Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, het debat is geopend.
De heer Stassen heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, ministers, collega's, ik ga het hier niet hebben over een beleid ten aanzien van de private omroepen. Als een aantal maatregelen nodig zijn ten aanzien van private televisie- en radiozenders, moeten die worden genomen binnen een bepaald beleid, maar daar ga ik het vandaag niet over hebben.
Ik ga het ook niet hebben over de positie van de gedelegeerd bestuurder van de VRT. Ik weet dat het debat daar straks waarschijnlijk in zal uitmonden, maar ik ga het daar niet over hebben.
Mijnheer de minister, ik ga het hebben over het feit dat u vorige week vrijdag een beslissing hebt genomen, die u hebt meegedeeld onder de titel 'Krijtlijnen voor de beheersovereenkomst van de VRT'.
Binnen welke sfeer zijn die krijtlijnen uitgetekend? Deze Vlaamse Regering heeft een openbare omroep geërfd die goed is. Dat is de verdienste van de voormalige ministers Van Rompuy en Van Mechelen. U moet dat beleid voortzetten, zodat ook uw opvolger een sterke omroep kan krijgen.
Deze regering heeft evenveel geld als de vorige Vlaamse Regering. Als we de meerjarenbegroting die minister Van Mechelen heeft ingediend, vergelijken met wat de vorige regering, met dezelfde minister van Financiën, heeft kunnen besteden, zien we dat deze Vlaamse Regering evenveel geld te besteden heeft als de vorige Vlaamse Regering.
Mijnheer de minister, als we dat weten, is het voor mij onbegrijpelijk dat bij het vastleggen van de contouren in de meerjarenbegroting u voor Media slechts een stijging van 1,5 percent hebt gekregen. Aangezien de meerjarenbegroting vanaf 2007 een serieuze groei mogelijk maakt, begrijp ik niet dat maar een stijging met 1,5 percent werd ingeschreven voor de dotatie aan de VRT. Mijnheer de minister, ik verwijt u dat u, als minister van Media, niet hebt gewogen op de discussie en de beslissingen over de meerjarenbegroting en niet meer middelen hebt kunnen reserveren voor Media in het algemeen en voor de openbare omroep in het bijzonder. Ik verwijt u dat u niet bent opgekomen voor de openbare omroep en alles in een sfeer van achterdocht is gebeurd.
Ik vind het ook zeer raar − en bij mijn weten is het de eerste keer − dat de procedure voor het organiseren van een beheersovereenkomst met een instelling in twee stappen gebeurt. Eerst legt de ministerraad de krijtlijnen en de financiële en inhoudelijke beperkingen vast en daarna kan worden gepraat. Bij mijn weten gebeurde dat voor de openbare omroep de vorige keren niet op die manier. Er werd steeds gediscussieerd tussen de minister en zijn kabinet aan de ene kant en de mensen van de openbare omroep aan de andere kant. Daarna werd een akkoord bekendgemaakt. Ik vraag me af of de huidige handelwijze, op dit moment en binnen deze sfeer, een goede zaak is.
De heer Decaluwe heeft het woord.
Mijnheer Stassen, men moet de waarheid correct weergeven. Er is vandaag nog geen sprake van een beheersovereenkomst. Vrijdag heeft de regering een financieel kader aangereikt waarbinnen de onderhandelingen kunnen starten. De onderhandelingen over de inhoud van de beheersovereenkomst moeten nog starten.
Dat heb ik gezegd.
Ik herhaal wat ik een maand geleden heb gezegd: u bent de buikspreker van de heer Mary aan het worden. Ik heb dat eergisteren en vorige week ook gehoord. U moet correcte informatie geven. Het financiële kader van de regering ligt vast en de onderhandelingen moeten nu starten. De onderhandelingen zullen onder hetzelfde gesternte en met dezelfde mensen als vorige keer starten. U zit er dus opnieuw compleet naast, mijnheer Stassen.
U zegt hetzelfde als ik. Ik zeg dat ik het een rare zaak vind dat u de procedure hebt opgedeeld door eerst een of twee maanden van tevoren te zeggen wat de krijtlijnen zijn en er een ministeriële beslissing van te maken die breed wordt gecommuniceerd, en daarna te onderhandelen binnen die contouren. Bij mijn weten wordt deze procedure voor de eerste keer toegepast in het werken met een instelling als de openbare omroep.
De heer Vandenbossche heeft het woord.
Mijnheer Stassen, het gaat over het vaststellen van de financiële krijtlijnen. Ik verwijs naar de instellingen in de culturele sector. Daar ligt het budget vast en nadien wordt onderhandeld over een beheersovereenkomst. Ik zie de tegenstelling niet.
Het is duidelijk dat voor de openbare omroep het nu een andere procedure betreft dan de twee vorige keren. Enerzijds is de sfeer waarin het gebeurt, er een van behoorlijke achterdocht en anderzijds zijn er genoeg middelen om een beleid te voeren ten aanzien van de openbare omroep zonder dat andere domeinen in het gedrang zouden komen.
Wat was de inhoud van de beslissing die ik heb gelezen via de persmededeling van de ministerraad over de krijtlijnen van de beheersovereenkomst? Langs de ene kant is er een beperking van de groei van de dotatie. Dat is zeer duidelijk te zien in de cijfers. Langs de andere kant is er een beperking van de commerciële inkomsten voor de openbare omroep. Het is raar dat daarnaast een aantal beslissingen zijn genomen die niets te maken hebben met de openbare omroep maar met de commerciële omroepen, namelijk het versoepelen van een aantal reclameregels en vergunningsvoorwaarden voor een tweede commercieel radionet. U mag die beslissingen nemen als u er een meerderheid voor hebt, maar de vraag is of dat past binnen de discussie over de beheersovereenkomst.
Naast de financiële beperkingen, namelijk de dotatiebeperking en de beperking voor de commerciële inkomsten, hebt u een aantal inhoudelijke beperkingen vastgelegd voor de digitale themakanalen en een aantal voorwaarden voor een cultuurkanaal. Er komt geen opsplitsing van Ketnet en Canvas, geen nieuwskanaal en, wat betreft het archief, is het heel onduidelijk wat er moet gebeuren. Deze beslissingen gaan veel verder dan enkel het vastleggen van de financiële krijtlijnen voor de komende vijf jaar. Er worden ook inhoudelijke krijtlijnen vastgelegd waarbinnen mag worden onderhandeld. De uitspraken van de minister-president in het programma Terzake 's avonds waren zeer duidelijk. Ze gingen niet alleen over de financiële krijtlijnen maar vooral ook over de inhoudelijke krijtlijnen waarbinnen er verder moet worden onderhandeld.
Wat zijn de gevolgen van deze beslissing? De twee vorige beheersovereenkomsten gingen voor een groei van de openbare omroep. De beheersovereenkomst waarover u hebt onderhandeld, mijnheer Van Rompuy, ging echt over de versterking en de groei van de openbare omroep, en die waar minister Van Mechelen over heeft onderhandeld ook. Dit zijn krijtlijnen van financiële en inhoudelijke inperking. Dat is een breuk met het verleden.
Ik blijf zeggen dat deze regering het geld had. Straks gaat dit Vlaams Parlement een ontwerp van decreet goedkeuren dat 500 miljoen euro per jaar zal kosten voor het uitdelen van leuke cadeaus, namelijk een lastenverlaging geven aan mensen die werken. Samen kost dat 500 miljoen euro. Ik zal straks bestrijden dat dat een degelijk beleid is. Er kunnen andere keuzes gemaakt worden met dat geld. Met de 500 miljoen euro of 20 miljard frank die dat decreet zal kosten op kruissnelheid, kan er gebeuren wat er moet gebeuren voor de wachtlijsten van de zorg, voor het onderwijs - namelijk kleinere klassen in het basisonderwijs - en onder andere ook voor een beleid dat versterkend is ten aanzien van de openbare omroep.
Deze Vlaamse Regering heeft financieel beperkende maatregelen genomen ten overstaan van de VRT, en heeft andere keuzes gemaakt dan die die wij zouden hebben gemaakt.
Groen! verkiest dus acht themakanalen boven het wegwerken van wachtlijsten. Ik heb dat goed begrepen.
U zult straks horen waarvoor wij kiezen. Wij kiezen niet voor een lastenverlaging van 500 miljoen euro, die neerkomt op leuke cadeautjes voor de mensen, maar niet op een beleid. Daarom zullen we daar straks ook tegen stemmen. (Opmerkingen)
Er is duidelijk gekozen voor een financiële inperking.
Mevrouw Ceysens heeft het woord.
Mijnheer Stassen, wat u leuke cadeautjes noemt, beschouwen wij als een beloning voor mensen die vandaag willen werken.
Dat is uw liberale ideologie. Het siert u dat u ter zake gelijk hebt gekregen, maar dit is geen beleid om mensen aan het werk te houden. Daarover zullen we straks discussiëren.
Als de meerderheid had gewild, waren de mogelijkheden er geweest om meer geld te geven aan de VRT. U hebt dat niet gewild. Dat is een politieke vaststelling die ik maak.
Er is niet alleen de financiële inperking, er is ook de inhoudelijke. Tot spijt van wie het benijdt, de VRT heeft een sterke visienota ingediend. Wie de nota heeft gelezen, weet dat het een doordachte nota is, waar lang aan gewerkt is, die goed berekend is en waarover binnen de organisatie zelf grondig is overlegd. Heel wat mensen zijn daarmee bezig geweest. Dat is de verdienste van de VRT. Het antwoord dat deze Vlaamse Regering daarop geeft, is dat ze er geen geld voor heeft. Bovendien, mocht ze daar wel nog geld voor hebben, dan nog zou ze de VRT er geen toelating voor geven.
Het is zeer duidelijk dat deze Vlaamse Regering heeft beslist alleen toestemming te geven voor een bijkomend cultuurkanaal, op voorwaarde dat er wordt samengewerkt met de privé-sector, wat dat ook moge betekenen. Ze heeft geen toestemming gegeven voor, bijvoorbeeld, een nieuwskanaal, terwijl nieuws verstrekken toch een van de basisopdrachten is die aan de VRT werden toebedeeld door het mini- en het maxidecreet. Ik begrijp niet dat deze Vlaamse Regering dat expliciet uitsluit voor de komende drie, en waarschijnlijk zelfs vijf jaar.
Ook is duidelijk gemaakt dat er geen mogelijkheid bestaat om Canvas en Ketnet te splitsen. De minister-president heeft dat 's avonds duidelijk gezegd in TerZake. Dat is een heel duidelijke inhoudelijke beperking, los van de discussie over het geld. Deze krijtlijnen voor de openbare omroep liggen blijkbaar nu al vast.
Ik weiger mee te doen aan het spelletje waarbij iedereen de heer Mary aanvalt. Ik hoop dat dit debat die richting niet zal uitgaan. Ik hoop dat het brandpunt ervan niet zal worden verplaatst naar de positie van de gedelegeerd bestuurder, maar dat er zal worden ingegaan op mijn kritiek dat deze beheersovereenkomst financiële beperkingen behelst, maar vooral ook inhoudelijk een aantal dingen onmogelijk maakt, terwijl heel wat ervoor pleit die dingen wel mogelijk te maken.
De situatie is zo: er is geld, maar u hebt een andere keuze gemaakt. De sfeer tussen de politiek, de Vlaamse Regering, de Vlaamse meerderheid enerzijds en de VRT, of een deel ervan, anderzijds, is ronduit slecht. Er heerst veel argwaan. De minister van Media heeft een geringe inbreng gehad in de meerjarenbegroting. Hij heeft niet gestreefd naar meer geld voor de VRT. Anders had hij toen al een grotere groei vastgelegd, en was de situatie vandaag anders geweest. Anderzijds is er een openbare omroep die een goed doordachte, organisatorisch goed onderbouwde en financieel goed berekende visienota heeft ingediend. De mensen van de omroep kunnen uitleggen wat ze met dat geld gaan doen.
We staan aan de vooravond van een derde beheersovereenkomst. De krijtlijnen ervan zijn duidelijk: er worden financiële en inhoudelijke beperkingen opgelegd. Ik meen dat de VRT niet meer datgene kan doen waarvoor hij - onder meer - is opgericht. Het is namelijk zijn rol leidinggevend te zijn bij mediaontwikkelingen in Vlaanderen. Daarvoor krijgt de omroep echter de middelen niet.
Mijnheer de minister, ik wil eindigen met een oproep en een voorstel, want aan een welles-nietesdebat hebben we niet veel als de krijtlijnen toch al vastliggen. Het is heel belangrijk dat u het vertrouwen herstelt tussen de beleidsmakers en de VRT. Dat kunt u niet hier doen op de tribune, maar ik roep u wel op om het te doen.
Ten tweede doe ik een oproep om de financiële beperkingen die nu zijn opgelegd, te heroverwegen. Daarmee, mijnheer Decaluwe, pleit ik niet voor 180 of 200 miljoen euro extra. Waar ik om vraag, is dat de tendens van de stijging uit de twee vorige beheersovereenkomsten aanhoudt. Daarvoor kan gezocht worden naar een formule die voorziet in een stijging met gemiddeld 4 percent per jaar. Dat is een vrij beperkte financiële inbreng. Er valt over te discussiëren hoe dat in de praktijk moet gebeuren, met telkens 4 percent per jaar of met een wisselend percentage, als de stijging uit de twee vorige beheersovereenkomsten maar blijft aanhouden.
