Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, men heeft me zonet meegedeeld dat een aantal ministers van de Vlaamse Regering, waaronder degenen die we voor dit debat verwachten, namelijk de minister-president, minister Ceysens en minister Van Mechelen, nog in vergadering zijn met de kern van de federale regering. Ik stel dus voor om de agenda te wijzigingen en te beginnen met de actuele vragen. Dat zullen we evenwel pas binnen tien minuten kunnen doen, want alle vraagstellers en de betrokken ministers moeten aanwezig zijn. Nadien kunnen we het actualiteitsdebat houden, als u het daarmee eens kunt zijn tenminste.
Ik druk erop dat ik dit zeer zeker met heel veel ongenoegen voorstel.
De heer Penris heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, gelet op de afwezigheid van alle leden van de regering, zullen we waarschijnlijk niet anders kunnen.
Ik wil mijn ongenoegen uitdrukken over het feit dat de fractie die dit debat heeft aangevraagd, met drie interessante mensen aanwezig is, maar alleen met die drie. Het zou van waardering voor onze instelling getuigen, mocht de voltallige fractie of toch een groter deel ervan hier aanwezig zijn.
U weet, mevrouw de voorzitter, dat de oppositie liever een ander debat had gevoerd, dat pijnlijker is voor de meerderheid. We hebben ons moeten schikken naar het voorstel dat de meerderheid ter zake heeft gedaan. Het had van beleefdheid ten aanzien van onze instelling getuigd, mocht die fractie vandaag talrijker aanwezig zijn geweest.
De heer Verstrepen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, het ongenoegen is begrijpelijk. Dit is minachting voor het parlement, maar dat worden we ondertussen al gewoon. Als de agenda dan toch wordt veranderd, dan stel ik vast dat we straks een actualiteitsdebat zullen voeren over iets waarvan wij nog niet weten wat er gezegd zal worden. Dat vind ik op zich een zeer vreemde situatie. We kunnen over dit thema algemeen debatteren. Elke fractie heeft zijn lijstje en kan dat opsommen. Maar in een parlement is dit toch de omgekeerde wereld. Zoals de heer Penris heeft gezegd, had ook ik liever een ander debat gevoerd, dat veel dwingender en belangrijker is, en dat geen aankondigingsdebat is.
Als de agenda dan toch wordt veranderd, moeten we hier straks letterlijk debatteren over de houding van de Vlaamse Regering ten aanzien van de economische crisis. Over een houding kunnen we wekenlang discussiëren. Ik stel voor dat we dan eerst de inhoud van de Vlaamse Regering te horen krijgen, vooraleer daarover te discussiëren.
Ik zou wel graag eerst willen weten wat er beslist is, vooraleer daarover te discussiëren. Je kunt van alles verzamelen uit de kranten, de quotes oppikken en beginnen projecteren. Dat soort politiek is toch niet zo correct. Ik heb geen zin om straks naar een veredelde persconferentie te luisteren in dit huis.
De heer Gatz heeft het woord.
Ik kan de heer Penris geruststellen: zoals gewoonlijk zullen mijn fractieleden binnen afzienbare tijd en onverwijld weer in groten getale en dikke drommen de banken achter mij bevolken. Ik stel evenwel vast dat de oppositie het debat over de BAM belangrijker vindt dan het debat over de algemene economische toestand, zeg maar de recessie, in dit land. Dat is zeer merkwaardig om vast te stellen.
De motieven die ons in het Uitgebreid Bureau met een ruime meerderheid ertoe hebben gebracht om dit debat vandaag te voeren, waren onder meer dat de Vlaamse Regering gisteren een belangrijke ontmoeting heeft gehad met de Sociaal-Economische Raad voor Vlaanderen en dat - en dat is waarschijnlijk de reden waarom de regering niet op tijd is, wat mij ook niet zeer aangenaam voorkomt - ze op dit ogenblik een overleg heeft met de andere gewesten en de federale overheid, precies om een aantal maatregelen te kunnen nemen.
Een parlement dat zich ernstig wil nemen en blijven nemen, kan toch bezwaarlijk zeggen dat de economische toestand waarin het land zich nu bevindt, geen ernstig actualiteitsdebat zou rechtvaardigen.
