Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Caron heeft het woord.
Voorzitter, bij de samenstelling van de raad van bestuur van de VRT vormt het Cultuurpact de leidende wetgeving. Hiermee wordt elke dag opnieuw bewezen hoe voorbijgestreefd het Cultuurpact in feite is. Het leidt immers tot een verregaande politisering. De wet is echter de wet. We willen hier niet kleinzerig over doen. Ik zal me dan ook tot een paar vragen over de voorzitter beperken.
Gisteren heb ik in de post het tijdschrift van het Comité van de Regios gevonden. Op de eerste pagina staat een foto van de most charming president van dat comité, de heer Van den Brande. Ik heb zelf ook in het Comité van de Regios gezeteld. Ik weet dat hij die functie met charme en klasse uitoefent. Dat moet duidelijk zijn.
Het Comité van de Regios is een politiek orgaan dat door de Europese Raad en door de Europese Commissie wordt geraadpleegd wanneer het gaat om belangrijke Europese beslissingen die betrekking op de lokale en de regionale besturen hebben. Het is dan ook duidelijk een politiek orgaan.
Het Mediadecreet vermeldt veel onverenigbaarheden voor leden van de raad van bestuur van de VRT. Een lid van de raad van bestuur mag niet in het Vlaams Parlement zetelen, op een kabinet werken of in een Europese assemblee zitten. Het is natuurlijk onmogelijk op dit vlak volledig te zijn. Het Comité van de Regios staat niet in die opsomming vermeld. (Opmerkingen)
De mutualiteiten staan hier inderdaad ook niet vermeld. De heer Van den Brande is echter voorzitter van het Comité van de Regios. Formeel is dit geen onverenigbaarheid met het voorzitterschap van de raad van bestuur van de VRT. Volgens mij gaat het op moreel vlak wel degelijk om een onverenigbaarheid. Het gaat hier immers duidelijk om een belangrijk politiek orgaan. Ik vraag me af of dit zo maar kan.
In feite doorbreken verschillende partijen en niet enkel de partij van de voorzitter een ongeschreven wet. Het verderfelijke Cultuurpact leidt ertoe dat de politieke partijen de leden van de raad van bestuur aanduiden. Meestal gaat het om academici, experts of mensen die minstens verdiensten in de cultuur- of mediasector op hun curriculum hebben staan. Dat is hier niet het geval.
Minister, acht u het voorzitterschap van het Comité van de Regios moreel en feitelijk verenigbaar met het voorzitterschap van de raad van bestuur van de VRT? Wilt u maatregelen treffen? Zult u de heer Van den Brande vragen zijn voorzittersmandaat neer te leggen? Is het ethisch verantwoord dat een voormalig toppoliticus als de heer Van den Brande aan de top van een openbaar bedrijf als de VRT komt te staan? De VRT moet immers op een neutrale en onafhankelijke wijze met informatie omgaan.
Minister Lieten heeft het woord.
Voorzitter, ik wil eerst even een paar feiten vermelden.
Het Comité van de Regios is een orgaan waarin veel mensen met politieke ervaring zetelen. Het is echter geen wetgevend orgaan. Het Comité van de Regios heeft geen enkele decreetgevende of verordenende bevoegdheid. Mij lijkt er, letterlijk of interpretatief, dan ook geen probleem inzake onverenigbaarheid te zijn met de regels die in verband met de VRT zijn vastgelegd.
Begin februari 2010 loopt het mandaat van de heer Van den Brande af. Ik vermoed dat hij opnieuw als lid zal worden voorgedragen. We zijn echter niet zeker dat hij opnieuw voorzitter van het Comité van de Regios zal worden. We moeten deze problematiek zeker en vast niet overroepen.
Ten gronde ben ik persoonlijk heel blij dat iemand met bestuurservaring, zoals de heer Van den Brande, het mandaat van voorzitter wil opnemen. Dat is in mijn ogen belangrijker.
Ik ben trouwens heel blij dat iedere partij op zoek gaat naar sterke mensen, naar mensen met ervaring, visie en daadkracht, want dat is wat de VRT nodig heeft: mensen van de eerste keuze en niet van de tweede keuze. Ik veronderstel dat iedereen dezelfde hoop heeft als ik: dat iemand die politicus is geweest, niet besmet is met een of andere eeuwigdurende ziekte waardoor hij geen enkele sérieux of competentie of onafhankelijkheid meer kan hebben na zijn politieke leven. Ik denk trouwens dat de ervaring die wij hier allemaal opdoen, heel nuttig is, ook in de mandaten die wij opnemen na ons politieke leven. Er zijn nog andere ex-politici die nu andere mandaten opnemen. Ik denk aan de heer Jos Geysels, die pas is aangeduid tot voorzitter van het Vlaams Fonds voor de Letteren. (Opmerkingen)
En ja, ook de heer Stevaert. Ik wil dus zeggen dat wij juist blij zouden moeten zijn dat mensen met ervaring hun talenten verder ter beschikking van overheidsorganen willen blijven stellen.
