Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de geplande federale verhoging van de btw op gronden voor nieuwbouw en de gevolgen voor de inkomsten uit registratierechten
Actuele vraag over de geplande federale verhoging van de btw op gronden voor nieuwbouw en de gevolgen voor de inkomsten uit registratierechten
Verslag
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijn vraag heeft gisteren aanleiding gegeven tot een groot incident in de Kamercommissie voor Financiën. Ze gaat over de uitvoering van een zesde richtlijn over de btw en een arrest van het Hof van Justitie van juni 2000 in verband met btw-heffing voor grond en nieuwbouw die in één pakket worden aangeboden en verkocht. Mijnheer de minister-president, ik moet u, een groot fiscalist, niet zeggen dat dit problemen creëert. Om te vermijden dat er een dubbele heffing is, moet het registratierecht op dezelfde grond worden vrijgesteld.
Een belangrijke vraag in dit verband betreft de gevolgen voor de bouwers. Door deze btw-heffing op gronden zullen de bouwprijzen stijgen. Het zou in Vlaanderen om 5 percent gaan. Aangezien onze registratierechten dankzij de inspanningen van minister Van Mechelen lager liggen, zou de stijging in Wallonië maar 2,5 percent bedragen. Een tweede vraag betreft de kostprijs voor de Vlaamse begroting. Ik heb vernomen dat deze regeling ons 27 miljoen euro zou kosten. Een derde vraag betreft de meeneembaarheid van de registratierechten. Zou deze regeling de meeneembaarheid eigenlijk niet neutraliseren?
Mijnheer de minister-president, is er overleg geweest? Deze regeling is in de programmawet opgenomen. Is er overleg met de Vlaamse Regering geweest? Wat hebben de vertegenwoordigers van de Vlaamse Regering toen effectief gezegd? Hebt u toen laten weten dat u niet akkoord gaat of hebt u dat, zoals in de pers te lezen staat, stilzwijgend aanvaard? Gaat de federale maatregel verder dan het arrest? Ik heb vandaag gelezen dat de maatregel wordt ingetrokken en dat het bord is afgeveegd. Kan dat zomaar? Hoe kan de federale regering dit ten uitvoer brengen? Leveren deze regeling en onze eigen decreten geen kortsluiting op? Welke maatregelen overweegt de Vlaamse Regering?
Deze maatregel zaait in elk geval veel onrust bij de mensen die willen bouwen. Ik heb in Trends gelezen dat momenteel reeds 43 percent van de kostprijs van een woning in de vorm van heffingen en bijdragen terug naar de overheid vloeit. Het gaat hier in feite om een bijkomende belasting. De eigendomsverwerving is een strijdpunt van de Vlaamse Regering. Minister Van Mechelen en mevrouw Heeren maken hier al jaren werk van. De maatregel van de federale regering zou onze slimme belastingverlaging tenietdoen.
De heer Loones heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik zal trachten niet in herhaling te vallen. In Le Soir staat vandaag het volgende te lezen: "Union flamande contre Reynders et la nouvelle TVA". Volgens de Franstalige pers is er weer een oorlogje aan de gang.
De zaak is eigenlijk veel eenvoudiger. Het gaat hier om een maatregel van de regering-Verhofstadt III. Aangezien de betrokken partijen nu tot algemeen protest zijn overgegaan, vraag ik me af hoe die maatregel tot stand is kunnen komen.
Het nadeel voor de begroting is duidelijk. Het gaat om 40 miljoen euro, waarvan 27 miljoen euro ten koste van Vlaanderen. Deze maatregel gaat tevens in tegen de Vlaamse woon- en bouwpolitiek. We willen de Vlamingen in staat stellen een eigen woning te bouwen. Ik heb gelezen dat het percentage eigenaars-bewoners van 75 percent tot 80 percent moet stijgen.
