Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de afbraak van huizen in Doel
Verslag
De heer De Meyer heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, collega´s, het dorp Doel is al meermaals het onderwerp geweest van debat in het Vlaams Parlement, uiteraard ook het Deurganckdok en de ontwikkeling op de linkerscheldeoever. Dat zal nog wel gebeuren de komende maanden en jaren.
De reden van mijn vraag vandaag is de start van de afbraak van zeven woningen in het dorp Doel. Ik wil heel kort, collega´s, even een aantal beslissingen op een rijtje zetten die de voorbije jaren zijn genomen in verband met het tijdelijk woonrecht in het dorp Doel.
Eerst en vooral verwijs ik naar de beslissing van 1998, in verband met het sociaal begeleidingsplan, door de regering-Van den Brande, die het mogelijk maakte dat de Maatschappij Linkeroever woningen verwierf en tijdelijk ter beschikking stelde.
Ik doe het heel schematisch. We hebben dan de beslissing gehad van de paarse regering in 2000, die de termijn voor de tijdelijke bewoning verlengd heeft tot eind 2006, gelet op de vorderingstermijn van werken die in de regio gebeurden. Deze regering heeft op 23 april 2007 een beslissing genomen in verband met het woonrecht. Die beslissing was tweeërlei. Ten eerste konden onroerende goederen die op dat moment niet ter beschikking gesteld werden, niet meer opnieuw ter beschikking worden gesteld voor onteigende Doelenaars. Een tweede element was dat de zakelijke contracten van tijdelijke bewoning die op moment wel liepen, verlengd konden worden tot eind 2009.
We hebben vandaag de procedure, mijnheer de minister-president, in verband met de plan-MER, waarna een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan moet volgen, zodat er op termijn definitieve duidelijkheid en zekerheid komt in verband met de linkerscheldeoever en ook in verband met het dorp Doel.
We hebben al een paar keer van u een antwoord gekregen op interpellaties en vragen, zowel in de commissie als in plenaire zitting, in verband met het Saeftinghedok, waarin u stelde dat deze beslissing niet gedurende deze legislatuur zal worden genomen. Ik herinner me ook nog dat de toenmalige minister-president in het begin van deze legislatuur heeft verklaard dat het Saeftinghedok vermoedelijk, mocht het er komen, niet zal worden gebouwd met middelen van het Vlaamse Gewest, maar dat de haven mee zijn verantwoordelijkheid zal moeten nemen.
Mijnheer de minister-president, is de beslissing die nu genomen is door de Maatschappij Linkeroever de meest oppertune beslissing of is ze minder opportuun? Zo ja, waarom? Zo neen, waarom? Hoe moeten we die in een ruimer kader plaatsen?
Heeft deze Vlaamse Regering al zicht op haar verdere plannen met het dorp Doel? Ik heb in het verleden al een paar keer de vraag gesteld, en men zou mij te gepasten tijde antwoorden: wat gebeurt met de historische gebouwen in het dorp Doel, de kerk, de begraafplaats, de pastorie, het Hooghuis en de molen?
De heer Stassen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, collega's, walk and don't look back, het nummer van Peter Tosh en Mick Jagger is al een paar keer politiek gebruikt. Ik heb het nu niet over het rijden met de vrachtwagen en niet omzien als men over een brug rijdt, maar ik heb het over met een bulldozer huizen platrijden en niet omkijken. Niet walk and don't look back, maar destroy and don't look back.
Dat is wat vandaag bezig is. Eergisteren zijn een aantal bulldozers uitgereden om een zevental huizen plat te leggen in Doel. Dat is wat gebeurd is, met de bedoeling dat zo snel mogelijk plaats wordt gemaakt voor het Saeftinghedok, dat bovenop Doel zou komen. Mijnheer de minister-president, dat zijn de feiten die vandaag gebeuren: u wilt zo snel mogelijk plaats voor het Saeftinghedok.
Wat is de geschiedenis en het besliste beleid omtrent Doel? In mei 2000 is er een beslissing genomen over het tijdelijke behoud van Doel. In de beslissing staat letterlijk dat de toekomst, die werd gedefinieerd als leefbaarheid en leefkwaliteit, van Doel is gekoppeld aan een bouwvergunning voor een dok boven Doel. Toen, in mei 2000, werd ervan uitgegaan dat eind 2006 duidelijk zal zijn of er een bouwvergunning komt voor het dok of niet. Daarom werd de koppeling aan de bouwvergunning geplaatst in 2006. Kijk er de beslissing omtrent Doel van 20 mei 2000 op na. Dat is beslist beleid van toen.
