Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, het debat is geopend.
De heer Keulen heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, als er al een Oscar voor het meest knullige filmbeeld van dit jaar bestaat, zouden de twee ongelukkige wegenwerkers aan de E313 van enkele dagen geleden zeker een kans maken om hem te winnen. Het beeld van twee wegenwerkers, de ene met een emmertje in de hand met warme asfalt, de andere met een truweel, sprak boekdelen. Beiden wierpen een blik in het oog van de camera en stelden: Mijnheer, er komt hier geen einde aan. Al die putten, al die gaten. Dat is de realiteit. In eerste instantie denkt men dan aan een beeld uit een of ander historisch archief, maar dan komt het volgende beeld al van een bestelwagen en zijn we meteen bij de les. Het gaat hier over Vlaanderen anno 2010.
Men zou kunnen zeggen, minister, dat het in Vlaanderen erg is maar in Wallonië pas echt dramatisch. Maar dat is geen goede vergelijking. Voor ons moet de referentie Noord- en West-Europa zijn, namelijk Nederland, de Deutsche Länder, Denemarken.
Vorig weekend ging ik met mijn vrouw naar Aken. Vanuit Lanaken is dat 34 minuten rijden. De afstand is 54 kilometer. De voorzitter kan dat bevestigen. Men neemt dan de E314. Op het Belgische deel zou men een terreinwagen kunnen gebruiken. Er zijn putten, oneffenheden, kaas met gaatjes. Dezelfde weg voorbij de Nederlandse grens doorheen de provincie Nederlands Limburg is echter glad als een biljarttafel. Dan gaat men zo door naar Aken, over dezelfde weg met hetzelfde weer.
Men zou inderdaad kunnen stellen dat wij hier aanhoudend vriesweer hebben gekend. Maar datzelfde weer hing ook boven Nederland en Duitsland. Vlaanderen dicht zichzelf een logistieke roeping toe. Daar staat het hele parlement achter en dat horen we op zijn minst een keer per week.
Om een economisch beleid te voeren in een regio als Vlaanderen stuiten we op een aantal handicaps. We hebben onze loonkostenhandicap en we zijn duur met onze productiekosten. We hebben een aantal institutionele handicaps, mijnheer Van Dijck. Loonkost en sociale zekerheid zijn inderdaad federale materies. Als het over arbeidsmarktbeleid en fiscaliteit gaat, heeft Vlaanderen nog altijd te weinig hefbomen om het verschil te kunnen maken. Als het gaat over infrastructuur en vergunningenbeleid heeft Vlaanderen de volle verantwoordelijkheid. Daar kunnen we geen verstoppertje spelen.
U bent Vlaams minister van Infrastructuur. Het is uw taak om voor het patrimonium dat u is toevertrouwd, in dit geval de Vlaamse wegeninfrastructuur, zorg te dragen als een goed huisvader. Vandaag is een Vlaams minister voor Mobiliteit en Openbare Werken spijtig genoeg de minister van files en van slecht onderhouden wegen. Dat is de realiteit.
De heer Decaluwe heeft het woord.
Ik heb een paar minuten aandachtig naar de heer Keulen geluisterd. De toestand is nu zo. Het is altijd goed dat er sommige parlementsleden met een parlementair geheugen hier aanwezig zijn. We zijn samen in 1995 in het parlement aangekomen. Ik heb de periode 1999-2004 als woordvoerder van mijn partij meegemaakt in Openbare Werken. Ik heb in de commissie tot in den treure toe het rapport-Heleven over de toestand van de wegen naar voor gebracht en heb getracht amendementen in te dienen met de bedoeling bijkomende middelen te verkrijgen en zo een inhaalbeweging voor het onderhoud van de wegen te financieren. Ik ben daar toen vanuit de oppositie nooit in geslaagd.
Als ik de cijfers sinds 1995 tot nu goed bekijk, is het pas in 2004 dat de middelen voor structureel onderhoud opnieuw beginnen te stijgen. In de periode 1999-2004 gingen de middelen voor structureel onderhoud jaar na jaar achteruit. De middelen gingen naar de fictieve aanleg van fietspaden. In de realiteit zijn er evenwel weinig fietspaden aangelegd.
Het punt is, mijnheer Keulen, dat u slecht geplaatst bent, net als velen hier, om de minister te verwijten dat ze niets doet. U weet ook dat men de toestand waarbij de wegen jaren verwaarloosd zijn, niet zomaar in één keer rechttrekt. Sinds 2004 neemt het onderhoud toe, misschien te weinig. U kunt minister Crevits niet verwijten dat ze niets doet. De middelen voor het structurele onderhoud zijn sinds 2004, sinds 1999, sinds 1995 nog nooit zo groot geweest.
Hoe gaan we daarmee om als politici? Ik weet niet of de collegas zondag de kranten hebben gezien. De titels van De Zondag en van Het Nieuwsblad waren tegengesteld. Iedereen vindt dat er iets moet gebeuren. De ene zegt dat het structurele onderhoud in de zomer het toerisme schaadt. Als je het nu doet, is het slecht voor de files. Het is altijd wat.
Mijnheer Keulen, sinds 2004 probeert men stap voor stap iets te doen. Heleven is intussen met pensioen. Er is nu een nieuwe ambtenaar. Zwart op wit is aangetoond, ondanks de perceptie, dat de toestand op de wegen beter is dan voordien. Het is een nuchtere vaststelling. Voor de rest is dat oppositietaal. Alles in de schoot van één minister schuiven, vind ik kort door de bocht.
Mevrouw Deckx heeft het woord.
Voorzitter, beste collegas, ik vind het geweldig mooi hoe de heer Decaluwe minister van Openbare Werken Crevits verdedigt. Dat moet zeker, dat kan ik begrijpen.
Ik heb het misschien nog niet verteld: ik woon in Mol. Als je van Mol naar Antwerpen of Gent moet, kun je niet veel geduld meer opbrengen. Onze treinen vallen regelmatig in panne en de E313, de drukste verkeersader vanuit de Kempen, die de verbinding zou moeten zijn met Antwerpen en Luik, is momenteel een fysieke barrière. Als ik het toepas op het Oostblok, zou ik bijna zeggen dat het een betonnen gordijn is tussen het oosten en het westen van het land.
Op de E313 wordt regelmatig lapwerk verricht. In 2008 zijn er werken aan de opritten uitgevoerd met verkeersproblemen tot gevolg. In 2009 en 2010 waren er weer werken noodzakelijk. In de pers lees ik dat minister Crevits zegt dat het nu gedaan moet zijn met half werk en dat we voor het goede werk gaan. Ik betreur dat er half werk is geleverd en dat dat door de bevoegde minister erkend moet worden.
De minister-president is vorige vrijdag in Turnhout in het Paterspand een speech komen geven. Ik ben daarvoor uiteraard niet uitgenodigd. Ik zit wellicht in de verkeerde fractie. (Rumoer)
In de krant schrijft de journalist van dienst dat de minister-president het probleem van de E313 en van de noord-zuidverbinding, die voor onze regio erg belangrijk is, omzeild heeft en er eigenlijk niets over heeft gezegd. De journalist besluit dat er wellicht helemaal geen geld is voor de Kempen. Minister, ik wil van deze gelegenheid gebruik maken om erop aan te dringen dat u absoluut de prioriteit geeft aan de E313. Ik vraag heel dringend een uitvoeringsgericht actieplan met timing en met middelen. (Applaus bij LDD)
De heer Huybrechts heeft het woord.
Voorzitter, ik begrijp dat mevrouw Deckx de aandacht van de cameras op zich wil vestigen. Is het de bedoeling dat de ingeschreven sprekers spreken, of dat iedereen voortdurend iedereen onderbreekt? In dat geval kan ik hier ook van op mijn zitplaats speechen en mijn partijgenoten vragen om iedereen te onderbreken.
Ik heb erg aandachtig de uiteenzetting van mevrouw Deckx beluisterd. Over het dossier van de E313 spreek ik me niet uit; ik ken het dossier niet. (Gelach bij LDD)
Het is goed dat men hier het geheugen opfrist. Wie was er van 1995 tot 2004 de bevoegde minister? In die periode is het structurele onderhoud jaar na jaar afgebouwd. Dat is de harde realiteit!
Minister Crevits heeft het woord.
Mijnheer Huybrechts, maakt u zich geen zorgen, ik zal goed naar u luisteren en straks antwoorden. Ik voel me wel geviseerd als men me hier verwijt dat vorig jaar op de E313 werken zijn uitgevoerd om de op- en afritten te verlengen. Mevrouw Deckx zetelde toen nog niet in het parlement, maar ik stond toen hier op het spreekgestoelte op het moment dat de plenaire vergadering me aanmaande om ervoor te zorgen dat er minder ongevallen zouden gebeuren. Dat had helemaal niets te maken met het wegdek, maar wel met het feit dat de op- en afritten beveiligd moesten worden. U betreurt die werken. Dat betekent dus dat u betreurt dat er iets voor de veiligheid van de mensen wordt gedaan. Wel, dat is betreurenswaardig. (Applaus bij CD&V en de N-VA)
Voorzitter, als een lid van de meerderheid in een gloedvol betoog andere leden van de meerderheid tegenspreekt, wie ben ik dan om dat tegen te spreken? Wie ben ik dan om collega Deckx tegen te spreken? Mijnheer Decaluwe, u overtuigt niemand. Nooit waren er meer putten in het wegdek en meer files op onze wegen dan vandaag. Mobiliteit en Openbare Werken waren de afgelopen 6 jaar in handen van uw partijgenoten. Dat is de realiteit! (Applaus bij Open Vld)
In het westen valt 1 centimeter sneeuw, in het oosten 0 centimeter en in het centrum 4 of 5 centimeter. Dat veroorzaakt meteen een recordfile van meer dan 900 kilometer. De belastingbetaler moet daar toch niet zo maar vrede mee nemen? We zijn hier toch niet in Siberië? Er vallen hier toch geen meters sneeuw, zoals in de VS? Mensen moeten en mogen daar geen vrede mee nemen.
Is het niet ver gekomen dat Vlaamse weggebruikers bij de Vlaamse overheid schadeclaims indienen wegens de staat van onze wegen? We zijn letterlijk erg diep gezakt. Neem de proef op de som, en rij van Antwerpen naar de Nederlandse grens: de realiteit is erger dan de fantasie.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
U hebt 10 jaar in de regering gezeten, van 1999 tot 2009. En nu komt u het structurele onderhoud van de wegen aanklagen.
Het gaat niet over een doodlopende steeg of een achterafweg, maar over onze kroonjuwelen; over onze autosnelwegen. Ik spreek even over de E313, en u hoorde de uiteenzetting van mevrouw Deckx. Ik heb het dan nog niet over de economische schade, over onze arme wegenwerkers die met een emmertje en een truweel putten vullen terwijl mensen uren in de file staan.