Een en ander leidt tevens naar een antisociaal beleid. Vooral de kleine bouwers zullen er het slachtoffer van worden. De anderen zullen allicht fiscale spitstechnologische oplossingen vinden, zoals het opsplitsen van maatschappijen en verkopers. Bovendien gaat deze maatregel tegen de belangen van de ondernemers in. 'Quand le bâtiment va bien, tout va bien'. De Bouwunie staat op haar achterste poten.
Ik vraag me af hoe die maatregel tot stand is gekomen. Tijdens het Overlegcomité van 5 maart 2008 is het onderwerp ter sprake gekomen. De bom is gebarsten. In de Kamer is een incident ontstaan. De minister-president heeft dit incident trouwens zelf aangewakkerd. Hij heeft aan de alarmbel getrokken. Wij steunen hem in deze harde strijd, die onder meer tijdens het Overlegcomité van 23 april 2008 moet worden gevoerd. We hopen dat hij zich zal blijven verzetten.
Ondertussen vragen we ons ook af wat er achter deze maatregel zit. Er is al naar bodemsaneringen en naar het bedrijf ArcelorMittal verwezen.
Het telefoontje vanuit de Wetstraat 16 toen er inderdaad een andere bewoner zat, is vernoemd. Heeft dit te maken met de Waalse voordelen bij de reiniging van brownfields? Wij zijn aan het opruimen sinds 1995, zij sinds 2004. De btw op deze opruiming is aftrekbaar. Dit zijn vragen die ervoor zorgen dat politiek boeiend is, maar waarbij Vlaanderen opnieuw dreigt het slachtoffer te worden. Het is geen kaakslag, maar opnieuw een dossier om zich voor in te zetten. Ik kijk met belangstelling uit naar uw antwoord.
De heer Verstrepen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, het gaat hier over koopkracht. Het gaat hier over de Vlaming die wat meer centen zal moeten ophoesten. Ik wil ook duidelijkheid of het nu gaat over 27,5 miljoen euro of 29 miljoen euro. Het komt erop neer dat die 29 miljoen euro de federale rooftocht is op de Vlaamse schatkist. We hebben hier al argumenten gehoord, maar bepaalde vragen begrijp ik niet goed. Ik heb de stukken waar die antwoorden eigenlijk al instaan, maar dubbelop is daarom niet slecht.
Het gaat mij om de systematiek in de politiek. U was ervan op de hoogte dat dit allemaal zou gebeuren. De heer Sannen heeft dat in de commissie aangekaart op 18 maart. Ik citeer hem: "Als ik het goed begrijp, onderneemt de federale regering een poging tot hold-up op de Vlaamse middelen voor een bedrag van 27,6 miljoen euro." Dat was in een vraag aan minister Van Mechelen. Misschien loopt de communicatie tussen u en minister Van Mechelen niet voor 100 percent en heeft hij het u niet doorverteld. Dat klopt dan ook niet want vier dagen na de commissievergadering staat een groot artikel in De Tijd: 'Btw op gronden treft vooral Vlaanderen'. Daarin wordt een hele uitleg gegeven over wat er zal gebeuren. Vlaanderen zal betalen en het federale niveau hoopt 40 miljoen euro te cashen. Dat zou de doorsnee Vlaming voor een gewoon huisje - dus geen villa à la Jean-Marie Pfaff - met een stukje grond erbij 15.725 euro extra kosten. Dat is geen klein bedrag in deze tijden, waar de koopkracht daalt, waar iedereen de mond vol heeft van belastingverminderingen en waar beloftes zijn gemaakt bij de verkiezingen. Als we de optelsom maken, is het in de twee richtingen een toch wel zeer eigenaardig verhaal.