Vandaag is er nog altijd geen ruimtelijk uitvoeringsplan, er is dus nog geen plan-MER, laat staan een bouwvergunning. Er is dus geen enkele reden om terug te komen op de beslissing over het tijdelijke behoud van Doel. Ik heb het over tijdelijk, want wij houden ons aan de afspraken die er toen zijn gemaakt, namelijk het tijdelijke behoud van Doel en de koppeling daarvan aan een bouwvergunning voor een dok dat boven Doel zou komen.
De heer De Meyer heeft de geschiedenis correct weergegeven, ik moet die niet herhalen. Nooit is er een beslissing genomen die dat heeft herroepen. Er zijn een aantal verfijningen gebeurd wat betreft het woonrecht, maar nooit is gezegd dat er een ontkoppeling zou komen van het tijdelijke behoud van Doel en de bouwvergunning. De vorige en de huidige regering, die u leidt, hebben dat nooit beslist. Dat is beslist beleid, maar blijkbaar kiest u, samen met de mensen van de Maatschappij Linkeroever, niet voor beslist beleid maar voor een politiek van voldongen feiten. De mensen van de maatschappij, met politiek goedkeuren, dat kan niet anders, laten de bulldozers uitrukken en de eerste huizen platleggen.
U hebt niet gewacht op de beroepsprocedure. U moest dat niet, maar u weet dat dergelijke beslissingen, die onomkeerbaar zijn, best pas worden genomen tot er een uitspraak is. Dat is niet gebeurd. Ik zeg zonder aarzelen 'destroy and don't look back', want u wilt tegen augustus 2009, het moment dat de periode voor het plan-MER zou zijn afgerond, zoveel mogelijk huizen weg uit Doel, zodat u kunt zeggen dat er geen toekomst meer is voor Doel want er zijn toch geen huizen meer. U wilt gewoon het dorp leeg maken en de bulldozers laten uitrukken zodat u in alle rust kunt beslissen wat u eigenlijk wilt, namelijk het Saeftinghedok bouwen zonder dat er een dorp in de weg ligt. Dat zijn vandaag de feiten.
Vandaar mijn vraag, of moet ik smeekbede zeggen: mijnheer de minister-president, u moet zich houden aan de afspraken die de regering heeft gemaakt in 2000, die nooit zijn herroepen. Ofwel moet u ze politiek herroepen door een andere beslissing. Dat kunt u, maar u hebt daar nooit de moed voor gehad. U moet zich houden aan de afspraken van mei 2000, namelijk de koppeling van de toekomst en het tijdelijke behoud van Doel aan de bouwvergunning. Ik hoop dat u zo snel mogelijk optreedt en zegt aan de maatschappij die de gronden beheert en heeft opgekocht, dat zij stopt met de afbraak tot er duidelijkheid is over de bouwvergunning voor het Saeftinghedok. Wat het Saeftinghedok betreft, denk ik dat u weet wat wij daarvan vinden. (Applaus bij Groen!)
Minister-president Peeters heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, geachte leden, dit is een ernstig en delicaat dossier. Mijnheer Stassen, wat hier door u wordt gezegd is, met alle respect, zeer populistisch. Dat zijn uw woorden en ik heb daar niets aan toe te voegen, maar ik wil wel alles eens op een rijtje zetten omdat heel belangrijke elementen door u niet worden weerhouden.
De heer De Meyer heeft terecht verwezen naar de beslissing van 23 maart 2007 van deze Vlaamse Regering. Er werd beslist het uitdoofbeleid voor Doel voort te zetten en de bewoning in Doel eenmalig te verlengen tot 1 september 2009. U hebt naar dat laatste verwezen, mijnheer Stassen. Deze termijn hebben we vastgelegd om de huidige bewoners tijd te geven om andere huisvesting te zoeken.
