Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Wymeersch heeft het woord.
Mijnheer de minister-president, afgelopen maandag hebben we in de pers mogen vernemen dat uw federale collega, minister Laruelle, een probleem heeft. Doorgaans lig ik niet wakker van de problemen van een federale minister, maar minister Laruelle heeft een probleem omdat ze vandaag naar de Europese Landbouwraad moet, die onder meer een beslissing moet nemen over de verdere evolutie en afbouw van de melkquota.
En daar wringt blijkbaar het schoentje. Er bestaat, naar verluidt, duidelijke onenigheid tussen Vlaanderen, u dus, en uw Waalse tegenhanger, minister Lutgen. Minister Lutgen stelt dat hij niet wil doorgaan met de afbouw van de melkquota, terwijl Vlaanderen nog altijd het tegenovergestelde zegt. Ik verwijs daarvoor naar uw stappenplan, dat beoogt dat de melkquota op termijn geleidelijk worden afgebouwd, om dan in 2015 tot een zachte landing te kunnen komen.
Minister Lutgen is tegen de afbouw omdat de melkveehouderij in Wallonië voor het overgrote deel uit relatief kleine bedrijven en familiale bedrijven bestaat. Nu, in Vlaanderen is dat ook zo: de Vlaamse melkveehouderijen zijn over het algemeen relatief kleine bedrijven en voor het overgrote deel familiale bedrijven. Men kan dus stellen dat men aan weerszijden van de taalgrens met min of meer dezelfde problemen te kampen heeft.
Mag ik u erop wijzen, mijnheer de minister-president, dat door de recente verhoging van de melkquota de prijzen gedaald zijn. Dat weet u minstens even goed als ik. De gemiddelde prijs in Europa is 33 euro per 1000 liter, in België 27 euro. Men denkt dat die prijs volgend jaar naar 23 euro zal zakken, terwijl de kostprijs op dit ogenbik 34 euro is. Men gaat ervan uit dat door de opheffing van de quota de productie zal verhogen en de prijs uiteindelijk nog verder zal dalen.
Mevrouw Laruelle heeft erop aangedrongen dat er uiteindelijk toch een gezamenlijk standpunt zou komen. Anders zou zij moeten zwijgen op de Landbouwraad. Is er een gezamenlijk standpunt van u en uw Waalse collega Lutgen? Ten tweede…
U mag maar één vraag stellen.
Dan zet ik nu een komma. (Gelach)
Mijnheer de minister-president, ik stel vast dat u de belangen van de kleine, familiale boeren minder verdedigt. U opteert voor het verder blijven zakken van de melkprijs. Ik stel ook vast dat er niet met één Belgische stem naar Europa kan worden gegaan. Wanneer mag Vlaanderen in het kader van een verregaande Vlaamse onafhankelijkheid inzake landbouwbevoegdheid een zelfstandige stem laten horen? (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister-president Peeters heeft het woord.
Mijnheer Wymeersch, als u nog een punt wilt plaatsen achter uw komma, moet u nog even blijven staan. (Gelach)
Deze middag start opnieuw de Europese Landbouwraad. Ik hoop mij vanavond en vannacht te kunnen en te moeten bezighouden met deze problematiek. Enkele weken geleden is dit op de vorige Landbouwraad in Luxemburg al aan bod gekomen. Daar heb ik samen met mevrouw Laruelle een discussie gehad met de collega's.
In het kader van de Mid Term Review is in 2003 beslist om de melkveesector te reorganiseren en het melkquotumsysteem af te bouwen. Deze middag gebeurt de health check om te kijken of we goed zitten in de uitvoering van de Mid Term Review, die loopt tot 2013, en hoe we verder moeten. Specifiek gaat het over de melkveesector. Van de prijsondersteuning, die wordt afgebouwd, gaat men naar rechtstreekse inkomenssteun. Sinds 2006 is jaarlijks een kleine 70 miljoen euro inkomenssteun verleend. De prijs van de melk is gezakt. Dit heeft een besparing meegebracht van een goede 150 miljoen euro omdat men nu bij de overdracht van de quota minder moet betalen.
Uw vraag vóór de komma was: is er eensgezindheid?Het Belgische standpunt heb ik in oktober verdedigd bij de Europese Commissaris. Het Belgische standpunt is dat wij ons aansluiten bij het standpunt van het Europees Parlement. En dat Europees Parlement is zeer voorzichtig, zoals wij. Het zegt, mijnheer Wymeersch: "We laten het quotum in 2009 met 1 percent en in 2010 nog eens met 1 percent toenemen en dan doen we een evaluatie. We hebben een stappenplan voor de mogelijke verstoring van de markt en gaan voor voorzichtigheid." Dat lijkt ons de juiste aanpak.
