Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over mogelijke onregelmatigheden bij het BOIC en de controle hierop van de Vlaamse overheid
Actuele vraag over mogelijke malversaties bij het BOIC en maatregelen ter zake van de minister
Verslag
De heer Deckmyn heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, het BOIC heeft een probleem. Dat is het minste wat we kunnen zeggen als we de kranten van de afgelopen dagen doornemen. Ik schets kort het probleem. Al hoort het BOIC dat niet graag: het gaat over een geldcarrousel. Sponsors vragen het BOIC een tombola te organiseren.
Van het totale budget gaat er 40 percent naar de prijzen, 10 percent naar de organisatie van die tombola en 50 percent is bestemd voor het goede doel, voor de topsportwerking. Laat daar nu net het probleem liggen, want het geld komt blijkbaar niet terecht bij dat goede doel. Waar gaat het dan wel naartoe? In feite vloeit het bijna rechtstreeks terug naar de betrokken sponsors, via facturatie van loges, businessseats bij voetbalclubs, aankoop van reclameruimte. Daarnaast wordt ook in een budget voorzien voor diverse projecten zoals het wielerproject Olympia Tienen dat liefst 24.000 euro krijgt en dat bezwaarlijk kan gecatalogiseerd worden als topsportproject. Maar de ondervoorzitter van dat bewuste wielercomité, tevens socialistisch schepen van Sport in Tienen, heeft blijkbaar zeer goede contacten bij zowel het BOIC als de Lotto. Er kunnen dus heel wat vragen gesteld worden, niet het minst over de fiscaal-juridische context. Men beweert dat die correct is, maar dit moet nog onderzocht worden. Maar het is duidelijk dat het ethisch helemaal niet verantwoord is.
BOIC-topman Renno Roelandt reageert heel verontwaardigd in de kranten. Ik kan zijn ontgoocheling begrijpen als men weet dat het geld niet bij de topsport terecht komt. U hebt al gereageerd, mijnheer de minister. We hebben in de kranten kunnen lezen en op TerZake gehoord dat u acties zal ondernemen. Zo stuurt u aan op het ontslag van bepaalde verantwoordelijken binnen het BOIC, u wilt een duidelijke financiële transparantie binnen het BOIC en ook bij OCBS, de financiële vzw die daaraan gekoppeld is.
U hebt gezegd, en dat is me duidelijk bijgebleven: "Zonder echte duidelijkheid binnen het BOIC, wil ik de samenwerking stopzetten." Naar aanleiding van de beleidsbesprekingen heeft het Vlaams Belang altijd gesteld dat we niet wilden dat het BOIC in de adviesorganen voor sport van de Vlaamse Gemeenschap terecht kwam, omdat het niet wil splitsen. U sluit zich daar nu min of meer bij aan. Drie weken geleden stond er een artikel in De Standaard waarin u het volgende zei: "Ik kan me ook niet van de indruk ontdoen dat hun grote commerciële partners de sport gebruiken voor hun eigen welzijn." Ik besluit hieruit dat u drie weken geleden al op de hoogte was van de feiten, misschien zelfs eerder.
Was u al geruime tijd op de hoogte en welke maatregelen hebt u genomen? Wat zult u doen om erop toe te zien dat de gelden bestemd voor topsport, ook binnen het BOIC, terechtkomen waar ze moeten terechtkomen? Wat is uw houding tegenover het feit dat het BOIC nog altijd aanwezig is in de stuurgroep Topsport en de taskforce, nu u gezegd hebt niet meer samen te werken zolang er geen duidelijkheid is. Het is jammer dat het BOIC een probleem van geloofwaardigheid heeft. Het is in één ding wel olympisch kampioen, namelijk in het opzetten van dubieuze financiële transacties. (Applaus bij Vlaams Belang)
De heer Dedecker heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, collega´s, ik ben altijd verwonderd over de selectieve verontwaardiging telkens er in de sport iets opduikt. Vorige week stond de heer Sauwens hier over de misbruiken bij de voetbalbond, waar het wanbeheer zou worden doorgerekend aan de spelertjes op het veld. Dat is vergelijkbaar met de schraapcultuur van het BOIC. Ik geloof niet dat er juridisch gezien fouten bewezen kunnen worden, want ik denk dat het veeleer gaat over normvervaging.
Mijnheer de minister, u weet dat ik in de raad van bestuur van het BOIC heb gezeten. Het gaat om een 3 miljoen euro, waarvan 1,7 miljoen euro niet is teruggevloeid naar de topsport - waarvoor de middelen waren ingeschreven -, maar vooral dienden voor het verwennen van de raad van bestuur.
