemen bij het IWT en met de discussie die we verder zullen moeten voeren bij de begrotingscontrole om dat opgebouwde verschil van de voorbije jaren weg te werken, zullen we de zaak stilaan onder controle krijgen.
Minister, ik denk toch dat u met een probleem zit, een politiek probleem. Binnen het IWT is men wel degelijk heel goed op de hoogte van wat de precieze financieringsbehoefte is. Ik heb hier een interne mail van het IWT van half augustus en daarin staat dat men al wist dat door het begrotingsbeleid van de Vlaamse Regering de subsidies onder druk kwamen te staan en dat de maatregel bij de begrotingscontrole onvoldoende was om het gat dicht te rijden.
Eind september, nog maar een drietal weken geleden, zei men dat er ondanks hun vragen aan de regering, spijtig genoeg geen extra middelen meer werden toegekend aan het IWT bovenop die 29 miljoen euro. Ook dit komt uit een interne mail.
Vervolgens gaat men prioriteiten toekennen waarbij men zegt dat vooral de kmos buiten schot zullen worden gehouden alsook de eerste schijven voor opstartende projecten. Ondertussen is de situatie dermate dramatisch geworden dat het IWT opnieuw intern aangeeft dat de eerste schijven voor opstartende projecten niet kunnen worden uitbetaald.
Ik wil toch nog even verwijzen naar een brief die we ook in handen hebben gekregen, waarin staat dat de kmos niet buiten schot blijven. Ik lees en ik citeer een brief aan het IWT: We willen er met dit schrijven u op attent maken dat het IWT in gebreke blijft bij de uitbetaling van verschillende projecten. Voor een kleine organisatie zoals ik zal ze niet noemen weegt dit uiteraard zwaar door op onze liquiditeit.
Alle maatregelen die u naar voren schuift...
De heer Van den Heuvel heeft het woord. (Opmerkingen van de heer Lode Vereeck)
Mijnheer Vereeck, u kreeg 1 minuut voor een repliek en daar maakt u eigenlijk altijd misbruik van. U moet bovendien niet citeren, u moet vanuit de buik spreken.
Ten eerste had ik een halve minuut over op mijn eerste tussenkomst.
Het zijn altijd dezelfde. Er zijn altijd mensen die zich keurig aan de tijd houden. Er zijn meerdere sprekers. Het reglement zegt dat u een minuut een opmerking kunt maken.
Ten tweede wil ik wel correct citeren.
Het is heel vervelend om als voorzitter elke keer te moeten zeggen dat men zich aan de tijd moet houden. U zult dat ook wel begrijpen. Ik ben ook niet meer zo jong.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het is heel belangrijk dat de overheid haar engagementen nakomt. Maak daar zeker ook op het vlak van innovatie een prioriteit van. Ik heb gehoord dat u een inspanning gaat doen om die betalingsachterstand weg te werken. Dat is heel positief. We kijken ook uit naar de begroting 2011, want ik denk dat daar duidelijk een aantal engagementen in moeten staan om effectief in voldoende betalingskredieten te voorzien om het innovatiebeleid te kunnen financieren.
Ik had daarnet nog een vraagje over die machtiging van ongeveer 30 miljoen euro. Daar is toch nog wat ruimte over. Hebt u een idee hoe u die gaat invullen de komende 2 maanden?
Ik onthoud uit uw antwoord, minister, dat er bij het IWT behoefte is aan een efficiënter cashmanagement. Dat kan best zijn, maar u dient ze dan wel van cash te voorzien want anders gaan het IWT en de bedrijven die door hen worden gesubsidieerd, eindigen bij de schuldbemiddeling van het OCMW en niet bij een efficiënter cashmanagement.
Ik heb geen antwoord gekregen op mijn vraag. Ik neem aan dat ze retorisch was, want u zult die 10 percent niet halen. Ik vind dat een zonde voor het onderzoeks-, wetenschaps- en innovatiebeleid in Vlaanderen. Ik kijk vol verwachting uit naar uw begroting 2011. Misschien hebt u nog een kansje om daar vrijdag iets bij te doen tijdens de ministerraad waarop de begroting 2011 wordt goedgekeurd. Ik zou het u in elk geval aanraden. We hoorden hier net in een vorige actuele vraag dat Vlaanderen zich moet meten met de topregios in Europa. Wel, minister, dat geldt ook voor onderzoek en ontwikkeling. U zult zien dat we er totaal niet meer bij horen.