Ik hoop om vanavond of vannacht samen met de collega-ministers een standpunt in te nemen. Mijnheer Wymeersch, het is wat kort door de bocht om te zeggen dat we die kleine landbouwbedrijven niet zouden verdedigen, dat we geen visie over de toekomst hebben. We willen overleg plegen met de Waalse minister Lutgen, die al naar de pers is gegaan. Hij zou beter overleg plegen en verwijzen naar het gemeenschappelijk standpunt van 10 oktober. Dat standpunt verdedig ik vandaag en ik zal het stofferen met heel wat argumenten. Ik hoop dat u daarbij zult aansluiten.
Mijnheer de minister-president, uw antwoord is in feite geen antwoord. Op dit ogenblik is er blijkbaar nog geen, of toch geen volledig akkoord tussen u en Waals minister Lutgen. U hebt weliswaar het Belgische standpunt verdedigd: min één percent, min één percent. Maar voor minister Lutgen, voor Wallonië en de Waalse boeren hoeft dat niet meer, meer nog, kan dat niet meer door het inkomensverlies dat wordt geleden door het Waalse, familiale melkveebedrijf.
Ik lees in de vakpers van de verschillende landbouworganisaties in Vlaanderen: "Stop met de afbouw van de melkquota." Als de Waalse minister van Landbouw luistert naar zijn basis, waarom doet de Vlaamse minister van Landbouw dat dan niet, maar houdt hij vast aan een vroeger geformuleerd Belgisch voorstel? Dat begrijp ik niet. Ik heb er grote problemen mee als de basis dat vraagt en de minister volgt niet.
Dat is niet juist.
Mevrouw Rombouts heft het woord.
Ik ben verbaasd door de tussenkomst van de heer Wymeersch. Hij zou uit de discussies in de commissie over de hervorming van het Europese landbouwbeleid en over het melkquotummoeten moeten afgeleid hebben dat we initieel geen vragende partij zijn voor de afbouw of de stopzetting van de melkquotareglementering. We bewegen ons vandaag in een Europees kader dat die afbouw wel voor ogen heeft. We mogen onze ogen daar niet voor sluiten. Dat was de reden waarom de sector en ook de minister zich hebben voorbereid om een stappenplan uit te werken om op de markt in te spelen als de melkquotareglementering wordt stopgezet.
Het stappenplan is niet alleen belangrijk op het moment van die stopzetting. Het geeft de verschillende bedrijven de ruimte om zichzelf te organiseren en te wapenen tegen de markt die vandaag flink schommelt. We willen de individuele bedrijven meer kracht en ontwikkelingsmogelijkheden geven zodat ieder bedrijf zich kan richten op de marktevoluties. Vandaag stijgt de mondiale vraag naar melkproducten twee tot drie percent, terwijl de productie maar anderhalve percent stijgt. Er is dus nog ruimte voor de productie.
In de commissie hadden we een discussie over de hervorming. In een resolutie werd gesteld dat de marktprijzen heel sterk fluctueren, en dat het jammer zou zijn om de marktondersteunende maatregelen die momenteel zijn ingebouwd op Europees vlak, overboord te gooien. Het is belangrijk dat die instrumenten blijven bestaan zodat we ze kunnen inzetten op het moment dat ze nodig zijn. Ook dat is een boodschap die de minister zal meenemen naar de Europese Commissie.
In de loop van de namiddag en avond zijn er verschillende momenten van overleg, ook met de collega's van de Europese landen en met de Europese Commissie. We zullen streven naar een consensus en een akkoord binnen de Europese Landbouwraad. Het is volstrekt onjuist dat ik geen rekening zou houden met de basis.
Ik dank de adjunctminister van Landbouw voor haar bijkomende toelichting.
Zij dwaalt echter. De meningen veranderen. Er wordt gezegd dat het gaat om een Europees en zelfs een mondiaal probleem. Niet enkel Wallonië, maar ook Frankrijk, Spanje en Italië ijveren voor de afschaffing van de quota omdat zij bezorgd zijn over het inkomen van de eigen boeren. Waarom kunnen wij dat dan niet? De prijzen dalen en enkel de melkfabrieken worden daar beter van. Dat kan toch niet de bedoeling zijn van een aantal mensen in dit parlement, en van de Vlaamse ministers en de Europese Commissie. De Vlaamse boeren, en niet de melkfabrieken moeten worden verdedigd.
Hier wordt gelogen over zaken die ik net heb gezegd.
Mevrouw Rombouts, dit is geen debat, maar een actuele vraag. U hebt daarnet uw spreektijd al overschreden. Ik verwijs dit debat naar de commissie.
Het incident is gesloten.