Mijnheer de minister, ik zou graag hebben dat we ook iets verder kijken, bijvoorbeeld naar de invloed van de Nationale Loterij als alternatief financieringsmechanisme van de sport, dat we ook eens onder controle moeten krijgen.
In principe is er niets nieuws onder de zon. Op 15 mei 2001, drie maanden na mij, heeft Eddy Merckx ontslag genomen - Eddy Merckx was toen de bloempot en ik was de pispaal, maar dat ben ik ondertussen gewoon geworden - met de woorden dat het olympisch comité zijn centen moest gebruiken voor de topsport en niet als spaarbank. De voorzitter was toen de heer Narmon, de CEO van Dexia.
Ondertussen is de Vlaamse Gemeenschap het BOIC blijven steunen. Uit de balans van 1999 blijkt dat het olympisch comité geldbeleggingen had voor 515 miljoen frank. De belastingbetaler is dus blijven betalen. In 2000 was dat al opgelopen tot 565 miljoen frank.
Ondertussen moet iedereen al weten wat de constructies binnen het olympisch comité zijn. De structuur is niet zichtbaar voor de buitenwereld. Het is gemakkelijk om de balans te publiceren en jaarlijks voor te leggen aan de raad van bestuur, maar daarnaast bestaat het OCBS, het Ontwikkelingscomité van de Belgische Sport. Daarin hebben afgevaardigden van de sponsors zitting en een van de twee secretarissen-generaal. De echte macht binnen het BOIC ligt bij de secretarissen-generaal, niet bij de raad van bestuur. Het BOIC wordt gedirigeerd door een triumviraat. Er zijn nog partijen die gedicteerd worden door een triumviraat en daardoor zichzelf in de vernieling rijden.
Er waren in het verleden al misbruiken. Er is 425.000 euro gemeenschapsgeld verkwanseld aan de olympische familie. De timesharingprojecten op Lanzarote hebben ontzettend lang geduurd. We zouden daar ook eens de rol van het OCBS kunnen bekijken. Ongeveer twee jaar geleden waren er nog plannen om een prachtig nieuw gebouw te zetten in Brussel. Er zijn dus wel centen voorhanden.
Mijnheer de minister, waarom moeten wij dit instituut nog sponsoren? De lotto geeft voor de topsport 3,1 miljoen euro per jaar, onder andere dankzij het plan-Van de Walle voor de jeugd. Het enige geld dat het BOIC terugstort aan de sporter, is het geld van de lotto. Voor de rest is het BOIC bij alles betrokken. De voorbije jaren heeft de Vlaamse Gemeenschap haar groot hart getoond voor de stuurgroep, de taskforce, de ABCD-commissie enzovoort.
In de jaren tachtig en begin de jaren negentig heeft het BOIC heel goed werk geleverd, maar het werd voorbijgestoken door de werking van de Vlaamse Gemeenschap, door de omschakeling van Bloso naar Topsport. We zijn bezig met topsportscholen en de tewerkstellingsstatuten, die ook uit het BOIC komen.
Alles is voorbijgestreefd, waardoor ik nu durf vragen om het BOIC alleen nog de opdracht te geven die hem toekomt en door het Internationaal Olympisch Comité gegeven is, met name het selecteren van atleten voor de Olympische Spelen. De rest wordt ondervangen door Bloso en de werking van de Vlaamse Gemeenschap.
Mijnheer de minister, ik hoor u praten over een audit en een doorlichting. Ik denk dat dat niet voldoende is. Er is weer een audit over de topsport aan de gang door Ernst & Young. Ik denk dat we nu maatregelen moeten nemen. Ik heb ongeveer twintig jaar in het BOIC gezeten, ik weet dus een klein beetje waarover ik praat. Ik denk dat het BOIC in de palliatieve zorg zit. Men heeft er nog altijd het oude Belgicistische ideetje dat voorbijgestreefd is. Zoals bijvoorbeeld in Spanje, moeten we durven eisen om een Vlaamse en een Waalse vleugel te hebben, waardoor we duidelijk controle kunnen krijgen op dergelijke gevallen.
Ik denk niet dat de wet is overtreden, ik meen veeleer dat het gaat om fiscale spitstechnologie. Er is duidelijk sprake van normvervaging. Mensen die een plichtenleer en een ethische gedragscode opleggen aan anderen, moeten zich aan hun eigen sportieve ethische normen houden en zich niet laten doperen door macht en geld op de rug van de belastingbetaler en de topsporter.