Lach het maar weg, collegas. Praat met de mensen. We hebben een logistieke roeping en we schieten daar serieus tekort.
Mijnheer Keulen, in dit parlement telt één punt. Ik herhaal het nog eens: als je objectief naar de begrotingen kijkt, zie je dat sinds 2004 het budget voor het structureel onderhoud stijgt. In de periode 1999-2004, toen uw partij samen met andere partijen paars vormde, ging het structureel onderhoud jaar na jaar achteruit. U weet heel goed want het is ook in huisvesting zo dat als een bepaalde sector jaren aan een stuk wordt verwaarloosd, men niet in staat is om in één, twee, drie jaar de situatie recht te trekken. Dat is ook zo met de wegen. Men is nu stap voor stap de situatie aan het rechttrekken. Het meest objectieve is de begroting. De rapporten van de eigen administratie tonen aan dat we aan het inhalen zijn. We zijn er nog niet maar we zijn het aan het inhalen.
Mijnheer Keulen, als de minister nog meer middelen wil vrijmaken, zal Open Vld dit dan straks vanuit de oppositie steunen?
Zeker en vast.
Minister, welk actieprogramma zult u nu ondernemen om het structurele en professionele onderhoud van onze Vlaamse wegen, ook van onze autosnelwegen, te garanderen? Want, mijnheer Decaluwe, in het Vlaams Infrastructuurfonds (VIF), zijn de middelen voor investeringen in onderhoud aan wegen in 2010 verminderd met 28.704.000 euro in vergelijking met 2009. Ik verzin dat niet. U kunt de cijfers natrekken. U kunt met betrekking tot alles wat ik zeg de proef op de som nemen.
Minister, wat is er waar van de bijna-beschuldiging die u uitsprak? U zult controleurs aanstellen op de Vlaamse controleurs die toezicht houden op de Vlaamse wegen. Hebt u indicaties? Zijn er aanwijzingen van fraude of corruptie? Zouden bepaalde controleurs en aannemers gemene zaak hebben gemaakt waardoor de wegen- en onderhoudswerken niet aan de kwaliteitsstandaarden beantwoorden? Minister, u moet er vooral voor zorgen dat dit niet de Justitie wordt van de Vlaamse overheid. Dat is uw volle verantwoordelijkheid want Mobiliteit en Openbare Werken vormen een sleutelsector voor de Vlaamse economie.
Ik ben benieuwd naar uw antwoorden.
Mijnheer Keulen, u stelt een vraag over de controleurs van de controleurs. Er was hier een paar weken geleden een actualiteitsdebat. Ik heb toen gezegd dat ik ging vragen dat er steekproefaudits zouden gebeuren. Iedereen heeft daar heel positief op gereageerd. Ik heb nu net hetzelfde gezegd: er zullen steekproefaudits plaatsvinden.
U hebt zelf die opmerking gemaakt. U moet dan toch aanwijzingen hebben dat het met die controleurs niet bonafide loopt.
Het parlement heeft mij een paar weken geleden een vraag gesteld en ik heb een antwoord gegeven op die vraag. Het is misschien zeldzaam in de politiek maar ik blijf consequent met mijn antwoord.
De heer Reekmans heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, LDD stond hier de voorbije maanden als enige al enkele keren vooraan om de slechte toestanden van onze wegen in het algemeen en de slechte werking van het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) in het bijzonder aan te kaarten. De massale putten en kraters in de Vlaamse wegen en de wantoestanden bij AWV werden toen als een fait divers weggelachen. Vandaag blijkbaar niet meer. We krijgen volgelingen. Ik heb genoten van de toespraak van de heer Keulen. Zelfs de meerderheidspartij sp.a heeft kritiek. Mevrouw Deckx, ik hoop dat u door uw fractie gedekt bent. Bij CD&V is dat soms anders. Er komt uit die fractie soms een ander geluid maar die fractie weet dat dan niet. Ik neem akte van het standpunt van de sp.a want ik heb de fractieleider niet horen ontkennen.
Minister, uw beleid is weinig consequent. Verleden jaar wou u nog zoveel mogelijk wegenwerken tegelijk uitvoeren, vandaag zegt u dat u niet meer alles tegelijk wilt doen. U wilt minder werken maar een betere kwaliteit. Van een bochtenbeleid gesproken, minister.
U bent de voorbije maanden de minister van openbare beloften geworden in plaats van de minister van Openbare Werken.
Minister, u en uw recente voorgangers deden niet alleen veel te lang veel te weinig, maar lieten ook na de kwaliteit te controleren. Hoewel al uit interne audits van 2001, 2003 en 2004 duidelijk werd dat er massaal wat misliep met de kwaliteit van onze wegenwerken, stak men doelbewust de kop in het zand. Binnenkort, jaren later, zullen we eindelijk die audits krijgen in de commissie Openbare Werken.
U beloofde de voorbije dagen plots beterschap. Over 5 jaar moeten onze 910 kilometer Vlaamse snelwegen in goede staat zijn. U geeft daarmee niet alleen het falen van de voorbije jaren toe, maar u slaagt er zelfs in compleet te zwijgen over de 5400 kilometer gewestwegen. En het lukt u om daarmee weg te komen.
Minister, u stelt in de media dat u vanaf nu kwaliteitsgaranties zult eisen van de aannemers, en hen niet langer alleen via bestekken zult voorschrijven welke mengsels ze moeten gebruiken. Dat is opnieuw een publieke schuldbekentenis, want deze nieuwe eisen tonen duidelijk aan dat ook u goed weet dat de asfaltkwaliteit de voorbije jaren abominabel was. Trouwens, de bestekken worden vandaag vaak niet nageleefd, getuige daarvan de herstellingen vorige week op de E313. Op de historische tv-beelden daarvan is duidelijk te zien dat het standaardbestek 250 van de Vlaamse Gemeenschap niet wordt gevolgd. Er werd namelijk gebruik gemaakt van gewoon steenslag, terwijl het standaardbestek duidelijk stelt dat er hersteld moet worden met vooromhuld steenslag. Het gevolg is dat men binnen de maand de herstelling van de herstelling zal moeten uitvoeren, al dan niet met emmertje en truweeltje. Maar verder is er niets aan de hand, mijnheer Decaluwe.
Het Agentschap Wegen en Verkeer erkent vandaag ook in een krant dat het standaardbestek op de E313 niet gevolgd werd, maar voegt eraan toe dat het niet verplicht is. Een mens kan zich dan afvragen waarom er zoiets bestaat als een standaardbestek. Zouden we niet beter al die bestekken gewoon in de vuilnisbak gooien? Dan hoeven we ons ten minste in dit parlement niet langer op de bestekken te baseren als er iets verkeerd loopt.
Uw strafste intentie van de laatste dagen is de studie die u wilt uitvoeren om te ontdekken hoeveel en hoe onze buurlanden investeren in hun wegen. Minister, deze studies bestaan al. U moet ze enkel willen lezen, en vooral willen toepassen.
Collegas, enkele cijfers wil ik graag met u delen. Vlaanderen besteedt jaarlijks 1500 euro per kilometer weg. Duitsland besteedt 4030 euro per kilometer weg. In Nederland gaat het om 2300 euro per kilometer, en Frankrijk voorziet in 2680 euro per kilometer weg. De cijfers spreken voor zich. Wanneer we dan kijken naar de inkomstenzijde, dan zien we dat burgers in dit land fors betalen voor hun wagen en voor hun mobiliteit. In 1988 betaalden we 4,9 miljard euro, 10 jaar later was dat bedrag al opgelopen tot 8,5 miljard euro. In 2008 bedroeg het niet minder dan 13 miljard euro. Op 20 jaar tijd kreeg de staat van de Belgische automobilist niet minder dan 181 miljard euro in het laatje. En voor 2010 voorziet u in 560 miljoen euro.
Minister, uw betoog over de controles van de kwaliteit de voorbije dagen in de media stond in schril contrast met eerdere antwoorden van u op mijn vragen van de voorbije maanden. Plots gaat u vliegende controles op de controles organiseren, net wat wij al eerder vroegen. Maar wat we echt nodig hebben, is een onafhankelijk controleorgaan. In Nederland kent men dit al sinds 1987. En ja, we hebben dit nodig, minister. Want vandaag slaagt een aannemer erin blijvend overheidopdrachten voor wegenwerken binnen te rijven, ondanks de veroordeling van de bedrijfsleider voor omkoping en corruptie.
Vorige week kregen we bij LDD een nieuwe audit van 2005 in handen van maar liefst 94 paginas. Het is een hallucinant document. Mevrouw Deckx, het is toch belangrijk dat u even luistert.
Toenmalig minister Stevaert antwoordde op 29 november 2002 op een parlementaire vraag van Francis Vermeiren dat het bestek stipt werd nageleefd. Die audit toont ondubbelzinnig aan dat dat langs geen kanten klopte.
Minister, breek met dat verleden. Ruim eindelijk de boel op bij uw diensten en ontwikkel een beleid met visie. Elke weggebruiker, voetganger, fietser, automobilist of vrachtwagenbestuurder vraagt het u, smeekt het u. Doe iets! (Applaus bij LDD)
Mevrouw Smaers heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, het is terecht dat in dit parlement de nodige aandacht wordt gevraagd voor het onderhoud van ons wegennet. Ik ben heel blij te zien dat van op alle banken in dit parlement de vraag komt om daar meer aandacht aan te besteden. Nochtans stel ik vast dat de voorbije jaren enkel vanuit CD&V de nodige budgetten werden vrijgemaakt om blijvend te investeren in onderhoud en het wegwerken van de structurele achterstand in dat onderhoud. (Opmerkingen. Rumoer)
Voorzitter, ik vind wel dat het parlement moet luisteren naar andere sprekers.
Ik ben het volledig met u eens. Collegas, u hebt gehoord wat mevrouw Smaers zei. Het parlement moet leren luisteren naar de spreker op het spreekgestoelte. Ik stel voor dat mevrouw Smaers eerst haar punt maakt en dat u straks repliceert.
Het is heel eenvoudig. Als we echt naar de cijfers kijken, stellen we vast dat er bij het begin van de vorige legislatuur een historisch dieptepunt was van de budgetten voor het onderhoud van ons wegennet, en dat sinds het aantreden van minister-president Peeters als voormalig minister van Openbare Werken het budget voor het onderhoud van het wegennet elk jaar stelselmatig werd opgetrokken tot een huidig niveau van circa 100 miljoen euro. Dat is een niveau dat in het voorbije decennium niet eerder is voorgekomen. Dat is de verdienste van mijn fractie, CD&V.
