Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Wienen heeft het woord.
Voorzitter, minister, geachte leden, gisteren konden we in diverse kranten het verslag lezen van de cijfers die het Elektronisch Nieuwsarchief (ENA) heeft bekendgemaakt. De teneur van de artikels was dat de VRT niet linkser is dan VTM. Dat doet me enkel concluderen dat de media veel te links zijn, maar dat is iets totaal anders.
Anderzijds waren er wel wat frappante cijfers te lezen in de Nieuwsmonitor van het ENA. Dan gaat het niet over het monitoren door het ENA van het vermelden van politieke partijen of van politici in de televisiejournaals, maar wel over de spreektijd van politici in die journaals. Pas dan kan een politicus immers werkelijk vrij zijn mening uiten. De traditionele partijen sp.a, Open Vld en CD&V tekenen voor ongeveer 83 percent van de totale spreektijd, terwijl klassieke oppositiepartijen als Groen!, Vlaams Belang en dergelijke meer het moeten stellen met nauwelijks 4 percent. In ons geval is dat 4 percent.
Dat lijkt mij een zeer grote discrepantie. De bestudeerde periode gaat van 2003 tot 2009. Dat is een zeer grote discrepantie. Ik weet dat het onmogelijk is om de aandacht van politici in de media af te wegen met een apothekersweegschaal, maar met dergelijke cijfers zou zelfs een industriële weegbrug verzet aantekenen. Ik wil hier niet pleiten voor een beknotting van de journalistieke vrijheid.
Er is echter wel een taak weggelegd voor de Vlaamse Regulator voor de Media (VRM). De VRM moet inderdaad toekijken via de mediadecreten op onder meer de objectiviteit van de pers, maar doet dat te weinig op een actieve manier. Ik had graag gehad dat de VRM zou werken zoals het Franse commissariaat voor de media, de Conseil Supérieur de lAudiovisuel (CSA), die wel preventief en actief werkt. Een van de taken van de CSA bestaat erin een lijst te bezorgen aan de voorzitters van de parlementen in Frankrijk met eenieders spreektijd en het aantal politici. Dat werkt de objectiviteit in de hand. Ik had graag van de minister vernomen hoe zij tegenover deze visie staat en of zij de idee genegen is om, in het belang van de objectiviteit, de VRM extra taken toe te bedelen.
Minister Lieten heeft het woord.
Het Elektronisch Nieuwsarchief ( ENA) is een samenwerkingsverband van de K.U. Leuven en de Universiteit Antwerpen. Het ENA analyseert al meer dan 5 jaar de nieuwsuitzendingen van vtm en de VRT. Het annoteert en archiveert ze ook. Het ENA verzamelt het cijfermateriaal en maakt het beschikbaar voor beleidsmakers zoals de heer Wienen of voor wetenschappers.
Ik heb het ENA in het voorjaar gevraagd om meer ruchtbaarheid te geven aan hun cijfers en resultaten. Zij publiceren nu nieuwsbrieven waarin zij deze informatie ruim verspreiden. Naar aanleiding van de eerste nieuwsbrief hebben we vorige week in de commissie een debat over het ENA gehouden. Nu is er een tweede nieuwsbrief gekomen en tracht ik op de vraag van de heer Wienen te antwoorden.
Op dit moment moet het ENA alleen maar feitenmateriaal verzamelen. Het is ook heel duidelijk dat de minister niet mag of kan ingrijpen en dat de persvrijheid ons allemaal zeer dierbaar is. Maar iedereen kan en dus u ook, mijnheer Wienen bij de VRM een klacht indienen als hij of zij van oordeel is dat de naleving van de verplichting tot politieke en ideologische onpartijdigheid zoals het in het Mediadecreet staat, niet goed wordt nageleefd door de ene of andere zender. Dat is de huidige stand van zaken en dat is ook de taakstellig van de VRM.
Het staat ieder parlementslid vrij om opnieuw het debat te openen over de vraag of we aan de VRM bijkomende bevoegdheden moeten toekennen. Ik herhaal dat dit debat zich 2 jaar geleden al heeft afgespeeld bij het tot stand komen van het nieuwe Mediadecreet. Ook toen hebben uw collegas Van Dijck en Deckmyn een amendement ingediend om de taken van de VRM uit te breiden. Het amendement luidde toen: Het maandelijks bezorgen aan de voorzitter van het Vlaams Parlement van een lijst van politici die aan bod zijn gekomen in televisieprogrammas met vermelding van de omroepende partij van de politicus en de tijdsduur dat ze aan bod kwamen. Toen haalde het amendement geen meerderheid.
