Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Penris heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, gelet op de zware agenda van vandaag, zal ik proberen om mijn vraag kort te houden. Ze betreft de meerkost van de Leien in Antwerpen. Ik durf die vraag hier te stellen - en ik kijk nu vooral naar de niet-Antwerpenaren in de zaal - omdat de Leien het centrum vormen van Antwerpen en Antwerpen het centrum is van de wereld. (Gelach)
Wanneer we vaststellen dat meerkosten in het centrum van de wereld dubbel zo hoog oplopen als oorspronkelijk werd begroot, dan moeten we ons met zijn allen zorgen maken.
Oorspronkelijk werd begroot dat de eerste fase van de heraanleg van de Leien - en voor de niet-Antwerpenaren: dat is het stuk tussen het nieuwe gerechtsgebouw tot ergens halverwege, ter hoogte van de Opera - 47 miljoen euro zou kosten. Vandaag weten we, mevrouw de minister, onder meer dankzij uw diensten, dat het meer dan dubbel zoveel zal worden.
Ik stel deze vraag niet zomaar. Ik stel deze vraag omdat een van onze eminente collega's in het verleden ook al vragen heeft gesteld over dit dossier. De heer van den Abeelen maakte zich in januari van dit jaar al zorgen over de mogelijk uit de pan swingende kosten in dit dossier.
Mevrouw de minister, dit dossier is exemplarisch voor een aantal andere belangrijke bouwdossiers in Vlaanderen. De eerste fase van de heraanleg van de Leien kost dubbel zoveel als aanvankelijk werd geraamd, omdat met een aantal elementen geen rekening werd gehouden. U somt ze in een aantal vakbladen op. U zegt: we hadden er misschien voor moeten zorgen dat de ondertunneling van het gerechtsgebouw, helemaal aan de kop van de Leien, beter georganiseerd werd, want we gingen ervan uit dat de tunnel kon worden gegraven vooraleer het gerechtsgebouw zou worden opgetrokken. Quod non.
Ik weet uit de Antwerpse gemeenteraad dat de meerwerken voor de parking, op het einde van de eerste fase van de Leien, een kwart meer hebben gekost dan oorspronkelijk werd geraamd.
En dan is er nog het fameuze feestje van de lokale sp.a-afdeling bij het begin van de werkzaamheden. Dat heeft ons als belastingbetaler - en u bent daar heel correct over - 300.000 euro gekost.
Het gaat natuurlijk niet alleen over de Leien. We stellen ook in een aantal andere Antwerpse en Vlaamse dossiers vast dat, wanneer men werkzaamheden aanvangt, werkzaamheden begroot en die werkzaamheden uiteindelijk opgeleverd krijgt, ze aanzienlijk meer kosten dan aanvankelijk werd begroot. Voor de Leien gaat het om een verdubbeling van de geraamde prijzen en we weten dat de Lange Wapper ons ook heel veel meer zal kosten dan aanvankelijk werd begroot, daar zijn mogelijke technisch aanwijsbare redenen voor te vinden.
Mevrouw de minister, ik vind het bijzonder pijnlijk dat wanneer Voka, de werkgevers in Vlaanderen, oproept om de overheid op een efficiënte manier te organiseren, u op die oproep ingaat en via minister Bourgeois laat meedelen dat er een efficiëntiecommissie zal komen binnen uw administratie. Ik heb het daar bijzonder moeilijk mee, want ik weet dat uw overheid, niet alleen in Antwerpse dossiers, maar in heel veel dossiers die met openbare werken te maken hebben, allesbehalve efficiënt aan het werken is.
Het dossier van de eerste fase van de heraanleg van de Leien kan voor u en voor ons allen een interessante leerschool zijn. Daarom vraag ik u welke lessen u reeds hebt getrokken uit dit dossier en hoe u ervoor gaat zorgen dat u de overheid, zeker op het vlak van openbare werken, effectief op een efficiënte manier zult herorganiseren. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister Crevits heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer Penris, het klopt dat ik deze voormiddag aan mijn collega's een extra machtiging heb gevraagd. U weet immers dat ik niet alleen goedkeuring kan geven bij zulke belangrijke verrekeningen. Ik heb dus een extra machtiging gevraagd om bijkomende middelen te kunnen vastleggen voor de uitvoering en de afrekening van de werken aan de Leien, fase 1.