De Maatschappij Linkeroever is gelast met het opstarten van een gefaseerde afbraak van een aantal woningen die niet meer in overeenstemming zijn met de Vlaamse Wooncode. Het gaat hier over 126 leegstaande gebouwen. Ik vind het toch heel belangrijk te onderstrepen dat de maatschappij, op een tiental panden na, eigenaar is van alle woningen die privébezit waren in Doel. Al die woningen zijn in der minne opgekocht, en vele woningen zijn ondertussen in een zeer slechte staat en voldoen niet meer aan de wooncode. (Opmerkingen van de heer Frans Wymeersch)
Ik ken u, mijnheer Wymeersch. Op enkele uitzonderingen na zijn al die woningen eigendom van de maatschappij. Ze voldoen niet meer aan de Vlaamse Wooncode. Het is belangrijk dat er, in een situatie van leegstand, kraak, vandalisme en spontane verkrotting, een aantal stappen worden gezet. U kunt opwerpen dat we er zelf voor hebben bezorgd dat het zich in die zin ontwikkelde. Als we overgaan tot het verwerven van woningen en daar mensen vrijwillig voor hebben betaald, die dan elders gaan wonen, en die woningen staan leeg, dan moeten we er op een bepaald ogenblik voor zorgen dat er geen sprake is van kraak en vandalisme. Dan heb ik het nog niet over veiligheid en hygiëne. De burgemeester van Beveren heeft daar trouwens heel duidelijke taal over gesproken.
Heden zijn er 51 sloopvergunningen verleend. Voorbije maandag is de maatschappij begonnen met de afbraak van de eerste zeven panden. Na het bouwverlof zullen er nog twaalf volgen. We gaan door met deze aanpak. We zijn eigenaar van de woningen. Die woningen zijn niet meer in overeenstemming met de wooncode en worden afgebroken, aan de hand van de nodige sloopvergunningen. De maatschappij gaat ter zake verdere stappen zetten.
Mijnheer De Meyer, u hebt ook verwezen naar bepaalde gebouwen, zoals de windmolen op de dijk, de kerk, het Hooghuis, de pastorij en de begraafplaats. Op 24 april heb ik daarop geantwoord. Ik heb toen duidelijk verwezen naar het plan-MER, dat daar voort op zou inzoomen. Ik heb begrepen dat dat plan-MER dit jaar zal worden ingediend bij de dienst Mer van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie. Op basis daarvan zullen we de nodige beslissingen nemen, met het oog op uw bezorgdheid voor die monumenten. In afwachting zijn een aantal bewarende maatregelen genomen, in overeenstemming met de discussie die we hebben gehad.
Dit is een heel delicaat dossier, dat we met de nodige ernst moeten aanpakken. De maatschappij heeft stappen gezet, in het kader dat ik heb geschetst. De beslissing over het Saeftinghedok zal worden genomen op het ogenblik dat we heel de procedure hebben doorlopen. Ik denk niet dat dat deze zittingsperiode zal lukken. In het verleden heb ik daar al naar verwezen.
Ik laat de woorden van de heer Stassen voor zijn rekening. Als woningen niet meer voldoen aan de wooncode, kan er ter zake actie worden genomen. Dat is, denk ik, ook in overeenstemming met de dynamiek van dit dossier en de opeenvolgende beslissingen die in het dossier zijn genomen.
Mevrouw de voorzitter, collega's, er moet duidelijkheid en rechtszekerheid zijn. Inzake het plan-MER dat nu wordt opgemaakt, en de GRUP die erop volgt, zou ik het pleidooi willen herhalen dat we hier mogen en moeten rekenen op een heel evenwichtige beslissing waarin rekening gehouden wordt met vele belangen. Ik noem er een paar: de haven, de industrie, landbouw, natuur en - heel belangrijk in onze regio - mobiliteit. Die aspecten zorgen voor de draagkracht in de regio. Ik pleit zeker niet voor een processie van Echternach, maar ik zou in dit dossier - gezien de delicatesse - toch niet pleiten voor de vlucht vooruit.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, dames en heren, als een eigenaar -want de maatschappij is eigenaar - huizen bewust laat leegstaan, dan kan de overheid twee zaken doen. Ze kan de boel laten verkrotten zodat de bulldozers kunnen uitrukken. Ofwel kan ze verplichten dat de boel gesaneerd wordt. Daar bestaan decreten voor en de wooncode. Maar u kiest ervoor dat de maatschappij de boel laat verkrotten en daarna de bulldozers laat uitrukken.