Is er overleg geweest of niet? Ik moet dan weer minister Van Mechelen citeren: "Het is geagendeerd geweest. Er is overleg geweest." Als ik dat allemaal hoor, was u perfect op de hoogte. Het is alleen lastig dat dit in de Kamer naar boven is gekomen en dat de pers interesse had voor dit technische dossier. Dan zien we persberichten op Belga verschijnen waarbij ze in Wallonië zeggen dat ze gronden zullen saneren. Dat geld komt dan van die extra federale inkomsten. De rooftocht, de hold-up is bezig. U kijkt ernaar en het geld is aan de andere kant al verdeeld. Het bewijs dat het bestuur paniekerig reageert, hebben we vandaag op de banken gekregen. Het antwoord is een voorstel van resolutie waarin alles een beetje voor zich uit wordt geschoven. Het zal niet helpen.
Mijnheer de minister-president, wat zult u doen om de roofridders van de federale overheid op de Vlaamse schatkist met medeweten van Verhofstadt III, te stoppen? Daar zaten CD&V en Open Vld toch ook in, of heb ik iets gemist de afgelopen maanden? Dat wil zeggen dat uw partij dat wist. Ofwel is er weer een communicatieprobleem en zegt uw partij niet wat ze daar beslist, ofwel doet Verhofstadt zijn ding helemaal alleen en mag u erachter lopen. Wat zult u doen om die rooftocht te stoppen? Als dat uw beeld is van staatshervorming, dan hou ik mijn hart helemaal vast.
Minister-president Peeters heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, dames en heren, ik zal, gezien het gevorderde uur, kort maar duidelijk en krachtig antwoorden. Minister Van Mechelen is hier ook aanwezig. Mocht ik tekortschieten, dan zal hij me zeker aanvullen.
Ik zet alles op een rijtje. Er is het arrest van juni 2000 waarnaar de heer Van Rompuy verwijst. Daarin wordt het probleem behandeld van het regime inzake btw en registratierechten op de woning en de grond. Het Hof van Justitie zei toen dat men op basis van de zesde btw-richtlijn zowel voor de grond als voor de woning - in de meeste gevallen gaat het over appartementen - hetzelfde regime moet toepassen.
Er is daarover geen enkel communicatieprobleem. De heer Verstrepen probeert dat steeds opnieuw te suggereren, maar minister Van Mechelen en ik blijven daar zeer rustig bij. Dat stelt geen problemen. Op 5 maart is de zaak op het Overlegcomité besproken. Zowel minister Van Mechelen als ik was aanwezig. Er is duidelijke taal gesproken. Er is duidelijk gezegd dat het voorstel niet alleen gevolgen heeft voor de kostprijs, maar ook voor het beleid inzake registratierechten en de belangrijke sociale correcties daarin: de meeneembaarheid, een verlaagd tarief van 5 percent voor bescheiden woningen en een abattement of vrijstelling van 15.000 euro. Bovendien is het zo dat wij inkomsten verliezen als wij die registratierechten niet meer kunnen innen. In 2006 ging het over een bedrag van 27 miljoen; vandaag gaat het over ongeveer 29 miljoen.
Wij willen over die drie elementen verder spreken. Het kan niet dat die maatregel zonder verder overleg en duidelijkheid zou worden goedgekeurd. De Vlaamse Regering heeft dit dossier op 21 maart besproken. Alle ministers, van alle fracties, hebben nogmaals akte genomen van wat in het Overlegcomité aan bod is gekomen. Minister Van Mechelen heeft heel duidelijke taal gesproken. De regering vraagt expliciet dat er wordt overlegd en dat er geen beslissingen worden genomen vooraleer het overleg alle kansen heeft gekregen.
Sommigen laten uitschijnen dat de regering hierover geen consensus heeft bereikt. Dat is niet juist: de hele regering wil overleggen en op basis van onze visie een oplossing verkrijgen. Op 23 april is er een bijeenkomst van het Overlegcomité waar het debat kan worden voortgezet. Ik heb er geen probleem mee om de discussie te vervroegen als de federale regering sneller wil overleggen. In elk geval willen we een oplossing voor de drie problemen waarover ik het had. Het wordt onmogelijk om een onderscheid te maken tussen registratierechten op de grond en die op het gebouw, waardoor er een verhoging van 10 naar 21 percent wordt doorgevoerd en de sociale correcties van het btw-regime ongedaan worden gemaakt. Verder is er het probleem van het meeneemrecht, waar ik nu niet verder op inga. Daarover moeten we overleggen.
