Verslag plenaire vergadering
Verslag
Bespreking
Dames en heren, de bespreking is geopend.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Ik zou graag een korte toelichting geven bij dit voorstel van resolutie. Momenteel lopen er verschillende procedures voor de opmaak van de oppervlaktedelfstoffenplannen. Die plannen vormen mee de basis voor gewestelijke RUP's met betrekking tot ontginningsgebieden. Het opstellen ervan is een delicate evenwichtsoefening. Het is cruciaal dat bij zo'n plannen wordt gestreefd naar een zo breed mogelijk draagvlak.
Daarbij is een maximale actieve openbaarheid en betrokkenheid van uitermate groot belang.
De Vlaamse Regering had hierop al voor een deel ingespeeld en de inspraakprocedure verruimd. Naast de betrokken lokale besturen en provincies kregen nu ook individuele burgers, verenigingen, actiegroepen en buurgemeenten de kans om bezwaarschriften in te dienen. Daarnaast vragen we aan de regering om rekening te houden met bepaalde aandachtspunten.
Om in een actieve openbaarheid te kunnen voorzien of om ze te verbeteren, vragen we dat de betrokken gemeenten bij de start van de inspraakprocedure voor de oppervlaktedelfstoffenplannen expliciet op de hoogte worden gebracht van het ontwerp van bijzondere oppervlaktedelfstoffenplannen en dat ze de plannen ook ter beschikking krijgen.
Omdat we zuinig moeten omspringen met niet-hernieuwbare grondstoffen en omdat het draagvlak voor dergelijke ontginningen delicaat is, vragen we om, in samenspraak met de sector, alternatieven voor de ontginning van oppervlaktedelfstoffenplannen te onderzoeken, het gebruik ervan te stimuleren en erop toe te zien dat bedrijven die alternatieven ook effectief maximaal inzetten.
We vragen ook dat er uitdrukkelijk op wordt toegezien dat er geen ontginningsgebieden worden aangeduid of aangesneden met de export van ruwe grondstoffen als doelstelling.
We kiezen voor actieve openbaarheid. We weten dat oppervlaktedelfstoffenplannen voorbereidend werk is voor de RUP's. Voor de mensen op het terrein is dat echter niet altijd zo eenvoudig en duidelijk. Om de klantvriendelijkheid te verhogen, vragen we aan de overheid dat de bezwaarschriften die betrekking hebben op de voorwaarden die aan bod komen in de vergunningsprocedure, niet verloren gaan, maar dat ze worden doorgegeven en zo de basis kunnen vormen voor de RUP's.
We willen naar een draagvlak zoeken voor deze plannen. Het is dan ook belangrijk dat de nabestemming die wordt voorgesteld in de bijzondere oppervlaktedelfstoffenplannen effectief wordt overgenomen in de ruimtelijke uitvoeringsplannen en dat er ook op wordt toegezien dat die nabestemming op korte termijn na ontginning ook effectief wordt ingevuld.
We vragen ten slotte dat de project-landbouweffectrapportage voor de realisatie van ruimtelijke uitvoeringsplannen wordt uitgevoerd, zodat er zeker geen gebieden onnodig lang bevroren worden en dat bepaalde voorwaarden ook kunnen worden opgenomen bij de bijzondere voorschriften in ruimtelijke uitvoeringsplannen.
De heer De Meulemeester heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, collega's, het bijzonder oppervlaktedelfstoffenplan Vlaamse Leemstreek heeft fel protest uitgelokt bij de burgers uit de betrokken streken. Met dit voorstel van resolutie willen we een antwoord bieden op de bekommernissen van deze mensen.
Het is niet de bedoeling dat ik de toelichting nog eens herhaal, maar ik wil toch even de nadruk leggen op enkele heel belangrijke punten voor onze fractie. Eerst en vooral gaat het dan om de principiële opstellingen dat de ontginning van oppervlaktedelfstoffen enkel mag gebeuren om te voorzien in de eigen behoeften. Dat betekent dat er geen ontginningsgronden mogen worden aangeduid of aangesneden met het oog op export van de grondstof. Op deze manier zal de ontginning toch enigszins beperkt kunnen worden, zodat de overlast, niet in het minst door het daarmee gepaard gaande zwaar transport, tot een minimum herleid wordt. Bovendien garandeert een lokale verwerking van de grondstoffen dat de toegevoegde waarde en werkgelegenheid in Vlaanderen gerealiseerd wordt.
Wat het openbaar onderzoek betreft, zijn in dit voorstel twee punten heel belangrijk voor Open Vld. In de toekomst zal bij het openbaar onderzoek met betrekking tot de bijzondere oppervlaktedelfstoffenplannen het principe van actieve openbaarheid voorop staan. Dat betekent dat de betrokken gemeenten bij de start van de inspraakprocedure expliciet op de hoogte moeten worden gebracht van het ontwerp van bijzonder oppervlaktedelfstoffenplan.
Het plan zal dus ter beschikking gesteld worden van de gemeenten, zodat ze alle betrokkenen kunnen informeren om zo een zo volledig mogelijk bezwaarschrift te kunnen indienen. De minister heeft trouwens al erkend dat het op dit vlak in het verleden fout is gelopen en toegezegd in de nodige aanpassingen in de procedure te zullen voorzien.