De heer Daems heeft het woord.
Mijnheer Gatz, ik kan u geruststellen: de toestand van het land rechtvaardigt zeker een debat. Dat de voorbije drie à vier weken in dit huis al werd gedebatteerd over de kredietcrisis, is daarvan een heel mooi voorbeeld. Alleen stel ik vast dat we het debat van vorige maandag in het Uitgebreid Bureau aan het overdoen zijn. Als oppositie hebben we inderdaad gevraagd dat een ander zeer pertinent en zwaar dossier hier op de agenda zou worden gezet, namelijk het Masterplan Antwerpen, de BAM en alles wat er vandaag fout loopt ter zake. Ik stel nu vast, samen met u trouwens, dat de Vlaamse Regering niet eens aanwezig is, terwijl historisch gezien dit parlement ik weet niet hoe lang al op woensdag om 14 uur bijeenkomt. Ik denk dat dit een kwestie is van een goede organisatie en agendaschikking, en ik vind dat we dit als parlement niet kunnen dulden. (Applaus)
De heer Caluwé heeft het woord.
De omstandigheden illustreren hier perfect dat een debat over de aanpak van de economische recessie inderdaad een echt actualiteitsdebat is. Momenteel wordt de vergadering tussen de Vlaamse Regering en de federale regering afgerond. De ministers zullen hier binnen enkele ogenblikken zijn, en we zullen meteen kunnen debatteren over wat mij een belangrijke aangelegenheid lijkt, namelijk de vrees voor banenverlies en faillissementen, de vraag hoe we dit zullen aanpakken en daar op een goede wijze op zullen reageren.
Ik kan wel begrip opbrengen voor de argumenten van de heer Verstrepen. Het is moeilijk om hierover een debat te voeren zonder dat we een verklaring hebben over wat het resultaat is van de vergadering die momenteel wordt afgerond. Daarom stel ik voor dat we hetzelfde zouden doen als bij de twee voorgaande debatten, namelijk beginnen met een verklaring van de regering en vervolgens het debat voeren met de nodige kennis van hoe de vergadering verlopen is en wat de resultaten zijn.
De heer De Craemer heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, net als mijn collega's van de oppositie betreur ik deze werkwijze en handelwijze. De manier waarop hier alles gebeurt, is echt een kaakslag voor het Vlaams Parlement. De afwezigheid van de Vlaamse Regering is dan ook erg betreurenswaardig.
Een ander debat ware hier misschien inderdaad op zijn plaats geweest, maar goed, ik wil toch ook eerst horen welke afspraken de Vlaamse Regering met de federale regering heeft gemaakt, en wat daadwerkelijk de plannen van de Vlaamse Regering zijn. Ik wil daar dus ook niet meteen op reageren. Ik vraag dat het debat zou worden uitgesteld tot volgende week.
De heer Gabriels heeft het woord.
Ik vind de logica van bepaalde mensen vreemd. Ze vinden dat er momenteel geen actualiteitsdebat moet worden gevoerd over de economische situatie van dit land. We hebben het drie weken aan een stuk gehad over de financiële crisis. Als we om ons heen kijken, weten we allemaal dat die ook een weerslag zal hebben op de economische toestand van het land en van Vlaanderen. Daarover wordt momenteel overleg gepleegd, onder meer tussen de federale overheid en de Vlaamse Regering. Ik betreur met u dat dat nog niet is afgelopen. Daarover zijn we het allemaal eens.
Zoals de heer Caluwé voorstelt, zal er straks een verklaring worden afgelegd over wat de minister-president heeft besproken met de federale regering. Dan is er een debat, zodat wij toch ook anticiperend onze krachtlijnen kunnen aanbrengen, waaruit blijkt wat wij willen dat er gebeurt, mochten er morgen of in de komende dagen bepaalde dingen gebeuren die dan naderhand hier zullen worden becommentarieerd. Dat is anticiperend denken, en het is een heel goed voorbeeld van goed parlementair werk.
Ik ben verbaasd over wat hier wordt gezegd. Niemand heeft hier beweerd dat een debat over de economische crisis niet op zijn plaats is, maar dit is de wereld op zijn kop zetten.