Ook vandaag pleiten wij ervoor om blijvend in te zetten op dat onderhoud, niet alleen om het jaarlijkse onderhoud van de wegen op peil te kunnen houden, maar ook om de structurele achterstand stelselmatig te kunnen wegwerken. Daarom vragen wij blijvende aandacht voor die budgetten.
Cijfers hebben natuurlijk hun gewicht in het debat, maar uit artikel MH.73.11.DU van het Vlaams Infrastructuurfonds blijkt dat in 2010, terwijl de putten en de files nog nooit zo erg zijn geweest als nu, de kredieten met 28.704.000 euro worden verminderd voor investeringen in en onderhoud van wegen. Het gaat hier niet over een bagatel. Het gaat over bijna 30 miljoen euro.
Dat is niet waar.
Dat is wel waar.
Als u naar de budgetten voor onderhoud kijkt, zult u zien dat alle budgetten samen de voorbije 6 jaar ieder jaar stelselmatig zijn opgetrokken, en dat dankzij onze minister en onze fractie.
Vandaag wil ik bijzondere aandacht vragen voor de E313. De laatste maanden heeft die weg erg te lijden gehad. We moeten bekijken hoe we dat op korte termijn in de komende maanden met een structureel onderhoud kunnen aanpakken. Minister, ik vraag u vanuit onze fractie om blijvend in te zetten op het onderhoud en nog meer werk te maken van de achterstand in het structurele onderhoud.
Hebt u al zicht op de beschikbaarheid van het laatste rapport over de evaluatie van het Vlaamse wegennet? We zouden graag zicht krijgen op dat rapport, om te weten welke conclusies we moeten trekken uit het gevoerde beleid en het onderhoud. We kunnen bijvoorbeeld vragen stellen bij de manier waarop de laatste weken putjes werden gevuld op de E313. Moeten we niet uitkijken naar een duurzamere vorm van onderhoud? Zijn er manieren om de samenstelling van het asfalt en het beton te veranderen, om die beter bestand te maken tegen extreme invloeden van weersomstandigheden en de intensiteit van het verkeer?
Minister, ik vraag u naar uw zicht op het laatste rapport en de conclusies die eruit worden getrokken. Er zullen werken noodzakelijk zijn. Ik zie dat het parlement vandaag eensgezind is over het blijvend investeren in dat wegennet. Ik vraag dan ook om een goede coördinatie te voeren over de noodzakelijke wegenwerken en een pakket minderhindermaatregelen op te maken voor de noodzakelijke wegenwerken, zodat de hinder voor elke bestuurder tot een minimum beperkt zal blijven. We weten dat een investering in dat wegennet de topprioriteit is, om van een veilige en leefbare verkeersinfrastructuur te kunnen spreken. Dat is waar we al jaren voor pleiten. (Applaus bij CD&V en de N-VA)
Mevrouw Smaers, ik laat me niet verleiden om in te gaan op uw bejubeling van de minister en de CD&Vers in de Vlaamse Regering. U bent een parlementslid uit de Kempen. Als u vanuit de Kempen naar Brussel wilt komen, moet u de E313 nemen.
Of de trein. (Applaus bij CD&V en de N-VA)
Tegenwoordig scoor je hier als fractie al inhoudelijk als je erin slaagt het vervoermiddel van het parlementslid aan te tonen. Proficiat, CD&V-fractie, het niveau van dit parlement stijgt.
Mevrouw Smaers, laten we van de veronderstelling uitgaan dat niet uzelf, maar uw familieleden, buren of mede-Kempenaren van de Kempen naar Brussel rijden over de E313. Hoe vindt u dan de onthullingen die het AWV gisteren heeft bevestigd, dat de herstellingswerken aan de E313 niet conform het bestek zijn gebeurd? Wat is uw standpunt hierover als parlementslid van de meerderheid? Ik zou het antwoord graag horen van een parlementslid van de meerderheid, en niet van de minister, want dat wordt voorbereid in overleg met het AWV. Wat vindt u ervan dat we binnenkort een herstelling van de herstellingen krijgen?
Mijnheer Reekmans, ik zal het antwoord van de minister afwachten.
Ik vraag het aan u, mevrouw Smaers. U hebt toch een mening. U vertegenwoordigt hier toch de Kempenaren. Ik vraag uw mening.
Ik ben inderdaad Kempenaar, en daarom vraag ik, net zoals mijn fractie de voorbije jaren heeft gedaan, om in te zetten op dat onderhoud.
Vindt u het goed dat het bestek niet wordt gevolgd?
Mijnheer Reekmans, mevrouw Smaers heeft het woord.
Ik vraag dus, zoals mijn fractie de voorbije jaren heeft gedaan, om op een constructieve manier in te zetten op het onderhoud van dat wegennet.
Dat is mijn vraag niet. U draait rond de pot.
Mijnheer Reekmans, wilt u mevrouw Smaers laten uitspreken alstublieft. Als u het antwoord niet goed vindt, dan onderbreekt u haar. Mevrouw Smaers heeft het woord.
Ik kan alleen maar op een constructieve manier meewerken aan wat goed is voor de wegbestuurder en voor de veiligheid. Ik zie dat mensen aan die weg hebben gewerkt. De minister en ik kunnen er niet aan doen dat het vriest, en dat we een aanhoudende vorstperiode hebben. Wat we wel van het parlement kunnen vragen, is om te waken over de blijvende budgetten van dat onderhoud. Voor de rest van de concrete antwoorden op uw specifieke vraag, verwijs ik naar de minister.
Ik kan snappen dat u mijn vraag niet van buiten hebt geleerd, maar dat is mijn vraag niet.
De heer Huybrechts heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, het probleem van het onderhoud, of beter gezegd het gebrek aan onderhoud, van onze Vlaamse wegen, is een oud zeer. Heel actueel kan ik het niet noemen. Al vele jaren, mevrouw Deckx, is dit geregeld een onderwerp van discussie in de commissie Openbare Werken. Dat is ondanks de toename van het budget van het structurele onderhoud van onze wegen, dat geef ik toe, maar ik besef ook dat de paars-groene regering het onderhoud van de wegen destijds stiefmoederlijk heeft behandeld, met alle nadelige en zeer dure gevolgen van dien. Toch is het huidige budget van 100 miljoen euro ruim onvoldoende om de historische achterstand in het onderhoud van ons wegennet recht te trekken.
Ex-collega Frans Peeters, een partijgenoot van u, minister, heeft in de vorige legislatuur, naar aanleiding van een vraag om uitleg, gezegd dat met het budget, toen 90 miljoen euro, de toestand van ons wegennet langzaam zou achteruitgaan. Het resultaat is navenant. Tienduizenden automobilisten ergeren zich nu al vele maanden aan de talrijke putten en gaten in onze wegen, en de toestand gaat van kwaad naar erger.
Minister, beseft u dat bijna een derde van de dodelijke motorongevallen te wijten is aan de gebrekkige wegeninfrastructuur in ons land? Ik stel vast dat de federale overheid via de automobilist als melkkoe ongeveer 12 miljard euro per jaar binnenrijft aan wegenbelasting, taksen en accijnzen op brandstof. In 2009 werd voor 344 miljoen euro aan boetes geïnd. 83 percent van deze boetes wordt in Vlaanderen uitgeschreven en maar amper 5 percent in Wallonië, maar ondertussen vloeit meer dan de helft van de inkomsten van het verkeersboetefonds terug naar Wallonië.
De heer Sauwens heeft het woord.
Mijnheer Huybrechts, u zegt dat wij straks het slechtste wegennet van Europa hebben. Dat is niet juist. Op internationale lijsten voor bedrijven om zich te vestigen in een bepaalde lidstaat, met pluspunten en minpunten, scoort Vlaanderen juist zeer goed omwille van de goede bereikbaarheid en de goede ontsluiting via het wegennet. Alle kenners weten dat er winterschade optreedt bij periodes van koude zoals we die nu meemaken en zoals we die vorig jaar hebben meegemaakt met temperaturen van min 20 graden Celsius, met opeenvolgende periodes van felle vorst en snelle dooi. Daarbij wordt de bovenlaag kapot gereden. Iedereen die lokale verantwoordelijkheid draagt als schepen van openbare werken of als burgemeester, iedereen die ooit op een ander vlak bezig is geweest met de materie, weet dat er her en der winterschade kan ontstaan. Dat heeft niet rechtstreeks te maken met het onderhoud of het gebrek daaraan.
Ik denk niet dat we in het parlement elkaar de zwartepiet moeten doorschuiven. Doen alsof het de fout is van deze regering dat er extreme weersomstandigheden zijn geweest, is wat goedkoop. Het lijkt me beter om na te gaan hoe we daar zo snel mogelijk aan tegemoet kunnen komen. Iedereen die lokale verantwoordelijkheid draagt, weet dat dat moet gebeuren met extra middelen die moeten worden vrijgemaakt. Constant zeggen dat wij het slechtste wegennet hebben, is niet correct. Er is een probleem op de E313 en dat moet snel worden opgelost. De minister heeft gezegd dat ze dat zal doen. Ze zal straks nog verder verduidelijken hoe dat de volgende weken en maanden moet gebeuren.
Maar winterschade is er als gevolg van extreme weersomstandigheden. Kijk naar Roemenië, kijk naar de Verenigde Staten. We moeten niet eens zo ver gaan. Ik nodig u uit om eens de Hertogstraat te bekijken. Het zou misschien goed zijn om die twee mannen met dat emmertje eens uit te nodigen om in het Brusselse gewest de straten rond het Warandepark eens aan te pakken.
We mogen dat probleem niet dramatiseren. Het kan snel worden opgelost. Vlaanderen is vandaag mans genoeg om dat zelf te doen.
Ik vind de vergelijking met Roemenië heel ongelukkig. Je kunt ook Congo erbij sleuren. Nederland en Duitsland hebben hetzelfde weer. Er loopt dezelfde weg, de E314. In Vlaanderen heb je een terreinwagen nodig, en in de buurlanden rijd je over een biljartlaken. De landen liggen naast elkaar, en het verschil is wezenlijk groot.
Een Nederlandse aannemer van wegenwerken die ook in Vlaanderen werkt, zei op TV Limburg dat wij andere materialen gebruiken. De Vlaamse en de Nederlandse materialen hebben elk hun pros en, contras. Het verschil zit in de frequentie van het onderhoud. Die ligt in Nederland veel hoger. Daar wordt meer besteed en regelmatiger onderhoud aan de wegen doorgevoerd.
De heer Van Dijck heeft het woord.