Ten slotte roep ik u ook op de inhoudelijke beperkingen, waarmee u bijvoorbeeld de oprichting van een nieuwskanaal uitsluit, te heroverwegen. In het digitale tijdperk moet een sterke openbare omroep - wat de VRT toch wil zijn en blijven - een nieuwskanaal hebben, maar u sluit dat nu uit. Herbekijkt u alstublieft ook de beslissing om niet over te gaan tot een opsplitsing van Canvas en Ketnet.
Mijnheer Decaluwe, als u nu geluisterd hebt, dan begrijpt u dat ik niet vraag om de miljarden franken of de miljoenen euro's waarmee u me om de oren slaat. Het gaat om een relatief beperkt bedrag voor de voortzetting van het beleid van de voorbije tien jaar op financieel gebied, en de voortzetting van de inhoudelijke versterking van de VRT, met onder andere een nieuwskanaal en de opsplitsing van Canvas en Ketnet.
Vlaanderen heeft op dit moment een sterk medialandschap, een sterke openbare omroep en sterke commerciële zenders. We zullen dat landschap niet versterken door de positie van de ene, in casu de openbare omroep, te verzwakken ten voordele van de anderen. Daarom herhaal ik mijn stelling. Als er maatregelen nodig zijn ten aanzien van de privé-omroepen, dan moeten die maar worden genomen. We zullen mee nadenken over hoe die omroepen kunnen worden versterkt. Dat kunnen we echter niet door de mogelijkheden van de openbare omroep in te perken.
Mijnheer de minister, ik herhaal mijn oproep: herstel ten minste het vertrouwen, zoek naar een systeem met een financiële stijging van gemiddeld 4 percent per jaar en heroverweeg de inhoudelijke beperking, onder andere met het oog op de oprichting van een nieuwskanaal en de opsplitsing van Canvas en Ketnet. Als u daarnaar luistert, dan heeft dit debat ten minste zin gehad, en dan is het goed dat u bent teruggekomen uit Bulgarije en Roemenië. (Applaus bij Groen!)
De heer Verstrepen heeft het woord.
Het leven zoals het is aan de Reyerslaan, aflevering zoveel. Mijnheer de voorzitter, collega's, op 16 juni jongstleden maakte de Vlaamse Regering de krijtlijnen bekend waarbinnen de nieuwe beheersovereenkomst 2007-2011 met de openbare omroep VRT zou moeten worden afgesloten. Deze krijtlijnen zorgen blijkbaar voor nogal wat beroering en vliegtickets heen en weer. Ze verschillen immers sterk van het eisenpakket dat de gedelegeerd bestuurder tegen de afspraken met de Vlaamse Regering in op een persconferentie wereldkundig had gemaakt.
Voor de duidelijkheid overloop ik het even, want we hebben zonet de pr van de Reyerslaan gehoord. De dotatie voor de openbare omroep zou op het einde van de rit 25 miljoen euro hoger liggen dan vandaag. Volgend jaar stijgt de dotatie nog met 4 percent, zoals nu het geval is. In 2008 is er een stijging met 2,5 percent. In 2009 is er geen stijging, maar daarna gaat de dotatie opnieuw de hoogte in. De reclame-inkomsten voor de radio worden geïndexeerd en komen dus hoger uit. Daarnaast krijgt de VRT extra middelen voor de renovatie van de gebouwen. Daarvoor is er elk jaar 10 miljoen euro, en in 2012 nog eens 6,5 miljoen euro. Gecumuleerd stijgt het budget met 90 miljoen euro.
Bovendien verneem ik dat de regering in de loop van de beheersovereenkomst verder zal kijken hoe er middelen voor de VRT kunnen worden gegenereerd, bijvoorbeeld via het digitale zenderpark en de frequenties. Binnen de contouren van de begroting en de meerjarenbegroting kan dus bezwaarlijk worden gezegd dat de VRT slecht boert.
Als we alles optellen, kan de VRT rekenen op een stijging van de middelen. Het bedrag ligt een pak hoger dan dat voor de rest van de Vlaamse overheid. Het is niet voor niets dat de minister van Begroting, de heer Van Mechelen, door de media liet optekenen: 'Ik daag iedereen uit om twee keer na te denken voor ze erop beginnen te schieten.'
Wie blijkbaar geen twee keer na moest denken om op dit voorstel te beginnen schieten, is de gedelegeerd bestuurder van de VRT Tony Mary - of 'Mery' voor sommigen onder ons. (Gelach)
Ondertussen kennen we Tony Mary - of 'Mery' voor West-Vlaanderen - al. Hij spuwt niet langer zijn gal, maar hij zit nu in de terminale fase en spuwt bloed omdat zijn eisenpakket voor de beheersovereenkomst - dat hij trouwens tegen alle afspraken in op een persconferentie bekendmaakte - niet werd gevolgd. De man had het over een 'aalmoes' - dit zijn niet mijn woorden -, over de VRT als een 'zinkend schip', over 'ontslagen bij het personeel' en over een 'mogelijk financieringstekort van 47 miljoen euro'.
Het is typerend voor de arrogantie van Mary/'Mery' om 25 miljoen euro extra - belastinggeld nota bene - te bestempelen als een 'aalmoes'. Ieder vogeltje zingt zoals het gebekt is, maar ik heb de indruk dat er bij Mary iets aan de hand is met de bek.
Alsof dat nog niet genoeg was, vond de gedelegeerd bestuurder het nodig om gif te spuien ten aanzien van de commerciële omroepen. Dat zijn we ondertussen van hem gewoon. Op zijn nieuwjaarstoespraak beschuldigde hij de commerciële omroepen ervan de Vlaamse Regering te chanteren. Dit keer stelde de dictator van de Reyerslaan dat de gedelegeerd bestuurder van De Persgroep alomtegenwoordig was bij het tot stand komen van de regeringsbeslissing.
Mijnheer de minister, is dat zo? Als dat niet het geval is, als het niet zo is dat de heer Christian Van Thillo zo goed als op uw schoot zat, dan is dit de zoveelste goedkope, gratuite beschuldiging van de gedelegeerd bestuurder van de VRT aan het adres van andere spelers op de markt. Het uiten van dergelijke beschuldigingen doet vragen rijzen over de bestuurderscapaciteiten van Tony Mary. Hoe lang kan die man zich ongestraft uitleven in goedkope scheldpartijen?
Nog erger is het feit dat de gedelegeerd bestuurder liet weten dat hij onder die voorwaarden geen nieuwe beheersovereenkomst zal ondertekenen. Nu kondigt hij dat op voorhand aan. Bij het decreet weten we het niet. Nu zegt hij het op voorhand. Er is dus geen onderhandelingsmogelijkheid meer. 'Zolang er geen papieren getekend zijn, is er niets gebeurd. Om een overeenkomst af te sluiten moet je met twee zijn,' zei Mary fijntjes in een toespraak aan het personeel van de VRT. Als men met twee wil zijn, moet er toch een kleine vorm van genegenheid zijn, al is die slechts zakelijk, maar men moet toch overeenkomen. Ik heb de indruk dat daar in dit geval geen sprake van is. Het gaat eerder om een scheiding.
Dat dit bij het personeel van de VRT voor de nodige onrust zorgt, behoeft geen betoog. Ik vraag me af hoe het verder moet met de beheersovereenkomst die de Vlaamse Regering nog voor de zomer - die vandaag is begonnen - wou afsluiten. Het ziet er somber uit.
Wat is de houding van de Vlaamse Regering bij zo'n dreigement? Mary is blijkbaar tot veel bereid: ook tot het blokkeren van de werking van de openbare omroep. Men moet geen deskundige zijn om in te zien dat met zo iemand serene onderhandelingen over een nieuwe beheersovereenkomst in de huidige tijden niet mogelijk zijn, laat staan dat het afsluiten van een degelijke en efficiënte beheersovereenkomst mogelijk zou zijn.
Het valt op dat de gedelegeerd bestuurder voor zijn oekazes op weinig steun kan rekenen. De Vlaamse Regering heeft haar standpunt duidelijk geformuleerd en steunt de eisen van Mary niet. Ik heb begrepen dat u al lang geen fan meer bent van de Napoleon van de Reyerslaan, mijnheer de minister.
Ik heb ook begrepen dat zelfs binnen de CD&V in dit huis de steun voor de gedelegeerd bestuurder van onze openbare omroep minimaal is. Het doet me altijd plezier dat ik naar Eric Van Rompuy en Carl Decaluwe kan wijzen. Op de weblog van de heer Van Rompuy lees ik: 'De Mary-saga heeft lang genoeg geduurd. 'Proud Mary' stapt beter zelf van zijn paard. Met welke geloofwaardigheid kan Mary onderhandelingen voeren met een overheid wier krijtlijnen hij verwerpt? Als hij niet wil tekenen, moet hij opstappen.'
Collega's van de CD&V, eerst was het geel en mocht hij blijven, dan was het rood en mocht hij nog op het plein blijven, nu is het de derde keer.
Derde keer, goede keer.
Mijnheer Decaluwe, ik ben benieuwd. Ik reken op u. Zoals u weet, steunen we u daarin.
Niet alleen in de politiek is er geen steun meer voor de heer Mary, vorige maandag floot ook de raad van bestuur de gedelegeerd bestuurder zwaar terug en riep hem op zich open te stellen voor een constructieve dialoog. Volgens de raad van bestuur laat de Vlaamse Regering de VRT ten volle de kans om zijn rol te vervullen.
De voorzitter van de raad van bestuur van de VRT stelde in een krantenartikel: 'In de meerjarenbegroting van de Vlaamse Regering wordt slechts in een groei van 1,5 percent voorzien voor de VRT. We krijgen veel meer dan dat. Dat er geen geld beschikbaar was voor 8 digitale kanalen had iedereen wel kunnen voorspellen.' Zowaar een realistisch standpunt van de raad van bestuur van de openbare omroep.
Wie steunt de heer Mary eigenlijk nog wel? Kan de Vlaamse Regering met een man die blijkbaar niet de steun heeft van de aandeelhouders van de VRT, in casu de Vlaamse Regering, van een deel van de politiek, van de eigen Raad van Bestuur, nog beheersovereenkomsten onderhandelen en afsluiten? Kan er nog sereen worden gewerkt? Volgens artikel 13, paragraaf 1, van het decreet is het de algemene vergadering van de VRT die de gedelegeerd bestuurder benoemt en ontslaat. Is het geen tijd om over te gaan tot dat ontslag, nu de gedelegeerd bestuurder door bijna niemand nog wordt gesteund? Wat houdt de Vlaamse Regering tegen om dit te doen? Daarop wil ik graag een antwoord.
Mijnheer de minister, is het misschien de ontslagvergoeding die in het contract van de heer Mary staat? In de wandelgangen en de media wordt dat als hoofdreden opgegeven om niet over te gaan tot ontslag en de heer Mary te dwingen zelf op te stappen. Wat staat er in dat contract? Ik weet het niet omdat ik het niet heb kunnen inzien. Wat is de opzegvergoeding? Volgens de geruchten gaat het over 400.000 tot 500.000 euro. Klopt dat? Mijnheer de minister, deel ons nu eens de ontslagvergoeding mee. Betaal de man uit, en laat de openbare omroep niet ten onder gaan aan de grillen en de chantage van één man.
Het meest pijnlijke is de opmerking van de heer Mary over de financiële gevolgen voor de VRT als er niet aan de financiële krijtlijnen, zoals gestipuleerd door de regering, wordt geraakt. Ik vind het vreemd dat niemand daarover struikelt. Ik probeer de zaken nuchter en realistisch te bekijken, zeker in het management van mediabedrijven, of het nu gaat om een openbare of een commerciële omroep. De gedelegeerd bestuurder spreekt over een financieringstekort van liefst 47 miljoen euro als de VRT op basis van dit akkoord moet werken. Er zouden afspraken met productiehuizen moeten worden opgezegd. Er zouden zelfs ontslagen vallen binnen het huidige personeelskader van de VRT.
Laten ons de heer Mary even laten voor wat hij is en focussen op wat hij verkondigt in de pers. Klopt dit? Ik kan het niet aan hem vragen, maar wel aan u, mijnheer de minister. Is de openbare omroep inderdaad financieel ziek? Het is wel eigenaardig dat met extra middelen - de dotatie stijgt met 25 miljoen euro, de extra's voor renovatie van gebouwen daargelaten - de VRT niet in staat zou zijn om zonder verlies te werken? Hoe is het mogelijk dat een bedrijf op een financieringstekort afstevent, als het geen extra financiële middelen krijgt? Is dit de zoveelste charge en stemmingmakerij van de gedelegeerd bestuurder of klopt dit verhaal? Als het klopt, dan ligt er een serieuze financiële bom onder de Reyerslaan, die we misschien niet kennen. Dan heeft de VRT zwaar boven zijn stand geleefd. Dan heeft de VRT geld uitgegeven, bestellingen geplaatst, formats en programma's aangekocht met geld dat er niet is.