Ik denk dat u, net zoals zoveel huisvaders en huismoeders in Vlaanderen, graag meer middelen zou hebben om die te besteden. Als die er zijn, en dat is afgesproken, dan zullen die ook prioritair naar innovatie gaan. Ik denk dat we een heel duidelijk antwoord hebben gekregen, en dat u de kas van het IWT en rond innovatie goed beheert, met de signalen die u krijgt en op het moment dat u die krijgt. U doet meer dan dat. U betaalt eigenlijk ook de rekeningen van de vorige huurder.
Ik denk dat we structureel op die weg verder moeten gaan. Ik heb gehoord dat er een cashopvolgingssysteem komt. Dat wordt het best geschakeld tussen de begroting 2011 en de begrotingscontrole 2011 zodat we ervoor kunnen zorgen dat een herhaling van deze toestand, die u denk ik correct hebt aangepakt, zich niet voordoet. Het belangrijkste is dat u er prioriteit aan hebt gegeven dat kleine bedrijven die het kwetsbaarst zijn voor dit soort problemen, niet bijkomend in de problemen komen. In die zin denk ik dat we een zeer duidelijk en correct antwoord hebben gekregen.
De heer Diependaele heeft het woord.
Ik denk dat we ons hier allemaal terecht zorgen maken over innovatie en ontwikkeling. De ingenieurs zijn de bron van onze welvaart. Dat is inderdaad zo. We hebben het er vorige week nog over gehad in de commissie. Het gaat misschien niet meer alleen nog over de begroting. Ook binnen het innovatiebeleid moeten er nog een paar dingen kunnen worden gedaan. Het rapport-Soete gaat over vereenvoudiging, overheadkosten die verminderd worden en efficiëntiewinsten die worden gedaan. Misschien moet men sommige dingen anders gaan alloceren. Daarom kijk ik samen met de collegas uit naar de begroting, maar evengoed naar de beleidsbrief van de minister.
De heer Watteeuw heeft het woord.
Ik vind dit bijzonder pijnlijk. De Vlaamse Regering bazuint regelmatig uit dat Vlaanderen een topregio wil zijn op alle vlakken, ook op het vlak van innovatie en dan slaagt men er gewoon niet in om steun die beloofd werd, uit te betalen. Het gaat dus niet zomaar om nieuwe kredieten, maar om steun die beloofd werd. Als u vaststelt dat er een verschil is tussen de vastleggings- en de betaalkredieten, betekent dit dat er meer behoefte is aan steun dan dat er in steun wordt voorzien door de regering. Dat betekent dat u meer inspanningen moet doen.
Ik stel alleen vast dat de innovatie-inspanningen de laatste tijd achteruit gegaan zijn. U moet daar echt wel een tandje bijsteken. Het is geen klein probleem als bedrijven een halfjaar of een jaar moeten wachten op de steun. Als ze kredietlijnen moeten openen en daardoor verlies boeken, dan is dat een groot probleem. Ik stel telkens opnieuw vast dat de Vlaamse Regering haar beloftes op het vlak van innovatie niet nakomt.
De heer Bothuyne heeft het woord.
Mijnheer Watteeuw, u hebt gelijk, het is een pijnlijke situatie voor het bedrijf. Ik vind het ook pijnlijk, mevrouw Moerman, om u tussen de vraagstellers te zien staan. Ik weet dat u het wetenschaps- en innovatiebeleid een warm hart toedraagt. Maar deze situatie bewijst dat onder de vorige Vlaamse Regering en de vorige minister van Innovatie 194 miljoen euro aan ongedekte cheques is uitgeschreven. Er zijn zaken beloofd waar uiteindelijk geen geld voor was. Deze regering, deze minister moet opruimen wat de vorige minister heeft gecreëerd.
Minister, nog een extra vraagje, de heer Van den Heuvel had het er al over. Hij verwees naar een schriftelijke vraag waar ik vorige week een antwoord op kreeg van u. Het ging over een potje voor acties voor technologische innovaties op initiatief van de Vlaamse Regering. Er zit ongeveer 35 miljoen euro in. Er was tot vrijdag maar 400.000 euro van besteed. Wat zal er gebeuren met de overblijvende 34 miljoen euro?