Mijnheer Keulen, je ziet dat niet alleen op autosnelwegen, maar ook op andere wegen. Ik kan u vele voorbeelden geven van wegen die zeer recent zijn aangelegd, maar gelet op de huidige toestand van veel vorst en zout, zijn er nu kleine gaten ontstaan die vaak bijna manueel moeten worden opgevuld.
Dat is inderdaad geen gezicht. Anno 2010 komt dat vreemd over. Op dit ogenblik moet ik in mijn gemeente de kleine gaten manueel laten opvullen, om vervolgens te kunnen overgaan tot structureel verder onderhoud.
De heer Penris heeft het woord.
We moeten een fundamenteel onderscheid maken. Er zijn de lokale wegen en de lokale verantwoordelijken. Daar heeft de heer Sauwens het voor een deel over, en naar ik hoop ook de heer Van Dijck.
Er is echter ook een ander probleem, dat de heer Huybrechts hier vandaag aankaart: het probleem van Vlaanderen als distributieland. Als onze hoofdwegen niet worden onderhouden, dan geven wij aan onze klanten, de klanten van Vlaanderen als distributieland, een bijzonder slecht signaal. Dat moet op de eerste plaats onze zorg zijn. Dat is de zorg die de heer Huybrechts naar voren brengt. Mijnheer Sauwens, u mag daarop reageren, maar betrek het dan niet op uw lokale problemen. We moeten op de eerste plaats onze verantwoordelijkheid opnemen als Vlaams wegbeheerder, en dat moeten we ook financieel kunnen doen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
We weten dat de NMBS ongeveer 3 miljard euro per jaar krijgt en dat tram en bus ongeveer 1,7 miljard euro per jaar krijgen. Dan vraag ik me af waarom de levensnoodzakelijke 120 miljoen euro voor het onderhoud van ons Vlaamse wegennet niet kan worden vrijgemaakt. Misschien zou de Vlaamse Regering beter meer investeren in het onderhoud van onze wegen en in de veiligheid dan in de wildgroei aan flitspalen in Vlaanderen.
Minister, bovendien wijst de diepte van de putten op een structureel probleem bij de aanleg. U hebt zelf toegegeven dat de kwaliteit van de fundering en de onderlaag soms te wensen overlaat. Ik verwijs onder meer naar de recent aangelegde E19 Antwerpen-Brussel, waarvan de toplaag na de eerste vrieskou op bepaalde plaatsen al is losgekomen. U hebt beloofd dat er voortaan geactualiseerde criteria voor de duurzaamheid van het asfalt zouden worden opgelegd. Waarom is dat niet vroeger gebeurd? U hebt ook laten weten in de leer te gaan bij onze buren, in Nederland, Frankrijk en Duitsland waar men, mijnheer Sauwens, ondanks een even strenge winter, heel wat minder putjes moet vullen. Wanneer mogen we die resultaten verwachten? Minister, hoe zit het met de controle op de aanleg van de werven? U zou controleurs van wegenwerken laten controleren. Zult u daarvoor extra personeel inzetten, of hoe zal dit gebeuren?
Voor alle duidelijkheid vat ik mijn vragen kort samen. Het is zonder meer noodzakelijk een jaarlijks budget van minimaal 120 miljoen euro beschikbaar te stellen. Hoe zult u dit doen? Waarom wordt de asfaltreglementering nu pas geactualiseerd? U was voldoende gewaarschuwd dat het asfalt op bepaalde plaatsen van slechte kwaliteit was. Dan is er het eeuwige probleem: wie controleert de controleurs, wie bewaakt de bewakers?
Ten slotte wil ik de hele Vlaamse Regering waarschuwen, en zeker minister Schauvliege. Ik garandeer u dat er binnenkort even grote discussies zullen worden gevoerd over het onderhoud van onze Vlaamse rioleringen. Ook hier is er een totaal gebrek aan onderhoud, met alle gevolgen van dien: lekken, verzakkingen, instortingen, milieuverontreiniging enzovoort. Minister, als u op mijn andere vragen wilt antwoorden, ben ik echter al zeer tevreden. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Roegiers heeft het woord.
Minister, geachte leden, de logistieke draaischijf van Europa staat stil: vandaag door de sneeuw, gisteren door de smog en al enkele weken door de lamentabele staat van een aantal snelwegen. We zouden ermee kunnen lachen, mocht het niet zo ernstig zijn en mocht de schade aan onze economie daardoor niet onbecijferbaar dreigen te worden.
Dat er al langer iets aan de hand is, weten we al geruime tijd. Daarom heeft deze regering en hebben ook de vorige regeringen het budget voor het onderhoud van de wegen gevoelig opgetrokken, van 30 miljoen euro in 2004 tot 100 miljoen euro vandaag. Toch blijven de klachten binnenstromen.
Minister, niettegenstaande de beleidsnota die we uitgebreid hebben besproken in de commissie en die we vorige week hebben afgerond met de stemming over de moties, hebt u het toch nodig gevonden om een aantal extra nieuwe maatregelen aan te kondigen door een gesprek met de krant. We waren verbaasd dat u dat niet hebt gedaan tijdens de bespreking van de beleidsnota, maar goed, tot daar aan toe. We waren eigenlijk nog meer verbaasd over de maatregelen die u hebt aangekondigd.
U hebt aangekondigd dat er een benchmark komt. We gaan de staat van onze wegen vergelijken met die van onze buurlanden: Nederland, Frankrijk, Duitsland. Minister, ik vind het vreemd dat we, na 6 jaar waarin we alsmaar meer investeren in het onderhoud van onze wegen, nu de vraag gaan stellen of we goed bezig zijn, of we het goed hebben gedaan, of we de juiste materialen gebruiken, of we voldoende onderhouden. Neen, we hebben dat blijkbaar 6 jaar blind en doof gedaan, en nu gaan we kijken hoe de andere landen het doen. Het is beter laat dan nooit en we kijken in ieder geval reikhalzend uit naar het resultaat, maar het zou ons eerlijk gezegd verbazen, minister, als deze benchmark even goed is als die van De Lijn. Maar dat is natuurlijk een ander verhaal.
Een tweede maatregel die u aankondigde, is het verbeteren van de controles. Een aantal collegas hebben het daar al over gehad. We hebben dat, minister, 5 jaar geleden al gezegd naar aanleiding van mogelijke malversaties bij AWV. Toen was het in het Gentbrugge. Toenmalig collega Peumans is later over Vilvoorde tussengekomen. We weten dat er iets mangelt aan de controles. En het is dus al even verbazend dat er nog geen werk is gemaakt van de aanbevelingen die 4, 5 jaar geleden in de interne audit werden gedaan en waarvan we toch al een tijdje vragen om met de opvolging van de rapporten naar de commissie te komen. We vragen dan ook, minister, wat u nu precies bedoelt met de controles. Hoever staat het met de opvolging van de rapporten die we allemaal hebben gekregen? Ook daar weer beter laat dan nooit, en we steunen absoluut de maatregelen die u hebt aangekondigd.
Mijnheer Roegiers, in de commissie bent u ook iemand die de wantoestanden mee wil aanpakken binnen het departement Openbare Werken en Mobiliteit. Dat wil ik ook gezegd hebben voor ik verder ga tussenkomen. U was in 2001 nog geen lid van de sp.a. U bent dat ook nog niet zo heel lang. Ik ga nu even de heer Decaluwe het geheugen van het Vlaams Parlement - helpen. Ik ben nog maar het korte harde schijfje, hij is al de lange harde schijf.
Als ik de dossiers doorneem, lees ik dat er interne audits zijn van 2001, 2002, 2003, 2004 en 2005. Ik ga minister Crevits hier vandaag niet uit de wind zetten, want ook zij leest de audits niet. Maar ook de sp.a-ministers die toen aan het beleid waren, hebben die audits nooit gelezen. Ik denk dat zowel de sp.a- als de CD&V-excellenties eens dringend in de Vlaamse Regering moeten gaan samenzitten, de audits van onder het stof gaan halen, die gaan lezen en terugkomen naar het parlement. Dan gaan we het wegenbeleid in Vlaanderen veranderen. Daar ben ik zeker van. Ik hoop in u, mijnheer Rogiers, een medestander te vinden en dat u uw fractie en uw ministers daarvan gaat overtuigen. Het is heel simpel. De audits zijn er: ze moeten gewoon gelezen en toegepast worden.
Mijnheer Reekmans, ik heb in ieder geval van u geen lessen te krijgen over het wisselen van partijen. Het lijstje van uw partij en ex-partijen zullen we hier natuurlijk wel eens kunnen opmaken. (Applaus bij de meerderheid)
U gaat me toch ook inhoudelijk antwoorden, hoop ik?
Mijnheer Reekmans, we hebben vorige week tijdens de regeling van de werkzaamheden - maar u was al vertrokken - afgesproken dat de opvolging van de rapporten er nu eindelijk zal komen. Ik ben het met u eens en ik vind ook dat ze er vlugger hadden moeten komen, maar ze zijn er. We steunen de aankondiging van de minister daarover.
Ik wil eindigen met twee belangrijke dossiers die nauw verbonden zijn met deze ellende en die we hier toch ter sprake willen brengen. Minister, maak alstublieft werk van de kilometerheffing voor vrachtwagens the sooner, the better wat ons betreft. Vrachtwagens zijn de hoofdverantwoordelijke voor de schade aan ons wegennet. Een kilometerheffing is een hoeksteen voor een sturend beleid en moet er dus zo snel mogelijk komen.
Ten tweede, geen investeringen in onze wegen zonder blijvende investeringen in duurzaam vervoer. Dit slaat nog steeds in grote mate op ons openbaar vervoer. Indien we mensen uit hun wagens en uit de files willen halen, zullen we in een vlot openbaar vervoer moeten investeren. We willen dat de investeringen voor De Lijn niet on hold worden gezet. Ze moeten even goed kunnen groeien als de investeringen die voor het onderhoud van de wegen worden gevraagd.
Dit zijn slechts enkele belangrijke zaken die we hier willen aanhalen. We vragen hier ernstig werk van te maken. Indien we dit niet doen, riskeren we dat we ons de in de toekomst niet langer zullen moeten ergeren aan het feit dat de prins zich tijdens een smogalarm niet aan de snelheidsbeperking van 90 kilometer per uur houdt. We zullen met zijn allen niet meer dan 90 kilometer per uur kunnen rijden. (Applaus bij sp.a)
Ik wil even reageren op de zeer kritische toespraak van de heer Roegiers. We geven jaarlijks 800 miljoen euro uit aan De Lijn en aan het openbaar vervoer. We verzorgen hiermee 11 percent van de verplaatsingen. Ik ben zelf voor het openbaar vervoer. Jaarlijks gaat echter 300 miljoen euro naar de wegeninfrastructuur, waarlangs 75 percent van alle verplaatsingen gebeurt. We moeten dit debat zonder taboes durven voeren, ook op het ogenblik waarop een inhaalbeweging moet worden doorgevoerd. (Opmerkingen van de heer Jan Verfaillie)
Mijnheer Verfaillie, u bent al 6 jaar verantwoordelijk. U probeert dat op alle mogelijke manieren te camoufleren. Buiten uw eigen fractie overtuigt u echter niemand, ook de andere meerderheidspartijen niet. Iedereen die ogen en oren heeft, kan dat vaststellen.