En als dat zo zou zijn, dan getuigt dit van slecht management. Met een goed businessplan moet men perfect binnen de krijtlijnen van de Vlaamse overheid kunnen werken. Als dat klopt, kunnen we Tony Mary slecht bestuur en zware fouten aanwrijven in het management. En u weet wat dat zou betekenen.
Het zou niet slecht zijn om op zeker te spelen en de VRT op alle vlakken duchtig door te lichten. Het is tijd voor een externe onafhankelijke crisisaudit. Als ik moet geloven wat Tony Mary heeft verkondigd, dan moet de Vlaamse overheid aan het einde van de rit de centen toch op tafel leggen. Als blijkt dat het geld op is en de verhogingen niet voldoende zijn, dan zal hier de rekening worden betaald. De verantwoordelijkheid is dus zeer groot. Als de VRT een zinkend schip is, zoals Tony Mary beweert, dan is het de taak van de aandeelhouders om in te grijpen. Wij vertegenwoordigen de Vlamingen. Het kan niet dat we de openbare omroep kapot laten maken door één man.
Mijnheer de minister, de gebeurtenissen van de afgelopen dagen hebben voor de zoveelste keer aangetoond dat Tony Mary niet langer de man is om de VRT te leiden. De Vlaamse Regering moet nu ingrijpen want de openbare omroep mag niet het slachtoffer worden van een krachtmeeting tussen één man en de Vlaamse overheid. Bovendien moet de zekerheid bestaan dat de VRT financieel gezond is en verder kan werken binnen de krijtlijnen die de Vlaamse overheid heeft vastgelegd. Een beheersovereenkomst voor de zomer lijkt op die manier heel moeilijk te worden. Laat dit dossier niet aanslepen, mijnheer de minister. Het is tijd voor actie, voor crisismanagement.
Mijnheer de minister, stel dat u nog minder middelen had toegekend en minister Van Mechelen nog wat slechter had gerekend, zouden er dan 400 mensen ontslagen worden en nog meer bestellingen van productiehuizen geannuleerd worden? Als Tony Mary een dergelijk mismanagement voert, dat neigt naar het frauduleuze, waarbij hij eerst geld uitgeeft in de hoop dat hij alle middelen krijgt die hij aan de Vlaamse overheid vraagt en op die manier de VRT het ravijn in wil rijden, dan is dat niet de schuld van de politiek.
Mijnheer de minister, naar aanleiding van dit debat zal mijn fractie een actualiteitsmotie indienen. Het is tijd voor actie, laten we de zomer niet afwachten. (Applaus bij Vlaams Belang)
De heer Decaluwe heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, heren ministers, collega's, als een kind zijn zin niet krijgt, dan wordt het vaak averechts en nukkig, begint het te tieren of zit het in een hoekje, en dan eindigt dit vaak, om het in het West-Vlaams te zeggen, met een lap rond zijn oren.
Dat kind is hier Tony Mary. Het is de laatste keer dat ik zijn naam uitspreek, voortaan zal ik het hebben over de gedelegeerd bestuurder. De gedelegeerd bestuurder heeft voor het eerst een serieuze tik gekregen naar aanleiding van de goedkeuring van het decreet waarin onder meer de verhouding tussen gedelegeerd bestuurder en raad van bestuur werd aangepast.
Vrijdag heeft de Vlaamse Regering de financiële contouren vastgelegd waarbinnen kan worden onderhandeld over een nieuwe beheersovereenkomst voor de VRT. De Vlaamse Regering heeft een correcte beslissing genomen en de financiële krijtlijnen duidelijk vastgelegd.
Collega's, het was een zeer moeilijke beslissing. Iedereen weet dat. Daarover is al veel inkt gevloeid. Het was echter wel een moedige beslissing. Uit de discussies is er ook meer gekomen dan wat we hadden verwacht. In de meerjarenbegroting was een groei met 1,5 percent opgenomen, net zoals voor alle instellingen en administraties. We moeten ons ook de vraag durven stellen waarom er voor de ene wat meer is dan voor de andere.
Mijnheer Stassen, u maakt al een eerste denkfout. U zegt dat de vorige en de huidige regering evenveel geld hadden. Dat klopt niet. De beleidsruimte van de vorige regering was 4 tot 5 miljard euro, die van de huidige regering bedroeg ruim 2 miljard euro. De budgettaire mogelijkheden waren dus heel wat minder dan die van de vorige regering. En toch heeft deze regering voor de VRT, bovenop die 1,4 percent, gezorgd voor meer middelen. Weliswaar is het minder dan de traditionele 4 percent, maar toch is er een - vertraagde - groei.
Vorige vrijdag heeft de regering voor een groot gedeelte uitvoering gegeven aan een belangrijk gedeelte van het regeerakkoord. Daarenboven heeft ze aan de openbare omroep de toelating gegeven in te stappen in het digitale tijdperk. Ze moet dat weliswaar op een voorzichtige manier doen. Ten slotte kan de renovatie van het gebouw worden verdergezet. Mocht deze regering geen beslissing hebben genomen, dan zouden die werken eind van volgend of van dit jaar moeten worden stopgezet.
Eindelijk kunnen de onderhandelingen van start gaan. Ik hoop dat ze op een snelle en correcte manier worden afgerond.
We kunnen natuurlijk niet buiten de waard rekenen. En die waard is de gedelegeerd bestuurder. Naar aanleiding van de beslissing van vorige vrijdag heeft hij volgens mijn fractie op een heftige, unfaire en niet-democratische manier gereageerd. Wat ik hem vooral kwalijk neem, is dat hij velen - en ook de kijkers horen daarbij - op een verkeerd been heeft gezet. We krijgen nu de indruk dat de politici de openbare omroep willen afbouwen. Er wordt gesproken over een krimpscenario en palliatieve zorgen. De kijkers vragen zich af of de goede programma's op Canvas en op Eén zullen verdwijnen. Dat is niet zo. Iedereen die het dossier goed kent, weet dat de openbare omroep goed bezig is.
De openbare omroep is zeer goed bezig. En dat is de verdienste van de heer Van Rompuy en van minister Van Mechelen. Mijnheer de minister, ook u tracht dit beleid verder te zetten, rekening houdend met de moeilijke budgettaire context. De openbare omroep is goed bezig. We zijn er ook van overtuigd dat ze sterke uitzendingen zal kunnen blijven maken, zelfs binnen de financiële contouren die vorige vrijdag werden afgesproken.
Er is dus geen sprake van een doemscenario, van een krimpscenario, van een zinkend schip, van palliatieve zorgen. Er is een groei. We geven wel toe dat die groei minder sterk is dan die van de afgelopen periode. Een krimpscenario zou inhouden dat de middelen dalen van 10 miljoen naar 9 miljoen, naar 8 miljoen. Er worden stappen voorwaarts gezet. De heer Verstrepen heeft daarnet de cijfers gegeven. Ook de productiehuizen moeten niet vrezen.
Wat eveneens belangrijk is, is dat de VRT het digitale tijdperk binnenstapt. Er bestaat een kamerbrede consensus over het feit dat er - na het ondertekenen van de beheersovereenkomst - eindelijk kan worden gestart met een eigen, nieuw cultuurkanaal. Ik verwijs naar de verklaringen van de heer Caron, van de heer De Clerck en van de minister van Cultuur. Na drie jaar zullen we bekijken wat eventueel nog bijkomend mogelijk is, zullen we nagaan hoe het digitale landschap is geëvolueerd.
Mijnheer Stassen, we moeten eerlijk zijn. Op dit moment zijn er 200.000 kijkers met een digitaal toestel. Dat is amper 10 percent van het aantal Vlamingen.
En hoeveel waren er vorig jaar?
Moeten we nu miljarden euro investeren voor dat kleine percentage? Er zijn nu andere noden. Ik denk onder andere aan de wachtlijsten voor de sociale huisvesting.
We zullen dus over drie jaar de situatie nog eens bekijken. Op dat moment zal deze regering ook voorzien in andere inkomsten om verder te kunnen uitbouwen. Laat ons eerlijk zijn en laat ons in alle rust bekijken hoeveel interesse er is voor digitale uitzendingen. We zullen zien hoe dat allemaal evolueert.
Het is een wijze beslissing van deze regering om op een voorzichtige manier, stap voor stap, te werk te gaan. Op dat vlak situeert zich het meningsverschil met de gedelegeerd bestuurder: hij denkt dat er een revolutie komt en dat alles zal veranderen op 1 januari, terwijl wij ervan overtuigd zijn dat het een trage evolutie zal zijn. Ik deel trouwens ook volledig de mening van de s.pa-collega's: laat ons eerst nagaan hoeveel mensen aangesloten zijn en in functie daarvan bekijken wat we verder voor de openbare omroep kunnen doen. Dit is een goede, voorzichtige beslissing is.
Met deze beslissing komt er ook meer evenwicht in het Vlaamse medialandschap. Dat is in de geest van het Vlaams regeerakkoord: de commercialisering van de openbare omroep, waarmee deze wat inkomsten betreft op het terrein van de commerciële omroep komt, moet worden tegengegaan. Tegelijkertijd is er toch nog plaats voor groei op een ander vlak, bijvoorbeeld voor de radio.
Ik ben van mening dat er goede, concrete, op een aantal vlakken terecht voorzichtige beslissingen zijn genomen. Wat is echter de reactie van de gedelegeerd bestuurder? Hij spreekt in termen van 'een aalmoes', 'zinkend schip', 'palliatieve zorgen' en dergelijke. In feite, collega's, is dit een drieste reactie die ingaat tegen de Vlaamse Regering, die ingaat tegen het Vlaams Parlement, die ingaat tegen de Mediaraad, die ingaat tegen zijn eigen raad van bestuur en die in feite - maar daarover krijgen we straks misschien iets meer duidelijkheid - zelfs ingaat tegen zijn eigen managementteam. Ik heb namelijk begrepen dat het managementteam wel bereid is te onderhandelen, maar de gedelegeerd bestuurder momenteel niet. In de media wordt vaak gezegd dat de gedelegeerd bestuurder toch een goede manager is, omdat hij opkomt voor zijn zaak. Iedereen heeft vanzelfsprekend het recht om op te komen voor zijn zaak, dat is nogal evident. De vraag is echter welke kwaliteiten een goede manager nog heeft, naast het opkomen voor zijn zaak. Ik denk dat het belangrijk is dat een CEO, en vooral een publieke CEO, probeert de rust in huis te behouden. Dat de gedelegeerd bestuurder de politici opjaagt, daar kan ik echt mee leven. We zullen hem straks misschien nog missen. Dat hij ook het personeel opjaagt, dat hij desinformatie geeft, dat hij dreigt en chanteert met ontslagen, dat is niet correct. Een management of een CEO moet rust brengen in huis.
De heer Verstrepen heeft al verwezen naar het financiële aspect. Ik heb nog de moeite gedaan, collega's, om de jaarverslagen goed te lezen. Wat het financiële hoofdstuk betreft, zit er een sterke grond van waarheid in wat daarstraks werd verteld. De gedelegeerde bestuurder zegt namelijk dat er grote financiële tekorten zullen zijn en dat hij zijn engagementen niet kan nakomen. Ik stel echter vast - en dat zal volgens mij ook het grote struikelblok zijn voor Europa, mijnheer de minister - dat de VRT in de eigen jaarverslagen zwart op wit bewijst dat hij overgefinancierd is. In de jaarverslagen kunnen we het volgende lezen. In 2002 werden er voor 7,8 miljoen aan reserves opgebouwd, in 2003 voor 18,4 miljoen. In 2004 heeft men 3 tot 4 miljoen euro opgevraagd en in 2005 ongeveer 5 miljoen. In 2006 heeft men reeds tussen de 12 en de 13 miljoen euro aan reserves opgegeten. Reserves dienen vaak voor eenmalige investeringen of voor onverwachte uitgaven, maar als men die reserves besteedt aan structurele maatregelen in de toekomst en dan niet krijgt wat men verwacht, dan creëert men inderdaad problemen. Is dat dan goed financieel management? Neen, dit is slecht management.
Een ander element dat ik hier toch ook wil meegeven, gaat over de renovatie van het gebouw. De collega's van de commissie voor Media zullen zich nog wel herinneren dat de kostprijs van het gebouw een groot geheim was. Na heel wat vijven en zessen heeft men uiteindelijk de prijs van het gebouw bekendgemaakt, wat op zich goed is. Tezelfdertijd zegt de gedelegeerd bestuurder echter - en ik neem hem dat bijzonder kwalijk, omdat hij daarmee in feite het parlement voorliegt - dat de renovatie geen probleem is en zal worden gefinancierd met de eigen middelen. Wat stellen we echter vast? De eerste vraag bij de onderhandelingen over de financiële contraintes is een vraag naar 55 miljoen euro, die men nodig zou hebben omdat anders de renovatie van het gebouw stil dreigt te vallen.
In dat verband wil ik een pluim geven aan minister van Begroting Van Mechelen, die er toch maar voor heeft gezorgd dat er een oplossing is gevonden. Hij heeft ervoor gezorgd dat de VRT via een centraal financieringsmechanisme de middelen krijgt om te renoveren. In tegenstelling met wat de gedelegeerd bestuurder zegt en aan zijn raad van bestuur heeft voorgelogen, heeft deze regering het probleem opgelost.