Ik deel helemaal uw mening. Ik ben blij dat zoveel ex-politici hun kwaliteiten ten dienste van de samenleving stellen, maar ik vind dat het moreel niet verantwoord is dat ze dan toch nog een politieke assemblee, al heeft die geen formele wetgevende bevoegdheid, blijven voorzitten. De heer Van den Brande zal geen tekort hebben aan visie en daadkracht, dat weet ik. Ik ben er zelfs van overtuigd dat de vergaderingen in de toekomst op tijd zullen beginnen. (Opmerkingen)
De heer Caluwé heeft het woord.
Voorzitter, mijnheer Caron, bij het horen van uw toespraak heb ik plaatsvervangende schaamte. Er zijn zo van die momenten dat sommige Vlamingen zich echt klein kunnen tonen. Andere naties koesteren hun gewezen bestuurders, hun gewezen voormannen, hun gewezen ministers-presidenten, en ze zijn blij dat zij hun ervaring op een of andere manier nog altijd ter beschikking stellen van de gemeenschap. Hier stelt een gewezen minister-president zich ten dienste van de grote omroep, onze omroep van de Vlaamse Gemeenschap, om te proberen om die op een zo goed mogelijke manier te leiden. Dan spreekt u daar op een zeer denigrerende manier over en u doet aan kommaneukerij door te vragen of hij al dan niet nog een of andere bijkomende functie uitoefent. Mijnheer Caron, ik ben echt in uw plaats beschaamd. (Applaus en opmerkingen bij CD&V)
De heer Tommelein heeft het woord.
Minister, ik heb daarnet al gezegd dat ik mij niet aan hypocrisie wil bezondigen door te zeggen dat een raad van bestuur van een overheidsbedrijf zou moeten bestaan uit volledig apolitieke mensen. Dit is zinloos. Aan de andere kant heeft de heer De Coene, de voorzitter van de commissie, onlangs nog gezegd dat de huidige voorzitter van de raad van bestuur van de VRT een politiek beest is. Welnu, met de heer Van den Brande brengen wij uiteraard een nieuw politiek beest aan het hoofd van de raad van bestuur van de VRT.
Ik stelde daarnet een vraag aan minister-president Peeters. Hij heeft er niet op geantwoord maar hij gaf mij eigenlijk gelijk door te zeggen dat wij een cultuurpact hebben en dat wij ervoor moeten zorgen dat de verschillende politieke stromingen aanwezig moeten zijn. Ik heb een vraag over de vaststelling dat er in uw regering de voorbije weken een politieke onenigheid moet geweest zijn, die de hele vaudeville rond de heer Wauters tot gevolg heeft gehad of er de oorzaak van was ik laat dat in het midden, want ik weet het nog altijd niet.
Wij hebben verkiezingen gehad in juni 2009. U hebt acht maanden de tijd genomen om een brief te sturen naar de fractievoorzitters. U had ondertussen bijna kunnen bevallen van een kind, want dat duurt negen maanden. U hebt acht maanden de tijd genomen om een brief te sturen naar de fracties met de vraag om de verantwoordelijken aan te duiden. Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat eerst een politiek CD&V-beest gevonden moest worden om aan het hoofd van die raad van bestuur te komen. Mijn vraag is dus: hebt u wegens de politieke onenigheid zolang gewacht om bij de fracties de leden van de raad van bestuur op te vragen?
De heer Vandaele heeft het woord.
Voorzitter, we moeten een aantal dingen uit elkaar houden. Als ik goed ben ingelicht, komt er volgende week een einde aan het voorzitterschap van de heer Van den Brande. Er wordt een nieuwe voorzitter van het Comité van de Regios benoemd. Ik ben het niet eens met de heer Caron: ik denk niet dat het Comité van de Regios zon politiek gremium is.
We hebben het hier over de raad van bestuur en niet over de afgevaardigd bestuurder. Ik heb hier al meermaals gezegd dat de N-VA alleszins aandringt op kwaliteit, niet op politieke spelletjes. We vinden dat die afgevaardigd bestuurder iemand moet zijn die weet waar hij of zij mee bezig is, met betrekking tot de media, de rol van de openbare omroep enzovoort. Hier gaat het echter over de raad van bestuur, waarvan we allemaal weten dat hij een afspiegeling is van dit parlement, aangezien de Vlaamse overheid de aandeelhouder is van de VRT. Mijnheer Caron, dat gebeurt volledig volgens het Cultuurpact, dat wij vooralsnog niet helemaal afschrijven. Die nuance moet worden aangebracht.
De heer Verstrepen heeft het woord.
Mijn tenen beginnen te krullen bij het horen van sommige leden en als ik zie hoe hier wordt omgegaan met het bestuur van de VRT. Laten we een kat een kat noemen: de wissel die nu aan het gebeuren is, is er eentje van sp.a naar CD&V, dat de voorzitter wil leveren, en niet meer dan dat. Dan rest nog de vraag welke kleur de CEO krijgt, en welke kleur de onafhankelijken die eraan worden toegevoegd. Het is me wat, dat politieke spelletje.