Mevrouw De Wit heeft het woord.
Voorzitter, men moet hier vandaag maar minister van Mobiliteit zijn. Ik wil in elk geval rustig en kritisch zijn. Ik zal niet zo hard roepen als sommige anderen. (Applaus bij CD&V)
Volgens mij heeft het weinig zin hier vandaag zwartepieten uit te delen. Dat baat niet. We moeten naar de toekomst kijken. De mensen die vandaag, morgen en overmorgen in de file staan, hebben daar niets aan. Er moet een oplossing komen.
De bekommernis om onze wegen zou een evidentie moeten zijn. Dat is blijkbaar niet altijd het geval geweest. We moeten dit, tot onze scha en schande, eerlijk durven toegeven. We moeten immers vaststellen dat de kwaliteit van het wegennet op bepaalde plaatsen ondermaats is.
De N-VA is voor investeringen in co-modaliteit en voor het werken aan duurzaam woon-werkverkeer en openbaar vervoer. Als overheid hebben we echter nog steeds de plicht een degelijk wegennet open te stellen. We moeten hierin voorzien. We kunnen immers niet rond de vaststelling heen dat de wagen nog steeds het meest fijnmazige vervoermiddel is. Het is een en-enverhaal. Dit is niet altijd naar behoren uitgevoerd. We moeten dat durven zeggen.
De ondermaatse kwaliteit heeft gevolgen. Ten gevolge van de slechte staat van het wegennet is verkeersonveiligheid ontstaan. Om die verkeersonveiligheid te verhelpen, moeten we durven investeren in de drie Es: education, enforcement en engineering. We stellen vast dat we op dat laatste vlak hebben gefaald. Daar is niet voldoende in geïnvesteerd.
Die verkeersonveiligheid en de slechte staat van de wegen zijn onaanvaardbaar. We mogen ons daar niet bij neerleggen. We innen immers verkeersbelastingen. We moeten bijgevolg iets teruggeven. Indien we de mensen iets vragen, moeten we ze ook iets teruggeven. We moeten ze bedienen en ze van degelijke infrastructuur voorzien. Dit geldt des te meer in het licht van de maatregelen die we willen treffen. Het is de bedoeling een groene fiscaliteit en een kilometerheffing door te voeren. Daar is een draagvlak voor nodig. Dat gaan we niet enkel door middel van communicatie bereiken. Daarvoor moeten we ook iets teruggeven. Als we de mensen laten betalen, moeten we iets teruggeven. Op dit ogenblik is dit niet het geval. Er moet een degelijk wegennet zijn. Voor wat hoort wat.
Dat gezegd zijnde, wil ik hier even een open deur intrappen. Een degelijk onderhoud van de infrastructuur is van het grootste belang. Voor sommigen is het nooit genoeg. Ik ben echter tevreden met de engagementen van de Vlaamse Regering. Bepaalde mensen mogen roepen en tieren zoveel ze willen. Om die achterstand weg te werken, is het jaarlijks budget met 100 miljoen euro verhoogd. De inhaaloperatie wordt ingezet.
Een budget plannen is natuurlijk één ding, minister, dit efficiënt besteden is ook belangrijk. De specifieke problemen van de laatste dagen doen natuurlijk vragen rijzen. We hebben de saga van de werken aan de E313. Men maakte daar een karikatuur van met het truweel en het asfalt uit Duitsland, maar laat ons eerlijk zijn, het stemt tot nadenken. Dit is inderdaad niet meer van deze tijd, wij hebben daar ook vragen bij. Als de onderaannemer zelf zegt: dat is ons petje te boven gegaan, dan is er iets mis. We moeten dat durven zeggen. Ik geloof dat de minister dat wel inziet. AWV gaf toe dat er een inschattingsfout werd gemaakt. Heeft AWV haar werk dan wel goed gedaan? Wij dringen aan op een duidelijke taakverdeling en toewijzing van verantwoordelijkheid tussen AWV en de aannemers.
Soms moet er een accident gebeuren, het liefst niet te erg, men moet een truweel zien, om goed wakker te worden en in actie te schieten. Wij zijn verheugd dat de minister meer zal toezien op de kwaliteit van de werken en wil streven naar een soort resultaatsverbintenis. Het wordt geen pleister op een houten been, geen kunst en vliegwerk maar kwaliteitsvolle herstellingen. Waar voor ons geld. Dat moet het geval zijn voor onderhoudswerken én bij heraanleg én aanleg van nieuwe wegen. Dat moeten we hoog in het vaandel dragen. Welke controle bestond er tot nu toe op de werkzaamheden, op de resultaten, op de voorbereiding en op de gunning van de opdrachten?
We hebben onlangs gedebatteerd over de vrieskou en de problemen daarbij. U hebt toen aangekondigd dat u werk zou maken van het nieuwe asfaltreglement en de temperatuurgevoeligheid zou laten nagaan. Wat is de stand van zaken daaromtrent?
De wetgeving laat niet toe dat we tussen december en maart een nieuwe toplaag asfalt krijgen. Dat is niet meer van deze tijd, minister. Het is praktisch niet haalbaar, dat bewijzen de problemen van vandaag. Er moet een duurzame oplossing komen.
Fluisterasfalt is stiller, beton is duurzamer. Studies wijzen uit dat sommige soorten beton veel stiller zouden kunnen zijn. We moeten eens bekijken welk criterium we gaan handhaven bij onze keuze.
Minister, u kondigt een benchmark aan. Het kan nooit kwaad om eens out of the box te kijken. We hebben niet altijd zelf alle wijsheid in pacht. Welke timing hebt u in gedachten? Eén ding is duidelijk: we mogen niet meer talmen. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Peeters heeft het woord.
Ik sta hier niet om kritiek te geven op die mensen met hun emmertje en truweel. Ik sta hier ook niet om kritiek te geven op de hinder die veroorzaakt werd toen er op de E313 werken plaatsvonden omwille van de veiligheid. Die waren hoognodig. Hinder en omleidingen zijn dan logische gevolgen. Als er in al die herrie dan nog een brug sneuvelt, dan wordt het hallucinant. Dat wordt hilarisch. Vandaag hebben we het trieste record van 1000 kilometer file gebroken. We zitten niet aan het plafond, op het vlak van automobiliteit zitten we reeds ver over de top. We oogsten wat we gezaaid hebben. In het verleden kreeg het structurele onderhoud niet de prioriteit die het verdiende. Er werd niet genoeg geld voor uitgetrokken. Dat heeft een hoop ellende veroorzaakt, en nu moeten de herstellingen toch gebeuren. Ik stel vast dat de ellende intussen immens groot is geworden.
Ik stel ook vast de Vlaamse Regering vasthoudt aan het principe van bijkomende investeringen in volgens ons te veel nieuwe missing links. We kunnen het huidige wegennet amper onderhouden, dus laat ons verdorie voorzichtig zijn met te investeren in steeds bijkomende nieuwe wegen die we wellicht ook weer niet zullen kunnen onderhouden.
Voor ons mogen verbeter- en aanpassingswerken natuurlijk wel doorgaan, maar niet zoals de Vlaamse Regering ze bijvoorbeeld plant bij de omweg in de noord-zuidverbinding in Limburg of bij de parallelweg in de Kempense noord-zuidverbinding. Kris Peeters vergeet bij zijn bezoek aan de Kempen de Kempense noord-zuidverbinding te vernoemen. Als dat betekent dat ze er niet komt, dan is dat voor mij een goede zaak, zeker als dat geld dan gaat naar de E313 want dat lijkt me een veel hogere prioriteit.
Er worden hier ministers-presidenten geciteerd. Ik was aanwezig en de noord-zuidverbinding is daar zeer duidelijk genoemd en benoemd.
Daarmee is de heer Van Dijck de nieuwe woordvoerder van de minister-president.
Samen met mevrouw Deckx was ik dan toch niet uitgenodigd. (Opmerkingen van de heer Kris Van Dijck)
Ik heb geen bericht gekregen.
Als u het toch wilt doen, dan keuren we dat beleid niet goed. Ik had gehoopt dat door het niet-vernoemen, de noord-zuidverbinding alsnog zou sneuvelen.
Minister, het was ook symptomatisch dat u vorige week de uitdaging van de heer Sas van Rouveroij aannam om Mega Mindy te spelen en toch nog vlug in een spitsstrook te voorzien op de E313. Natuurlijk is dat goedbedoeld, maar het lijkt ons toch symptomatisch voor het gevoerde beleid. Het is een beetje onbezonnen. Het is paniekvoetbal. Ik denk niet dat dit het soort beleid is dat we nu nodig hebben voor de automobiliteit, zeker niet voor het beheersen ervan.
De Vlaamse automobiliteit is een complex verhaal. We hebben wellicht het dichtste en meest uitgebreide wegennet ter wereld. De inrichting van onze wegen dat komt door de geschiedenis van verschillende overheden die ze hebben aangelegd is niet steeds uniform en herkenbaar en goed leesbaar zoals het in het buitenland wel het geval is. Dat leidt tot onveilige toestanden.
Voor ons is praten over structureel onderhoud van wegen, ook praten over verkeersveiligheid. Het probleem dat er door die overheden te veel ingrepen zijn gebeurd, heeft bijgedragen aan die verkeersonveiligheid. We moeten ook vaststellen dat is ook recent in het nieuws gekomen dat aannemers bij ons de wegen niet zo goed kunnen leggen als in het buitenland.
Minister, als u werk wilt maken van controle en eventueel streng wil optreden tegen malafide aannemers, dan steunen wij u. Ik hoop ook dat een van de lessen die u hieruit trekt, zal zijn dat u de lokale besturen sterker zult maken. Ook zij hebben op hun terrein te maken met malafide aannemers en met slecht aangelegde wegen. Voor de lokale besturen liggen er hier dus kansen die u hen moet aanreiken.
Minister, op het vlak van de verkeersveiligheid en het wegenonderhoud is het voor ons duidelijk: de beschikbare middelen moeten anders worden aangewend. We moeten werk maken van het versneld wegwerken van de zwarte punten. We moeten meer aandacht hebben voor de veiligheid van de fietser en de voetganger op de gevaarlijke gewestwegen. We moeten het geld voor de missing links gebruiken voor structureel onderhoud. We moeten voorkomen dat automobiliteit blijft toenemen. We moeten investeren in een omslag naar meer gebruikmaken van het openbaar vervoer.
