Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Wymeersch heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, Europa heeft het weer gedaan, of beter gezegd, Europa heeft het weer niet gedaan. De heer Barroso, kampioen in het verkopen van gebakken lucht, en heel zijn club hebben blijkbaar geen oren naar de problemen binnen de Europese landbouw en als afgeleide de Vlaamse landbouw. Maar ook u, mijnheer de minister-president, hebt het weer gedaan, of beter gezegd, hebt het weer niet gedaan. In januari en februari en zelfs in maart hebben wij en andere collega's reeds bij u aangedrongen om maatregelen te nemen, geen eenmalige maar structurele, om de landouwsector en specifiek de varkenshouderij en nog meer specifiek de melkveehouderij te ondersteunen. Daar is op dit ogenblik nog maar weinig van terechtgekomen.
Dit thema is ook aan bod gekomen op de landbouwraad deze week. Het resultaat is nagenoeg nihil. Over de randverschijnselen zullen we het niet hebben.
Mij valt op dat de federale minister voor Landbouw haar ontgoocheling uitschreeuwt in de pers, zeggende dat het toch wel erg is dat België geen eenduidig standpunt heeft kunnen innemen omdat er geen eensgezindheid was tussen Vlaanderen en Wallonië. Met andere woorden: de Vlaamse minister van Landbouw weigert nog altijd naar de sector te luisteren terwijl - laat het voor één keer gezegd zijn door een lid van het Vlaams Belang - de Waalse minister voor Landbouw blijkbaar wel oren heeft naar zijn landbouwsector. Het resultaat is dus nihil.
Wat zegt de minister van Landbouw in Vlaanderen? Ten eerste moet de landbouw daarmee leren leven. We moeten de landbouw wapenen voor de toekomst en we moeten de landbouw duurbaarder maken. Ten tweede kunnen we eventueel overschakelen naar overbruggingskredieten. Collega's, die moeten nog altijd door de landbouwer zelf worden terugbetaald. Dat is geen cadeau, dat moet nog altijd worden terugbetaald.
Structurele maatregelen zijn er niet. U voorziet in 2 miljard euro gewestwaarborgen voor KBC. U voorziet in tientallen en honderden miljoenen voor de automobielindustrie. U reist daarvoor met de helft van uw regeringsploeg tot in de Verenigde Staten. Maar voor de landbouw in Vlaanderen? Nougatbollen! Daar komt het op neer.
Mijnheer de minister-president, hoe komt het dat u niet luistert naar uw eigen sector in Vlaanderen en niet tot een eenduidig standpunt komt met minister Lutgen, uw Waalse tegenhanger. Zult u nu eindelijk de structurele maatregelen nemen die u kunt nemen - ik heb ze in mijn interpellatie en mijn motie aangereikt - en waarvoor u de financiële mogelijkheden hebt? Zult u die op korte termijn nemen en zult u een duidelijk relanceplan op de tafel leggen en niet langer mist verkopen zoals uw Europese kompaan Barroso?
Minister-president Peeters heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, geachte leden, mijnheer Wymeersch, met alle respect, maar u hebt de zaken enigszins verkeerd voorgesteld. Ik vind dat u wel erg kort door de bocht gaat, met respect voor de heel delicate situatie van de landbouw. Daar hebt u immers gelijk in: de situatie in de landbouw, en in het bijzonder in de melkvee- en de varkenssector, is zeer ernstig. In 2007 was de situatie, zeker in de melkveesector, nog positief, maar er is een sterke achteruitgang geweest. Tot daar kan ik u volgen, maar vervolgens hebt u, met alle respect, dingen gezegd die jammer genoeg volstrekt onjuist zijn.
In januari al hebben we de Europese Commissie gevraagd maatregelen te nemen. U hebt dat ook in de commissie gevraagd. Het ging over exportrestitutie en steun voor particuliere opslag. We hebben extra maatregelen gevraagd, zoals een verhoging van de aankoopprijzen voor de interventie van boter en melkpoeder, een tijdelijke versterking van exportrestituties enzovoort. In de commissie was er de vraag van de heer De Meyer over de problematiek van Rendac. Er werd gevraagd of die rekening niet kon worden bevroren. Er waren nog andere vragen. We hebben al die vragen bekeken en maximaal antwoorden gegeven.
U verwijst naar het discussiepunt tussen de Waalse minister van Landbouw en de federale regering. Dat is het punt van de melkquota. Mijnheer Wymeersch, wat dat betreft, bent u heel populistisch, want die quota hebben niets te maken met het feit dat de prijs die nu moet worden betaald voor melk onvoldoende is. De Europese melkproductie bevindt zich nu 4 à 5 percent onder de beschikbare quota. De lage prijzen zijn niet het gevolg van een overproductie, maar van het volledig wegvallen van de vraag naar zuivelproducten door derde landen, door de algemene economische crisis. Dat is de realiteit. Daarover gaat het. Ik betreur dat mensen beweren dat het opnieuw aanpakken van die melkquota dat probleem zal oplossen. Dat is niet waar. Ik ben daar dan ook niet in meegegaan, en de Belgische delegatie heeft wat dat punt betreft geen eensgezind standpunt. Ik blijf daarbij, mijnheer Wymeersch, en ik word ter zake gedekt door Vlaams landbouworganisaties. Zij kennen het dossier en zitten op dezelfde golflengte.