Is de gedelegeerd bestuurder een goed manager als hij zijn personeel chanteert? Natuurlijk niet. Hij chanteert zelfs de kijkers. Hij dreigt er tegenover de raad van bestuur mee om de populaire programma's af te voeren als hij niet krijgt wat hij wil. Dat is pure chantage. Daartegenover staat dus een akkoord dat de kwaliteit van de openbare omroep waarborgt.
In het vorige debat heb ik de gedelegeerd bestuurder vergeleken met Napoleon. Die vergelijking is ondertussen een eigen leven beginnen leiden. Napoleon maakte de grote fout om op vele fronten tegelijk te vechten. Het resultaat was Waterloo. Afgelopen vrijdag, toen de regering een beslissing heeft genomen, heeft de gedelegeerd bestuurder zijn Waterloo gehad. De gedelegeerd bestuurder heeft zijn eigen nederlaag georganiseerd. We wachten nu gewoon naar de verbanning van deze moderne Napoleon naar Sint-Helena.
Laat me duidelijk zijn: onze fractie heeft geen vertrouwen meer in de gedelegeerd bestuurder. Mijnheer Stassen, wij zullen geen moeite meer doen om het vertrouwen tussen deze persoon en de politiek te herstellen. We hebben wel een zeer groot vertrouwen in de omroep als instelling, maar niet in de gedelegeerd bestuurder. Ik verwacht over ons standpunt geen antwoord van de minister. Juristen van de gedelegeerd bestuurder luisteren immers mee. Goede verstaanders weten wat ik daarmee bedoel.
Ondertussen bevinden we ons in een toestand waarin de gedelegeerd bestuurder weigert om te zeggen dat hij het decreet wil toepassen. Hij gaat niet akkoord met zijn raad van bestuur en met de voorzitter van de raad van bestuur. Hij zegt dat hij de beheersovereenkomst niet zal ondertekenen. Blijkbaar onderhandelt hij niet met de regering. De heer Aimé Van Hecke is de delegatieleider. Achteraf zal de gedelegeerd bestuurder wellicht zeggen of hij akkoord gaat of niet. De gedelegeerd bestuurder onderhandelt niet, en wat nog belangrijker is, hij voedt voortdurend de antipolitiek. Dat stoort me bij deze ambtenaar.
Verder legt hij het eigen personeel documenten voor waarin hij dit stelt: 'De Vlaamse Regering voorziet niet afdoende middelen voor een continuering van de bestaande activiteiten van een openbare omroep. De Vlaamse Regering heeft de beslissing om de openbare omroep de stap te laten nemen naar een digitale omroep doorgeschoven naar een volgende regering.' Zo staat het op de slides van de gedelegeerd bestuurder. Volgens hem is dat allemaal in schrille tegenspraak met het Vlaamse regeerakkoord. Dit zijn pertinente onwaarheden. Dit is niet correct. De beslissing van de regering is totaal verschillend.
Hij voedt dus de antipolitiek. Er zijn dan nog de kleine leugens, zoals de bewering dat de heer Van Thillo op de schoot van minister Bourgeois heeft gezeten. Dergelijke zaken horen we voortdurend, maar ik ga er verder niet op in. In elk geval pleit de CD&V-fractie ervoor om snel en efficiënt, en binnen de financiële mogelijkheden, een goede beheersovereenkomst af te sluiten waarin garanties zijn opgenomen dat een sterke openbare omroep alle kansen blijft krijgen. We hopen dat de minister dit samen met de raad van bestuur nog voor het zomerreces realiseert. Waarschijnlijk zal dat zonder de gedelegeerd bestuurder gebeuren.
Ik wil de minister daarover drie vragen voorleggen. Een: vindt de minister dat de gedelegeerd bestuurder momenteel optimaal functioneert? Welke conclusies trekt hij daaruit? (Gelach)
Deze vraag is het waard om gesteld te worden.
Het is belangrijk om weer rust in het huis te brengen. De rust is teruggekeerd omdat de kern van de regering de vakbonden heeft ontvangen. Het is echter belangrijk dit in de parlementaire assemblee te herhalen. Klopt de bewering van de gedelegeerd bestuurder dat er nu 300 ontslagen vallen? Dat is toch een belangrijke zaak.
De gedelegeerd bestuurder zou bovendien niet zelf onderhandelen, wel zijn managementcomité. Aanvaardt het managementcomité de financiële contraintes van de Vlaamse Regering? Als dat zo is, betekent dat een voortschrijdend isolement van de gedelegeerd bestuurder nu ten aanzien van het managementcomité, naast dat ten aanzien van de regering en van het parlement. Dat is een nieuwe belangrijke vaststelling.
Bent u bereid om zo snel mogelijk tot een goede beheersovereenkomst te komen in het belang van een kwalitatief sterke openbare omroep?
De heer Vandenboscche heeft het woord.
Volgens mij functioneert de gedelegeerd bestuurder niet optimaal, zoniet zouden we hier niet opnieuw samen zitten om over de gedelegeerd bestuurder te praten. Wij zijn namelijk permanent bezig om een debat te voeren over de VRT en over zijn gedelegeerd bestuurder in het bijzonder. Een mens zou daar normaal moe van worden. Zelfs minsters komen er speciaal voor van het buitenland terug.
Toch wou ik beginnen met een publiek geheim te verklappen. De heer Mary is een zeer goede vriend van mij en ik hoop dat het zo zal blijven, ook na wat ik straks zal hebben gezegd. Professioneel wordt die vriendschap serieus ondermijnd, maar dat ligt meer aan de heer Mary of 'Mery' voor de heer Decaluwe of nachtmerrie voor sommigen.
De meest wijze woorden over het VRT debat zijn neergeschreven door de hoofdredacteurs van de VRT in een brief van 9 mei 2006. We hebben dat debat hier ook al gevoerd, het gaat namelijk over de wijzigingen aan het mediadecreet. Zij schrijven: "Tegelijk constateren we dat in de afgelopen weken allerlei verklaringen zijn afgelegd waardoor er eventueel misverstanden kunnen ontstaan. Die situatie betreuren we ten zeerste omdat wij ervan uitgaan dat slechts door een samenwerken van politiek en de VRT een antwoord kan gegeven worden aan de oprukkende globalisering en mondialisering. De openbare omroep is het enige antwoord dat de Vlaamse Gemeenschap kan geven, liefst in overleg en in samenspraak met die tweede, andere sterke omroep, de commerciële Vlaamse omroep. Als parlementsleden en omroepmensen moeten we dus veeleer streven naar samenwerking en partnership dan naar een vijandige houding."
Het is een correcte analyse en de correcte houding voor een discussie over de VRT. Het recent afgesloten akkoord binnen de regering voldoet aan de wensen van die hoofdredacteurs. Het houdt immers rekening met twee elementen, namelijk het budgettaire aspect en het economische gegeven, of het bestaan van commerciële omroepen in Vlaanderen. De gedelegeerd bestuurder zegt dat de heer Van Thillo aan tafel zat. Volgens collega Decaluwe zat hij zelfs op de schoot van de minister. Ik betwijfel dat, maar dat de heer Van Thillo en co - daarmee bedoel ik ook de andere privé-omroepen - in de aanloop van een beheersovereenkomst ook hun huis willen verdedigen, lijkt mij de logica der dingen zelf.
Veel meer valt daar volgens mij niet over te zeggen. De heer Van Thillo was trouwens niet alleen. Het is in mijn ogen geen schande dat iemand voor zijn eigen huis vecht. De VRT heeft dat ook gedaan.
De VRT heeft, conform het decreet, voorstellen met betrekking tot de beheersovereenkomst 2007-2011 ingediend. De inhoud van die voorstellen is genoegzaam bekend. Ik zal hier niet op terugkomen. De VRT heeft veel meer gevraagd dan tijdens de onderhandelingen over de vorige beheersovereenkomst. De vorige keer heeft de VRT een stijging van de dotatie met 4 percent gevraagd. Het beginbedrag was toen heel anders. De VRT vroeg toen in feite minder dan nu. De financiële toestand en het medialandschap zien er nu uiteraard heel anders uit. Het medialandschap evolueert heel snel. Dat een voorafgaand financieel akkoord met de Vlaamse Regering nodig was om over de verdere invulling van de beheersovereenkomst te onderhandelen, ligt in de huidige omstandigheden voor de hand. Dat de VRT minder krijgt dan gevraagd, ligt eveneens voor de hand. In feite kon iedereen voorspellen dat de VRT stukken minder zou krijgen. Dat er helemaal geen stijging van de middelen zou zijn, was voor ons ontoelaatbaar en ondenkbaar.
De door de Vlaamse Regering vastgelegde krijtlijnen voor de VRT houden, naast de reeds vermelde bijkomende maatregelen, rekening met een stijging van 25 miljoen euro tegen 2011. Het gaat hier om 1 miljard frank. Daarnaast kan de VRT jaarlijks op een kredietlijn van 10 miljoen euro rekenen om de verbouwingen aan het omroepcentrum te financieren. Bovendien wordt momenteel onderzocht hoe op basis van het huidige patrimonium van de VRT nieuwe inkomsten kunnen worden gegenereerd.
De krijtlijnen houden tevens in dat een cultuurkanaal tot de mogelijkheden zal behoren. Dat die mogelijkheid na 3 jaar moet worden geëvalueerd, lijkt me volstrekt logisch. We weten allemaal dat we met betrekking tot de digitale televisie niet alle registers open moeten trekken. Dit is nu niet aan de orde. In Vlaanderen gaat het immers om een totale populatie van 200.000 kijkers. Iedereen mag zelf eens berekenen hoeveel kijkers een op een niche gericht cultuurkanaal op dit ogenblik zou kunnen bereiken.
Mijnheer Stassen, ik zou het standpunt van de heer Vandenbossche even willen versterken. Ik begrijp het standpunt van Groen! niet goed. De BBC beschikt over digitale kanalen. De BBC heeft hier honderden miljoenen euro in geïnvesteerd. Die digitale kanalen bereiken minder dan 2 percent van de Britse bevolking.
Hoewel u weet dat de middelen schaars zijn, wilt u in een cultuurkanaal investeren. U weet nochtans dat de opdracht van een openbare omroep erin bestaat informatie en cultuur in een globaal pakket te verwerken en aan te bieden. Algemene zenders maken het verpakken van verdieping net mogelijk. U pleit er echter voor cultuur te isoleren en naar een digitaal kanaal af te voeren. U wilt enorm investeren in een zender voor een elite. Ik begrijp de filosofie van Groen! ten aanzien van een openbare omroep niet.
De heer Vandenbossche heeft daarnet toegelicht hoe groot het budget van de VRT in 2011 zal zijn. Ik heb dit zelf eens berekend. Indien we rekening houden met de reclame-inkomsten en met de eigen inkomsten uit ruilakkoorden en dergelijke zal de VRT in 2011 over bijna 500 miljoen euro beschikken. Dat is het dubbele van het budget waarover de VRT kon beschikken in 1995, toen de heer De Graeve zijn hervormingen aanvatte. In 2011 zal de VRT dubbel zoveel middelen hebben om televisie te maken.
Televisie maken betekent, net zoals voor elke andere bedrijfsactiviteit, dat keuzes moeten worden gemaakt. De VRT kan kiezen om meer uit te besteden. Momenteel wordt voor bijna 100 miljoen euro uitbesteed. De VRT wil het eigen personeelsbestand echter tot bijna 3.000 mensen laten aangroeien. Het was de doelstelling van de heer De Graeve de VRT met 2.000 mensen te laten draaien.
Er wordt steeds meer uitbesteed en men gaat het personeelsbestand doen toenemen. Er moeten keuzes worden gemaakt. Het is perfect mogelijk om in 2011 met 500 miljoen euro televisie te maken.
Ik ben het helemaal eens met de heer Vandenbossche. Het is goed dat er bij wijze van experiment een digitaal cultuurkanaal wordt opgestart, maar we moeten ons daarover geen illusies maken. Belgacom kreeg 36 miljoen euro en heeft 12.000 abonnees. Dat heeft geleid tot een financieel debacle bij Belgacom. Gelukkig is het een groot bedrijf en spelen dergelijke bedragen daar misschien minder mee. De VRT zou echter een financiële kater kunnen overhouden aan het opstarten van kanalen zonder kijkers en niet genoeg middelen hebben om op de algemene zenders te doen wat hij wil. Ik volg de redenering van de heer Vandenbossche dus helemaal.
Blijkbaar zal ik een en ander toch nog eens moeten verduidelijken. In de visienota van de VRT werden eisen gesteld. We hebben daar geen uitspraak over gedaan. We hebben dus niet gezegd in hoeverre we daaraan zouden willen tegemoetkomen.
Mijn basisstelling is dat deze Vlaamse Regering dezelfde budgettaire mogelijkheden heeft als de vorige, maar andere keuzes maakt. Vertrekkende van die basisstelling, zeg ik dat veel ervoor pleit om de stijging van 4 percent per jaar te behouden. Dat gaat over een ander bedrag dan dat wat u mij nu in de schoenen probeert te schuiven.