Het is een ontzettend moeilijke opdracht. Het is zeker niet evident om het autodenken te doorbreken en om te buigen naar meer duurzame ontwikkelingen, maar wij zijn ervan overtuigd dat dit de eerste opdracht is voor de Vlaamse Regering. We wensen daaraan mee te werken en u aan te sporen om die middelen vrij te maken.
Ten slotte en ik steun de heer Jan Roegiers moeten we als Vlaamse Regering het voortouw nemen om te overleggen met het gewest en het buitenland om de slimme kilometerheffing voor vrachtwagens voor 2013 zeker in te voeren.
De heer Van Eyken heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, de winter is nog niet voorbij, dat hebben we vandaag gezien, en de wegen liggen er al belabberd bij. Het wegdek ziet eruit als een gruyèrekaas met gaten en scheuren. Al wekenlang ergeren de autobestuurders zich aan deze toestand. Zij riskeren bovendien dat hun voorruit door rondvliegende steentjes beschadigd geraakt. Met een steentje in je ruit heb je al snel een barst die dan met dit vriesweer kan uitgroeien tot een grote barst. Daarnaast is er het probleem van de velgen die plooien door de talrijke diepe putten.
Bij regenweer zal de toestand nog gevaarlijker zijn. Als het volledige wegdek door water wordt overspoeld, kan men de gaten niet meer ontwijken. Maar de toestand is nog gevaarlijker voor motorrijders. Het is al vaker aangehaald. Ze banen zich vaak een weg door de files en rijden dan ook over de naad tussen de rijvakken, die er in de meeste gevallen nog het slechtste bijliggen.
De toestand is niet alleen slecht in het Vlaamse Gewest, maar ook het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest hebben ermee af te rekenen. Het is kortom een Belgische kwaal. Verzekeringsmaatschappijen worden overstelpt door aanvragen tot schadeloosstelling. Ze hebben er enkele weken geleden al mee gedreigd om de overheid op haar verantwoordelijkheid te wijzen.
Er moet nog worden gezegd dat de toestand over de grens stukken beter is. In Frankrijk, Nederland en Duitsland moeten er niet zoveel putten worden gevuld. De vraag is dan ook hoe dat komt. Was het weer er minder streng? Was er minder verkeer? Neen, maar het beheer van de wegen gebeurde er op een degelijke manier met de zorg van een goede huisvader. Als er zich een lek voordoet, moet men immers niet wachten tot de bepleistering er af valt.
De voorbije jaren werd niet genoeg ingegrepen als er beschadiging optrad van het wegdek. Daardoor is er vandaag meer reparatiewerk, en het zal jaren duren voor de toestand is rechtgezet.
De toestand van het wegdek is ook te wijten aan de aard van de bovenlaag van onze wegen die niet meer aangepast is aan het steeds drukker wordende verkeer en aan de impact van de huidige banden van de auto's op de bovenlaag. De schrijnende toestand van de herstellingswerken draagt er ook toe bij. De beelden van de E313 met de wegenwerkers met emmers en een schop hebben de ronde gedaan. Het leek wel of we de klok 50 jaar hadden teruggedraaid. Daarbij komt nog dat de schade aan de E313 ook kan zijn veroorzaakt door het gebruik van ongepast materiaal door de aannemer.
Het is niet de eerste keer dat er gesproken wordt over het opleveren van een wegdek dat niet voldoet aan de opgelegde normen. Zo was er het geval van het wegdek van het viaduct in Vilvoorde op de Brusselse ring dat in december 2009 ter sprake kwam. Het lastenboek zou niet nageleefd zijn. Er zou een probleem zijn met het gebruik van de lijm, en men zou hebben gesjoemeld.
Dat was in 2001. Conclusie: vijf jaar later moeten de werken worden overgedaan. Ten slotte verneem ik dat de gaten in de wegen ook veroorzaakt worden door foute bonussen, die worden uitgekeerd wanneer de werken sneller klaar zijn dan gepland. De aannemers worden ertoe aangezet om hun werk snel af te werken. Collegas, zoals men zegt: haast en spoed zijn zelden goed. Door het vroegtijdig opnieuw oplappen duren de werken langer en is de kostprijs hoger. Ik stel voor dat er een bonus wordt gemaakt voor de duur dat het wegdek standhoudt of in orde blijft.
Deze toestand moet worden verholpen: door de achterstand in de instandhouding van het wegennet zo snel mogelijk in te halen, door een deftige controle uit te oefenen zodat de overheid waar krijgt voor haar geld, door aandacht te hebben voor de kwaliteit van het gebruikte materiaal van grond- en bovenlaag. De diepte van de putten wijst op een gebrekkige kwaliteit van de funderingen. Er moeten duidelijke kwaliteitscriteria worden opgelegd die de duurzaamheid garanderen. Een instandhouding van een tiental jaar zou een goede norm zijn. Zoals men in het Engels zegt, zou een code of conduct moeten worden opgesteld, zodat de aannemers weten waaraan ze zich moeten houden en er sancties kunnen worden opgelegd indien dit niet wordt nageleefd.
Minister, werd het Vlaamse Gewest al geconfronteerd met vragen tot schadeloosstelling door verzekeringsmaatschappijen wegens de toestand op het wegennet? Welke maatregelen hebt u al getroffen in verband met de niet-regelmatige uitvoering van de werken op de E313 en het viaduct van Vilvoorde?
Minister Crevits heeft het woord.
Collegas, ik denk, zoals de heer Keulen bij de aanhef van alle tussenkomsten stelde, dat het nuttig is om facts and figures te gebruiken als je een debat voert zoals dat van vandaag. Ik ben blij dat ik de kans krijg om dat in alle rust te doen, nadat ik een aantal sprekers gehoord heb.
Ik wil eerst wat misverstanden uit de weg ruimen. Bepaalde mensen hebben gezegd dat ik in de krant allemaal nieuwe dingen heb aangekondigd. Collegas, ik raad u aan om het verslag na te lezen van het actualiteitsdebat dat hier gevoerd is op 6 januari van dit jaar over de winterse omstandigheden. Ik heb toen duidelijk gesteld dat er een nieuw asfaltreglement moet komen. Het is belangrijk, de tijd is er rijp voor en er wordt aan gewerkt. Enkele dagen geleden heb ik in de krant hetzelfde gezegd.
In het debat heb ik uitdrukkelijk gesteld dat, als er vragen zijn bij de controle van de werken, het nuttig is om steekproefaudits te doen. Wie zal die doen? Niet de eigen administratie, maar de dienst Interne Audit. Ik heb zelf een brief geschreven om te vragen of dat mogelijk is. Ze hebben me intussen bevestigd dat ze dat vanaf maart zullen doen. Het is niet dat er nu plots een grote heksenjacht ontketend moet worden, maar ik vind het belangrijk. Als je een audit doet, doe je dat na bepaalde feiten. Als je steekproefaudits doet, ga je gewoon op bepaalde momenten kijken of de regels worden nageleefd.
Ik heb het er inderdaad over gehad dat het gedaan moet zijn met het overlagen van wegen op een manier die een houdbaarheidsdatum heeft die minder lang is dan voorzien. Maar, collegas, wat doen we de laatste jaren? Er zijn werken gebeurd in Kruibeke en in Affligem over heel lange stroken. Men heeft daar een structureel onderhoud gedaan dat normaal twintig jaar of nog veel langer stand zou moeten houden.
Dat is wat ik enkele dagen geleden nog publiek heb herhaald. We moeten stoppen met oplapwerk, zoals dat de afgelopen jaren voortdurend is gebeurd.
Niemand heeft hier gezegd dat er werken zijn die wél goed worden uitgevoerd. Wie twijfelt, zou ik willen aanraden eens te kijken naar de structurele onderhoudswerken van de afgelopen jaren. Er stelt zich één probleem: op de E19 is een werk niet goed uitgevoerd en ook niet opgeleverd. Dat dispuut is gaande.
Vier: er wordt gezegd dat het nu niet het moment is om te studeren. Er zijn er die zeggen dat de studies al zijn gebeurd. Dat is juist. Sinds 2008 loopt een groot internationaal onderzoek waarin wordt onderzocht welke budgetten landen uittrekken voor het onderhoud van wegen en hoe druk die worden bereden. Wij nemen daaraan deel en ik kijk uit naar de resultaten. Op dat ogenblik zullen we misschien een aantal vragen over het onderhoud van de wegen kunnen ophelderen.
Wat de toestand van het wegennet betreft, is het zo dat we die elk jaar meter per meter bekijken. Gelukkig maar. Sinds een tijd bestaat er een zogenaamd rapport-Helleven, dat geregeld wordt uitgegeven. Die man is inmiddels met pensioen, maar het rapport draagt nog steeds zijn naam. De jongste versie dateert van eind 2009. In dat rapport kan men lezen dat de afgelopen 2 jaar met een speciaal toestel alle wegen van het gewest zijn bekeken. Voor het eerst stellen we vast dat de impact van de stijging van de middelen sinds 2005, 2006 duidelijk zichtbaar wordt.
Men kan zich afvragen waarom het tot 2007 en 2008 duurt vooraleer men die impact ziet. De reden is eenvoudig: middelen worden vastgelegd en nadien worden de werken uitgevoerd; pas het jaar nadien stelt men de impact vast. Voor het eerst stellen we dus vast dat de enorme achterstand is weggewerkt en er een verbetering waarneembaar is.
De heer Keulen zegt dat de investeringsbudgetten voor 2010 zijn gedaald. In 2009 is een bedrag van 663 miljoen euro uitgetrokken voor het globale wegenonderhoud. In dat bedrag zitten eenmalige middelen uit het Limburgplan, ten belope van 20 miljoen euro. Het gaat dus over 643 miljoen euro, wat nog steeds een pak meer is dan wat in 2008 is geïnvesteerd. In 2010 zullen de middelen voor het globale onderhoud dus stijgen, en dan houd ik geen rekening met eenmalige uitgaven.
Bovendien heb ik mijn administratie ten behoeve van het aandachtig luisterende parlement een berekening laten maken van de omvang van de middelen die aan het structurele onderhoud worden besteed. Ik bedoel daarmee niet het gewone onderhoud of de aanleg van nieuwe wegen. Dit jaar is daarvoor in 100 miljoen euro voorzien. Maar er gaat nog meer geld naar het structurele onderhoud: FFEU-middelen ( Financieringsfonds voor schuldafbouw en Eenmalige Investeringsuitgaven), middelen voor gevaarlijke punten, en ook gewone middelen die daartoe worden gebruikt. Dat resulteerde eind 2009 in een totaalbedrag van 134 miljoen euro aan vastleggingen.