Het lijkt me logisch dat als u een nieuw initiatief wilt nemen, het u uiteraard vrij staat dat te doen. Zelf ben ik van mening dat daar geen reden voor is. Ik steun het beleid zoals we het nu voeren. Ik tracht cijfers en feiten te laten verzamelen op een wetenschappelijke manier. Er wordt ook voor gezorgd dat de feiten en cijfers wijd worden verspreid zodat het maatschappelijke debat daarover kan worden gevoerd en men vooral dan in de mediahuizen deze informatie kan gebruiken voor zelfreflectie.
Ik dank de minister voor haar antwoord. Wim Van Dijck is amper een dag terug op post en hij wordt al in de plenaire vergadering vermeld omwille van een oud amendement. Al wat u hebt gezegd, minister, is nu net wat ik aanhaal. U zegt dat het iedereen vrijstaat om een klacht in te dienen bij de VRM als hij vindt dat een televisieomroep niet objectief heeft bericht of partijdig heeft bericht,. Dat klopt, maar dat wil ik precies vermijden. Ik wil deze weinig actieve manier van opvolgen van de objectiviteit door de VRM vermijden.
Ik wil dat activeren naar Frans voorbeeld, waar actief en preventief wordt gewerkt om de objectiviteit te garanderen. Ik vind objectiviteit in de media nog steeds heel belangrijk. Ik wil niet dat dat afhangt van eventuele, toevallige, wetenschappelijke onderzoeken. Het is goed dat dergelijke studies worden gedaan, maar het is niet verplicht. Het is een taak, onder meer van de Vlaamse Regulator voor de Media, om toe te kijken op de objectiviteit en om de wetenschappelijke cijfers te verzamelen.
De heer De Coene heeft het woord.
Ik wil het nieuws dat de heer Wienen aangrijpt om een vraag te stellen, in het juiste perspectief plaatsen. De enige wetenschappelijke conclusie van het onderzoek is dat partijen die behoren tot de meerderheid relatief meer aan bod komen dan partijen die niet tot de meerderheid behoren. Punt aan de lijn.
In de commentaren en nieuwsberichten in de kranten is dat ook zo geduid. Ik vraag me af waarom een minister hier ter verantwoording moet worden geroepen voor dat soort wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke feiten. (Opmerkingen van de heer Wim Wienen)
U wilt toch niet dat we ons gaan bemoeien vanuit de politiek, laat staan vanuit de regering, met de samenstelling van nieuwsprogrammas, debatten en dies meer. Dat gaan we toch niet doen. U zou moeten weten dat het een minister en een parlement niet toekomt om rechtstreekse opdrachten op te leggen aan de regulator, want Europees houdt dat geen stand. Dat zou u moeten weten.
De heer Vandaele heeft het woord.
Van de openbare omroep mogen we verwachten dat de aandacht voor politici en partijen evenwichtig is en past in de opdracht van objectiviteit en neutraliteit. Evenzeer spelen we gevaarlijk spel als we ook maar de indruk zouden wekken dat we ons willen moeien met de redactionele inhoud. Als we ons te kort gedaan voelen, zoals de minister zegt, dan bestaat er een procedure bij de VRM.
Mijnheer Wienen, wat u vraagt is dat de VRM als het ware proactief gaat meten. Als we dat al zouden willen, moeten we daar een grondiger overleg aan wijden dan we hier vandaag kunnen doen, bijvoorbeeld in de commissie.
De heer Verstrepen heeft het woord.
Laten we een kat een kat noemen. Je moet je wenden tot de VRM, maar de VRM is zelf een politiek instrument waar politici in zitten. Dat is zever in pakjes.
Dit is geen wetenschappelijke conclusie. Punt aan de lijn. Ik begrijp de frustratie van het Vlaams Belang en de Vlaams-nationalistische partijen. De N-VA is een partij die omzwachtelend praat over de VRT, terwijl ze in de vorige legislatuur de VRT daar ook over aanviel. Ik herinner me dat ik een objectiviteitsclausule heb ingediend om dat op te nemen in de decreten, maar die clausule is door iedereen weggestemd.
Het punt in dit verhaal is dat er geen wetenschappelijk onderzoek is in Vlaanderen. Men doet alsof. Kun je nu zeggen dat die zender per se een linkse zender is? Ik volg die discussie wel, maar uiteindelijk gaat het over hoofd- en eindredacteurs die een persoonlijke voorkeur hebben. Daarom heb ik altijd aangedrongen op een heel objectief onderzoek naar Nederlands voorbeeld in alle geledingen van een openbare omroep om te bepalen wat de politieke kleur is van de hoofd- en eindredacteur. Zij spelen het spelletje dat ze willen spelen. Je kunt niet zeggen dat een zender een bepaalde politieke kleur kiest, maar je kunt er niet omheen dat er een bepaalde voorkeur is voor bepaalde politieke strekkingen.
Minister, ik dring dus nogmaals aan op een objectief, deftig, wetenschappelijk onderzoek, en niet zon flutonderzoek zoals dit, over de objectiviteit bij een openbare omroep in Vlaanderen.