Ik heb hier een half jaar geleden, in mijn antwoord op een vraag van de heer van den Abeelen, duidelijk gemaakt dat ik de bezorgdheid van de collega's deel. Maar u weet, mijnheer Penris, dat het hier werken betreft waarvan de aanbesteding heeft plaatsgevonden in augustus 2002. Het is een project met een lange geschiedenis en inderdaad ook met een aantal euvels.
De regering heeft mijn verzoek tot machtiging goedgekeurd. Ik heb ten behoeve van iedereen die het wil lezen, in een nota opgesomd hoe de meerkosten tot stand zijn gekomen en welke verrekeningen er zijn. Meten is weten, en je kunt pas lessen trekken als je de oorzaken van de meerkosten kent. Een paar elementen hebben betrekking op zaken die eigen zijn aan bouwwerken. De materiaalprijzen zijn gestegen, en ook de bouwkosten zelf zijn gestegen. Bouwprojecten kosten vandaag meer dan zes jaar geleden.
Bovendien is tijdens de werken de nieuwe wetgeving inzake het grondverzet van kracht geworden. Daardoor moest men plots rekening houden met een nieuwe procedure. Dat leidde tot een meerprijs van 9 miljoen euro, en dat was inderdaad niet ingecalculeerd. Er zijn daarnaast ook enkele archeologische pareltjes ontdekt, waarvan men beslist heeft om ze te houden. Meerkost: 3 miljoen euro.
En dan komen we tot een paar extraatjes. Er zijn de extra kosten voor de tunnel in de Lange Gasthuisstraat. De voorganger van mijn voorganger heeft daarover met de stad de afspraak gemaakt dat die kosten volledig ten laste van het Vlaamse Gewest zouden zijn. Die afspraak is gemaakt in 2003.
Er zijn een aantal faseringen veranderd. En dat betreur ik zeer sterk, mijnheer Penris. Het zou efficiënt geweest zijn - en dat was ook de bedoeling - om het gerechtshof te bouwen nadat in een sleuf de tunnel was gebouwd. Een gerechtelijke procedure heeft daar echter een stokje voor gestoken, en de federale overheid heeft niet gewacht om het gerechtshof te bouwen. En wat moet je dan doen? Je kunt moeilijk een tunnel bouwen als je geen put hebt om in te graven. Ook daardoor zijn de bouwkosten dus opgelopen. Daarnaast is ook de Bolivarplaats volledig hertekend. Dat betekende opnieuw een stijging van de kosten sinds 2003.
Mijn voorganger heeft er bovendien voor geopteerd om de werken een pak te versnellen. U verwijst naar Voka, mijnheer Penris, maar u zult het met mij eens dat minder hinder ook betekent dat je probeert wat tempo in je werken te stoppen.
Ik heb geprobeerd om op veilig te spelen en alle kosten in rekening te brengen. Men is nu immers nog aan het opruimen en men legt nu nog de laatste hand aan een aantal zaken. Dat alles maakt dat het totale kostenplaatje in vergelijking met de initieel geraamde kost verdubbeld is.
Volgens u bewijst dat dat we absoluut inefficiënt bezig zijn. We moeten inderdaad lessen trekken uit dat project. Een van die lessen is dat projecten, zeker in de planningsfase, beter moeten worden voorbereid. Men moet beter inschatten hoe projecten evolueren. Ik heb dat daarom heel nadrukkelijk laten opnemen in de overeenkomst met het agentschap. Wat de verrekeningenlast betreft, is er een opvolgingsrapportage door het Rekenhof. We hebben bij de laatste verrekeningen gezien dat het beter wordt, dit dossier niet te na gesproken. Naast die betere voorbereiding moeten dus ook de rekeningen beheerst worden. Daar hebt u absoluut een punt.
Ik heb de beheersing van de verrekeningen en het plan van aanpak ter zake ook laten opnemen in de planning van de leidende ambtenaren, om vanuit het beleid heel nauwkeurig te kunnen opvolgen welke stappen daar worden gezet. Tot enkele maanden geleden was dat immers nog vrij moeilijk.