Dat betekent natuurlijk niet dat er vandaag geen problemen zijn. Er zijn ernstige problemen. De E313 moet grondig worden onderhouden. De afgelopen jaren zijn er op die weg ingrepen ten behoeve van de veiligheid gebeurd, maar het is absoluut nodig dat over een aanzienlijke afstand structureel onderhoud gebeurt.
We doen dat ook. In de budgetten was in 2009 al gedeeltelijk voorzien. Ik heb er wat extra vrijgemaakt voor 2010 om die werken uit te voeren. Ik hoop dat u eind dit jaar samen met mij zult kunnen vaststellen dat de toestand structureel heel wat verbeterd is.
We kunnen natuurlijk niet alle wegenwerken tegelijk uitvoeren. Sommige collegas zeggen hier dat het dramatisch zou zijn. Ik geef toe dat er op een aantal punten problemen zijn. Ik geef ook toe dat de gevolgen van de winterprik zeer nauwkeurig in kaart zullen moeten worden gebracht, en dat het misschien nodig zal zijn om iets sneller dan voorzien nogmaals ons toestel zijn ronde te laten doen. Die schade kan op nieuwe plaatsen ontstaan, maar ook op wegen die al zwaar beschadigd zijn, waar we al een grondig structureel onderhoud hadden moeten doen. Ik garandeer u dat we wat dat betreft zo spoedig mogelijk een nieuwe stand van zaken aan u zullen voorleggen.
Collegas, ik ben blij dat de minister van Begroting hier nu ook is. Ik heb hem daarnet zijn steun gevraagd. Ik denk dat de bekommernis van dit Vlaams Parlement over alle banken heen dezelfde is: er moeten voldoende middelen worden uitgetrokken om de onderhoudsachterstand op de wegen in te halen zodat we binnen een beheersbare tijd tot een goed onderhouden, degelijk wegennet komen. Ik zal mij daar als minister voor Openbare Werken en Mobiliteit absoluut voor inzetten. Maar het betekent wel dat wij allen zullen moeten aanvaarden dat er grondige wegenwerken gebeuren. Ik zou betreuren dat ik hier binnen 2 maanden zou moeten horen dat er, doordat de wegenwerken zijn begonnen, tien of honderd of duizend autos in de file staan en dat ik die wegenwerken moet stoppen. We moeten ervoor zorgen dat ze gecoördineerd plaatsvinden, maar we moeten toch ook de moed hebben om, als er werken worden uitgevoerd, door die zure appel te bijten en zo de tijdelijke hinder te overleven.
Collegas, wij discussiëren hier vandaag over de onderhoudstoestand. Nu kan ik omwille van de klimatologische omstandigheden geen werken uitvoeren. Ik hoop dat ik, als vanaf 1 maart het lenteseizoen aanbreekt en de weersomstandigheden beter zijn, samen met jullie en met jullie steun een zeer goed wegenwerkenseizoen kan aanvatten. (Applaus bij CD&V en de N-VA)
Voorzitter, ik stel samen met de collegas vast dat binnen de meerderheid CD&V en N-VA applaudisseren, terwijl sp.a dat niet doet. (Applaus bij sp.a)
Dat is dan in uitgesteld relais.
De toon is er een van wij zijn goed bezig en er zijn hier en daar problemen. Ik zou zeggen: kom buiten en u zult zien dat er vandaag op alle wegen en nog het meest van al op onze belangrijkste wegen, de autostrades, putten en gaten zijn. Er zijn overal oneffenheden. Het is niet alleen een probleem van de E313. Het is vandaag overal kommer en kwel. Vraag aan de automobilisten en weggebruikers wat zij ervan vinden. Nooit is het nadeel dat de mensen ondervinden, ondanks de gestegen middelen en het gesakker, zo groot geweest. Het is toch godgeklaagd dat op de belangrijkste wegen van Vlaanderen de mensen schade oplopen als ze die gebruiken.
Minister, u spreekt over de begrotingsmiddelen van 2009. Ik ken het Limburgplan vrij goed. Daarin was niet in onderhoudsmiddelen voorzien, wel in investeringsmiddelen. (Opmerkingen)
Onderhoud en investering zijn niet hetzelfde.
In de begroting 2010 zie ik dat u binnen het VLIF, en dan gaat het over investeringen in en onderhoud van wegen, in een kleine 30 miljoen euro minder voorziet. Ik kan daar niet naast kijken. Ik heb het over 2010 en niet over 2009.
Minister, u slaagt er vandaag weer in om ermee weg te komen. U hebt het over de 910 kilometer snelwegen, maar u zwijgt wijselijk over de 5400 kilometer gewestwegen. Ik wil zien wat u met uw som gaat doen. Volgens onze berekeningen hebt u voor die inhaalbeweging minimum het driedubbele nodig. U hebt die benchmarkstudie niet nodig. In Duitsland investeert men per jaar het driedubbele in de wegen, in Nederland en Frankrijk het dubbele. En u moet nog eens een inhaalbeweging doen omdat er de voorbije jaren te weinig gebeurd is. Dit zal niet lukken. Wij gaan van de ene winter in de andere van kommer naar kwel.
Ik vind het heel interessant dat u nieuwe audits gaat bestellen. Ik hoop dat u met de audits 2001-2003 eindelijk iets zult doen.
Een ding valt me op. Een ding heb ik recent pas ontdekt door de verslagen van de vorige debatten en actuele vragen die ikzelf tot u heb gericht, na te lezen. In december heb ik hier het dossier over AWV voorgelegd. Ik heb u toen concreet gevraagd om me de parketnotitienummers te bezorgen van de klachten die de Vlaamse Gemeenschap had ingediend tegen die wantoestanden bij Openbare Werken. En wat blijkt nu? Op 23 december 2009 heeft de Vlaamse Gemeenschap zich burgerlijke partij gesteld in de lopende gerechtelijke procedure inzake fraude en corruptie aangaande het viaduct in Vilvoorde. Minister, ik stelde u die vraag begin december. U hebt dus drie weken na mijn vraag klacht ingediend met burgerlijke partijstelling, terwijl u hier toen hebt verteld dat er een klacht liep.
U hebt als antwoord op mijn schriftelijke vraag de parketnotitienummers bezorgd. De cijfers zijn duidelijk. Ik betreur dat wij u voortdurend wakker moeten schudden. Het parlement zal dat de komende 5 jaar moeten blijven doen voor wat de openbare werken betreft. Zo niet, rijden we over enkele winters niet meer.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Er is inderdaad een budget vrijgemaakt voor structureel onderhoud van ongeveer 130 miljoen euro. Dat is het hoogste bedrag dat de voorbije jaren al is vrijgemaakt voor onderhoud.
Vlamingen zijn geen zeuren of klagers, mijnheer Reekmans. Wij willen vooruit met dit beleid. Daarom dienen wij namens de meerderheid een motie in om dit te steunen.
Ik kondig een motie aan namens Open Vld.
Ik kondig een motie aan namens LDD.
Minister, u hebt daarnet gezegd dat u jaarlijks 130 miljoen euro zult vrijmaken voor het structureel onderhoud en om de achterstand in het structureel onderhoud weg te werken. Dat heb ik toch juist begrepen?
Waarom wordt die asfaltreglementering pas nu geactualiseerd? Zijn dat geen vijgen na Pasen?
Wie controleert de controleurs? Wie bewaakt de bewakers? Hoe zal dat concreet gebeuren?
Ik kondig ook een motie aan namens mijn fractie.
Minister, u engageert zich voor het structureel onderhoud. Daar kunnen we natuurlijk niet tegen zijn.
Ik hoor echter in uw antwoord dat dit een beleid is van business as usual. Ik hoor niet dat er wordt gezocht naar alternatieven. Ik hoor niet dat het autodenken een beetje in vraag wordt gesteld. Ik hoor niets over meer investeringen voor het openbaar vervoer. Ook de slimme kilometerheffing als wapen in het bestrijden van te veel automobiliteit mis ik in uw antwoord.
Naast het gewone onderhoud vraag ik u om een visie te ontwikkelen over de automobiliteit in de toekomst. Dat heb ik niet gehoord.
Minister, u zegt dat er een structurele inhaalbeweging zal plaatsvinden met een structureel onderhoud van de wegen. U hebt het over 130 miljoen euro. Hoe lang zal het duren voor die achterstand is ingehaald? Gaat dat over 20 jaar, 10 jaar, 5 jaar?
Ik vind het godgeklaagd dat er is gewacht op die schrijnende tv-beelden over de toestand van de wegen voor de regering heeft beslist dat de asfaltreglementering moet worden nagekeken, dat er een betere controle moet komen en dat de achterstand in het structureel onderhoud moet worden weggewerkt.
Ik kondig een motie aan.
Minister, ik vind het heel goed dat u een structurele inhaalbeweging wilt doen. Ik dank u daarvoor. Ik hoop dat het snel zal gebeuren. In onze regio zal men u daar ook dankbaar voor zijn.
U zei daarstraks dat u werken hebt uitgevoerd in het kader van veiligheid, en dat ik daar niet achter zou staan. Ik sta daar helemaal achter, minister. Het enige wat ik wou zeggen, is dat het goed is om werken gecoördineerd aan te pakken en dat het niet aangewezen is om jaar na jaar de weg af te sluiten om werken uit te voeren.
Ik heb met belangstelling naar uw antwoord geluisterd, en ik denk dat er beterschap in zicht is.
Minister, ik heb de heer Van Eyken daarnet een interessant punt horen maken, maar u hebt er nog niet op geantwoord. Dat u West-Oezbekistan of Vlaanderen probeert om te vormen tot een biljartlaken, dat wil ik nog wel eens zien gebeuren. Maar dat is een heel andere discussie.
Er zijn inderdaad meldingen dat meer en meer automobilisten naar Carglass stappen voor hun ruiten, en dat er bij de verzekeraars meer en meer dossiers worden ingediend. Er wordt dan gekeken wie in bepaalde gevallen de verantwoordelijke overheid is. De burger loopt dagelijks schade op. U kunt wel zeggen dat een automobilist alles moet voorzien, maar ik kan u garanderen dat uw auto kapot gaat van een onverwachte put van 30 centimeter diep.
Er bestaat zoiets als nalatigheid. Wij verwachten van de Vlaamse burger dat hij verantwoordelijkheid neemt en een goede huisvader is, ook wat betreft zijn verzekeringen en dergelijke meer. Maar u, als overheid, bent verantwoordelijk voor het wegennet. Hebt u weet van dossiers die bij uw diensten worden ingediend? Hoe staat u daartegenover? Vindt u dat u als overheid verantwoordelijk bent voor de schade die de Vlaamse burger oploopt door de nalatigheid van u en uw voorgangers met betrekking tot het onderhoud van het wegennet?