De heer Caron heeft het woord.
Het schijnt dat veel journalisten van kranten en televisie voor progressieve partijen stemmen. Dat lees ik in dergelijke wetenschappelijke onderzoeken. Merkwaardig genoeg worden die politici niet evenredig veel uitgenodigd in hun programmas. Wie gaat nu in de fout? Waar zijn we mee bezig?
Ik ga ervan uit dat de principes van objectiviteit door de openbare omroep worden gerespecteerd. Daarom maken we ook decreten en beheersovereenkomsten om dat op een afstandelijke wijze te controleren.
En tot nader order zijn de insinuaties of de bewijzen, mijnheer Wienen niet sterk genoeg om verdere stappen te zetten. Ik geloof niet dat de politiek de politiek moet gaan controleren. Daarvoor moeten we andere mensen inzetten.
De heer Decaluwe heeft het woord.
Voorzitter, waar de heer Wienen voor pleit, is een oud verhaal. Frankrijk aanhalen als grote voorbeeld, vind ik een beetje kort door de bocht. Welke president heeft al persoonlijk ingegrepen bij het aanduiden van een nieuwsanker bij de openbare omroep? Sarkozy. Ik denk niet dat wij lessen moeten krijgen van Frankrijk.
Mocht er een politieke meerderheid zijn om de bevoegdheden van de VRM uit te breiden, is dat juridisch mogelijk. Maar onze fractie is daar geen voorstander van.
Het is toch wel verwonderlijk, voorzitter, dat we hier al 2 weken op rij over de inhoud van programmas debatteren, eerst in de commissie, nu in plenaire. Ik heb dat de laatste 10 jaar niet meegemaakt. Ik vind het zeer gevaarlijk om over de inhoud van programmas te praten. Voor het nieuws ligt dat nog delicater. Ik wil dan ook vragen om geen vragen daaromtrent meer toe te laten. (Opmerkingen)
Laat ons vooral de zelfregulerende aspecten binnen de media hun werk laten doen. De minister heeft vorige week nog een nieuwe deontologische code voorgesteld. Laat de media zelf hun werk doen.
De volgende stap, mijnheer Wienen, is dat we opnieuw, zoals 15, 20 jaar geleden, binnen de raad van bestuur gaan discussiëren over het feit dat een congres van partij X of Y te veel of te weinig aan bod is gekomen. Laat ons daar alstublieft afblijven. Als er een probleem is, dien dan een klacht in binnen de huidige wetgeving. Maar laat ons niet meer debatteren over de inhoud van programmas. Anders gaan we de politisering opnieuw in de media brengen. En daar zijn wij geen voorstander van.
Collegas, ik wil protest aantekenen tegen de uitspraken van sommigen als zou het hier om toevallig, pseudowetenschappelijk onderzoek gaan. Het gaat hier om een gedegen methodologie, die jaren geleden al is ontwikkeld door twee gerespecteerde universiteiten van ons land. Het staat iedereen vrij om dat onderzoek te analyseren en daar zijn eigen invulling aan te geven.
Ten tweede verbaast het mij dat dezelfde partijen die mij hier week na week ondervraagd hebben over de zoektocht naar en de aanstelling van de nieuwe gedelegeerd bestuurder van de VRT en daarbij niet nalieten om te suggereren dat ik daar aan politieke spelletjes deed, nu voorstellen om elke journalist van de VRT op die of die partij te gaan kleven. Ik vind dat zeer verbazingwekkend en ga daar absoluut niet meer akkoord.
Collegas, het staat iedereen vrij om een parlementair initiatief te nemen. Ik plan geen wijzigingen in het desbetreffende beleid.
Mijnheer De Coene, mijnheer Decaluwe, mijnheer Vandaele, ik zal u straks de coördinaten van een zeer goede oorarts overmaken. Blijkbaar hebt u dat nodig. Ik heb er immers helemaal niet voor gepleit om een politieke controle te doen op het nieuws of om partijkleuren op journalisten te kleven. Ik heb er helemaal niet voor gepleit dat de politiek de controle zou doen. Ik heb enkel, op basis van wetenschappelijke gegevens, vastgesteld dat er een grote discrepantie is in het aan bod komen van politieke partijen in het nieuws. Ik stel enkel voor dat een neutraal orgaan als de VRM die controle kan doen en objectieve cijfers aan dit parlement zou kunnen bezorgen. Dat is alles.
Ik wil het bredere debat wel aangaan, zoals de heer Vandaele voorstelt. De minister heeft gezegd dat het ons vrij staat om parlementaire initiatieven te nemen. Wij zullen dat ook doen: het Vlaams Belang zal een voorstel van decreet indienen om die extra taak aan de VRM toe te bedelen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Het incident is gesloten.