Gisteren heeft men in de bevoegde Kamercommissie verrast gereageerd. Onze taal was zeer duidelijk.
Dat overleg bereiden we - minister Van Mechelen en ikzelf, samen met de andere collega's - nu zeer grondig voor. We gaan ervan uit dat we overleg houden over wat hier in het Vlaams Parlement is gezegd. We zullen er ook aan dit parlement verslag over uitbrengen en het resultaat van het overleg kenbaar maken. Meer kan ik daarover vandaag niet zeggen. Ik denk dat de meerderheid en de oppositie moeten erkennen dat we bij de pinken waren, en zeker niet hebben geslapen, laat staan dat er geen goede communicatie zou zijn geweest binnen de Vlaamse Regering, of met de federale regering. We moeten nu nagaan hoe we dit probleem voor Vlaanderen op een goede manier kunnen oplossen.
Onze minister-president verwoordt perfect wat we ook vanuit het Vlaams Parlement hadden moeten zeggen. De maatregel zoals hij nu voorligt, kan niet en moet worden herbekeken.
Het criterium is dat de stimulering van de eigendomsverwerving moet bewaard blijven. Het kan niet dat de kostprijs voor een nieuwe woning verhoogt. Dat moet het uitgangspunt zijn. De technische modaliteiten daarvoor moeten nog worden uitgewerkt.
We rekenen erop dat de Vlaamse Regering een alternatief kan negociëren met de federale regering, en natuurlijk ook dat CD&V-N-VA-fractie in de Kamer die bepaling in het programmadecreet niet goedkeurt zoals ze nu voorligt. Dat is de duidelijke houding van onze fractie.
U bent inderdaad bij de pinken geweest, mijnheer de minister-president, op het Overlegcomité van 5 maart. De federale regering heeft simpelweg voortgedaan zoals ze wilde. U bent eigenlijk gerold, tenzij we nu nog kunnen optreden. De vraag is dan of er nog alternatieven voorhanden zijn.
Het komt me eigenaardig voor dat een arrest van 2000 pas nu moet worden uitgevoerd, zo plotseling. Het zal dus wel nodig zijn. Er bestaan duidelijk alternatieven. Men kan alles conformeren naar het registratierecht. Dat is misschien de beste oplossing. Ik heb het al horen vermelden door andere actoren. Men kan alles verlagen naar 6 percent. Er zijn dus alternatieven.
Hoe dan ook verheugt ons de grote eenstemmigheid bij alle partijen. Ik hoop dat we dat kunnen doorzetten en dat het niet tot een belangenconflict moet komen. Dezelfde partijen in de meerderheid als hier moeten er in de Kamer van Volksvertegenwoordigers eensgezind over stemmen. We zullen zien.
Ik heb met aandacht naar u geluisterd, mijnheer de minister-president. Er moet mij iets van het hart, want u vraagt overleg. Het standpunt is hier niet eensgezind, dat zou er nog aan ontbreken.
U vraagt overleg, maar minister Reynders zei gisteren dat er al overleg is geweest. Op de duur kan men er niet meer aan uit. Het Europese arrest dat de hele tijd als excuustruus naar boven wordt gehaald, moet nu niet worden ingeroepen. Dat is het vreemde van het hele verhaal, er loopt geen procedure bij Europa. Ik vraag dan waarom het nu zo plotseling brandt als er toch geen procedure loopt. Er is een arrest van 2000 dat we al acht jaar konden inroepen en nu plots brandt het, al loopt er geen procedure.