Minister, ik heb met veel aandacht geluisterd naar de discussie over de slechte staat van de wegen, maar ik zou graag hebben dat u in de toekomst ook wat meer oog zou hebben voor de openbare verlichting langs de gewestwegen en de op- en afritten van autosnelwegen. Ik heb namelijk melding gekregen van een stuk verlichting dat al maanden kapot was. Dat wordt niet hersteld door Eandis of een andere intercommunale, maar door het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV). En AWV heeft blijkbaar een zodanig programma dat dringende herstellingen niet kunnen. Ik wil dan ook met aandrang vragen dat u, als die wegen eenmaal hersteld zijn, voor een heel snelle herstelling van kapotte openbare verlichting zou zorgen.
Mijnheer Keulen, u had het over de VIF-middelen, ik heb alle middelen samengeteld. Bij de VIF-middelen komt immers ook nog eens de 100 miljoen euro voor de gevaarlijke punten. In de VIF-middelen zitten alle investeringen voor onderhoud. Die 20 miljoen euro die erbij was gekomen, was voor investeringen. Dat kwam eenmalig uit het Limburgplan. Maar als je die 20 miljoen eruit haalt en je telt alles samen, zit je nog boven het niveau van 2008. Ik hoop daarmee duidelijkheid te hebben geschapen.
Mijnheer Hybrechts, u zegt dat we nu 134 miljoen euro zullen uitgeven. Als we het hier hebben over 650 miljoen euro, gaat dat over de totale investeringen in de wegen. Als je een structureel onderhoud uitvoert, doe je ook het onderhoud van de middenberm, de geleiders, de verlichting enzovoort.
Wat investeren we in het onderhoud en het vernieuwen van de weg? Op het totaal van 600 miljoen euro komen we voor 2009 aan 134 miljoen euro. We hadden nog nooit zon hoog cijfer, en dat stijgt jaar na jaar. Velen vragen zich af of we er met dat bedrag zullen geraken. Het rapport toont aan dat we op die manier de achterstand inlopen. Als we dat heel snel willen doen, hebben we meer middelen nodig. Als we het op een geleidelijke manier doen, kunnen we met dit budget al vrij veel doen.
Ons snelwegennetwerk bedraagt ongeveer 900 kilometer, maar op de drukste as Antwerpen-Gent-Brussel zijn er niet veel alternatieven. Als je daar een structureel onderhoud doet, dan moet dat op een omzichtige manier gebeuren, want het verkeer kun je niet zomaar van de snelweg afleiden. Voor de E313 is dat exact hetzelfde. Men vraagt hier om het meteen grondig te doen, maar de meest grondige manier om een werk uit te voeren is de snelweg afsluiten, en alles gedurende 2 maanden vernieuwen. Dat kan niet. Voor de E313 is dat onmogelijk, want dan zou je het verkeer verplichten om constant het onderliggende wegennet te gebruiken. Je moet zulke werken uitvoeren op een manier die het verkeer een doorgang verleent.
De actualisering van het asfaltreglement heb ik aangekondigd omdat dat vrij systematisch gebeurt. In de nieuwe, grotere dossiers gebeurt dat al. In plaats van een product of mengsel voor te schrijven, vraagt men systematisch een kwaliteitsgarantie over een aantal jaren. Iemand vroeg of er geen probleem is met een bonus of malus bij aanbestedingen afhankelijk van de tijd die wordt gerespecteerd. Je zou een aannemer dan wel in de verleiding kunnen brengen om de weg vroeger open te stellen voor het verkeer. Maar asfalt is zo kritisch dat, als je dat zou doen, er meteen schade is. Als je een kwaliteitseis oplegt gedurende enkele jaren, dan vermijd je dergelijke situaties, want dan moet de kwaliteit over een langere termijn worden gegarandeerd. Dat is de actualisatie die nu bezig is. Voor de grote assen is dat in de laatste bestekken al gebeurd. Het is de bedoeling om dat op alle wegen te doen, ook op de gewestwegen.
Mijnheer Reekmans, voor de budgetten heb ik het niet alleen gehad over de snelwegen, maar ook over de gewestwegen. Als ik budgetten vermeld, dan gaat dat over de beide. Vorig jaar hebben we de provinciewegen overgenomen. Er zijn er schitterende bij, maar ook andere die zelfs niet gefundeerd zijn. Het zou fout zijn om daar een nieuw laagje op te leggen, omdat we de fundering er eerst uit moeten halen en grondig vernieuwen. Dat is de aanpak die we moeten volgen. Ik denk dat u de aanpak niet in twijfel trekt, maar zich afvraagt of we het tempo kunnen aanhouden met de bestaande budgetten. Dat is de oefening die we vandaag maken.
Mevrouw Deckx, dank u voor uw aanvulling. Voor de E313 zal het moeilijk zijn om onmiddellijk alles structureel te herstellen omdat het de enige weg is die door heel zwaar verkeer kan worden gebruikt. We moeten vermijden dat het verkeer die weg plots niet meer kan gebruiken en zijn weg moet vinden op het onderliggende wegennet. Daarom moeten we het, ook voor de E313, geleidelijk aan doen.
Mijnheer Verstrepen, wat u vermeldt over de verzekeringen is niet nieuw. Er bestaat een procedure en de voorbije jaren krijgen we jaarlijks een overzicht van het aantal dossiers en klachten. De verzekeringsmaatschappijen kennen de procedure en dat wordt ook door de Vlaamse overheid afgehandeld door een verzekering die is afgesloten. Ik ken de details niet van die procedure, maar het is courant en werd ook de voorbije jaren gevolgd.
Iemand vroeg wie zal controleren. Ik heb aan Interne Audit gevraagd om controles te doen. Die steekproefcontroles zullen ook gebeuren door de diensten van Interne Audit vanaf maart, zo heeft men mij gemeld.
Mijnheer Reekmans, u had nog een vraag over de audits. Die maken voorwerp uit van een vraag om uitleg morgen in de commissie. Ik zal dan op die vraag antwoorden. Ofwel voeren we hier alle debatten, ofwel doen we het op de plaats waar het hoort. De vraag om uitleg staat morgen geagendeerd. Maak u geen zorgen, ik zal u dan een zeer omstandig antwoord geven.
Mijnheer Reekmans, ik raad u aan als u het hebt over het agentschap, om eens mijn toelichting te lezen die ik heb gegeven over hoe onze administratie in elkaar zit en welke diensten ertoe behoren. Dat zal u wat verheldering brengen en u wat voorbereiden op het antwoord dat ik u morgen zal bezorgen.
Mijnheer Peeters, u vindt het jammer dat ik vandaag niets zeg over het openbaar vervoer. Het spijt me, maar we hebben in de commissie heel veel gediscussieerd over de beleidsnota. Het actualiteitsdebat vandaag gaat over de staat van de wegen. We hebben een heel goede discussie gehad over de beleidsnota waar heel wat is uitgekomen. Vorige week is die goedgekeurd. Ik vind dat het afbreuk zou doen aan de gevoerde discussies als we nu opnieuw dat debat zouden beginnen. Vergis u niet, het is niet omdat het vandaag gaat over de staat van de wegen, dat de rest wordt vergeten. Dat blijkt trouwens uit de budgetten waar in de begroting in is voorzien.
Minister, over de rapporten van de interne audits kunnen we nog wel maanden praten. Ik ga graag met u het debat aan in de commissie.
Op één concrete vraag hebt u absoluut niet geantwoord, namelijk de herstellingswerken aan de E313 waarvan AWV gisteren in de media heeft toegegeven dat men het bestek niet heeft gevolgd. Men zegt zelfs doodleuk in de media: wij hoeven dat niet te volgen, dat is niet verplicht. Minister, waarom hebben wij dan nog bestekken? Als we zelfs bij herstellingswerken de bestekken niet volgen, wanneer gaan we dan nog wel de bestekken volgen? Daar antwoordt u niet op. Daar wil ik vandaag een concreet antwoord op, en niet morgen.
Mijnheer Reekmans, ik heb inderdaad niet op die vraag geantwoord. Ik heb navraag gedaan na uw interventie. Op de vraag of er minderwaardig asfalt is gebruikt, is het antwoord overduidelijk neen. Er bestaat inderdaad een standaardbestek 250. Er zijn een aantal voorwaarden waaronder je onder meer putten kunt opvullen. Op meerdere fronten zaten we met een probleem. Die putten zijn opgevuld onder klimatologische omstandigheden die niet van de poes waren. U zegt dat het vooromhuld steenslag moest zijn, maar er is gewoon steenslag gebruikt. Dat gaat om een productomschrijving. Dat staat wel in het bestek, maar het is een materiaal dat vandaag sterk in vraag wordt gesteld. Laat me duidelijk zijn: zolang het standaardbestek 250 is wat het is, moet het wat mij betreft nageleefd worden.
Dus onze bestekken kloppen niet, zegt u?
Neen, dat zeg ik helemaal niet.
Dat zei u wel. U zei dat het erin staat, maar dat het niet deugt.
Mijnheer Reekmans, er zijn vragen over gesteld, en ik heb hier constant gezegd dat het asfaltreglement wordt vernieuwd.
Ik heb het over nu. U hebt het nog niet vernieuwd. U zei net dat er iets in het bestek staat dat er eigenlijk niet in moet staan. Dat bestek deugt dus niet. We hebben dus een verklaring.
Het asfaltreglement wordt vernieuwd. Ik probeer u een uitleg te geven over hoe dat nieuwe reglement er zal uitzien. Het standaardbestek wat de soort steenslag betreft, is niet gevolgd.
Ik probeer u ook duidelijk te maken dat dat geen effect heeft op de kwaliteit van het asfalt, maar dat de klimatologische omstandigheden waarin de herstelwerkzaamheden zijn uitgevoerd een veel grotere impact hebben op de herstelwerkzaamheden. Er zijn ook voorwaarden in verband met de temperatuur. De mensen van AWV hebben de keuze moeten maken: doen we dat uit veiligheidsoverwegingen wel of niet? Men heeft het wel gedaan.
Dus heeft dat bestek geen nut.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Het debat is gesloten.
Actualiteitsmoties
Door de heer Reekmans, door de heer Keulen, door de heer Van Eyken, door de heer Huybrechts en door mevrouw Smaers werden tot besluit van dit actualiteitsdebat actualiteitsmoties aangekondigd. Ze moeten uiterlijk om 16.20 uur zijn ingediend.
Het parlement zal zich daarover straks uitspreken.
Het incident is gesloten.