U moet de politieke moed hebben om vandaag te zeggen dat de beslissing van mei 2000 afgeschaft is, dat de koppeling tussen het tijdelijke behoud van Doel en de bouwvergunning van het Saeftinghedok is opgeheven. U moet dan maar zorgen dat u door de meerderheid gedragen wordt, ook door de leden van het Waasland. Heb dan toch de moed om dat te zeggen! Dan kan de meerderheid zich daarover uitspreken. Zeg dat dan! Maar voer geen politiek van verbrande aarde. (Opmerkingen van minister-president Kris Peeters)
U laat de boel verzieken. Huizen die zeven jaar leeg staan, waar geen ramen meer inzitten, waar dakpannen afgewaaid zijn, zijn natuurlijk niet meer in orde. Mijnheer Van Rompuy, de zeven huizen die afgebroken zijn, waren nog relatief goed in orde. Men heeft er dan nog de verkeerde tussen uitgehaald! Men heeft dat op een ongelooflijke manier aangepakt. Doe zoals de heer De Meyer zegt: creëer duidelijkheid. (Opmerkingen van de heer Jos De Meyer)
Wij kozen voor het tijdelijke behoud. Dat was gekoppeld aan de bouwvergunning. Dat wisten we. We wisten waar het zou op uitdraaien: een ja of een nee voor het Saeftinghedok. We zouden ons daarbij neergelegd hebben. Maar vandaag is er nog altijd geen duidelijkheid over die bouwvergunning. Waarschijnlijk gebeurt er niets meer voor de zomer van 2009. Uw plan-MER zit niet op timing. U zou augustus 2009 gehaald hebben als het in maart was goedgekeurd. Quod non. Er is dus minstens drie maand vertraging. Heb daarom de politieke moed om de beslissing van mei 2002 los te laten en daarvoor een meerderheid te vinden. Anders moet u zich houden aan de afspraken. De Vlaamse Regering heeft altijd gezegd: de eigenaars van de woningen zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van de woningen, en niet voor de afbraak ervan. (Applaus bij Groen!)
Mijnheer Stassen, in mei 2000 werd evenmin duidelijkheid gecreëerd.
De heer Wymeersch heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik vind het aandoenlijk dat twee woordvoerders van twee partijen die verantwoordelijk zijn voor het verdwijnen van Doel, nu het woord vragen.
Ik heb de indruk dat u tamelijk zenuwachtig bent, mijnheer De Meyer. (Rumoer)
Mijnheer de minister-president, wat u daar zegt, is misschien goed bedoeld, maar het is een flagrante leugen. Het is een onwaarheid. Daar kan ik de heer Stassen in bijtreden. De maatschappij is eigenaar van de woningen. Als eigenaar is men verplicht die te onderhouden als een goede huisvader. De maatschappij heeft dat niet gedaan. Ze heeft bewust het retrocessierecht uitgehold, heeft bewust geweigerd woonrecht te verlenen aan geïnteresseerden, en heeft bewust bestaande woningen laten verloederen.
Trouwens, mijnheer de minister-president, heeft de Vlaamse overheid krotbelasting geheven op de huizen die verkrot zijn? Wat is de opbrengst van die belasting? Als u het niet hebt gedaan, is dit een nalatigheid van de Vlaamse overheid.
De maatschappij heeft het bewust gedaan: ze heeft Doel tot en met gewurgd, maar waarom? U moet mij nu eens uitleggen waarom Doel op middellange of korte termijn volledig moet worden platgelegd. Wat komt daar? Wat weet u daar al over? Als u nog niets weet, dan is er geen enkele reden voor een politieke beslissing, meerderheidsbeslissing of regeringsbeslissing om dat dorp plat te leggen. De maatschappij moet verplicht worden om als goed huisvader op te treden en de huizen te onderhouden in de huidige staat of te herstellen in hun vroegere staat. Zolang er geen duidelijke bestemming is voor het grondgebied Doel, kunt u beslissen om het woonrecht uit te breiden.
Mijnheer De Meyer, in uw betoog hebt u duidelijk aangehaald dat u al tevreden bent met een oplossing voor een aantal 'historische relieken' in het dorp. Voor ons moet het veel verder gaan. Het dorp is volgens ons nog altijd leefbaar en het moet leefbaar gehouden worden en ook onderhouden worden, tot er duidelijkheid is over de uiteindelijke toekomst van het gebied op de Linkerscheldeoever.
Het valt me trouwens ook op dat deze Vlaamse overheid blijkbaar geen enkel respect heeft voor de rechtstaat. U weet perfect dat er nog een procedure loopt bij de Raad van State tegen de afbraak van de woningen, maar de overheid lapt die, via de maatschappij, aan haar laars. Dat typeert deze Vlaamse Regering en deze Vlaamse mijnheer de minister-president. (Rumoer)
De heer De Cock heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, collega's, ik dank ook de vraagstellers. Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat de Maatschappij Linkeroever de vlucht vooruit neemt. Waarom zeg ik dat? U hebt zelf gezegd in een artikel in Het Nieuwsblad van 29 april: "Het is beter dat de mensen niet voor hun beurt spreken". U liet dit optekenen toen er een beetje commotie was bij de hoorzitting over het Saeftinghedok. Welnu, ik denk dat de Maatschappij Linkeroever de huizen voor haar beurt sloopt, dat het te vroeg is om daarover een beslissing te nemen.