Ik heb de indruk dat dit een excuus is. Ik denk dat het iets anders blootlegt en dat het overleg niet werkt. Het werkt niet tussen het Vlaamse en het federale niveau met de bevoegdheden. Ze doen maar wat. Mijn collega zegt het hier ook. U vraagt overleg en zegt dat we het hier niet mee eens zijn. Fijn, en ze doen voort.
Ik heb het voorstel van resolutie bekeken. U vraagt een bijsturing, u vraagt betrokken te worden in het debat. U moet echter een schrapping vragen. U spreekt van bijsturing en iedereen tekent dat met grote sier, terwijl u al op voorhand denkt dat het niet gaat lukken. Ik lees dat u een belangenconflict gaat inroepen. U weet dus al op voorhand dat het niet zal lukken met de resolutie. Als de federale overheid gewoon het been stijf houdt, dan hebt u niets te zeggen. Wat gaat u dan doen? Misschien zullen we dan terug hier moeten komen.
Mevrouw Guns heeft het woord.
De heer Loones zegt dat we het arrest moeten invoeren, maar een arrest is geen verordening. Het is wel zo dat elke burger de toepassing van dat arrest kan vragen, wat dan gevolgen heeft in Wallonië.
Wanneer we de btw-verhoging gaan toepassen, stijgen de prijzen met 11 percent ten opzichte van de registratierechten in Vlaanderen. Er is ook nog de vrijstelling van de eerste schijf van 15.000 euro. De sociale correcties voor het verwerven van een woning vallen dus helemaal weg. Daarnaast zullen er verminderde inkomsten voor Vlaanderen zijn omdat men geen btw en registratierechten samen kan heffen.
Ik wil met nadruk vragen om in het overleg de maatregelen te evalueren en eventueel zelfs totaal aan te passen. Er moet zeker rekening worden gehouden met de gevolgen voor de burgers, de sociale correcties bij de aankoop van gronden en het verlies aan inkomsten.
De heer Verstrepen vraagt waarom we niet onmiddellijk een belangenconflict inroepen. We leven nog altijd in een democratie. Als we in overleg wijzigingen kunnen aanbrengen, dan is dat een betere optie.
Mijnheer de minister, ik wens u veel succes toe. Vlaanderen is er niet goed mee, maar de burger is er het grootste slachtoffer van. Daar moet men naar kijken.
De heer Sannen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, op 18 maart heb ik het probleem al aangekaart in de commissie. We kregen toen een heel uitgebreid antwoord van de minister van Begroting en Financiën. Toen wist ik al dat de minister van Financiën niet erg tevreden was met de gang van zaken. Op 21 maart heeft de Vlaamse Regering haar standpunt dan nog eens duidelijk gesteld.
Ik ben toch wel een beetje verbaasd dat dit in een programmawet terechtkomt. Ik ga er toch van uit dat CD&V en Open Vld met elkaar praten en dat de mensen binnen een partij met elkaar praten.
Ik ben blij met het standpunt van de Vlaamse Regering dat ze dit toch niet zomaar laat doorgaan. Voor mij gaat het minder over de middelen die Vlaanderen derft maar vooral over het beleid dat we in Vlaanderen voeren. Het beleid was erop gericht om de verwerving van de eerste woning zo makkelijk mogelijk te maken en de belasting erop zo laag mogelijk te houden. Door deze maatregel in de programmawet verhogen CD&V en Open Vld de belasting voor diegenen die een woning willen aankopen. Het verrast me en het gaat duidelijk in tegen het belang en de beleidslijn van Vlaanderen.
Ik heb geen probleem met de resolutie die voorligt. Wij waren ook voorstander van een belangenconflict maar nu ik vernomen heb dat er opnieuw overleg zal zijn, vind ik dat er moet worden overlegd. Het resultaat daarvan moet voor ons zijn dat de status-quo voor de aankoop van een eerste woning minstens behouden blijft. Het mag dus voor de burger niet duurder worden. Als dat het resultaat is van het overleg, is dat des te beter. Als dit niet zo is, moeten we vanuit het Vlaams Parlement een belangenconflict inroepen want deze maatregel gaat duidelijk in tegen het belang en het beleid van Vlaanderen.
