Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, vandaag las ik in de krant de conclusies van een onderzoek verricht door twee economen, één van de UCL en één van de universiteit van Gent. Die bevestigen nog eens wat we misschien al wisten, dat de sociale ongelijkheid in ons onderwijs nog ontzettend groot is, en dat ze nauw samenhangt met de sociale afkomst. Volgens de economen is 60 percent van de schoolresultaten te wijten aan afkomst en milieu. Dat is zeer frappant, daar moeten we absoluut iets aan doen. Bovendien, zegt het artikel, kennen wij een zeer sterk sociaal gesegregeerd onderwijs. We hebben kansrijke en kansarme scholen. Er is bijna geen sociale mobiliteit tussen die twee. Volgens experts versterkt de segregatie de situatie waar men in geboren is. Ons onderwijs en de segregatie bestendigen de sociale ongelijkheid.
Minister, u spreekt in uw beleidsnota over langetermijnmaatregelen, u zult het secundair onderwijs hervormen. Op lange termijn zal dat hopelijk goede resultaten tot gevolg hebben. Maar die economen roepen in hun conclusies toch ook op tot kortetermijnmaatregelen om de segregatie te doorbreken en de sociale mobiliteit te verhogen. Ze halen het inschrijvingsbeleid daarbij aan, en de schoolkosten. Ze stellen enkele maatregelen voor.
Minister, van u hebben we alleen nog maar gehoord welke kortetermijnmaatregelen u niet zult nemen. U creëert geen extra plaatsen in het Brusselse onderwijs omdat dat volgens u de segregatie nog zou versterken. De maatregelen die u wel zou nemen, zijn voor ons niet duidelijk. Wat zijn uw plannen op korte termijn?
Minister Smet heeft het woord.
We hebben dit al eens besproken naar aanleiding van de beleidsnota. We kenden de resultaten al die vandaag in de krant stonden. We hebben ze gebruikt als uitgangspunt van de beleidsnota.
Niemand zal ontkennen dat kinderen uit kansarme milieus meer kans hebben op schoolse achterstand. Het klopt dat segregatie een rol speelt, maar u mag niet ontkennen dat dat niet de enige reden is. Ook een goed schoolbeleid, een sterke directie, het beleid en kwalitatief onderwijs hebben een enorme impact op de resultaten van de leerlingen. Dat blijkt ook uit andere studies. Het is niet zo dat kinderen uit kansarme milieus per definitie slechte resultaten halen: ook andere factoren bepalen mee of men erin slaagt kinderen gekwalificeerd uit het onderwijs te laten uitstromen.
We gaan een aantal dingen op langere termijn doen. Een van de redenen waarom we tijdens deze legislatuur absoluut de hervorming van het secundair onderwijs willen afronden, is net omdat we die uitdaging op een structurele manier willen aangaan.
Mag ik wijzen op een aantal maatregelen: de verhoging van de werkingsmiddelen, het herzien van de werkingsmiddelen op basis van leerlingenkenmerken, het invoeren van de maximumfactuur, de Gelijke Onderwijskansen-middelen die worden geïntegreerd in de werkingsmiddelen van de scholen, de omkaderingsmiddelen die deels op basis van leerlingenpopulatie zullen worden berekend, het geven van meer autonomie aan de scholen, de kostenverlagende maatregelen voor het secundair onderwijs, de verhoging van de schooltoelage, de automatische toekenning van de schooltoelage, de evaluatie en herziening van het inschrijvingsbeleid en de aanmeldingsprocedure.
Ook heel belangrijk om te weten is dat we op basis van de gegevens die we nu hebben en waarop we scholen financieren op basis van leerlingenkenmerken, kunnen nagaan in welke scholen er een effectieve sociale mix is en of er al dan niet segregatie is. Binnen het departement zijn we op dit moment een soort datawarehouse aan het aanleggen dat ons zal toelaten om de situatie in de scholen te kennen en op te volgen. Dat is dus een bijkomende, belangrijke monitoring.
Voorzitter, voor de rest wil ik verwijzen naar de discussie die we al heel uitvoerig in de commissie Onderwijs hebben gehad en die we ongetwijfeld in de toekomst nog zullen hebben, want mevrouw Meuleman, uw bekommernis is ook mijn bekommernis en is de bekommernis van de meerderheid in dit parlement.
Minister, ik heb ook al een paar keer gezegd dat wat ik heb gehoord tijdens de besprekingen, mij absoluut niet geruststelt. Voor 2010 en 2011 hebt u moeten besparen en hebt u een aantal maatregelen die ervoor konden zorgen dat de kansarme kinderen meer kansen krijgen ik denk maar aan het installeren van de hoger beroepsonderwijs-opleidingen bijvoorbeeld uitgesteld, eerder dan dat u ze hebt vervroegd. Wij vrezen dat de 2 jaar die we daardoor verliezen, ervoor zal zorgen dat de cijfers nog slechter worden. Het was niet nieuw, maar het was toch frapperend om te zien waar we staan in de ranglijst, hoe groot de kloof is en hoe landen als Griekenland, Tsjechië en Korea ons voorbijbenen. (Opmerkingen van minister Pascal Smet)
Minister, het is al lang bekend uit het Programme for International Student Assessment-onderzoeken. Nu is er weer dit onderzoek. Er is in Vlaanderen dus echt wel een probleem. We moeten een tandje bij steken.