De regering zal hier straks waarschijnlijk een batterij aan maatregelen op tafel gooien. We weten nog altijd niet welke. Er wordt van ons verwacht dat we de agenda veranderen en dat wij allemaal als parlementsleden in een zo belangrijk dossier op basis van een verklaring die we nog niet eens op papier hebben, maar iets moeten verzinnen en zeggen wat we daarvan vinden. Ik volg de N-VA-fractie: stel het debat uit, zodat we op een degelijke en zeer professionele wijze inhoudelijk alle maatregelen kunnen doornemen die de regering zal aankondigen.
Ik wil reageren op de inbreng van de heer Gabriels. Ik heb hem in andere dossiers altijd gewaardeerd.
Mijnheer Gabriels, het is niet zo dat dit parlement het economische dossier niet is blijven opvolgen van dag tot dag, wel integendeel. Onze commissie voor Economie, waar ik te weinig aanwezig kan zijn wegens andere commissieverplichtingen, doet dat heel goed. Ze heeft daar gisteren nog heel uitgebreid over gedebatteerd, en ze heeft dat vorige week nog gedaan, in verschillende deeldossiers. We hebben de verslagen kunnen nalezen. U moet niet komen beweren dat we het dossier niet opvolgen. Dat is niet correct.
Ik geef de collega's van de oppositie wel gelijk: we moeten kunnen strijden met gelijke wapens. Als de regering vandaag met een groot nieuw plan komt waarvan wij nog niet het begin van krijtlijnen kennen, geef ons als oppositie dan toch de kans om die plannen eerst terdege te evalueren. Ik ben bereid, mevrouw de voorzitter, om morgen in speciale zitting opnieuw bijeen te komen in plenaire vergadering om over dit belangrijke onderwerp ten gronde te kunnen debatteren. Dan vertragen we niets en dat kan de spankracht van het debat alleen maar ten goede komen.
De heer Sannen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik begrijp het niet helemaal; los van de vraag welk debat hier moest worden gevoerd - daar ga ik me niet over uitspreken -, voor zover ik ben ingelicht, vindt er nu een vergadering plaats op het federale niveau waarbij afspraken worden gemaakt over wie welke verantwoordelijkheden neemt. De invulling van die verantwoordelijkheden in concrete beleidsdaden en instrumenten, die beslissing zal de Vlaamse Regering nog moeten nemen. Als ik het goed voor heb, zal ze daar vrijdag over beslissen.
Het verbaast me dat hier wordt gezegd: hoe kunnen we hier dan nog een debat voeren? We stellen hier soms moties en resoluties op om de regering aan te porren. Nu krijgen we de kans om onze ideeën en standpunten kenbaar te maken aan de regering die vrijdag beslissingen moet nemen. Ik heb er geen enkel probleem mee om die beslissingen later nog te evalueren. Maar ik wil als parlementslid de kans krijgen om de regering de mening van mijn fractie mee te geven, in de hoop dat ze daar in haar besluitvormingsproces rekening mee zal houden. (Applaus bij sp.a+VlaamsProgressieven)
Mijnheer Penris, we gaan hier geen twistgesprek houden. Ik denk dat we allemaal bezorgd zijn om de toekomst. Het zou toch logisch zijn dat de minister-president straks de contouren schetst van de plannen van de Vlaamse Regering zodat wij daar voorstellen op kunnen formuleren. Het staat ons dan nog vrij om volgende week, als de regering beslissingen heeft genomen, ten gronde te debatteren. We mogen deze kans om voorstellen naar voren te brengen, niet laten passeren.
De heren Sannen en Gabriels hebben aangegeven waarom we dit debat vandaag niet kunnen voeren. Ik ben bereid om te luisteren naar wat de Vlaamse Regering te zeggen heeft en wat ze voorstelt. Enkel op basis van wat we te horen krijgen, zonder teksten, kunnen wij echter totaal geen debat voeren. Daarom vraag ik nogmaals de stemming over het voeren van het debat.