In die zin wil ik toch wel voorzichtig zijn. Mijnheer de minister-president, u hebt overleg gevraagd. Als ik het goed begrepen heb, heeft men in de Kamer op dit moment het standpunt ingenomen om voorlopig de bespreking over die artikelen op te schorten. Als men voor het overleg toch opnieuw start met de bespreking van deze artikelen, zijn we wel gedwongen om volgende week al het belangenconflict aan te vragen. Ik wil niet dat we plots in snelheid genomen worden en men dingen laat goedkeuren in het parlement en het overleg op het einde organiseert, zodat we niet eens de kans hebben om in de plenaire vergadering het belangenconflict in te roepen.
Mevrouw Heeren heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, laten we zeggen dat we heel blij zijn met het overleg. Mijnheer de minister-president, dat is belangrijk voor de beeldvorming van heel veel gewone Vlamingen die de kranten lezen en het gewoon niet snappen.
Dat wonen duur is, weet iedereen. Dat het bijna onbetaalbaar wordt voor een grote doelgroep in de samenleving, ook voor een groep die tot de middengroep behoort, is ook een feit. Maar we zijn zelf de voorbije jaren ook creatief geweest. We hebben ons steentje in Vlaanderen bijgedragen, vanuit een bepaalde ideologie, als het gaat over duurzaam bouwen. We hebben het energiecertificaat in het leven geroepen en bijkomende maatregelen getroffen voor kandidaat-bouwers, en dat zijn vaak toch jonge gezinnen. We zijn een maatregel getroffen over de veiligheidscoördinator, en ik kan een heel lijstje geven dat bewijst dat de voorbije jaren het bouwen met 10 tot 15 percent is toegenomen.
Zoals de heer Van Rompuy zei, gaat 43 percent van de kosten al naar de schatkist als men bouwt. Mijnheer de minister-president, ik zal u de studie bezorgen, maar vijftien jaar geleden werd al een studie gemaakt over de transfers naar de overheid bij een bouwproject. Voor de overheid is het een vorm van inkomsten om andere dingen te doen.
Ik vraag dan toch of die federale maatregel wel zo sluitend is. U zegt dat het waarschijnlijk zal gaan over appartementsbouw. U weet of u weet niet dat er de voorbije maanden nieuwe tendensen zijn in de vastgoedsector. De grond zal niet meer verkocht worden, maar wel het onroerend goed an sich, zonder de grond, om eigenlijk de prijzen te doen zakken.
Wat kan morgen een firma ervan weerhouden om twee vennootschappen op te richten, waarvan de ene de grond verkoopt en de andere de bouw? Op die manier kan men perfect de kaap nemen. Ik vind persoonlijk dat dat geen goede manier is om aan politiek te doen.
Ik stel me de vraag of de federale overheid zich wel bewust is van wat ze plots wil uitvoeren en of het wel een sluitende oplossing is.
De heer Strackx heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister-president, collega's, ik wil toch nog even benadrukken dat de Vlaamse koper er gemiddeld ongeveer 15.000 euro bij zal inschieten. Voor de Waalse koper zal dat gemiddeld maar 3000 euro zijn. Dat verschil is wel erg groot.
Iedereen heeft verwezen naar het fameuze Breitsohl-arrest. Het verbaast me dat niemand, ook de media niet, zich afvraagt waarom dat arrest nu plots uit de lucht valt, want het lag er al acht jaar. Volgens mij had het evengoed nog acht jaar kunnen blijven liggen.