Mevrouw de minister, wat mij ter zake het meeste stoort, is het volgende. Alle fracties moeten een kandidaat voordragen, maar als ik het goed heb begrepen, hebt u onder meer het laatste woord als er twee kandidaten worden ingediend en er maar één postje is, zoals in ons geval. U beslist daar dan over. Dat noem ik dan een politieke beslissing. Met alle respect, uw criteria hebben me doen gniffelen. De kandidaat moet zich inschrijven in de langetermijnvisie van de openbare omroep. We weten totaal niet wat die langetermijnvisie is. Dat is dus eigenlijk weer die wildcard. Dan is er de onafhankelijkheid. U moet me dat eens uitleggen. Ik begrijp het betoog van de heer Caron wel: hoe kan iemand onafhankelijk zijn als het partijhoofdkwartier hem naar die raad van bestuur van de VRT stuurt?
Mijnheer Verstrepen, was dat uw vraag? Uw betoog mag 1 minuut duren. Het is uw fractie die vraagt dat er streng zou worden gewaakt over de tijd. Dan moet u zich daar in eerste instantie aan houden. (Applaus bij de meerderheid)
Ik had mijn chronometer niet ingeschakeld.
Mevrouw de minister, geef dan toch gewoon toe dat het gaat over een ronde politieke benoemingen bij de VRT. Ik denk dat u de nieuwe CEO een opdracht moet geven, namelijk dringend werk maken van een depolitisering van de VRT, en dat niet alleen in de raad van bestuur. Schaf die raad van bestuur in godsnaam toch af. Dat is gewoon een beloningsronde. De CEO moet er ook voor zorgen dat de rol van de politiek bij de openbare omroep, en de rol van de vakbonden, die het verlengde zijn van uw partijhoofdkwartieren, ook uitgespeeld raakt. Dat zou pas depolitisering zijn.
Mijn vraag is dezelfde als die van mijn collega. U hebt inderdaad tot het laatste moment gewacht met uw brieven om de kandidaten naar de raad van bestuur te loodsen. Uw eigen voorzitter heeft dit weekend nog toegegeven in De Morgen dat hij inderdaad een politiek beest is, dat hij een politicus is die daar zat als voorzitter van de raad van bestuur. Die bevestiging hebben we dus al gekregen.
Voorzitter, met wat hier zoal op tafel wordt gegooid, kunnen we een stevig debat voeren over goed bestuur bij overheidsbedrijven. Ik beperk me echter tot twee dingen.
Sinds september, en misschien nog wel daarvoor, hebben heel wat mensen zich uitgeput om een sfeer van wantrouwen te creëren over alles wat er gaande is met betrekking tot de VRT. Ik wil duidelijk zeggen dat deze regering steeds op dezelfde golflengte heeft gezeten. Ze heeft vooral bekeken hoe, doorheen al die verwikkelingen, het belang van de VRT kan worden vooropgesteld en hoe ervoor kan worden gezorgd dat we zo snel mogelijk in rustige wateren terechtkomen. Deze regering heeft beslissingen genomen op moeilijke momenten.
Ik wil er nogmaals op wijzen dat iedereen altijd, in goed overleg met de raad van bestuur, zijn verantwoordelijkheid heeft genomen op moeilijke momenten, tot spijt van wie het benijdt en van diegene die liever chaos zouden zien ontstaan, ten nadele van de belangen van de VRT.
Heel de discussie over de politisering geeft mij een heel onaangenaam gevoel. Wat is onafhankelijk en wat is apolitiek? In mijn wereld is niemand apolitiek, omdat iedereen in het stemhokje toch een maatschappijvisie uitdrukt. Onafhankelijkheid betekent vooral dat wij mensen zoeken die met kennis van zaken, bestuurskracht en ervaring in een vennootschap mee kunnen helpen beslissen in het belang van de vennootschap, en die dat met een onafhankelijke geest kunnen bekijken. Ook mensen die een politiek mandaat hebben uitgevoerd, kunnen dat zeker en vast, omdat zij net heel goed weten wat de gevoeligheden zijn.
Tot slot wil ik iedereen die zelf heeft aangedrongen om zijn eigen politieke vertegenwoordiger zo snel mogelijk in de raad van bestuur te krijgen, vragen om zich alstublieft te onthouden van commentaar op de anderen. (Applaus bij de meerderheid)
Ik wil nog dit kwijt, minister. Als u zo betreurt dat de VRT in zon gepolitiseerd vaarwater terechtkomt, is de aanstelling van zon voorzitter natuurlijk geen bijdrage om dat te doen wegebben. Er zijn heel goede mensen om dat te leiden, met visie, bestuurskracht, daadkracht en ervaring. Als de heer Van den Brande toch blijft, zou ik het op zijn minst gepast vinden dat hij afstand doet van elk politiek mandaat. (Opmerkingen van de heer Carl Decaluwe)
Het incident is gesloten.