Volgens mij kunnen we tot een eensgezind standpunt komen. Als ik het goed begrepen heb, zou de minister-president straks een verklaring afleggen. Zoals we in de voorbije weken al gedaan hebben, kunnen de fracties daarop reageren. Maar dan nog kan het Bureau beslissen dat we in de komende weken nog een actualiteitsdebat houden over de economische situatie. (Opmerkingen)
Er zijn verschillende zaken aangehaald. Er is gezegd dat het heel erg belangrijk is dat de fracties op voorhand hun mening kunnen geven aan de regering die vrijdag beslissingen zal treffen. Wat is dan het probleem met deze gang van zaken? Eerst een verklaring van de minister-president, dan een reactie van de fracties en op de volgende Bureauvergadering kan worden beslist of er nadien nog nood is aan een actualiteitsdebat. Dat moet vandaag niet worden beslist.
Mevrouw de voorzitter, ik zou willen voorstellen dat de minister-president vandaag zijn verklaring aflegt en dat we morgen een extra plenaire zitting bijeenroepen om het debat te voeren over die verklaring van de Vlaamse Regering.
Mevrouw de voorzitter, ik wil me daar volledig bij aansluiten. Ik dacht dat de plenaire vergadering meester is van de agenda en dat we af en toe iets kunnen delegeren aan het Bureau. Nu komt er uit onze plenaire vergadering een heel duidelijk voorstel: we willen de minister-president aanhoren, we willen horen welke engagementen de Vlaamse Regering in dit debat en in dit dossier aangaat en we willen morgen in een extra zitting bijeenkomen om het debat ten gronde en met meer spankracht te voeren.
U hebt me daarstraks misschien niet helemaal begrepen. Een van de leden haalde trouwens ook aan dat er vrijdag een aantal beslissingen zullen worden genomen. De Vlaamse Regering heeft natuurlijk nog geen beslissingen genomen, ze zit nu samen met de federale regering. Ze kan dus wel een verklaring afleggen, maar er werden nog geen echte beslissingen genomen. Volgens mij is het dan ook een beetje vroeg om de plenaire vergadering morgen al bijeen te roepen, maar daarover zal de plenaire vergadering straks beslissen.
Collega's Daems en Penris, het is niet mijn bedoeling om met u een persoonlijke twist te hebben, maar ik meen dat elke fractie in dit parlement in staat moet zijn om een aantal antwoorden te bieden vanuit de eigen partijlogica en de logica van het parlement als geheel, en om te vertellen hoe we tegenover de huidige economische recessie staan en hoe we die op korte en middellange termijn willen en kunnen aanpakken. Dit moet toch mogelijk zijn? Ieder parlementslid en iedere fractie die zichzelf respecteert, moet dit toch kunnen doen? Daarna kunnen we nog ingaan op het voorstel van de voorzitter en bekijken wat er de komende dagen gebeurt.
Mijnheer Gatz, het is inderdaad geen probleem om vanuit onze fractie een aantal lijnen naar voren te schuiven, maar zijn we dan geen koffieklets aan het houden? We hebben immers nog altijd geen zicht op dat wat de Vlaamse Regering naar voren schuift.
Wanneer we reageren op de verklaring van de minister-president is het debat daarmee uiteraard niet volledig afgerond. Integendeel, dat is pas het begin van het debat en vrijdag zullen er concretiseringen gebeuren door de regering. Ik kan me eerlijk gezegd niet voorstellen dat wanneer de minister-president hier een verklaring doet over wat voorgenomen wordt, er niet vanuit de fracties publiek wordt gereageerd in de media. Door dat niet ook hier, op het spreekgestoelte te doen, doen we afbreuk aan het parlement. Het is toch evengoed mogelijk om dat ook hier te doen?
Mevrouw de voorzitter, laten we nu eens serieus blijven. Wat wij hier vragen, is een puur analytisch-technisch debat over beslissingen die de Vlaamse Regering zal nemen en de beleidslijnen die ze zal uitstippelen. Daarover zou het debat gaan.
Als het gaat over een algemene visie op de economische situatie in Vlaanderen, over wat de partijprogramma's en verkiezingsprogramma's voor 2009 zullen vertellen, dan kan je, zoals de VLD zegt, een debat houden over die situatie.