Nu ineens is het Breitsohl-arrest er, en niemand schijnt te weten waarom. Ik zal zeggen waarom. Anderhalf jaar geleden heeft de Waalse afvalstoffenmaatschappij, de SPAQUE, een dossier ingediend bij de rulingcommissie, met de vraag om de btw te kunnen recupereren bij de verkoop van gesaneerde bedrijventerreinen. Begin januari 2008 heeft de SPAQUE daarvoor groen licht gekregen. Op voorwaarde dat de terreinen samen verkocht worden met eender welke constructie, mag de SPAQUE alle btw-kosten aftrekken die gemaakt werden bij de sanering van de gronden.
Deze nieuwe maatregel zou de Openbare Waalse Afvalstoffenmaatschappij alleen al minimum 20 en waarschijnlijk 43 miljoen euro opleveren aan btw-recuperatie. Dat is slechts het topje van de ijsberg, want de SPAQUE houdt zich alleen maar bezig met de sanering van de 36 meest vervuilde sites in Wallonië, terwijl er in Wallonië naar schatting 3500 vervuilde industriële terreinen liggen. Diezelfde perspectieven van btw-recuperatie worden geopend voor alle firma's die zich zullen bezighouden met de sanering van deze vervuilde terreinen in Wallonië, zoals de in 2007 - wat een toeval - opgerichte publiekrechtelijke naamloze vennootschap die door het Waalse Gewest is opgericht, namelijk de SORASI, die zich ook bezighoudt met de sanering van vervuilde industriële gronden.
U moet zich voorstellen welke een gigantische btw-transfer dit tot gevolg zal hebben ten nadele van Vlaanderen. Het Vlaamse Bodemsaneringsdecreet dateert immers van 1995, het Waalse pas van 2004. Vlaanderen staat dus al een heel stuk verder in de sanering van de brownfields dan Wallonië. De conclusie is dus duidelijk: het is geen toeval dat het Breitsohl-arrest nu plots uit de lucht komt gevallen. De Vlamingen die voortaan een nieuwbouwwoning zullen kopen, zullen de sanering van de Waalse vervuilde gronden financieren, dat is de verborgen agenda van minister Reynders. Het triomfantelijke artikel in 'Le Soir' daarover vorige vrijdag, spreekt wat dat betreft boekdelen.
Het is duidelijk dat de Vlaamse Regering zich op het Overlegcomité van 5 maart heeft laten rollen. Mijnheer de minister-president, wie u gisteren goed heeft beluisterd in Terzake - en ik heb dat gedaan - heeft gemerkt dat u hebt toegegeven dat minister Reynders het zeer handig heeft gespeeld en dat de Vlamingen de draagwijdte van de maatregel niet goed hebben ingeschat.
Mijn conclusie is dat de Vlamingen zich weer eens hebben laten rollen. Het zal, de Walen kennende, verdomd moeilijk zijn om deze scheve situatie nog recht te zetten. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister Van Mechelen heeft het woord.
Ik sluit me volledig aan bij de minister-president. Laat me over een ding heel duidelijk zijn: we waren er namens Vlaanderen met twee aanwezig, we hebben met twee een zeer duidelijk standpunt ingenomen, namelijk dat deze lastenverhoging voor Vlaanderen onaanvaardbaar was. We hebben ook gezegd dat dit de uitholling betekende van het beleid dat wij voeren op het vlak van de registratierechten sinds we daar via Lambermont bevoegd voor zijn geworden. Ik heb letterlijk aangekondigd dat, indien men daar mee doorgaat zonder overleg, we een belangenconflict zullen inroepen om onze rechten te doen gelden. U weet wat het betekent dat het Vlaams Parlement met een drievierdemeerderheid een belangenconflict instelt tegen een programmawet. Dat heeft zware repercussies. Dat is op 5 maart meegedeeld aan de minister van Financiën. Hij moet het overleg terug op gang trekken de volgende dagen, en aan ons om een standpunt te bepalen. Wat mij betreft kunnen we hierover volgende woensdag opnieuw debatteren.