Ik vraag om opnieuw te bekijken of er binnen afzienbare tijd een digitaal nieuwskanaal kan worden opgestart en om na te gaan of Canvas en Ketnet kunnen worden gesplitst. U probeert me andere dingen in de schoenen te schuiven. Dat is goed geprobeerd.
Herstel het vertrouwen en zorg voor het opheffen van de budgettaire beperkingen. Ga in de richting van 4 percent per jaar, zorg ervoor dat er een digitaal nieuwskanaal kan komen en dat Canvas en Ketnet worden gesplitst. Meer heb ik niet gevraagd.
Ik herhaal nog eens dat dit akkoord het best mogelijke akkoord was gezien de budgettaire toestand. In het financiële meerjarenplan werd slechts voorzien in een stijging met 1,5 percent per jaar.
De regering heeft duidelijk een grote inspanning geleverd om tot een akkoord te komen en dat is niet vanzelfsprekend, zeker niet in vergelijking met onze andere Vlaamse instellingen en vooral niet in vergelijking met de culturele instellingen. Ik hoop dat de gedelegeerd bestuurder inziet dat er in de Vlaamse Gemeenschap nog andere noden zijn dan het financieren van de openbare omroep. Zou het hem misschien ook onbekend zijn dat er culturele instellingen zijn die geen indexering van hun subsidies hebben gekend?
De voorbije maandag schaarde de raad van bestuur zich achter het financieel akkoord. De raad van bestuur gaat er dus van uit dat binnen dit financieel carcan een nieuwe beheersovereenkomst kan worden onderhandeld. Ik wil er trouwens aan herinneren dat volgens het decreet de raad van bestuur de beheersovereenkomst en elke wijziging ervan moet goedkeuren.
De gedelegeerd bestuurder stelde dat hij zijn handtekening niet zou plaatsen onder een beheersovereenkomst die zou vertrekken vanuit dit stramien. Als iemand daardoor met een probleem zou zitten, dan zijn wij dat niet, maar wel de gedelegeerd bestuurder.
De Vlaamse Regering zou volgens de gedelegeerd bestuurder niet in afdoende middelen voorzien om de bestaande activiteiten van de VRT te continueren. Volgens de gedelegeerd bestuurder staat dit in schril contrast met het regeerakkoord en meer bepaald met de volgende zin daaruit: 'De Vlaamse Regering verzekert dat een op kwaliteit gestoelde openbare omroep zijn rol en opdracht kan vervullen en hiervoor de nodige beheersautonomie en middelen krijgt.' Ik zie dat contrast dus niet. Wat in het regeerakkoord staat, is volstrekt in overeenstemming met dit akkoord, namelijk autonomie en middelen voor de openbare omroep.
Wat me van de gedelegeerd bestuurder mateloos heeft gestoord, maar ook mateloos heeft verwonderd, is dat hij kort na het sluiten van dit akkoord binnen de regering het nodig vond om te stellen dat er personeelsafvloeiingen nodig zullen zijn.
Collega's, nergens is er sprake van een personeelsafvloeiing en dat is volgens mij ook niet het voorgestelde scenario. Ik ga ervan uit dat binnen de VRT voldoende inventiviteit aanwezig is om, met de beschikbare middelen, de opdracht als openbare omroep te vervullen. Het lijkt me zeer oncreatief om meteen te stellen dat door de mogelijke beperking van de middelen personeel zou moeten afvloeien. Dat lijkt me een zeer oncreatieve manier om te reageren op een regeringsvoorstel.
Nog erger wordt het als de gedelegeerd bestuurder op radio en televisie komt verklaren dat een stijging van 25 miljoen euro een peulschil is en met een beschuldigende vinger wijst in de richting van de regering, dus van de meerderheidspartijen, en zegt dat zij de openbare omroep willen nekken. Collega's, dat is pertinent onjuist. We praten heel veel in de commissie Cultuur, maar ik heb nog nooit gehoord dat iemand de VRT wil nekken, integendeel.
Ik ga er dus van uit dat de onderhandelingen over de beheersovereenkomst binnen het gekende financiële carcan voortgaan en afgerond kunnen worden. Het is daarbij nodig te wijzen op de verschillende posities die de VRT moet innemen. Het Vlaams Parlement stemt over het kader en het budget. De aanstelling, de benoeming en het ontslag van de gedelegeerd bestuurder is een bevoegdheid van de Vlaamse Regering, maar de raad van bestuur bestuurt de VRT. Het is de raad van bestuur die de beheersovereenkomst en elke wijziging goedkeurt.
Collega's, ik blijf ervan uit gaan dat rationaliteit het hopelijk haalt van emotionaliteit. Met die emotionaliteit maakt de gedelegeerd bestuurder, die overigens een uitstekend en gedreven manager is, het voor zichzelf onmogelijk. Ik hoop dat dat niet de conclusie moet zijn van de vele debatten die we hier over dit probleem al hebben gevoerd. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Van Dijck heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, heren minister, collega's, een mediadossier, zeker als het onze openbare omroep aanbelangt, wordt soms nogal vlug van staatsbelang. Misschien is dat niet ten onrechte, want het gaat over wat we de vierde macht plegen te noemen. Sommige collega's stelden vorige week nog de vraag of het nog wel de vierde macht is. Als over media wordt gedebatteerd, neemt de gevoeligheid toe. Vandaar waarschijnlijk ook dit debat, waarvan ik, door het feit dat ik een vraag heb ingediend, een onderdeel ben.
Mijnheer de minister, ik denk dat het erg dringend is dat u de kans krijgt om de puntjes op de i te zetten, om duidelijkheid te brengen over het akkoord dat de regering vorige week heeft gesloten en om de mist die door sommigen naast en buiten de politiek werd gespuid, te doen optrekken.
Mijnheer de voorzitter, ik zal trachten geen namen en titels te gebruiken. De finesses moeten en zullen overeind blijven. De finesses, die we hebben neergeschreven in het Vlaamse regeerakkoord en die vervolgens werden verwoord in de beleidsnota en beleidsbrieven van de minister, maken duidelijk dat we als Vlaamse overheid blijven opteren voor een slagkrachtige, toekomstgerichte openbare omroep.
Zoals de heer Vandenbossche al poneerde, zie of hoor ik niemand die politiek gesproken van deze lijn afstapt. Me dunkt dat de bedoeling van de Vlaamse overheid, zowel de Vlaamse Regering als de meerderheidsfracties, zeer duidelijk gestipuleerd is.
Ik heb nog een aantal bemerkingen omdat ik vind dat de heer Stassen wat kort door de bocht gaat. De openbare omroep heeft een of twee maanden geleden een visienota neergelegd, waarin een toekomstvisie was neergeschreven. De heer Stassen zegt heel duidelijk dat het een goede nota was. Daar ben ik niet zo erg van overtuigd. Dat de visie goed is, dat is waar, maar de auteurs moesten toch weten welke budgettaire mogelijkheden er zijn. Het is gemakkelijk om uit te werken wat men wil als men net als een kleine zijn pree vraagt aan zijn ouders en krijgt wat men vraagt. De opdracht van de openbare omroep uitvoeren binnen de krijtlijnen die de Vlaamse overheid stelt, is een ander paar mouwen.
De heer Caron heeft het woord.
Mijnheer Van Dijck, een openbare omroep moet ambitieus zijn. U doet net alsof die geen voorstellen mag doen voor groei en evolutie omdat hij de krijtlijnen die de regering heeft uitgetekend, nog niet kent. Ik wil geen uitspraak doen over de gevraagde budgetten, maar een openbare omroep moet absoluut ambitieus zijn en moet mee willen gaan met de nieuwe ontwikkelingen in het medialandschap. Ik vind het terecht en moedig dat de openbare omroep een visienota neerlegt. Laat ons eerlijk zijn, als de openbare omroep dat niet zou doen, zouden we kritiek hebben dat hij niet creatief omgaat met dat groot maatschappelijk kapitaal dat we daarin investeren.
Mijnheer Caron, ik en ook mijn partij zijn de laatsten om te poneren dat de openbare omroep geen ambitieus plan mag voorleggen. Maar daar onmiddellijk prijskaartjes op plakken van 180 miljoen euro? Wees realistisch wanneer je plannen uitschrijft en visies poneert. Natuurlijk kan je in een optimaal medialandschap, waar je zelf alle posities mag innemen, met acht of meer kanalen functioneren. Ik ga er toch van uit dat, wanneer je een beleid moet uitvoeren, je ook rekening houdt met de mogelijkheden die er zijn.
We mogen iets niet uit het oog verliezen, mijnheer Caron. Met verbazing luister ik altijd naar welke budgetten de VRT zou willen, en er wordt hier altijd gedaan alsof de VRT geen centen heeft. Uit de jaarresultaten van 2005, die nog niet zijn besproken, blijkt zeer duidelijk dat de VRT dubbel zoveel uit de reclamemarkt zuigt als overeengekomen was in de beheersovereenkomst. Ik begrijp echt niet wat de uitspraak betekent dat men de VRT niets mag ontzeggen aan middelen als ze die middelen gewoon zelf hebben gepakt in 2005.
Heeft de Vlaamse overheid en de politiek een visie over de evoluties? De heren Vandenbossche en Van Rompuy zijn daar al op ingegaan: wat zijn op dit moment de noodwendigheden en de uitdagingen? In dit akkoord is duidelijk gestipuleerd dat wij, wars van de bepaling dat een beheersovereenkomst voor vijf jaar wordt gesloten, in de loop van die vijf jaar zullen evalueren op basis van de technologische evoluties.
We stoppen de VRT niet in een keurslijf voor vijf jaar. We willen de evolutie op de voet volgen. Die mogelijkheid om na drie jaar te evalueren en te kunnen bijsturen, lijkt me, gezien de voorsprong die Vlaanderen heeft, niet overbodig.
Het budget is één zaak. Anderen wezen er al op, en terecht: er wordt bijkomend geld vrijgemaakt voor het omroepgebouw, terwijl dat geld tot voor kort uit de eigen werkingsmiddelen moest komen.
Dan wil ik het nog even hebben over de andere mediaspelers in dit debat. Sommige leden hebben in dit verband uitdrukkingen gebruikt als 'op de schoot zitten' of 'mee aan tafel zitten'. Als woordvoerder van de N-VA wil ik duidelijk het volgende stellen, en u kunt er onze teksten ter zake op nalezen: de belangrijke rol van de openbare omroep is één ding, en de VRT mag dan wel ons paradepaardje zijn, maar in het Vlaamse medialandschap lopen er ook andere paardjes rond. We zijn net zozeer grote pleitbezorgers van een pluriform, kwaliteitsvol medialandschap. In dat licht lijkt het me dan ook niet zo vreemd dat, wanneer de regering de krijtlijnen vastlegt voor de onderhandelingen, ze niet alleen die beheersovereenkomst in overweging neemt. Ze moet ook oog hebben voor de problemen waarmee andere mediaspelers kampen. Doet ze dat niet, dan werkt ze met oogkleppen op. Dan gaat ze voorbij aan de bedoelingen van dit parlement en vroegere parlementen, namelijk ervoor zorgen dat er een pluriform medialandschap is. Dat dit ook deel uitmaakt van een totaalakkoord binnen de Vlaamse Regering, lijkt me dan evident.
Mevrouw Ceysens moet haar betoog nog houden, maar we hebben bijna alle partijen gehoord in dit debat. Het akkoord waarover de Vlaamse Regering heeft onderhandeld, is een goed akkoord. Het krijgt de steun van op één na alle fracties in dit parlement. Het is een goed akkoord, als stap naar verdere onderhandelingen. Het akkoord is immers nog niet rond. We weten echter binnen welke krijtlijnen we kunnen werken.
Ik ben er ook van overtuigd dat de oproep die hier is gelanceerd om het vertrouwen te herstellen tussen de VRT en de politiek, niet aan de orde is. Mijnheer de voorzitter, ik heb beloofd geen namen te zullen noemen. Behalve als het gaat over één persoon, heb ik geen geschaad vertrouwen vastgesteld, wel integendeel. Mijnheer de minister, ik hoop dan ook dat u hier nogmaals duidelijkheid zult scheppen, nadat u dat in interviews al had gedaan, over wat werd beweerd. Zo werd er beweerd dat er ontslagen zullen vallen, dat het bedrijf failliet zal gaan, en dies meer. Ik hoop dat u het correcte budgettaire beeld zult brengen en dat u het akkoord dat vrijdag werd gesloten ruim zult toelichten, zodat dit parlement kan zeggen: werk verder, onderhandel verder, niet alleen in het belang van de openbare omroep, maar in het belang van een pluriform, kwaliteitsvol medialandschap, waarin de VRT een zeer belangrijke rol te vervullen heeft. (Applaus bij de meerderheid)
Mevrouw Ceysens heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, leden van de regering, collega's, verleden vrijdag keurde de Vlaamse Regering de krijtlijnen voor de nieuwe beheersovereenkomst met de VRT goed. Wat ik hier wil doen, is ons inhoudelijk standpunt daarover uiteenzetten.