Het is een dossier waar we uiteraard uit leren. In de tweede fase is er een pps-constructie en zullen de kosten beter ingeschat moeten zijn. Er is immers een risico voor de aannemer mee ingebouwd. In geval van meerkosten moeten die worden gedragen door diegene die het risico neemt.
Mevrouw de minister, ik heb nooit de bedoeling gehad u persoonlijk aan te vallen. U bent slechts de erfgename van wat uw voorgangers in dit project fout hebben gedaan. Het is echter goed dat u zich daarvoor durft te verantwoorden in dit parlement.
Wat het concrete dossier van de Leien betreft, wisten we natuurlijk dat we met een aantal zaken zouden worden geconfronteerd die de kostprijs zouden opdrijven. We hebben dat ook herhaaldelijk, niet alleen hier maar ook op de lokale fora, gezegd. U hebt gesproken over de archeologische sites. Men wist perfect waar die gevonden zouden worden. Op het moment dat men erop stootte, deed men alsof men iets nieuws had ontdekt. Halleluja! Men had dat perfect kunnen weten. Daar is uw voorganger en zeker de administratie van uw voorganger in de fout gegaan.
Wat het tempo van de werkzaamheden betreft, rijzen er ook wat vragen. De eerste fase van de werkzaamheden van de Leien heeft bijzonder lang geduurd. Alle aanhorigen van de Leien hebben dat kunnen vaststellen. Heel wat zelfstandigen zijn failliet gegaan. De werkzaamheden hebben zo lang geduurd omdat de aannemers bijzonder traag zijn opgetreden. Sommige partijen hebben naar aanleiding van dit concrete dossier ook initiatieven genomen om de zelfstandigen uit de wind te zetten.
De werkzaamheden aan die andere grote site rond Antwerpen verlopen niet zo moeizaam. Rond de Singel heeft men heel operationeel, kordaat en efficiënt gewerkt. Daardoor werd de hinder tot een minimum beperkt.
Mevrouw de minister, het gaat hier niet alleen over de Leien. Deze vraag vormt de aanleiding om u te vragen hoe u van plan bent om met die andere werkzaamheden in en rond Antwerpen en in heel Vlaanderen om te gaan. Wat zult u doen met het dossier over de luchthaven van Deurne? Daar is ook nog altijd geen vooruitgang geboekt. Zult u, zoals Voka van u verwacht en zoals minister Bourgeois heeft aangekondigd, op een efficiënte manier omgaan met openbare werken? Ik denk dat Vlaanderen vooral op dat antwoord zit te wachten.
De heer Peumans heeft het woord.
Mevrouw de minister, het gaat hier inderdaad om een erfenis. Ik zou u willen vragen om de rapporten van het Rekenhof die de laatste vier à vijf jaar zijn gepubliceerd over het departement Openbare Werken, eens naast elkaar te leggen. Het meest recente betreft de schadedossiers en de daaraan gekoppelde verwijlintresten. Dat is een hallucinant verhaal over de manier waarop de administratie omgaat met sommige dossiers. Ook daarin vinden we verwijzingen naar verkeerde ramingen enzovoort.
Het lijkt me dan ook goed om in het najaar een gedachtewisseling met u te organiseren over de manier waarop de administratie met dergelijke dossiers omgaat. Het gaat dan over het Deurganckdok, de BAM enzovoort.
De heer Verstrepen heeft het woord.
Mevrouw de minister, vanaf nu moet ik het over de excuusregering met terugwerkende kracht hebben. Blijkbaar zijn de voorgangers altijd de schuldigen en gaat het om erfenissen uit het verleden. Zo is het heel leuk regeren natuurlijk.
Als doorsnee burgers zouden bouwen aan het tempo en werken met dezelfde kostenaanpassingen als deze overheid, dan zou er van koopkracht geen sprake meer zijn. De banken zouden nogal veel in eigendom hebben.
