Verslag plenaire vergadering
Verslag
Hoofdelijke stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over de actualiteitsmotie.
De heer Dewinter heeft het woord.
Voorzitter, het is jammer dat er niemand meer van de Vlaamse Regering aanwezig is, ook niet de minister-president. U herinnert zich echter ongetwijfeld nog het debat van maandag.
De heer Sabbe heeft gezegd dat ze moeten gaan werken.
Tijdens dat debat hebben diverse oppositiepartijen aangedrongen op een plan B. De regering heeft ons gemeld dat een dergelijk plan B niet alleen voorbarig zou zijn, maar ook tactisch verkeerd, en dat de Vlaamse Regering ervoor koos samen met de vakbonden te ijveren voor de niet-sluiting van Opel.
Tot onze grote verbazing blijken diverse feiten niet de regering, maar wel ons gelijk te geven in onze stelling dat er snel aan een plan B moet worden gewerkt. Eerst en vooral was er het toch wel onthutsende geheime rapport dat via een Duitse krant is uitgelekt en dat de dag na ons debat ook in onze media is verschenen. Daaruit bleek dat de Europese directie van Opel op geen enkel ogenblik zelfs maar heeft nagedacht over onder meer de alternatieven zoals die door de Vlaamse Regering werden voorgesteld. Ook het bedrag van 500 miljoen euro werd in het geheime verslag van de hand gewezen als totaal irrelevant.
Niet alleen uit dit geheime rapport, maar ook uit federale rangen van de meerderheid, bleek dat ook daar niet iedereen geloofde in de politiek van de regering. Als ik lees wat de gewezen economieminister Eric Van Rompuy, Vlaams parlementslid van CD&V, dagen na het debat op zijn blog en in de kranten verklaart, dan weet ik het wel. Het was Eric Van Rompuy die eertijds, als minister van Economie, de Renaultsluiting heeft afgehandeld, en toen een heel ander beleid heeft gevoerd.
Hij zegt op zijn blog dat het schip is gezonken, en niemand kan daar nog iets aan veranderen. Hij zegt dat de Vlaamse Regering een fout maakt als ze zich schaart achter de vakbonden die de sluiting van Opel in Antwerpen niet willen aanvaarden. Hij zegt letterlijk: De Vlaamse Regering en de vakbonden leggen zich niet neer bij de sluiting, maar willen een gevecht leveren om Opel open te houden. Het dreigt een uitzichtloze en bittere sociale strijd te worden, waar men de werknemers valse hoop geeft, want net zoals bij Renault in 1997 staat het verdict vast. Reilly zal evenmin wijken als Schweitzer.
Het zijn harde, maar duidelijke woorden van de gewezen minister van Economie aan het adres van de Vlaamse Regering. Ik ben veeleer geneigd om een minister van Economie met veel ervaring te geloven, dan nieuwbakken ministers die geen enkele politieke ervaring hebben, zoals minister Muyters op dit moment.
De gewezen minister van Economie treedt onze analyse dus bij en is van oordeel dat het wel degelijk noodzakelijk is om minstens te zoeken naar een alternatief voor wat er nu bij Opel aan de hand is. Daarom denk ik dat de moties die vandaag voorliggen, zeker onze motie, uiteindelijk vanuit een ander perspectief moet worden bekeken: het perspectief van het geheime rapport dat ondertussen publiek is gemaakt en dat niets heel laat van de mogelijke plannen van de Vlaamse Regering, en dat de 500 miljoen euro als irrelevant bestempelt. Waar zijn we dan in s hemelsnaam nog mee bezig? Het moet zijn dat de heer Van Rompuy gelijk heeft: het wekken van valse hoop, daar zijn we blijkbaar mee bezig.
Na deze geheime nota en na de duidelijke uitspraken van iemand met ervaring die eertijds als minister van Economie het sluitingsscenario van Renault heeft meegemaakt en begeleid, kunnen we niet anders dan de moties van de oppositie goedkeuren en die van de meerderheid, zoals Eric Van Rompuy terecht doet, naar de prullenmand verwijzen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Sabbe heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, ik wil bij persoonlijk feit reageren op wat de heer Caluwé daarnet heeft gezegd. Hij zegt dat de ministers op dit ogenblik afwezig zijn omdat ze werken aan het Opeldossier. Daar heeft hij op gealludeerd.
Ik wil deze opmerking te baat nemen om het volgende te zeggen. Een groot Europees politicus, generaal De Gaulle, zei ooit: Gouverner, cest prévoir. Hij heeft dat ook gedaan. Het dramatische van deze zaak is het gebrek aan ernst waarmee dit debat wordt gevoerd. De inspanningen van de regering hadden al zes maanden of een jaar geleden moeten plaatsvinden, toen voor iedereen duidelijk was dat Opel dicht dreigde te gaan.
Er wordt hier permanent verwarring gezaaid. Er worden zaken gezegd die onjuist zijn. In de wet-Renault is de Vlaamse overheid geen partij. Daar zijn de vakbonden en de werkgever partij. Dat betekent dat de Vlaamse Regering alle initiatieven kan nemen en op geen enkele wijze de wet-Renault in gevaar brengt. Dat wordt ons voorgespiegeld, de inactiviteit en inertie van de Vlaamse Regering om niets te doen en zich te verbergen achter de wet-Renault. Dat is totaal verkeerd. Want de wet-Renault verbiedt niet dat een overheid tussenkomt en initiatieven neemt. Daarin blinkt deze regering uit, in het nietsdoen, het blijven zitten en de standstill die ons allemaal achteruit zal helpen.
Dat is het probleem. Men had allang iets moeten doen.
En, tussen haakjes, van ons wordt verwacht dat we aanwezig zijn. Het is dan ook pijnlijk steeds te moeten zien dat de regeringsstoelen leeg blijven in deze wetgevende vergadering. (Applaus bij LDD/Rumoer)
Mijnheer Sabbe, als de meerderheid van het parlement de ministers vordert, dan moeten ze ook komen. Ik verwijs naar het Reglement van dit parlement.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Voorzitter, uiteraard scharen we ons volledig achter de inspanning van de Vlaamse Regering om de fabriek open te houden. Tegelijkertijd herhalen we ons pleidooi voor een zekere vorm van realisme. We hebben dit allang zien aankomen. Het is vijf voor twaalf. Ik denk dat het op dit moment niet overdreven is om vanop deze banken duidelijkheid te vragen over een plan B, duidelijkheid van de Vlaamse Regering over alle mogelijke scenarios, duidelijkheid ook over de mogelijke worstcasescenarios en begeleiding van de toekomstige werklozen.
We vragen aan de Vlaamse Regering ook om met alle betrokken beleidsniveaus dringend samen te zitten. In het verleden is dat bij andere dossiers wel sneller en efficiënter gebeurd. We vragen ook zo spoedig mogelijk het debat over de toekomst van de industrie in Vlaanderen te voeren, ook op dit niveau, waarbij maximaal wordt ingezet op onderzoek en innovatie.
Ten slotte vragen we aan de Vlaamse Regering actief mee te werken aan het zetten van nieuwe stappen in de staatshervorming, zodat we over meer beleidsinstrumenten kunnen beschikken om een efficiënter en effectiever werkgelegenheidsbeleid te voeren.
Begin van de stemming.
Stemming nr. 3
Ziehier het resultaat:
111 leden hebben aan de stemming deelgenomen;
17 leden hebben ja geantwoord;
94 leden hebben neen geantwoord.
Dientengevolge neemt het Vlaams Parlement de actualiteitsmotie niet aan.