We moeten hier niet het proces voeren van een persoon. De heer Vandenbossche heeft immers gelijk dat we daar niet voor bevoegd zijn. En als we dat al zouden willen doen, dan moeten we het algemene principe huldigen dat zulks in een besloting zitting moet gebeuren. Bovendien bestaat er ook nog zoiets als het recht gehoord te worden.
De VLD-fractie kan zich helemaal terugvinden in de getrokken krijtlijnen. Ze geven immers uitvoering aan het Vlaams regeerakkoord, dat een evenwichtig Vlaams medialandschap nastreeft. Een evenwichtig landschap betekent voor ons een sterke openbare omroep, maar ook sterke privé-omroepen. Het in de Vlaamse Regering bereikte akkoord bevat volgens ons precies dat evenwicht. De krijtlijnen geven immers de nodige ontwikkelingskansen, zowel aan de publieke omroep als aan de privé-spelers op de groeiende en evoluerende mediamarkt.
Welke opportuniteit zien wij in de krijtlijnen voor de VRT? De dotatie voor de VRT voor 2006 bedraagt 260 miljoen euro, buiten de middelen voor e-VRT. In euro is dat een indrukwekkend bedrag, maar uitgedrukt in oude Belgische frank klinkt het misschien nog indrukwekkender: meer dan 10,5 miljard frank. Dat is de vertrekbasis. Dankzij de krijtlijnen stijgt de dotatie aan de VRT in de volgende vijf jaar met maar liefst 90 miljoen euro. Daarbij mag de VRT dan nog de middelen tellen uit de valorisatie van haar patrimonium. Na drie jaar volgt een evaluatie van de opdracht van de openbare omroep.
Sinds 1999 draagt onze partij op Vlaams niveau regeringsverantwoordelijkheid. We willen dan ook eens kijken van waar we komen. In 1999 bedroeg de dotatie aan de VRT 198 miljoen euro, omgerekend 8 miljard frank. Nu is dat, deze keer inclusief de middelen voor e-VRT, 11,2 miljard frank. Er was dus een stijging in die periode met maar liefst 40 percent. Niemand kan dan ook de politieke wereld verwijten de VRT slechts aalmoezen te gunnen.
Mijnheer de minister, wat we niet kunnen ontkennen, is dat het verwachtingspatroon inzake de financiële middelen aan de Reyerslaan wel veel hoger lager dan wat de regering op tafel kon leggen. De VRT vroeg in zijn goede visienota voor de vijf jaar samen maar liefst 600 miljoen euro extra.
Het past hierbij eens te kijken naar de algemene begrotingsverhoudingen. De totale beleidsruimte waarover de Vlaamse Regering in deze beleidsperiode beschikt, bedraagt 2,5 miljard euro. Als de VRT daarvan 600 miljoen euro vraagt, dan vragen hij omgerekend 24 percent - bijna een vierde - van de totale beleidsruimte. Minister Vandenbroucke, we hebben het even omgerekend voor uw beleidsruimte. We weten dat u voor heel de regeerperiode beschikt over 400 miljoen euro. Daarmee moet de Vlaamse Regering alle noden opvangen die te maken hebben met het onderwijs. De VRT vraagt alleen al voor zijn groeipad 200 miljoen euro meer.
Ik denk dat iedereen begrijpt dat dit niet realistisch was.
Ik heb nog een tweede puntje, ingaand op de woorden van de heer Van Dijck die opmerkte dat als een kind om zakgeld komt vragen, het belangrijk is dat het kind niet de indruk heeft dat ma en pa bereid zijn om eender wat te geven. Ik wil u daarom vragen, mijnheer de minister, of u op elk moment duidelijk hebt gemaakt dat u niet zou ingaan op de vele vragen, die we al geruime tijd kennen via geschriften, visienota's, beleidsnota's, brochures en power-pointpresentaties. Zo ja, dan zullen we onze evaluatie maken. Zo neen, dan is dat jammer, want we hadden een hoop ellende, misverstanden en ontgoochelingen kunnen voorkomen.
Collega's, ik zei dat de krijtlijnen niet alleen opportuniteiten bevatten voor de VRT, maar ook voor de privé-sector. Wij vinden dat geen schande, mijnheer Stassen. Wij hebben tijdens elke bespreking gezegd dat de minister van Media niet alleen de minister van de openbare omroep is en dat er voor ons in elke nota die hij bracht, een hoger plan zat: een mediaplan met twee componenten. De ene component is de openbare omroep. Die krijgt via deze krijtlijnen wel degelijk opportuniteiten. De andere component is de privé-mediamarkt. We zouden gek zijn als we de privé-markt in Vlaanderen, die als creatieve sector en als kennissector kansen heeft op groei en op jobs, zouden willen fnuiken. Dat zou voor ons niet kunnen.
De voorschriften van de Vlaamse wetgeving betreffende de televisiereclame die verder gaan dan de Europese regelgeving, zullen worden weggewerkt. Dat is een goede zaak. Zo kan de vijfminutenregel voor reclame rond kinderprogramma's verdwijnen. We hebben er hier trouwens al eens een debat over gevoerd. De regel benadeelt totaal onnodig het Vlaamse particuliere initiatief ten aanzien van het buitenlands particulier initiatief. We deden alsof we de illusie konden hebben dat Vlaanderen op het vlak van de media een afgeschermd eiland voor jongeren en kinderen is.
Daarenboven wordt het voor een private rechtspersoon mogelijk om een tweede landelijke commerciële radio uit te baten en kunnen regionale radio's fusioneren tot één landelijk net. Dat moet het voor de commerciële spelers mogelijk maken om hun teruglopende inkomsten uit televisiereclame, die niet ontkend kunnen worden, te compenseren. Televisiereclame krimpt en radioreclame groeit. Laten we het mogelijk maken voor de spelers om daar zinvol op in te zetten.
Collega's, voor ons bevat het akkoord ook een belangrijke nieuwigheid. We hebben vaak de mond vol van innovatie en we zijn heel blij dat nu aan een stukje innovatie wordt gedaan. De VRT krijgt de toelating om een digitaal themakanaal voor cultuur te ontwikkelen en dat in samenwerking met de privé-sector. Dit is nieuw. Hiermee wordt afgestapt van de concurrentielogica tussen de publieke en private zenders die het Vlaamse medialandschap al een tijdje typeert en zelfs bijna gijzelt. Er wordt gekozen voor een samenwerkingslogica tussen de publieke en de private sector. Wij geloven veel meer in een model van 'co-competition' dan in een concurrentiemodel.
In zowat alle domeinen spreken we vandaag van mogelijkheden in PPS. Blijkbaar was dat in het mediabeleid nog taboe, maar wij zien niet in waarom. We merken nu een eerste belangrijke doorbraak voor een innovatie. Ik geef u een voorbeeld. Ik denk aan het Vlaamse bedrijf uit Lint, Euro 1080, dat bekend maakte in het najaar te zullen starten met een digitale cultuurzender HD3 of 'High Definition 3'. Het past in de bedrijfsstrategie van die Vlaamse speler om maar liefst 12 cultuurzenders te ontwikkelen in de periode 2006-2008 voor verschillende Europese regio's en taalgebieden.
Het bedrijf werkt vandaag samen met verschillende publieke omroepen in het buitenland. Wat in het buitenland kan met Vlaamse knowhow en creativiteit, waarom zou dat niet in Vlaanderen kunnen? Vlaanderen is een kleine cultuurgemeenschap. Zowel de privé- als de publieke middelen zijn beperkt. Er ligt een businessplan van Euro 1080 voor, dat de ontwikkeling van een digitale cultuurzender mogelijk maakt. Er ligt ook een businessplan van de VRT voor een digitaal cultuurkanaal voor. Waarom niet proberen om beide plannen te integreren? Dan wordt een winwinsituatie mogelijk. Lukt het niet, dan is dat zo. Maar lukt het wel, dan zetten we met deze krijtlijnen een nieuwe stap in ons mediabeleid. Onze fractie doet een oproep aan de VRT en aan de ministers van Media en Cultuur, om zo'n vorm van samenwerking onbevooroordeeld te onderzoeken en alle kansen te geven. Als dat lukt, dan zal Vlaanderen nog dit jaar een cultureel themakanaal hebben. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Caron heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, heren ministers, collega's, alles kan beter, maar is dat niet een tv-programma? Welkom in Maryland, maar is dat niet in de Verenigde Staten?
Ik wil een paar misverstanden uit de wereld helpen. Er werd gezegd dat de VRT overgefinancierd is. Ik heb vaak gezegd dat de vraag van de gedelegeerd bestuurder voor de nieuwe periode te hoog is. Maar als we dat vergelijken met de andere openbare omroepen in Europa, dan is de VRT de derde laagst gefinancierde omroep van heel Europa. Doen alsof de VRT overgefinancierd is, is dus niet juist.
Mijnheer Van Rompuy, we komen uit een tijd dat de BRT verouderd, versteend, vermolmd en gepolitiseerd was. Mede door uw aanpassingen hebben we nu een heel levendig en dynamisch huis. Het zou erg zijn als u de VRT die dynamiek, creativiteit en gedrevenheid kwalijk zou nemen. Mijnheer Van Dijck, enige realiteitszin is in deze zaak welkom, maar we mogen de creativiteit niet wegnemen.
Er zal minder commercie op de openbare omroep zijn. De sponsorgelden worden geplafonneerd. Dat ligt in de lijn van het regeerakkoord. Mijnheer de minister, ik zou willen dat u goed uitzoekt in welke mate de lagere sponsorinkomsten bij de openbare omroep een impact zullen hebben op de reclamebudgetten van vooral de VTM. Ik gun het de VTM van harte dat ze zich op dat vlak kan herstellen, maar ik vrees dat het geen communicerende vaten zijn. Ze bereiken heel verschillende doelgroepen.
Het zou jammer zijn dat een deel van de privé-middelen van de samenleving die ten goede komen aan de openbare omroep niet worden aangewend. We hadden dat ook anders kunnen doen. We hadden meer middelen via bijvoorbeeld een Vlaams audiovisueel fonds ter beschikking kunnen stellen van alle zenders. Voor ons niet gelaten dat ook commerciële zenders voor fictie en goede documentaires publieke middelen krijgen. Dat zouden ook privé-gelden kunnen zijn, die we nu niet gebruiken.
Mijnheer Caron, u zegt dat de reclamemiddelen die niet bij de VRT zitten, verloren zijn. Ik weet niet waar u dat vandaan haalt maar dat is onzin. Ik geef u een voorbeeld. U zegt dat als de Prince-koekjes bij de VRT niet meer aan bod komen, VTM, VT4 en de regionale zenders geen reclamespots meer zouden hebben over die koekjes. Als de VRT daarmee stopt, zouden we volgens u dat geld verliezen. U begrijpt toch dat dat onzin is.
De Belgische Unie van Adverteerders heeft in de commissie al vaker gezegd dat er in dit land een tekort is aan potentiële televisiereclame voor specifieke doelgroepen. Misschien moeten we ook dit monitoren en nagaan of dat effectief zo is. Ik vrees daarvoor.
Het is niet onze taak om na te denken over de commercialisering. Dat moet de markt zelf doen.
Mijnheer Caron, ik heb de indruk dat u pleit voor meer reclame op de openbare omroep omwille van de vraag van de adverteerders. Het regeerakkoord is het regeerakkoord. En de geest van het regeerakkoord is dat op een aantal vlakken de commerciële inkomsten van de VRT enigszins worden afgetopt. Op dat vlak heeft de regering vorige vrijdag een belangrijke stap gezet. We moeten niet proberen om buiten de lijntjes te kleuren. Ik pleit ervoor dat u zich houdt aan de afspraken en geen nieuwe pistes opent, want wij zijn het daar absoluut niet mee eens.
Ik herhaal nog even dat ik vragende partij ben om na te gaan in welke mate het aftoppen van de commerciële activiteiten van de openbare omroep rechtstreeks ten goede kan komen aan onze commerciële omroepen.
Wat de cultuurzender betreft, denk ik dat de VRT deze kans met drie handen moet grijpen. De VRT kan een stuwende kracht betekenen in de digitale revolutie. Digitale kanalen zullen het landschap in Vlaanderen en in de wereld in belangrijke mate veranderen. Dat hebben ook de vorige sprekers aangegeven. De VRT moet die ene kans die hij nu krijgt, maximaal ontwikkelen en dit vanuit een driesporenbeleid. Ik pleit ervoor om ook op Donna, op Radio 2, op één en op een cultuurzender op een geëigende manier aandacht te besteden aan het brede culturele leven in Vlaanderen. Ik vraag de VRT deze uitdaging aan te gaan in een PPS-constructie.
Mevrouw Ceysens, de publiek-private samenwerking slaat hier op de culturele sector en niet alleen op de cultuurindustrieën. We zouden het goed vinden indien dat cultuurkanaal ook daar een weerspiegeling van is.
Tot slot wil ik alle betrokken partijen oproepen om proper voetbal te spelen. We moeten de bal spelen, niet de man. De Vlaamse belastingsbetaler betaalt geen duur ticket om een schoppartij te zien maar om oogstrelend spannend en technisch hoogstaand voetbal, ik bedoel radio, tv en nieuwe media, te zien. Daar moeten we voor gaan en dat is de uitdaging waar de VRT morgen voor staat. (Applaus bij spirit-s.pa, de VLD en Groen!)