De heer Vandenbossche heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, heren ministers, collega's, het gebeurt zelden dat ik me in een sportdossier meng. Deze keer doe ik dat wel omdat er in de loop van de jaren in de commissie om de haverklap vragen zijn gesteld over een aantal instellingen, en het BOIC was er daar een van.
De voorbije dagen heb ik enkele dingen met verbazing gelezen. Een ondervoorzitter van het BOIC zegt dat hij niet weet wat de raad van bestuur beslist en geen kennis heeft van de dossiers. Ik sta daar van te kijken. Het is een rare werking voor een instelling. Wat me het meest stoorde, is de constructie die men heeft opgezet, de zogenaamde carroussel. Ik treed de heer Dedecker in dezen bij: het gaat volgens mij helemaal niet over illegale praktijken, maar dat moet het parket uitzoeken. Het gaat veeleer over normvervaging, zoals blijkt uit de constructies die het BOIC heeft opgezet. De voornaamste taak van het BOIC moet erin bestaan om de selectie van atleten te maken alsook de voorbereiding op de Olympische Spelen. Men heeft dat zeer ruim geïnterpreteerd. Dat blijkt vooral uit wat Hans Vandeweghe daarover schrijft.
Wij financieren in een beperkte mate het BOIC. Door de evolutie van de staat België ligt de bevoegdheid over sport nu bij de gemeenschappen. Vlaanderen subsidieert het BOIC, met name voor zeer punctuele zaken.
Mijnheer de minister, het BOIC liet vandaag weten dat het bereid is een audit te ondergaan. Ik stel voor dat de Vlaamse Gemeenschap en de minister van Sport erop aandringen dat die audit wordt uitgevoerd, en misschien wel door de cel die daarvoor binnen de Vlaamse Gemeenschap aanwezig is. Ik zou nog een stapje verder willen gaan: zolang er geen duidelijkheid is over de werking van het BOIC, stel ik voor dat de Vlaamse Gemeenschap het BOIC voorlopig niet subsidieert. (Applaus bij sp.a-spirit)
Minister Anciaux heeft het woord.
Dames en heren, ik wil met plezier antwoorden op de verschillende vragen die zijn opgeworpen. Ik heb slechts zeer onlangs kennis genomen van deze aangelegenheid. Van zodra ik kennis had van deze zaak, heb ik de nodige actie ondernomen. Ik heb eerst het parket in kennis gesteld, zonder zelf te oordelen over het al dan niet illegaal zijn van deze praktijk.
Tegelijk heb ik aan het BOIC en zijn voorzitter vragen gesteld. Die brieven zijn op 2 maart vertrokken. Ik heb slechts zeer onlangs kennis kunnen nemen van dit dossier.
Mijnheer Deckmyn, het lijkt me inderdaad dat het BOIC al een hele tijd fors in gebreke is gebleven qua transparantie. Ook anderen hebben daarop gewezen. De heer Dedecker heeft daar een lange staat van dienst. Ook zonder kennis te hebben van deze zaak, kon men al heel veel vragen stellen bij die dubbele structuur waarover de heer Dedecker het had. Mijnheer Dedecker, u bent acht jaar lang lid geweest van de raad van bestuur. Ik ga ervan uit dat u niet op de hoogte was van alles wat toen gaande was. Het klopt dat sommige leden van die raad van bestuur, waaronder de ondervoorzitter, me al een tijd zeggen dat ze geen zicht hebben op alle financiële constructies.
Reeds vele maanden geleden heb ik daar gesprekken over gevoerd met de huidige voorzitter. Ik ga ervan uit dat hij komaf wil maken met deze praktijken, maar daar tot op heden niet in is geslaagd. Reeds maanden geleden heb ik dus uitdrukkelijk transparantie gevraagd van het BOIC, als een van de voorwaarden voor een blijvend partnerschap en om het BOIC te kunnen blijven betrekken bij het topsportbeleid van de Vlaamse Gemeenschap. Het klopt dat twintig jaar geleden het BOIC vrijwel de enige instelling was, naast enkele federaties, die bezig was met topsport. Vandaag is de rol van het BOIC helemaal geëvolueerd, net omdat de gemeenschappen, en zeker de Vlaamse Gemeenschap, de jongste tijd fors investeren in topsport en dus grotendeels die opdracht hebben overgenomen.