Mijnheer Bothuyne, ik heb in de commissie al gezegd dat deze regering vooral overal alle lopende engagementen zal nagaan en nakomen. Er zullen geen nieuwe initiatieven worden genomen. Ik zal aan de commissie of aan het halfrond een overzicht bezorgen als dat is vastgelegd. Dat zal in de komende weken gebeuren.
Ik wil verder nog eens herhalen dat iedereen het uiteraard verschrikkelijk vindt dat er een betalingsachterstand is. Ik heb uitgelegd dat die achterstand er gekomen is door een achterstand in de dossiers die men probeert in te halen. Dat komt door een groot verschil tussen de vastleggings- en de betalingskredieten. Dat verschil is in het verleden gegroeid, wij proberen het nu recht te trekken. Ik heb jammer genoeg geen toverstokje en ook de minister van Begroting niet, maar ik ben wel heel bij dat de minister van Begroting bij de begrotingscontrole al 29 miljoen euro extra betaalkredieten heeft gegeven. We gaan met deze regering de achterstand zo snel mogelijk inhalen. Daarnaast zijn we de procedures en interne controle aan het verstevigen en zullen we daarmee voortdoen. Op die manier gaan we in de komende maanden de achterstand inhalen en rechtszekerheid geven. Voor al de andere discussies over de begroting 2011 en de beleidsbrief zullen we de komende weken hier en in de commissies nog voldoende tijd hebben.
Minister, er wordt hier veel naar het verleden verwezen toen mijn fractie hier nog niet zat. Ik kan alleen maar opmerken dat de problematiek in verband met de betaalkredieten verschillende malen in de commissie besproken is en steeds ontkend werd. Tot er bij de begrotingscontrole plots 29 miljoen euro tevoorschijn kwam. Nu wordt er beweerd dat die achterstand uit het verleden zal worden weggewerkt. Dat is flauwekul. Ik hoop dat die resterende achterstand wordt weggewerkt.
Daarnet werd gezegd dat de kmos worden ontzien. Dat is pertinent onjuist. Ik kan dit niet anders bestempelen dan als wanbeleid. De minister heeft hierin een verpletterende verantwoordelijkheid. Niet alleen omdat ze de jobs van onderzoekers nu in de problemen brengt, maar ook de toekomst van Vlaanderen. (Applaus bij LDD en Open Vld)
Minister, ik wil u vragen om toch prioriteit te geven aan de kmos. De heer Vereeck beweert dat dat niet gebeurt. Het is in elk geval heel belangrijk als beleidslijn. De begroting 2011 is heel belangrijk op dat vlak om die achterstand weg te werken en de geloofwaardigheid van het Vlaamse innovatiebeleid te herstellen.
Minister, men kan altijd naar het verleden verwijzen, maar meer dan 3 jaar na datum lijkt me dat wat moeilijk. Er liggen nogal wat lijken in de kast bij het IWT, als er 3 jaar later nog altijd zaken naar boven komen van kredieten die juridisch zijn afgesproken en subsidies die zijn verleend, maar waarvoor geen betalingskredieten zijn. Wist u dat dan niet op het moment dat u in juni 2010 zei: Dat is bij deze begrotingsaanpassing dan ook geregeld? Wat zullen we nog tegenkomen? U maakt er zich heel gemakkelijk van af. In de komende weken en jaren zullen we meer dan genoeg de kans krijgen om hierover verder de degens te kruisen. Minister, hoe meer de tijd voorschrijdt, hoe minder u zich zult kunnen verschuilen achter eventuele voorgangers. Ik voel me wat dit betreft zeer op mijn gemak. (Applaus bij Open Vld)
Mijn slotopmerking richt ik naar mevrouw Moerman. Zij is een van degenen die die lijken in de kast heeft gelegd en ze voelt zich zeer op haar gemak. Dat is een vreemd gevoel, want ze pleit voor meer middelen voor innovatie. We kunnen dat zelfs onderschrijven, de meerderheid heeft ook gezegd dat alle middelen die vrijkomen naar innovatie zullen gaan. (Opmerkingen)
Ik pleit toch voor een fractieoverleg bij Open Vld. Vorige week pleit mevrouw De Knop hier voor meer geld voor Onderwijs, mevrouw Van der Borght pleit voor meer geld voor Welzijn, u wilt ook een jobkorting voor de hoogste inkomens, u wilt een fiscaal pact met de gemeenten afsluiten. Veel beloven en weinig geven, en de rest kent u. (Applaus bij sp.a en de N-VA)
Het incident is gesloten.