Minister Bourgeois heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, collega's, alle beslissingen van deze regering tot op heden zijn erop gericht om niet alleen vandaag maar ook in de toekomst een sterke Vlaamse publieke omroep te hebben. In alle beslissingen hebben we gekozen voor het behoud van een brede opdracht voor de VRT. Dat is niet zo vanzelfsprekend, zeker wanneer we de evolutie zien in sommige andere landen, onder meer in Nederland.
Met het VRT-decreet hebben we ervoor gezorgd dat problemen met Europa worden voorkomen. We zullen dit binnenkort kunnen staven. Met dit budgettair kader en de mogelijkheid om een cultuurkanaal te creëren, scheppen we mogelijkheden voor de VRT om te groeien, niet alleen in het analoge tijdperk maar ook in de digitale wereld.
De digitale toekomst van de VRT is verzekerd. Meer nog. Ik durf zeggen dat de VRT bij de top van Europa behoort voor wat de digitale televisie betreft. En wees er maar van overtuigd dat ze ook tot die top zal kunnen blijven behoren.
Ik wil dit debat ontdoen van een aantal slogans. Deze regering heeft altijd gepleit voor visie, maar ook voor realiteitszin voor wat de digitalisering betreft. Ook toen ik en de regering ervan beschuldigd werden dat we zogenaamd de digitale trein zouden missen, heb ik altijd gewezen op de evolutie die nog moest plaatsvinden. Er was nauwelijks een mogelijkheid tot digitale distributie. De uitzondering sloeg op minder dan 3 percent van de bevolking. In de feiten was dat 0,000 percent.
We moesten dus genoeg realiteitszin aan de dag leggen en nagaan wie er kon worden bereikt met de digitale televisie. Feit is dat pas vorige zomer - met het voetbal als trekker - werd gestart met de mogelijkheid van digitale distributie in Vlaanderen. Dankzij technologische ontwikkelingen, dankzij commerciële beslissingen van diverse bedrijven, dankzij onze aanpak zijn er nu vier mogelijkheden voor digitale distributie: de kabel, internet en Indy, Telecom, de ether. Ik herhaal dat we daarover in Genève een schitterend akkoord hebben bereikt. We hebben drie multiplexen binnengehaald voor digitale radio en acht multiplexen voor DVB-T. Sinds kort bestaat ook de mogelijkheid om digitaal naar TV Vlaanderen te kijken via de satelliet.
Wat is nu de toestand? In Vlaanderen zijn er 2,6 miljoen huisgezinnen. Als ik heel ruim reken, kan op dit moment maximaal 10 tot 12 percent van die gezinnen digitaal kijken. Ik breng dan zowel Canal+, de ether als de satelliettelevisie enzovoort in rekening. De cijfers werden hier al geciteerd. Telenet heeft ongeveer 150.000 abonnementen. Voor Belgacom zijn dat er in Vlaanderen ongeveer 12.000.
Zoals u weet, heb ik een prognose laten maken door professor Dejonghe. Nu blijkt dat die vooropstelling ook klopt en dat de ontwikkeling ermee overeenstemt. Eind 2006 zou de situatie kunnen zijn dat 20 percent van de Vlaamse gezinnen digitaal kijkt. Eind 2007 zou dat aantal 30 percent kunnen bereiken.
In die omstandigheden pleiten voor acht themakanalen, voor een enorme ontplooiing op dit vlak, getuigt niet van realiteitszin. Ik herhaal dat dit beleidsmatig onverantwoord is. Ik stel dan nog niet eens de vraag of dat strookt met de visie op een publieke omroep, die generalistische netten moet hebben, die een breed publiek moet bereiken, die niet mag meegaan in een evolutie naar een totale versnippering of individualisering, die niet een van die kleintjes moet zijn naast die meer dan 900 andere doelgroepenzenders. Mevrouw Ceysens, ik heb dat ook van het begin af aan duidelijk gemaakt aan de VRT via gesprekken, maar ook via publieke verklaringen. U herinnert zich ongetwijfeld mijn uitspraken daarover.
Collega's, het is mijn stellige overtuiging dat de opdracht die wij voor de VRT uittekenen in de toekomst - de komende 10 tot 15 jaar - nog meer aantoont dat er behoefte is aan een dergelijke publieke Vlaamse omroep. In die zin voert deze regering de visie van de vorige verder uit. In het digitale tijdperk, in het niet-lineaire tijdperk, in het versnipperde landschap waarmee de commerciële wereld ons mee zal confronteren, zal het echt nodig zijn om een gemeenschapsbindende, een gemeenschapsvormende publieke omroep te hebben, die tegelijk promotor is van de Nederlandse taal en de Vlaamse identiteit. Belgacom stelt dat het straks 999 doelgroepenzenders zal aanbieden.
Dat is mijn stellige overtuiging: we gaan commercieel meer en meer in de richting van het niet-lineaire, van kijken waar en wanneer men wil naar programma's op aanvraag. In die zin ben ik het volledig eens met de visie op de toekomst die ook door het college van hoofdredacteurs is ontwikkeld en waarnaar de heer Vandenbossche heeft verwezen. We zitten daar op één lijn. We zitten daar ook op één lijn met wat heel veel mensen, misschien zelfs de overgrote meerderheid binnen de VRT, ook denken.
Evenals de heer Van Rompuy wil ik ook wijzen op de relativiteit van het belang van de themakanalen. De BBC is al een hele tijd bezig met themakanalen, eerst analoog en sinds het einde van de jaren negentig ook digitaal. In Groot-Brittannië is digitale TV zeer sterk ontwikkeld: 60 percent van de bevolking kijkt er al digitaal. Welnu, daar hebben de zes digitale themakanalen van de BBC, die heel veel middelen krijgen, een marktbereik van 3,6 percent. Het overgrote deel van de BBC-kijkers kijkt naar de generalistische BBC-zender. Ik wil dat hetzelfde ook in Vlaanderen kan gelden: dat we niet voor elke bevolkingsgroep apart een doelgroepenzendertje, een nichezendertje hebben, maar dat mensen nog informatie kunnen delen, programma's kunnen delen, dat ze hetzelfde maatschappelijke debat kunnen voeren, dat ze mee participeren aan wat leeft in de Vlaamse gemeenschap en dat ze dit kunnen doen via een drager van informatie, van ontspanning, cultuur, sport enzovoort, die een publieke omroep is. Dat is onze bedoeling. Ik geloof dat het op dit punt ook heel verstandig is dat we hebben gezegd dat we een beheersovereenkomst sluiten voor vijf jaar maar dat we na drie jaar een evaluatiemoment inbouwen. Dan zullen we zien hoe ver we staan met het themakanaal en met de digitale ontwikkeling.
Ik heb gezegd dat we mee aan de top staan in Europa, collega's. Ik wil nogmaals zeggen dat dit te maken heeft met het feit dat we aan de VRT hebben gevraagd om in de eerste plaats digitale toepassingen te ontwikkelen voor elke kijker, dat we gaan voor verrijkte inhoud, dat we gaan voor interactiviteit, dat we gaan voor programma's op aanvraag, die inderdaad een succes zijn en dat we gaan voor de archivering van ons kolossaal archief, dat van onschatbare waarde is. Die archivering zal echter ook kolossaal veel geld kosten, zoals u weet en zoals u ook kunt afleiden uit de beslissing van de Vlaamse Regering. De VRT zal dus volop de kaart kunnen trekken van de toekomst, ook digitaal, met wat ik zojuist heb geschetst, met een aanbod voor alle kijkers, met een aanbod voor alle Vlamingen. We zullen voor het digitaliseren van het archief bovendien nog nagaan of er middelen kunnen komen vanuit het domein cultuur of vanuit het domein wetenschappelijk onderzoek, om die gigantische operatie, die enorm veel mankracht vergt, die ambachtelijk is maar tegelijkertijd ook toptechnologie toepast, mee te financieren. Laten we daarbij geen illusies koesteren: we gaan daar geen grote inkomsten uit puren zoals de BBC. Dit zal een aanbod zijn voor de Vlaamse samenleving, in de eerste plaats voor wetenschappelijk onderzoek, voor cultuur en voor onderwijs, maar niet voor grote commerciële toepassingen die grote zenders zoals de BBC wel kunnen maken.
Collega's, ik ben eigenlijk een beetje verrast door het feit dat het eerste themakanaal een klein beetje in mineur in de publieke opinie werd gebracht. Vorig jaar werd gezegd dat men al op 1 mei van dat jaar had moeten kunnen starten met een digitaal cultuurkanaal. Nu maken we een overeenkomst op waarin we zeggen dat er kan worden gestart met een digitaal cultuurkanaal. Er zullen dus drie digitale kanalen zijn, collega's: Eén, Canvas/Ketnet en een digitaal cultuurkanaal. We zetten dus die stap naar een digitaal cultuurkanaal. De teneur van het debat van vorig jaar was: we moeten vlug zijn, we moeten starten op 1 mei. Nu wordt de beslissing om van start te gaan plots echter in mineur begroet. Ik begrijp het niet goed. Vorig jaar kon worden gezegd dat binnen de lopende overeenkomst op 1 mei kon worden gestart met de bestaande middelen met het digitale cultuurkanaal, net zoals destijds Sporza werd ontkoppeld en ook met de bestaande middelen werd gefinancierd. Nu zou de mogelijkheid om een digitaal cultuurkanaal te ontwikkelen plots eigenlijk slechts een theoretische mogelijkheid zijn.
Ik begrijp dat niet goed. We geven die mogelijkheid, en voegen eraan toe dat na de ondertekening van de beheersovereenkomst het cultuurkanaal mag worden opgestart. Zo komen we tegemoet aan een wens van het brede culturele en maatschappelijke veld. Zo creëren we ook de mogelijkheid om samen te werken met de privé-sector.
Ik wil dat allemaal in zijn juiste context plaatsen. Vandaag nog staat er in een krant dat de VRT zo mikt op 500.000 kijkers. Dat is niet juist. We mikken wel op een bereik van 500.000 mensen, en dat zijn de mensen die elke week minstens 15 minuten naar Klara luisteren of elke week minstens 15 minuten naar het digitale kanaal kijken.
De context van de digitale rollout moeten we voor ogen houden, en dus moeten we rekening houden met de mogelijkheden van de distributeurs. De VRT neemt op dit ogenblik bijna alles digitaal op. Dat is een feit. De VRT is verder de enige in Vlaanderen die alles digitaal uitzendt, via de ether. Om dat signaal te ontvangen heeft men wel een decoder nodig. Verder is de VRT klaar om HDTV in te voeren. Elke nieuwe aankoop of vervanging gebeurt met HDTV-ready-apparatuur. Dat men dus niet beweert dat deze overeenkomst niet zal toelaten om in de digitale wereld te stappen. Integendeel, we zijn er volop mee bezig. Het is zelfs zo dat we verder staan dan de distributeurs. De VRT kon al langer digitaal uitzenden, maar de digitale rollout was er niet. De VRT kan nu HDTV leveren, maar dat kan nog niet via het internet en Belgacom. Alles moeten we dus in de context en volgens de ontwikkelingen op het terrein beoordelen. Rekening houdend met die context tekenen we een groeiscenario uit voor de VRT, zowel op analoog als digitaal vlak. De omroep krijgt alle mogelijkheden.
Ik wil het nu hebben over een aantal mijns inziens onverantwoorde uitspraken: over de gevaren van de programma-afbouw, de gevaren van personeelsafvloeiingen en een tekort van 47 miljoen. Wat het personeel betreft, wil ik vooraf zeggen dat ik de gedelegeerd bestuurder heb laten weten dat het niet kan dat op een personeelsvergadering urbi et orbi wordt gezegd dat 300 mensen, of een ander aantal, zouden moeten afvloeien. Dat is niet aan de orde. We hebben in deze overeenkomst rekening gehouden met een loonindexering en ook met de vergrijzingsfactor. In elk geval is het zo dat dit soort problemen, als ze aan de orde zouden zijn, via andere wettelijke procedures moeten worden aangepakt.
Op mijn kabinet is vergaderd met de vakbonden. Ze zijn goed geïnformeerd over de situatie en zijn hierover gerustgesteld. Wel is het zo dat de gedelegeerd bestuurder me al herhaaldelijk heeft gezegd dat hij 300 mensen te veel in dienst heeft en ze vervroegd naar huis wil sturen. Ik hoef niet te zeggen dat dit voor de regering niet kan. We zullen geen actief beleid voeren om in de openbare omroep mensen vervroegd uit te stoten, terwijl de omroep voor grote uitdagingen staat zoals herscholingen, de digitalisering en de uitbouw van het archief. Het is de taak van de manager om mensen te herscholen, zodat ze ook in de toekomst productief voor het bedrijf kunnen worden ingezet.
Wat het zogezegde tekort betreft, wil ik benadrukken dat de huidige beheersovereenkomst, die door de vorige regering is afgesloten, in een jaarlijkse groei van 4 percent voorziet.
