Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw De Vits heeft het woord.
De problematiek van het personeelstekort in de ziekenhuissector is uiteraard niet nieuw. We hebben het daar al heel veel keren over gehad. Ik lees dat bepaalde grote ziekenhuizen, zeker in grote steden als Antwerpen en Gent, zeggen dat ze met de vakantie voor de deur bepaalde afdelingen, onder meer geriatrie, moeten sluiten. Ik ben zeker de eerste om te stellen dat het personeel uiteraard zijn welverdiende vakantie moet kunnen opnemen. Wat betreft het bestaande personeelstekort weet ik, minister, dat u het plan voor meer werkgelegenheid en voor het aantrekken van bijkomend verzorgend personeel hebt. Dat is iets op lange termijn. Maar voor de korte termijn stellen er zich toch nijpende problemen. Vandaar mijn vraag of er een mogelijkheid bestaat en ik weet dat men daar zeer voorzichtig moet mee zijn want er is nog altijd in de eerste plaats de kwaliteit die verzekerd moet worden om laatstejaarsstudenten in te schakelen tijdens vakantieperiodes om welbepaalde taken en dan moet ook omschreven worden over welke taken het gaat te laten uitvoeren en andere logistieke taken te laten uitvoeren door jobstudenten.
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Dit is inderdaad een problematiek die zich stelt. Ik zou het wel nog ruimer willen stellen. Niet alleen in de ziekenhuizen, maar ook in de woonzorgcentra is de problematiek van de vakantieperiode een reële uitdaging. Als mijn informatie juist is, is dat niet alleen iets specifieks voor ons land. In de ons omringende landen spelen dezelfde fenomenen.
Ik ga een kleine nuance aanbrengen. Ik ben genoeg actief geweest in de sector om te weten dat een aantal activiteiten van een ziekenhuis wat terugvallen tijdens de vakantie, al was het maar omdat ook geneesheren met verlof gaan en een aantal geplande zaken niet doorgaan enzovoort. Concreet ken ik situaties waar men gewoon op dat moment de capaciteit begint te verminderen en probeert te rationaliseren. Op die manier kan men de vakantie van het personeel goed organiseren.
Uw suggestie is uiteraard belangrijk en te onderzoeken. Er zijn daarover twee elementen te zeggen. Op dit moment is het zo dat men, als men bachelor of HBO5 verpleegkunde studeert en men is het eerste jaar geslaagd, de registratie kan vragen en men dan de taken van een verzorgkundige kan uitvoeren. Er is dus een mogelijkheid gecreëerd om mensen in opleiding al een stuk in de zorgsector te laten functioneren. Zoals u weet, moet wat men kan en mag doen, geregeld worden in het koninklijk besluit 78 en daar is een link gemaakt. Mensen die het eerste jaar succesvol beëindigd hebben, kunnen na registratie een aantal zorgtaken opnemen. Anders kunnen studenten alleen maar logistieke functies uitvoeren. Alle andere denksporen kunnen alleszins niet door ons beslist worden en daarover moet overleg worden gevoerd met de federale overheid. En dan zit men middenin in het debat wat in de toekomst al dan niet de taken van een verpleegkundige zullen zijn.
Met wat er op dit moment mogelijk is, denk ik dat we eerst met de sector moeten bekijken wat er al maximaal wordt uitgeput. Ik heb geen zicht op wat er in ziekenhuizen concreet gebeurt. Ik geef u een beetje de stand van zaken. Als we verder willen gaan, moet er gesproken worden met de federale overheid.
Dan zou ik graag hebben, minister, dat op korte termijn met de sector wordt nagekeken of de mogelijkheden die er al bestaan, maximaal uitgeput worden. Als die inderdaad maximaal worden uitgeput, dan begrijp ik niet dat bepaalde directies zeggen dat ze moeten overgaan tot de sluiting van kleine afdelingen. Voor andere en meer mogelijkheden is inderdaad overleg met de federale regering nodig. Ik veronderstel dat we dat niet meer opgelost zullen krijgen voor deze vakantieperiode.
Mevrouw Van Steenberge heeft het woord.