Ik hoor het u graag zeggen, dat u analyseert om te leren. Dat horen ze ook graag in Antwerpen. De opmerkingen van de heer Penris en de heer Peumans zijn hier toch wel op hun plaats. U moet maar eens in Antwerpen vragen hoe het zit met die bouwwerven. De mensen hebben zich al bij de ellende neergelegd. En dan hebben we het alleen nog maar over de Leien. Ik hou mijn hart vast als de werken aan de Oosterweelverbinding starten.
Mevrouw de minister, ik stel voor dat de regering de slogan 'alles wat we doen, doen we beter' even opbergt, misschien tot na de verkiezingen. Als ik de optelsom maak - van de VRT over de BAM, naar Slangen, naar de geldverslindende kleiput -, dan zien we dat elk project te kampen heeft met onvoorziene veranderingen. Dat is blijkbaar hét woord dat continu wordt gebruikt.
Vertragingen en hoge kosten, dat zijn termen die continu terugkomen. En het gaat dan niet om kleine projecten, maar om ingrijpende projecten die een serieuze impact zullen hebben.
Ik ondersteun de kritiek van de collega's die eerder aan het woord zijn geweest. Ik stel voor dat u zich tijdens het reces even terugtrekt en zoekt naar een andere terminologie. Ik zal u vanaf nu de excuusregering met terugwerkende kracht noemen.
Mevrouw Van der Borght heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, als er zoveel problemen zijn in Antwerpen en er zoveel werken tegelijkertijd gebeuren, is dit misschien het moment om wat middelen naar andere provincies door te schuiven, zodat daar wat werken kunnen worden uitgevoerd. Die blijven nu immers op hun honger.
Collega's, ik ben het volledig eens met de heer Peumans. De zaak bespreken we sowieso in het najaar in de commissie. De verrekeningen zullen verder opgevolgd worden. Ik heb nadrukkelijk gezegd dat die verrekeningen ook mee opgenomen zijn in de persoonlijke planning van de ambtenaren. Dat betekent dat ze er ook op afgerekend worden. Dat is toch een belangrijk element waar we rekening mee moeten houden.
De heer Verstrepen gaat wel zeer kort door de bocht. Hij gooit alles op een hoopje. Mijnheer Verstrepen, mijn voorganger heeft het goed gedaan. Het is door kordate ingrepen dat de werken op een bepaald moment versneld werden doorgevoerd.
U hebt het over excuses. Ik kan er ook niets aan doen dat de werken in 2002 gestart zijn en dat we nu in het jaar 2008 zijn. Maar er zal wel met genoegen naar de resultaten gekeken worden.
Mijnheer Penris, het pijnpunt wordt vaak aangehaald. We maken werk van een minder-hinderaanpak bij openbare werken. Dat houdt twee zaken in. We proberen zo snel mogelijk te werken. Daarnaast proberen we de hinder ook zo beheersbaar mogelijk te houden. Men kan bijvoorbeeld de weg gedurende drie maanden afsluiten. Dat zou echter tot een exorbitante hinder leiden. Het minder-hinderbeleid is een heel belangrijke factor geworden bij alle openbare werken. Waar mogelijk proberen we bij openbare werken en bestekken resultaatverbintenissen in te voeren, ook qua timing voor de uitvoering van die werken. Dat kan gebeuren via een beloonsysteem of via een andere regeling. Die zaken worden systematisch opgevolgd, en worden systematisch in bestekken geïntegreerd, waardoor de kwaliteit van de bestekken ook verbetert.
Wat de inschatting vooraf betreft, is de opdracht voor mijn administratie zeer duidelijk. Maar een aantal zaken kan men nooit voorkomen. Als de staalprijzen plots de pan uitswingen, dan moeten we daar rekening mee houden. Daarmee praat ik het initiële bestek niet goed. Ik heb duidelijk gezegd dat er een foute inschatting is gemaakt, en die fout mogen we niet meer maken.
Mevrouw de minister, u blijft nu de verantwoordelijke van het hele project. Ik hoop dat u uw administratie blijft aansporen om te doen wat ze moet doen. Ze moet op een heel efficiënte manier omgaan met de vele belastingmiddelen die we ter beschikking stellen.
Aan de niet-Antwerpenaren wil ik toch even zeggen dat de eerste fase van de Leien nog altijd niet afgewerkt is. Er moet nog heel wat gerealiseerd worden.
Het incident is gesloten.