Dat leidde tot een gecumuleerd bedrag aan groei tijdens de vorige periode. Daar is soepel mee omgesprongen. Er is toen aan de VRT gezegd dat dit toeliet om bijvoorbeeld in een bepaald jaar niet alle middelen aan te wenden en middelen op te potten en te reserveren voor jaren met grotere uitgaven. Ik denk aan een groot sportjaar of een jaar met veel filmrechten. Men is er inderdaad flexibel mee omgesprongen. Het is voor de openbare omroep een gerechtvaardigde uitzondering, die we - anders dan bij andere agentschappen van de Vlaamse overheid - in het nieuwe decreet hebben ingeschreven als mogelijkheid om reserves op te bouwen.
Dat laat dus toe om in het ene jaar meer en in het andere jaar minder geld uit te geven. Het laat echter niet toe om in het laatste jaar van de beheersovereenkomst recurrent boven het laatste bedrag van 268,3 miljoen uit te komen. Dat behoort niet tot het kader dat door de vorige regering in de vorige beheersovereenkomst is uitgetekend. Als dit toch is gebeurd, dan is dat de verantwoordelijkheid van het management. Men moet binnen de krijtlijnen blijven. Flexibiliteit toelaten en het ene jaar meer uitgeven dan het andere, betekent niet aan het einde van de rit de overheid voor een voldongen feit plaatsen door recurrent boven dat bedrag uit te komen zodat in de nieuwe beheersovereenkomst moet worden uitgegaan van het bedrag van het laatste jaar.
Trouwens artikel 20 van de lopende beheersovereenkomst bepaalt over de performantiemaatstaven als strategische doelstelling het volgende: 'De vrijwaring van een gezonde financiële positie is voor de VRT een absolute noodzaak.' Dat betekent dat je moet werken binnen het kader van de beheersovereenkomst en dat je niet kunt werken met een politiek van voldongen feiten. Er moest een gecumuleerd overschot zijn van 2 miljoen euro. Dat zou binnen het afgesproken kader gelden. Het is onaanvaardbaar dat wordt meegedeeld dat er een tekort van 47 miljoen euro is, terwijl wij net de mogelijkheid creëren voor meer inkomsten. De collega's hier hebben al aangetoond over welk bedrag het gaat. Collega Van Rompuy heeft berekend wat het zou geven met de komende beheersovereenkomst. Het kan niet dat ons wordt meegedeeld dat we op een tekort afstevenen terwijl net voor stijgende inkomsten voor de VRT staan: uit de dotatie, de radioreclame, de financiering van het gebouw, de opbrengsten van de verzelfstandiging van het zenderpark en uit de veiling van de digitale ether.
Laat ons de zaken benoemen zoals ze zijn. Collega Stassen, ik wil duidelijk stellen dat in een parlementaire democratie het parlement over het budget beslist. Het is duidelijk dat de contouren van het budget door de politiek verantwoordelijke personen worden ingevuld. De politieke overheid moet daarbij rekening houden met alle maatschappelijke prioriteiten, zoals onderwijs of wachtlijsten, investeringen of arbeid beter en goedkoper maken.
De middelen zijn niet onbeperkt, dus worden er keuzes gemaakt. Wij maken die keuzes, de Vlaamse Regering heeft daarover beslist en niet de Medialaan. Wij hebben het kader aangeduid en rekening gehouden met de budgettaire mogelijkheden die er zijn.
Collega Stassen, u spreekt zichzelf tegen. U zegt dat in de beheersovereenkomst en in de meerjarenbegroting had moeten staan hoeveel er voor de VRT was. Wel, ik zie geen enkel verschil met het budgettaire kader dat nu wordt vastgelegd. Het is een beslissing van de politieke verantwoordelijkheid. We leven in tijden van grote besparingen bij andere Europese publieke omroepen, zoals bij de BBC 320 miljoen pond op jaarbasis, of 480 miljoen euro en bij de publieke omroep in Nederland 80 miljoen euro. In tijden van bezuiniging bij andere publieke omroepen geven wij aan de VRT de mogelijkheid om door te groeien. We geven een groter budget over 5 jaar, namelijk 90 miljoen euro meer uit de dotatie. Dat is nog altijd 3,6 miljard frank. Dat is het voor heel wat mensen duidelijker.
We geven een aparte kredietopening voor de gebouwen. We laten de radioreclame groeien. We geven de VRT de opbrengsten van de verzelfstandiging van het etherpark en van de digitale veiling. We geven de VRT de kans een constant beleid ten aanzien van de e-media te voeren. We missen de trein van de innovatie helemaal niet.
De gedelegeerd bestuurder heeft me gefeliciteerd met het bereikte politieke akkoord. Hij heeft eraan toegevoegd dat het voor hem en voor de VRT niet volstond. Hij heeft evenwel toegegeven dat het om een sterk politiek akkoord gaat.
Ik wil hier benadrukken dat deze sterke politieke beslissing in het licht van de budgettaire toestand en van de vele uitdagingen waarmee de Vlaamse Regering wordt geconfronteerd alle mogelijkheden creëert. De beslissing van de Vlaamse Regering is maatschappelijk evenwichtig en stemt overeen met de inhoud van het Vlaams regeerakkoord. In het Vlaams regeerakkoord staat te lezen dat de Vlaamse Regering voor een sterke publieke omroep gaat en de private initiatieven alle mogelijkheden biedt. Een aantal beslissingen van de Vlaamse Regering geven hier uitvoering aan. Binnenkort zullen die beslissingen in decretale bepalingen worden omgezet en in een ontwerp van decreet worden opgenomen.
De inhoudelijke onderhandelingen zijn deze middag van start gegaan en zullen binnen de door de beslissing van de Vlaamse Regering uitgezette krijtlijnen blijven. De onderhandelingen zijn in een serene sfeer van start gegaan en verlopen correct. De raad van bestuur van de VRT heeft het volgende beslist: 'Deze krijtlijnen vormen het kader voor de verdere constructieve dialoog met de Vlaamse Regering. De raad van bestuur verzoekt het management om de onderhandelingen te starten.' Dit lijkt me logisch. De raad van bestuur moet de beheersovereenkomst uitvoeren. De raad van bestuur keurt de beheersovereenkomst goed. Dit geldt voor het vorige en voor het huidige decreet. De raad van bestuur heeft verklaard dat hij de onderhandelingen binnen het door de Vlaamse Regering geschetste budgettaire kader wil voeren. De raad van bestuur wil tot een constructieve dialoog komen. Zoals ik al herhaaldelijk heb verklaard, is dit ook steeds mijn bedoeling en de bedoeling van de Vlaamse Regering geweest.
De gedelegeerd bestuurder moet de beslissing van de raad van bestuur uitvoeren. Dit staat in het decreet. Dit is ook logisch. Dit geldt voor elke vennootschap. Nu de raad van bestuur heeft beslist om binnen de reeds vermelde krijtlijnen onderhandelingen met de Vlaamse Regering te voeren om een goede inhoudelijke invulling tot stand te brengen, moet de gedelegeerd bestuurder deze beslissing uitvoeren. De raad van bestuur beslist over de goedkeuring van de beheersovereenkomst. Indien de raad van bestuur de beheersovereenkomst goedkeurt, moet de gedelegeerd bestuurder de beheersovereenkomst ondertekenen. Dit staat duidelijk in het vorige en in het huidige decreet.
Ik herhaal dat de gedelegeerd bestuurder snel zijn positie moet bepalen. De Vlaamse Regering heeft een beslissing genomen. Die beslissing biedt de VRT de kans om in de loop van de komende vijf jaar op het vlak van de digitale televisie het voortouw in Europa te nemen. De beslissing laat de VRT toe een cultuurkanaal op te starten. De VRT kan hierbij creatief te werk gaan en kan de culturele wereld bij dit kanaal betrekken. De raad van bestuur vindt dat de openbare omroep voldoende mogelijkheden krijgt om zich te ontplooien. In mijn ogen moet het vertrouwen niet worden hersteld. De Vlaamse Regering en ikzelf stellen reeds vertrouwen in de VRT. Heel het akkoord straalt een vertrouwen in een sterke publieke omroep uit. De gedelegeerd bestuurder moet nu zijn positie bepalen. (Applaus bij de meerderheid)
Mijnheer de minister, ik heb aandachtig naar uw antwoord geluisterd. In verband met modern corporate management van een overheidsbedrijf als de VRT heb ik evenwel een paar spijtige vaststellingen moeten doen. Indien ik een vacature zou moeten publiceren, zou ik hier een paar zinnetjes aan moeten toevoegen. Onder het motto dat hij even over zijn positie moet nadenken, mag een CEO zijn concurrenten loos beschuldigen, het vertrouwen tot driemaal toe schenden, zijn personeel inzetten, gebruiken en ophitsen, aandeelhouders beledigen en in de brede pers leugens verkondigen zonder de gevolgen te moeten dragen.
Terwijl de politiek in brede zin in ons land de riante ontslagvergoedingen van CEO's van bedrijven openbaar wil maken, slagen we er niet in om te weten te komen hoe hoog de ontslagvergoeding is van een CEO van de openbare omroep in Vlaanderen. Dat is geen teken van transparantie.
Een openbare omroep krijgt extra geld om zich uit te leven, terwijl er andere noden zijn. Ik heb begrepen dat dat niet alleen mijn bekommernis is, maar ook die van CD&V. In Vlaanderen krijgt de openbare omroep een verhoging waar andere instellingen niet op kunnen rekenen. Ondertussen mag hij zich amuseren met het uitdenken van concepten en het bestellen van cultuurprogramma's, die trouwens allemaal werden geannuleerd deze week. Qua stemmingmakerij bij de productiehuizen kan dit ook tellen.
Ik zou graag weten wat de implicaties zouden zijn van het ontslag van de heer Mary. Ik wil weten waarom er niet wordt opgetreden tegen hem.
De VRT is een kwaliteitsproduct op dit ogenblik en is dus goed bezig. Niemand ontkent dat. Moeten we in deze situatie toestaan dat de heer Mary de omroep qua vertrouwen en management steen voor steen en antenne voor antenne afbreekt? Nu wordt er gezegd dat hij eens over zijn positie moet nadenken. Ik denk dat sommige mensen al lang hebben nagedacht over de positie van de heer Mary, maar als dit het antwoord is, hou ik mijn hart vast. (Applaus bij Vlaams Belang)
Ik kondig een actualiteitsmotie aan.
Mijnheer Verstrepen, ik denk dat ik heel duidelijk ben geweest. De gedelegeerd bestuurder moet nu zijn positie bepalen ten opzichte van het decreet en van het budgettair kader dat de regering heeft uitgetekend en de raad van bestuur heeft goedgekeurd.
Op dit ogenblik zijn de onderhandelingen bezig. Ze verlopen in een constructieve en serene sfeer.
Mijnheer de minister, u hebt niet geantwoord op een van mijn vragen. Ik heb ook vernomen dat er op een constructieve en goede manier wordt onderhandeld tussen de kabinetten en het management. Dat betekent dat het management de krijtlijnen van de beslissing van de Vlaamse Regering aanvaardt. Dat is toch een goede interpretatie?
Aanvaardt het management de beslissing van de Vlaamse Regering? Ik vind het belangrijk het antwoord op die vraag te kennen. Indien de raad van bestuur, het parlement, de regering en het management die beslissing aanvaarden, is er immers maar een persoon die ze niet aanvaardt.
Ik heb heel duidelijk gezegd dat de gedelegeerd bestuurder duidelijkheid moet verschaffen over zijn positie. De onderhandelingen met de directie zijn bezig. U kent de uitlatingen van de heer Mary daarover. Hij heeft nog geen positie ingenomen. We zullen ervoor zorgen dat dat op korte termijn wel gebeurt. U zult ook begrijpen dat ik nu geen verdere details verschaf. Dat moet toch duidelijk zijn.
Ik zal het nog een beetje verduidelijken. Is het correct dat de heer Van Hecke de onderhandelingsbevoegdheden over de beheersovereenkomst heeft overgenomen van de heer Mary?
Dat is niet correct. De onderhandelingen over de VRT worden op dit ogenblik inderdaad met de heer Van Hecke gevoerd. Dat is heel normaal. Het is niet de bedoeling dat de gedelegeerd bestuurder bij elke onderhandeling aanwezig is. Het is dus geen kwestie van overname. Het gaat over een normale onderhandelingstactiek. De voorzitter van de raad van bestuur heeft trouwens gezegd dat de onderhandelingen op een goede en constructieve manier worden gevoerd met mensen van het directiecomité en dat ze op zeer hoog niveau zijn voorbereid. Dat is evident bij onderhandelingen over zeer gespecialiseerde materie.
Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord en begrijp daaruit dat Tony Mary dus niet on speaking terms is en dat de bekwame mensen de onderhandelingen in alle sereniteit voeren.
Het debat is gesloten.
Actualiteitsmoties
De voorzitter: Door de heer Stassen werd tot besluit van dit actualiteitsdebat een actualiteitsmotie ingediend. Ze zal worden gedrukt en rondgedeeld.
Door de heer Verstrepen werd tot besluit van dit actualiteitsdebat een actualiteitsmotie aangekondigd. Ze moet uiterlijk binnen 30 minuten zijn ingediend.
Het parlement zal zich daarover straks uitspreken.
Het incident is gesloten.