Ik vraag me ook af of er plannen zijn om het GOK-decreet op zeer korte tijd nog te wijzigen zodat we voor het inschrijvingsbeleid een paar maatregelen kunnen nemen.
Mevrouw Heeren heeft het woord.
Voorzitter, minister, het is natuurlijk geen evidente problematiek. Als het evident was, dan hadden wij en ook uw voorgangers al lang het antwoord gevonden.
In 2002 is de basis gelegd voor het Gelijkekansendecreet dat de bedoeling had om iedereen de kans te geven om te leren, maar ook om te ontwikkelen. Er stonden drie dingen centraal: inschrijvingsrecht garanderen, zorg garanderen en maatwerk. Het is nu 8 jaar later en in die zin is die studie natuurlijk wel confronterend, want het is de bevestiging van een situatie die ieder van ons vaak ervaart in scholen.
Ik wil het debat ruimer maken en ik hoop dat we daartoe de kans krijgen, zeker in de commissie. Er is ook de problematiek van de concentratiescholen. Dit heeft ook te maken met kansarme kinderen die net in die school terechtkomen of net in die andere school niet terecht kunnen. We hebben het altijd over onderwijs, maar ik zou het breder willen stellen: het gaat ook over naar school kunnen gaan voor iedereen in de buurt waar je woont.
Het is dus een uitdaging om het niet alleen vanuit de onderwijshoek te bekijken, maar ook vanuit gemeentelijke en ruimtelijke hoek om ervoor te zorgen dat kinderen uit kansarme milieus niet alleen met kinderen uit hetzelfde milieu op school zitten, maar ook met andere kinderen waar ze kunnen van leren. Als ze de school verlaten, komen ze moeilijk in aanraking met andere kinderen. Dat is soms de rijkdom in plattelandsregios waar je die sociale mix vroeger was dit een taboe om over te praten, maar sociale mix is belangrijk nog wel hebt in kleinere scholen. Het is een uitdaging om na te gaan hoe we daar de volgende jaren een concrete invulling aan kunnen geven.
Mevrouw Vanderpoorten heeft het woord.
Ik sluit me aan bij wat mevrouw Heeren heeft gezegd. Er zijn de voorbije jaren heel wat maatregelen genomen of men heeft ze trachten te nemen om segregatie tegen te gaan. Uit de studie blijkt dat dit absoluut nog niet is gelukt. Wat wel opvalt in de studie, is dat er sprake is van eenvoudige middelen die men kan aanwenden om segregatie tegen te gaan. Op het inschrijvingsbeleid is nog een en ander aan te merken. Er wordt nog melding gemaakt van subtiele manieren die schooldirecties aanwenden om sommige leerlingen toch te weigeren.
Mijn vraag is of u daar een zicht op hebt. Wordt dit eventueel meegenomen in de evaluatie van het inschrijvingsbeleid dat u hebt aangekondigd?
De heer Bouckaert heeft het woord.
Het beste gelijkekansenonderwijs is een algemeen onderwijs dat zijn kwaliteit hooghoudt omdat het onderwijs een goede sociale ladder is voor opwaartse mobiliteit. Ik wijs er ook op dat wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat niet alleen het gooien met geld naar scholen met kansarme kinderen een rol speelt, maar ook de leergerichtheid en de inzet van de directies. Men moet niet alles richten op het overmatige subsidiëren van kansarme scholen. Het perverse effect dat daarmee samenhangt, is precies segregatie. Scholen gaan dan op jacht naar kansarme kinderen waardoor de kinderen in scholen worden gepoold. De goede sociale mix waarover mevrouw Heeren het had en die wel op plattelandscholen voorkomt, gaat dan verloren. Er zijn bovendien interessante projecten zoals Schoolinzicht, die segregatie tegengaan.
De heer Bouckaert moet maar eens in de commissie komen uitleggen wat hij juist bedoelt.
De evaluatie komt er, mevrouw Vanderpoorten. Ik wil daar ook niet op vooruitlopen. Als men de evaluatie serieus wil nemen, moet men alle mogelijke elementen die verkeerd lopen, meenemen. We gaan dat ook doen. En dan zullen we zien hoe we het beleid moeten bijsturen.
Ik ben tevreden dat mijn zorg hier wordt gedeeld. Er stonden inderdaad goede suggesties in dat artikel. Ze tonen aan dat men op korte termijn met kleinschalige maatregelen toch een stap voorwaarts kan zetten. Ik hoop dat we dat hier voldoende onder de aandacht kunnen brengen en er voorts voor kunnen vechten.
Het incident is gesloten.