Transparantie was één van de dingen die ik heb gevraagd. Dan gaat het over financiële transparantie, maar ook transparantie inzake de beslissingen qua topsportbeleid. De weinige mensen die binnen het BOIC bezig zijn met topsport, zijn zonder twijfel bekwame mensen. Zij zullen ook met veel verbazing de recente berichten hebben gelezen. Zij zullen daar minstens heel veel vragen bij hebben. Het is dus in het belang van de topsport dat er duidelijkheid komt, ook over die beleidsmaatregelen. De Vlaamse Gemeenschap spreidt een grote openheid tentoon ten overstaan van het BOIC. Het klopt dat ik het BOIC heb betrokken bij de Taskforce Topsport. We nemen samen deel aan het ABCD-project. Het klopt dat wij hen van alles op de hoogte brengen. Het BOIC is bij wijze van spreken medeadviseur van mij. Alle voorstellen van beslissing, die meteen nadien aan mij worden voorgelegd, gaan langs de Taskforce Topsport. Andersom moet ik keer op keer vaststellen dat de weinige beslissingen die het BOIC neemt, niet altijd transparant zijn en niet altijd stroken met de beslissingen die de Vlaamse Gemeenschap wil nemen.
Er is dus geen sprake van selectieve verontwaardiging. Er is minstens sprake van verontwaardiging als we naar dit dossier kijken. Ik spreek me niet uit over de vraag of er hier sprake is van valsheid in geschrifte, bedrog of oplichting. Het is alleszins duidelijk dat de wetgeving betreffende het organiseren van deze loterij bepaalt dat 50 percent van de omzet ervan ter beschikking moet worden gesteld van het goede doel.
Die 50 percent gaat naar het BOIC of naar het OCBS, maar tegelijkertijd wordt gemiddeld de helft van dat bedrag teruggestort naar de sponsors. Dit gedrag is op zijn minst niet ethisch, onduidelijk en gebaseerd op vriendjespolitiek. Geen enkel objectief criterium verklaart waarom bepaalde activiteiten via deze weg gesponsord worden. Het gaat niet altijd over topsport, zelfs niet over sport. Als de secretaris-generaal van het BOIC vandaag in de krant zegt dat men zo extra middelen in sport wil investeren, is dat flagrant onjuist.
Ik heb bewijzen overgemaakt waarin duidelijk staat dat sponsors, die een sponsorcontract hebben met een sportclub, laten defactureren en opdracht geven om voor dat bedrag het OCBS te factureren. Dat is geen bijkomend geld dat in sport wordt gepompt. Het gaat hier om besparingen in de uitgaven van grote firma's. Het is niet correct om te stellen dat al deze bedragen de sport ten goede komen, want het gaat om vervanging van geld dat reeds toegezegd was in lang bestaande contracten.
Er is geen objectieve lijn in het beleid van het BOIC in dezen, en wellicht niet enkel in dezen. We hebben vastgesteld dat de overheid bijna evenveel geld geeft aan het BOIC als dat het BOIC in topsport investeert. Is het verantwoord dat een doorgeefluik jaarlijks 3 miljoen euro kost? Ik stel me al lang de vraag of sport niet vaker gebruikt wordt om zakelijke belangen te behartigen, dan dat economische zaken sportieve belangen behartigen. Die vermenging is nefast, maar ik vind ze wel uitdrukkelijk terug in dit wereldje.
Op basis van het uitvoeringsbesluit van het decreet over de sportfederaties, subsidieert de Vlaamse Gemeenschap uitsluitend de deelname aan een aantal buitenlandse activiteiten: Olympische Spelen, Paralympics, Olympische Dagen, het Europese Jeugd Olympisch Festival en Wereldspelen. Die subsidie verloopt via Bloso, ter compensatie van de inschrijvingskost van de atleten die wij via onze federaties uitsturen. Het is geen rechtstreekse subsidiëring voor activiteiten van het BOIC. Het zijn kosten die door het BOIC worden voorgeschoten. Maar het is voldoende om vast te stellen dat er subsidies gegeven worden.
U mag perfect weten om welke bedragen het gaat. De Franse Gemeenschap, die met evenveel vragen zit als wij, geeft een structurele werkingssubsidie. Wij niet. In 2000 en 2001 was er geen subsidie. In 2002 bedroeg ze 3750 euro. In 2003 gaven we 25.000 euro subsidie voor de deelname aan de Europese Jongerendagen, in 2004 maar liefst 536.952 euro voor de deelname aan de Olympische Spelen.
