Verslag plenaire vergadering
Verslag
Hoofdelijke stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over de met redenen omklede motie.
De heer Arckens heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, geachte leden, het gaat over een zeer belangrijk punt. De minister van Cultuur heeft onlangs aangekondigd dat hij, mits het betalen van een symbolische euro, de jeugd als doelgroep zou willen toelaten in de grote Vlaamse cultuurinstellingen. Dit zou aansluiten bij een flankerend participatiedecreet, dat hij al lang aankondigt. Her en der is al in de pers een en ander uitgelekt over de dingen die hij voorstaat wat participatie betreft, en het beleid ter zake. Wat ik doe, is eigenlijk not done: ik doe een voorafname op een ontwerp van decreet dat nog moet komen en waarop we aan het wachten zijn. Toch heb ik het voorgevoel dat het wat fout gaat lopen. Ik geef toe dat het cultuurbeleid van de minister vrij goede elementen bevat. Om het met Raymond van het Groenewoud te zeggen: "Het gaat verbazend goed vooruit." Als de cultuurminister echter zegt dat hij op zoek gaat naar het publiek, dan is er iets fout. Dan zoekt hij een marketingstrategie. Dan ziet hij de participatie als graadmeter van het rendement van zijn cultuurbeleid. Dat is al fout.
De tweede grote fout die ik zie is een doelgroepenbeleid: jeugd, allochtonen, gevangenen enzovoort. Dit botst totaal met de centrale notie 'culturele competentie', die we allemaal hanteren. Die is er en kan worden aangekweekt, onder meer door vroeg te interfereren in de opvoeding, omdat culturele competentie ook ontstaat in gezinnen. Een doelgroepenbeleid spoort niet met die centrale notie. Ik ken ex-gevangenen met een ongelofelijke graad van culturele competentie. Enerzijds is het dus niet zo dat je cultureel niet competent bent omdat je tot een doelgroep behoort. Anderzijds blijft een grote groep, die we zonder te vervallen in vox-populisme de 'gewone man' zullen noemen, in de kou staan.
Moet de gewone man participeren? Nee, maar het is wenselijk en het zou bijna crimineel zijn mocht hij niet kunnen participeren. Ik heb dat altijd geïllustreerd met het voorbeeld Brussel stad. Hier werken mechanismen die duidelijk laten zien dat de gewone man, als hij wil, niet kan participeren aan theater en dergelijke. Dat komt doordat men eerst de cultuurtempels uitvindt, die vervolgens bepaalde opdrachten geeft, waaraan dan weer doelgroepen verbonden zijn. Ons doel is niet om mensen die al participeren te doen participeren. Als dat de inhoud wordt van het decreet, waarop ik jammer genoeg vooruit loop, zijn we fout bezig.
Tot slot wil ik aan wie Manu Ruys altijd de linkerzijde noemde, een oproep doen. Verzaak niet aan jullie historische opdracht: het verdedigen van de belangen van de kleine man. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Stemming nr. 13
Ziehier het resultaat:
109 leden hebben aan de stemming deelgenomen; 28 leden hebben ja geantwoord; 81 leden hebben neen geantwoord.
Dientengevolge neemt het Vlaams Parlement de motie niet aan.