Het gaat hier om een puur actualiteitsdebat over welke maatregelen de regering zal nemen, enkel en alleen zo werd het aangekondigd. Als die maatregelen nog niet genomen zijn, dan is dat debat volledig overbodig. Of we het dan morgen of volgende week houden, doet er niet toe, maar we kunnen moeilijk een debat voeren over iets dat wordt aangekondigd, iets waarover we nog niets meer weten. Doen we dat wel, dan zal er hier straks een A4'tje worden voorgelezen waarna wij allemaal in vijf lijnen zullen reageren. Dat is allemaal niet moeilijk voor een parlement, voor de fracties, maar het gaat hier puur over een heel belangrijk dossier waarin maatregelen worden genomen. Uit respect mogen we dan toch verwachten dat we het technisch, analytisch en inhoudelijk kunnen analyseren. En dat kan niet door hier naar voren te komen en gedurende vijf minuten een nummertje op te voeren.
Neen, mijnheer Verstrepen, maar de minister-president zal ook nog geen gedetailleerde zaken vertellen. Hij zal verslag uitbrengen over wat er gehoord is. Voor het parlement is het ook belangrijk om die zaken uit de eerste hand te vernemen. Als we onszelf als parlement op dat vlak willen respecteren - en daar pleiten we toch voor - dan vind ik dat we de minister-president straks een verklaring moeten laten afleggen. Ik wil daarna aan de parlementsleden de gelegenheid bieden om erop te reageren en ik ben het er helemaal mee eens dat er na het uitwerken van de verdere maatregelen door de regering, een gedetailleerd debat volgt.
Mevrouw de voorzitter, we zullen er waarschijnlijk over moeten stemmen, want ik merk een groot verschil tussen fracties die over de inhoud, de ideeën en de mogelijke voorstellen willen debatteren en fracties die enkel willen schieten, die negatief willen zijn over voorstellen van anderen. (Rumoer)
Kunnen we het dan eens zijn met de wijziging van de agenda, of vraagt iemand daarover een stemming?
Mevrouw de voorzitter, wij willen de minister-president aanhoren. We hebben er allemaal belang bij om te weten in welke richting deze Vlaamse Regering zich eventueel wil en kan engageren. Het technische debat ten gronde kunnen we op een veel latere datum voeren.
De oppositie is in dit dossier aan handen en voeten gebonden. Wij kunnen de technische details van die akkoorden nog niet kennen. De andere partijen hebben voorkennis in dezen, of zouden toch voorkennis moeten hebben. (Rumoer)
Daarom wil ik u vragen een stemming te houden om de agenda in die zin te wijzigen dat we vandaag een mededeling van de Vlaamse Regering aanhoren en dat we daar morgenmiddag om 14 uur met al onze engagementen en ideeën ter zake over debatteren. Er was morgenmiddag sowieso een commissie Economie voorzien, dus dat is geen verloren tijd. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Ik neem aan dat iedereen ermee akkoord gaat dat de minister-president straks een verklaring aflegt. Het voorstel van de heer Penris is om morgen het debat ten gronde te houden.
Wij stemmen bij zitten en opstaan over dit voorstel tot wijziging van de agenda.
De volksvertegenwoordigers die het voorstel wensen aan te nemen, wordt verzocht op te staan.
De tegenproef.
Mevrouw de voorzitter, ik denk dat we best een hoofdelijke stemming kunnen organiseren.
Om mogelijke misverstanden te vermijden stel ik voor om inderdaad een hoofdelijke stemming te houden.
Hoofdelijke stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over het voorstel van de heer Penris en de heer Daems om het debat morgen te houden.
Stemming nr. 1
Ziehier het resultaat:
77 leden hebben aan de stemming deelgenomen; 36 leden hebben ja geantwoord; 40 leden hebben neen geantwoord; 1 lid heeft zich onthouden.
Dientengevolge neemt het Vlaams Parlement het voorstel tot wijziging van de agenda niet aan.
Dat betekent dat we straks een verklaring zullen aanhoren van minister-president Peeters en dat de fracties daar kort op zullen kunnen reageren.
Nu gaan we van start met de actuele vragen.