Er is nog geen plan-MER en er is nog geen bouwvergunning voor een eventueel Saeftinghedok. Een eventueel Saeftinghedok zou 7 miljoen euro containers aan de kade zetten wanneer het volledig uitgevoerd is, dat zijn er 19.000 per dag die er gelost worden en 13.000 op de weg, en dat terwijl de mobiliteit op de weg in het Waasland nu al lam ligt terwijl het Deurganckdok nog niet volledig operationeel is. Ik weet niet of men aan dit alles denkt, maar er zijn wel mensen die denken en al verder denken. Zij hebben voor het geval het Saeftinghedok er niet komt - en voor een aantal mensen moet het er niet komen, ik ben daar één van - een plan B: dan wordt het allemaal industriegebied. Die mensen zijn daarop al aan het focussen en ondertussen moet het dorp verdwijnen.
Wanneer er nog rechtzaken lopen voor het hof van beroep en voor de Raad van State, zouden we de afloop ervan beter afwachten alvorens we dergelijke drastische beslissingen nemen. Ik denk echt, mijnheer de minister-president, dat het te vroeg is om die huizen te slopen. Eenmaal de wettelijke procedure gevolgd is en er inderdaad een bouwvergunning is voor het Saeftinghedok, dan kan men in een mum van tijd de huizen slopen, maar nu is het daar nog te vroeg voor.
Mevrouw de voorzitter, volgens mijn informatie is de maatschappij heel zorgvuldig gestart en heeft ze ook de tegenpartij en de advocaat geïnformeerd, wat gebruikelijk is. De procedure die nog lopende is, bracht geen opschortende situatie met zich mee. De maatschappij heeft heel zorgvuldig geopereerd.
Degenen die het dossier al heel lang volgen, weten dat toen in 1998 werd beslist om een sociaal begeleidingsplan te maken om de mensen te helpen om hun huizen te verkopen en elders te gaan wonen, bijna iedereen daarop is ingegaan. Men heeft de huizen verkocht en zo kwamen ze in handen van de maatschappij. Toen al werden de huizen niet meer onderhouden, want de mensen gingen ervan uit dat het geen zin meer had om nog renovaties uit te voeren omdat ze toch verkocht zouden worden aan de maatschappij.
Het getuigt ook van goed beheer om, wanneer die huizen niet meer voldoen aan de Wooncode en volledig verkrot zijn, met de afbraak te beginnen, zeker om elementen als vandalisme, kraken enzovoort zo veel mogelijk te voorkomen.
Ik onderstreep nogmaals dat dit een delicaat dossier is. Ik doe er alles aan om niet in populistische stellingname te vervallen, want dat zou te gemakkelijk zijn. Dit is een heel delicate operatie die met heel veel zorg moet worden uitgevoerd. We blijven, samen met minister Van Mechelen, de nodige aandacht besteden aan de problematiek van de historische gebouwen. Ik ga ervan uit dat we daar op het gepaste moment opnieuw over kunnen discussiëren in dit parlement.
Wij hebben in het verleden inderdaad ons handen vuilgemaakt. Wij hebben de beslissing van mei 2000 naast de beslissing rond het sociaal begeleidingsplan van 1998 gelegd. Die zijn evenwaardig. De beslissing van 1998 is aangepast met die van mei 2000. En dat hield een tijdelijk woonrecht in, gekoppeld aan de bouwvergunning van het Saeftinghedok. Dat is wat er toen is beslist.
Ik vraag u nog altijd uitdrukkelijk, mijnheer de minister-president, om die beslissing van mei 2000 te vernietigen. Dan is ten minste duidelijk wat uw politiek is, namelijk ervoor zorgen dat dat dorp verdwijnt.
Ik ga u een voorspelling doen. U zult ervoor zorgen dat het dorp weg zal zijn, en over tien jaar zullen we vaststellen dat dat nergens voor nodig was, want het dorp zal nog altijd geen dok zijn en er zal nog altijd geen industrie zijn. Dat zal de toekomst brengen. En daar zult u politiek verantwoordelijk voor zijn. (Applaus bij Groen!)
Het incident is gesloten.