Ten tweede: om bijkomende garanties te bieden dat de bezwaarschriften van de betrokken burgers efficiënt behandeld worden, vraagt de resolutie dat álle bezwaarschriften degelijk worden onderzocht en gemotiveerd aangenomen of geweigerd worden. Bovendien, en dit is een heel belangrijk punt, zullen bezwaarschriften die van toepassing zijn op verdere stappen in de procedure, zoals bij de ruimtelijke uitvoeringsplannen en ontginningsvergunningen, op dat moment automatisch opnieuw in overweging worden genomen.
Het is de overheid zelf die er in het kader van klantvriendelijkheid zal voor zorgen dat deze bezwaarschriften overgemaakt worden aan de administratie Ruimtelijke Ordening. Zo moet de burger niet zelf zijn weg zoeken in de technisch meestal erg ingewikkelde procedures, en is hij zeker dat de bezwaren op het juiste moment in de procedure effectief zullen worden behandeld.
Deze resolutie biedt verregaande garanties dat de bezwaren van de burger maximale impact krijgen in de hele procedure, van het opstellen van bijzondere oppervlaktedelfstoffenplannen, over ruimtelijke uitvoeringsplannen, tot de effectieve vergunning voor ontginning. Het Vlaams Parlement neemt hiermee zijn verantwoordelijkheid en biedt alle kansen aan de betrokken burgers en gemeentebesturen om inspraak te hebben in de procedures en hun belangen te verdedigen en veilig te stellen.
Ik wil u, collega's, dan ook vragen om deze resolutie, wanneer zij straks ter stemming wordt voorgelegd, te willen goedkeuren. Ik dank u daarvoor.
Mevrouw Van den Eynde heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, collega's, het Vlaams Belang meent dat in dit voorstel van resolutie minstens drie belangrijke elementen zijn opgenomen.
Eén: de afbakening van de ontginningsgebieden moet in alle openheid plaatsvinden. Een zo breed mogelijk draagvlak om ontginningsgebieden te selecteren is cruciaal in dit proces. Het neerleggen van plannen op de desbetreffende gemeentehuizen moet dan ook als verplichte maatregel worden opgenomen in het Oppervlaktedelfstoffendecreet. Op die manier krijgt elke burger de kans om zich persoonlijk uit te spreken over het dossier, maar moet naar onze mening ook elke lokale overheid zijn politieke verantwoordelijkheid dragen.
Twee: ook het creëren van rechtszekerheid voor zowel de grondbezitters als de gebruikers ervan is het voorwerp van een belangrijke vraag aan minister Peeters. Het kan niet dat terreinen of landbouwgronden jarenlang als mogelijk ontginningsgebied geblokkeerd blijven.
Drie: het Vlaams Belang vindt dat we zuinig moeten omspringen met grondstoffen, gezien hun beperkte aanwezigheid. We durven daarom aandringen op stimulansen vanuit de regering om de zoektocht naar alternatieve grondstoffen te bespoedigen.
Het Vlaams Belang zal om deze redenen het voorstel van resolutie goedkeuren.
De heer Daems heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik ben blij dat onze interpellatie aan minister Peeters van een aantal maanden geleden uiteindelijk heeft geleid tot een resolutie van de meerderheid. Jammer genoeg werd onze motie destijds weggestemd. Het is goed dat een aantal belangrijke punten uit onze tekst zijn overgenomen, zoals: meer betrokkenheid van de gemeenten. Dat is, in tegenstelling met wat mevrouw Rombouts daarnet zei, duidelijk een pijnpunt geweest. Dat kwam onlangs in het debat duidelijk naar boven. Ook het stimuleren van alternatieven voor delfstoffen en het beperken van de export worden overgenomen.
Jammer genoeg ontbreken enkele heel fundamentele punten in dit delfstoffendossier. Het belangrijkste is ons voorstel om de raming van de behoefte aan delfstoffen naar beneden bij te stellen. Een aantal mensen zeggen dat de behoeftenraming tot drie of vier keer lager zou kunnen worden ingeschat. Ook ontbreekt de vraag om een nieuw mobiliteits- en milieueffectenonderzoek te laten plaatsvinden. Bijvoorbeeld bij de leemontginning is onlangs gebleken dat het zogenaamde integratiespoor van het milieueffectenrapport maar zeer povertjes was. En ook ontbreekt het voorstel om het effectieve administratieve vooroverleg niet te beperken tot de ontginners en eventueel tot de gemeentebesturen, maar om het ook onmiddellijk open te trekken tot mensen die in de buurt wonen of bijvoorbeeld de milieubeweging. Wij vinden het heel belangrijk dat dat voorstel expliciet wordt opgenomen.
Om die redenen zullen we ons onthouden. Dit voorstel van resolutie zit op een aantal punten goed, maar gaat op een aantal andere helemaal niet ver genoeg.
Mevrouw de voorzitter, ik vraag me ook af wat de hoogdringendheid is, verbonden aan dit voorstel van resolutie. Het debat hierover is enkele maanden geleden al gevoerd. Is er een feit waarom nu de hoogdringendheid wordt ingeroepen? Mij lijkt het nuttig om in de commissie te discussiëren over het aspect behoefteraming en daar misschien zelfs een externe deskundige over aan het woord te laten.
Mevrouw de voorzitter, ik heb vorige week inderdaad de hoogdringendheid ingeroepen omdat dit voorstel van resolutie erg belangrijk is voor de betrokken bewoners van de streken die aangeduid zijn voor leemontginning. Er was toch een grote ongerustheid, niet alleen in de streek van de Vlaamse Ardennen maar ook in tal van andere gebieden in Vlaanderen. Als dit voorstel wordt goedgekeurd, kan de ongerustheid voor een groot stuk worden weggenomen.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.