Minister, net als u wil ik een nuance aanbrengen in het debat en u vragen om niet te snel een beslissing te nemen, toch niet op korte termijn, maar eens goed na te kijken wat precies de oorzaak is van de sluiting van sommige afdelingen. Ik had gisteren mijn zus op bezoek, die verpleegster is in een groot ziekenhuis in Aalst. Zij was een beetje verwonderd over de uitspraken op radio en tv. Bij hen is er ook een sluiting in de afdeling geriatrie, maar de reden daarvoor is dat er veel patiënten weggaan in de vakantie omdat kinderen hun ouders in de vakantie toch nog bij zich nemen. Dat is dus een positiever verhaal.
Ik wil er dan ook voor pleiten om na te kijken wat de juiste oorzaak is van de sluiting van sommige afdelingen.
Mevrouw Godderis heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik wil het specifiek over mijn streek hebben. Ik woon aan de kust. Er zijn veel ziekenhuizen aan de kust, van Knokke tot in Oostende. Als die dan afdelingen gaan sluiten er zijn enorm veel toeristen, er gebeuren enorm veel ongevallen dan is het niet zo evident om die mensen op te vangen. Dat geldt zeker ook voor geriatrie. Het gaat vaak om mensen die zwaar hulpbehoevend zijn. Als de warmte zo blijft aanhouden, zijn dat ook risicopatiënten, hartpatiënten, mensen die zwaar ziek zijn. Ik zou het jammer vinden mochten die afdelingen sluiten.
Mevrouw De Waele heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, het fenomeen van personeelstekort doet zich in vakantieperiodes in alle sectoren voor, maar in de zorgsector voelt men dat natuurlijk bijzonder hard, niet het minst omdat wij hier een zeer goede gezondheidszorg hebben, wat nogal wat mensen uit het buitenland aantrekt. Ik heb het al eerder gezegd: wij zijn hier soms de ziekenboeg van de wereld.
Ik heb in een eerdere commissievergadering al aangehaald dat de oorzaken van dat personeelstekort moeilijk te achterhalen zijn, ook omdat verschillende studies elkaar tegenspreken. Men zegt bijvoorbeeld dat de lonen en arbeidsomstandigheden bijzonder goed zijn. Ik vind dat raar. Men zou denken dat de lonen en arbeidsomstandigheden net heel lastig zijn in die sector. Ook de opleidingen zijn goed. We moeten dus in eerste instantie eens goed onderzoeken waar de oorzaken precies liggen.
Het wil nu wel lukken, minister, dat ik vanmorgen een artikel heb gelezen in Verso, waarin staat dat allochtone ouderen specifiek aangepaste zorg vragen en dat de vertegenwoordigers van de zorgsector een versterking vragen van interculturele bemiddelaars en sociale tolkendiensten gratis ter beschikking willen laten stellen van hulpverleners. Hoe gaat u daarop inspelen? Dat zal de druk op het personeel immers weer verhogen.
De heer Dehaene heeft het woord.
Voorzitter, ik wil mij aansluiten bij diegenen die zeggen dat het een keuze is van sommige ziekenhuizen om bepaalde afdelingen te sluiten, niet alleen omdat de artsen vakantie nemen, maar ook omdat veel patiënten, waar mogelijk, ingrepen uitstellen, waardoor er als het ware een ondervraag is tijdens die vakantieperiode.
Maar ik ben wel blij dat men dit aangrijpt om het tekort nog maar eens aan te kaarten. We weten dat al een aantal jaren. Ik ben vooral blij dat het nu gebeurt, op het moment dat nog veel studenten hun richting moeten kiezen. In die zin is het positief. Het kan alleen maar tot gevolg hebben dat meer studenten de keuze voor de zorgsector maken. We moeten verder werken. De minister heeft een langetermijnplanning uitgewerkt met verschillende initiatieven. We moeten alle mogelijke initiatieven blijvend onder de aandacht brengen.
We moeten ook zoeken naar de redenen waarom personeelsleden uit de sector stappen. Mevrouw Coppé heeft daar een zeer interessante studie over gemaakt, waar we wat lessen uit kunnen trekken.
Ik wil graag ingaan op de suggestie van mevrouw De Vits. Ik zal de koepels binnenkort zien en dan eens peilen naar de omvang van het fenomeen, naar de oorzaken en naar mogelijke suggesties om daarop in te spelen. Dat is het eerste: objectiveren en nagaan of er fundamentele zaken aan de orde zijn. Ik zal u daarover informeren.
Ik heb daar verder niets aan toe te voegen. Ik dank u voor dit initiatief, minister.
Het incident is gesloten.