In 2005, met de World Games en de Olympische Jeugddagen, ging het om 125.000 euro. Voor 2006 werd 55.000 euro toegekend, maar nog niet uitbetaald. Mijn administratie heeft me in het licht van dit uitvoeringsbesluit vorige vrijdag een dossier overgemaakt waarin ze me vraagt om een subsidie van 25.000 euro toe te kennen voor het jaar 2007, op basis van de Europese Jongerendagen.
Wat zal ik nu doen? Op basis van het feit dat er wel degelijk subsidies worden gegeven, stop ik, zoals gevraagd, met het uitbetalen en het toekennen ervan zolang er geen audit van het BOIC is gebeurd.
Een financiële doorlichting alleen zal inderdaad niet volstaan. Ik wil ook dat het BOIC de kaarten op tafel legt in verband met het topsportbeleid. Ik zal aan het BOIC vragen om uitdrukkelijk deel te nemen aan het project dat ik voor ogen heb en waarbij de topsportmanager, de afdeling topsport van Bloso en de topsportmensen van het BOIC samengebracht worden in één loket, in één huis.
Ik zal ook vragen dat het BOIC zijn structuur aanpast aan de staatshervorming en aan de federale realiteit van dit land. Het BOIC kan in zijn algemene vergadering tegelijkertijd de koepel zijn van de Vlaamse interfederale, de Franstalige interfederale en van een kleinere Duitstalige interfederale. Dit is een inhoudelijke eis. Ik heb die eis een aantal maanden geleden al gesteld. Ik heb daarover twee brieven geschreven. De eerste schreef ik de dag na de status quaestionis van het BOIC in oktober. In een tweede brief, van februari, heb ik daar opnieuw vragen over gesteld.
Ik wil duidelijkheid. Ik wil transparantie in de financiën en in de besluitvorming. Zo niet, herleidt het BOIC zichzelf tot zijn enige en onbetwiste opdracht: de selectie voor de Olympische Spelen. In dat geval zullen we geen euro meer subsidiëren, ook niet tijdens het olympisch jaar. Het BOIC zal dan zijn blijkbaar schamele middelen moeten inzetten en opsparen voor de selectie en de medeorganisatie van de Olympische Spelen.
Ik blijf mijn hand uitsteken naar het BOIC, want we zullen in dit land altijd met een BOIC moeten werken. Het BOIC kan deel uitmaken van het topsportbeleid in Vlaanderen, op voorwaarde van een samenwerking binnen het Vlaamse topsportbeleid. Zo niet, wordt het BOIC uitsluitend een selectiebureau. We zullen in dat geval te gepasten tijde onze atleten en de nodige begeleiders afleveren. Het BOIC moet dan zorgen voor de tickets en voor de verblijfskosten. (Applaus bij sp.a-spirit en bij de N-VA)
Mevrouw de voorzitter, ik stel vast dat de minister al maandenlang, en misschien wel al jarenlang, vragende partij is voor meer transparantie. Ik steun hem daar uiteraard in. Ik hoop dat het geen eindeloos verhaal wordt zoals dat over de splitsing van de voetbalbond. Ik hoor een duidelijk engagement van de minister. Ook uit zijn beleidsnota blijkt dat hij zich verder wil engageren om het BOIC op te splitsen in verschillende vleugels, conform de federale logica in dit land. Ik hoop dat de recente gebeurtenis een katalysator kan zijn om dit te bewerkstelligen.
Mijnheer de minister, ik dank u voor het omstandige antwoord. We zitten voor 100 percent op dezelfde lijn. Ik neem daar nota van. Mag ik u vragen om aan uw federale collega Tuybens, die beslist over de lottogelden, te vragen om uw visie te delen, want dan is er een absolute hefboom om uw plannen uit te voeren.
Mijnheer de minister, ik kan me 100 percent vinden in wat u voorstelt voor het BOIC. Mijnheer Dedecker, federaal staatsecretaris Tuybens heeft via de regeringscommissaris bij de Lotto ondertussen een rapport besteld over de zaken die de voorbije dagen in de kranten zijn verschenen.
Staatssecretaris Tuybens is op de hoogte gesteld en zit volledig op dezelfde golflengte. Hij werkt vandaag nog met de instrumenten die voorhanden zijn. Naar aanleiding van de federale verkiezingen moet het lottodossier ook op de tafel worden gelegd.
Het incident is gesloten.