Net als u ben ik echter ontgoocheld door de antwoorden die Europa geeft. We hebben erop aangedrongen dat er bijkomende maatregelen zouden worden genomen voor de melkveesector. Ook hebben we aan de Europese Commissie uitdrukkelijk bijkomende maatregelen gevraagd voor de varkenssector. De Europese Commissie heeft geantwoord dat op dit ogenblik niet te willen doen. Ik begrijp dat uw fractie zeer negatief staat tegenover Europa. We moeten echter die vraag blijven stellen. Die komt er niet alleen uit Vlaanderen. Ook andere lidstaten stellen die vraag uitdrukkelijk. We moeten de nodige druk houden op dat Europese niveau en op de commissaris, zeker als de toestand nog slechter zou worden, en ze is al zeer slecht.
U gaat ook volstrekt uit de bocht als u zegt dat Vlaanderen nog niets heeft gedaan. Wij hebben een Vlaams landbouwrelanceplan. In dat kader hebben we versneld een aantal zaken gedaan. Recentelijk nog hebben we de kostenverhogende elementen uit de melkquotareglementering geschrapt. We hebben dinsdagochtend opnieuw rond de tafel gezeten met de landbouworganisaties, voor een evaluatie van de Europese Landbouwraad van maandag en dinsdag. We hebben opnieuw gezegd welke maatregelen we bijkomend kunnen nemen. U doet vrij schamper over die overbruggingskredieten. We onderzoeken dat voort, op vraag van de organisaties.
De toestand is ernstig en we volgen hem van uur tot uur, samen met de landbouworganisaties. Europa is jammer genoeg niet ingegaan op onze bijkomende vragen. We zullen daar Europees op blijven hameren. Vlaanderen heeft maatregelen genomen en als de toestand erger wordt en er kunnen bijkomende maatregelen worden genomen, boven op die waartoe we al hebben beslist, dan zullen we dat onderzoeken en bekijken wat we kunnen doen. Mijnheer Wymeersch, ik denk dat u met deze informatie een en ander wat anders kunt of moet bekijken, zeker wat de melkquota betreft. Mocht de zaak daarmee worden opgelost, dan zou dat gemakkelijk zijn. Dat is echter niet het geval. Dat is een foutieve voorstelling van zaken, waaraan ik niet meedoe.
Mijnheer de minister-president, ik dank u voor uw antwoord, maar sta me toch toe om er enige kritische bedenkingen bij te maken. Natuurlijk is het zo dat een overproductie inkrimpen, niet meer volledig zal helpen, maar die overproductie is er, en bovendien al geruime tijd. Daarom hebben we inzake het sleutelen aan de melkquota, drie maanden geleden de suggestie gedaan om eventueel te bekijken of een inkrimping van de melkveestapel soelaas kan bieden en hebben we u gevraagd om dit te vertalen op Europees niveau, maar daarop kwam geen respons.
Ik stel vast dat een landbouworganisatie waarvan u zegt dat die geen vragende partij is en een eind meegaat in uw verhaal, een landbouworganisatie die u zeker niet ongenegen is, vandaag in de pers heel zwaar ontgoocheld is.
Ja, ik ook.
U bent misschien ontgoocheld, maar u neemt de mogelijkheden niet te baat, en dat verwijten wij u. U neemt de mogelijkheden niet te baat in uw Vlaamse bevoegdheden, met uw Vlaamse financiële middelen binnen het Vlaamse budget om dingen te doen ten behoeve van de Vlaamse landbouw! U kunt financiële ondersteuning geven, maar u doet dat niet. U kunt ook een waarborgregeling treffen, maar u doet dat niet.
Mijnheer de minister-president, u schiet te kort; u wilt enkel onderzoeken. Ik citeer u even, volgens de pers hebt u gezegd: "Van zodra de economische crisis is weggeëbd, zullen de voedselprijzen opnieuw de hoogte inschieten." Ten eerste wilt u daarmee dus zeggen ten aanzien van de landbouwsector, dat hij nog een beetje geduld moet hebben, dat het nog wel een tijdje zal duren, maar dat het wel over zal gaan. Ten tweede betekent "de voedselprijzen zullen opnieuw de hoogte inschieten" dat dit misschien wel zal gebeuren voor de consument, maar niet voor de ontvangende landbouwer. Ik heb hier zware bedenkingen bij en ik blijf erbij, mijnheer de minister-president, dat u en uw Vlaamse Regering in het landbouwdossier zwaar in gebreke blijven. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer De Meyer heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, collega's, het is inderdaad zo dat we op dit moment de zwaarste crisis in de landbouwsector van de laatste 20 jaar doormaken, maar ik ben er ook van overtuigd dat we die niet oplossen met populisme. Ik wil ten overvloede toch nog eventjes wijzen op de maatregelen die wel genomen zijn: het herstelplan, de versnelde uitbetaling van een aantal premies en onder meer vorige week nog de versnelde uitbetaling van 7 miljoen euro kapitaalpremies voor het VLIF, de melkquotaregeling waarin maatregelen werden genomen die kostenverlagend moeten werken, en de maatregelen die mede op onze vraag werden genomen in verband met de Rendac-factuur.