Uit de repliek van minister Van Mechelen blijkt dat het voor iedereen duidelijk is dat we ons niet hebben laten rollen, mijnheer Loones. Het is nog niet zo veel voorgekomen dat in de Kamer de bespreking van een programmawet tot wat problemen heeft geleid op basis van een standpunt van de Vlaamse Regering en de acties die wij daaromtrent hebben genomen.
Dat geldt ook voor de heer Verstrepen, die altijd probeert de zaak wat op te jutten. Bij sommigen lukt dat, bij anderen niet. Zeker bij mij lukt dat niet. Ik ga ervan uit dat we dat overleg met vastberadenheid zullen opstarten. We zullen bekijken wat daarvan het resultaat is. Overleg is overleg. Het is niet zo dat wij kunnen zeggen hoe het is, maar we hebben een belangrijke stok achter de deur, namelijk het belangenconflict. Minister Van Mechelen verwees er al naar.
Mijnheer Sannen, u moet geen politieke spelletjes spelen ten aanzien van CD&V en Open Vld. De verbazing is u gegund, maar ik laat me niet verleiden tot dergelijke gemakkelijke dingen. U zit nu federaal niet meer in de meerderheid. Daarom springt u daar misschien wat gemakkelijker mee om. De Vlaamse Regering zal voort overleggen met de federale regering, omdat dit parlement en de Vlaamse Regering een probleem hebben met dat ontwerp van programmawet, en dat artikel in het bijzonder. De krijtlijnen van dat overleg zijn hier nog eens duidelijk aan bod gekomen. Ik ga ervan uit dat we daar volgende week over zullen voortdiscussiëren of dat dan de zaak tot ieders tevredenheid gesloten zal zijn. Ik ga ervan uit dat we dit zo kunnen afsluiten. (Applaus bij CD&V en Open Vld)
Mijnheer de minister-president, ik geef u opnieuw gelijk. U hebt zich nog niet volledig laten rollen. De voorwaarde is dan wel dat dit volgende week niet wordt goedgekeurd. Het spijt me: ik kan niets anders dan eenvoudig redeneren en u dus niet alleen aanspreken in uw hoedanigheid van minister-president van de Vlaamse Regering, maar ook als lid van een meerderheidspartij die federaal in de regering zit. (Opmerkingen)
Wij hebben een hybride positie. Wij zullen dat niet goedkeuren, hoor. Voor ons is dat geen probleem. Wij zijn één fractie. We zullen dat niet goedkeuren. Ik hoop dus dat Open Vld dat volgende week niet goedkeurt, en CD&V en N-VA al evenmin. Dan is het opgelost. Dan hebben we geen belangenconflict nodig. Dan dreigden we te worden gerold, maar zijn we niet gerold. Laten we dus zien wat er nu zal gebeuren. We hebben wel eens iets anders meegemaakt in dit landje, met partijen die hier ja en daar neen zeiden, en omgekeerd. Ik hoop dat we volgende week al iets meer zullen weten.
Mijnheer de minister-president, ik heb goed geluisterd en mijn conclusie is voorlopig dat België de Vlaamse schatkist leeg probeert te roven, pogingen die de hele tijd worden ondernomen met toestemming van CD&V en Open Vld. Ofwel zijn die partijen nu ook al gescheiden van tafel en bed naargelang het gaat over het federale of het Vlaamse niveau, en dan moeten jullie twee gebouwen en secretariaten hebben. De linkerhand weet immers niet wat de rechterhand daar doet, of daar wordt geen rekening gehouden met wat er hier gebeurt.
Men moet me dit toch eens uitleggen. Ofwel is het onbekwaamheid van de kabinetten, ofwel is het kwade wil. Daarop heb ik nog altijd geen antwoord gekregen. Als dit wordt goedgekeurd, en u verklaart één partij te zijn, dan kan ik alleen maar concluderen dat Open Vld en CD&V eigenlijk vinden dat de Vlaming meer moet betalen voor zijn woning.
Het incident is gesloten.