Ik blijf erop aandringen, mijnheer de minister-president, dat er ook in verband met de waterfactuur verder wordt gezocht naar mogelijke oplossingen. Ik weet dat dit geen groots dossier is, maar er kan ook soelaas mee worden geboden, weliswaar voor een beperkt bedrag, aan heel veel bedrijven.
Mijnheer de minister-president, we zijn ervan overtuigd dat u binnen uw regering de heel ernstige toestand op de voet blijft volgen en dat u indien er binnen het Europese kader morgen nieuwe mogelijkheden zijn, u daar onmiddellijk gebruik van zult maken.
De heer Callens heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, het is zo dit ik vorige week of veertien dagen geleden nog een voorstel heb gedaan om dringend een crisiscommissie op te richten voor wat die twee sectoren betreft. U hebt toen beloofd, want de Europese vergadering moest toen nog komen, dat u de twee sectoren sterk zou verdedigen in Europa. U hebt ook beloofd om de zaken om de week in de commissie eventjes te bespreken. Wat me is opgevallen, is dat we vorige week die bespreking niet hebben gehad.
Ik herhaal dat de tijd dringt. Het gaat nu over weken en dagen, niet langer over maanden. Heel wat bedrijven zullen over de kop gaan. Wij moeten vandaag of morgen de koppen bijeen steken en we moeten er over de partijgrenzen heen voor zorgen dat we een oplossing vinden voor die twee sectoren, zo niet zullen we serieuze klappen krijgen op economisch en op sociaal vlak.
Er is dus dringend nood aan een crisiscommissie voor de melksector en voor de varkenssector.
Mijnheer Wymeersch, u vraagt waarborgen, maar wanneer wij in overbruggingskredieten voorzien, is het niet goed. Dat is toch een beetje eigenaardig. Ik ga ervan uit dat overbruggingskredieten beter zijn dan waarborgen van leningen.
U verwijst naar iets wat ik hier vanmorgen in De Schelp heb gezegd, bij de voorstelling van het Witboek Landbouwonderzoek. Ik verwees naar Nobelprijswinnaar Economie Krugman, die heeft gezegd dat we na de economische crisis opnieuw een stijging van de voedselprijzen gaan krijgen. Een zeer wijze man heeft dat dus gezegd. Ik vind het ook belangrijk om verder te kijken dan de crisis lang is, maar dat wil niet zeggen dat ik niet zeer intensief bezig ben met de aanpak van de economische crisis.
Mijnheer De Meyer, u hebt het eerder al gehad over de waterfactuur en Rendac. Rendac is opgelost, samen met minister Crevits. U weet ook dat de waterfactuur de bevoegdheid is van mijn collega. We moeten dat daar verder aanpakken.
Mijnheer Callens, ik ga ervan uit dat er deze week geen commissievergadering is geweest, maar ik sta elke week ter beschikking. Als de commissievoorzitter een vergadering belegt, zal ik aanwezig zijn. We hebben overigens dinsdagochtend al samen gezeten met de landbouworganisaties om te kijken welke maatregelen we kunnen of moeten treffen.
Collega's, wij nemen de crisis in de landbouwsector zeer au sérieux. We plegen zeer veel overleg en hebben al maatregelen getroffen. Het is dus niet juist te zeggen dat we nog niets hebben gedaan. Ik ben bereid om bijkomende maatregelen te treffen, binnen de bevoegdheden die we hebben en in overleg met de landbouworganisaties, indien de situatie nog zou verslechteren. Er komt vanuit de organisaties zelf bijvoorbeeld een vraag naar overbruggingskredieten. Ik ben dat nu aan het onderzoeken.
Mijnheer de minister-president, de landbouwsector en de individuele bedrijven hebben op dit ogenblik al zo veel kredieten en leningen lopen, dat ze zich nu al blauw betalen en dat ze met moeite hun afbetalingsplan kunnen navolgen. Dus nog eens een bijkomend krediet - of het nu een overbruggingskrediet of een normaal krediet is - moet uiteindelijk ook weer afbetaald worden.
De heer Callens legt samen met mij nog eens de vinger op de wonde. Het is niet vijf voor twaalf, maar vijf na twaalf. We moeten er ons allemaal goed van bewust zijn dat, als de land- en tuinbouwsector in al zijn geledingen onderuit gaat in Vlaanderen en voor een groot stuk in West-Europa, wij volledig afhankelijk worden van import. Dat wenst u Vlaanderen en West-Europa niet toe, en wij ook niet. Ik reken erop dat u binnen de kortste keren adequate en structurele financieel onderbouwde maatregelen neemt ter ondersteuning van de landbouw, en we zullen u daar tot de ontbinding van dit Vlaams Parlement blijven over ondervragen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Het incident is gesloten.